Rechts-radicalisme

Begrip
Louis Vos (2023, herwerking), Louis Vos (1998)

De rechts-radicale traditie begon toen het Vlaams-nationalisme in het interbellum koos voor Nieuwe Orde en collaboratie. Na de oorlog evolueerde radicaal-rechts in Vlaanderen van nostalgische legitimering van het voorbije, naar een op de Franse Nouvelle Droite gebaseerde offensieve nieuwe toekomstvisie.

Alternatieve term
Radicaal-rechts
Uiterst-rechts
Extreem-rechts
Rechts-extremisme
Leestijd: 70 minuten

‘Nationalisme is een doctrine en beweging gericht op het bereiken – of handhaven – van eigenheid, eenheid en zelfstandigheid van een gemeenschap, die door een zeker aantal leden wordt beschouwd als een actuele of een potentiële natie’, aldus de definitie van nationalisme-specialist Anthony D. Smith. De doctrine wordt door elke natie of nationale beweging op een eigen specifieke manier ingevuld, en verandert ook door de tijd heen met de wisselende historische context en de elkaar opvolgende generaties. De doctrine is volgens de formulering van David L. Adamson een ‘free floating ideological element’, dat zich kan verbinden met allerlei ideologieën van links tot rechts. Dat was ook het geval met de Vlaamse beweging en het Vlaams-nationalisme. Die hebben zich in de loop van de geschiedenis niet enkel verbonden met een liberale, een katholieke, een christen-democratische, een socialistische en zelfs even een communistische ideologie, maar sinds de Eerste Wereldoorlog Eerste Wereldoorlog
De Vlaamse beweging is fundamenteel getekend door de Eerste Wereldoorlog. De oorlog maakte een verregaande democratisering onafwendbaar, met wezenlijke gevolgen voor het politieke draagv... Lees meer
ook met het rechtse radicalisme.

Een rechts-radicale traditie ontwikkelde zich trouwens ook in het Belgische nationalisme Belgisch nationalisme
Lees meer
. Die traditie wortelde zelf in een meer algemene rechtse gedachtewereld, die als reactie op het Verlichtingsdenken en de principes van de Franse Revolutie volop tot ontwikkeling kwam in de romantische 19de eeuw. Uit een systematische analyse van de gedachtenwereld van vier denkers die gezien worden als de geestelijke vaders van het rechtse ideeëngoed (Burke, De Bonald, Groen van Prinsterer en Primo de Rivera) distilleerde de Nederlandse socioloog Johannes Sizoo een beeld van de rechtse ‘politieke gedachtenwereld'. Dat wordt gekenmerkt door een samenspel van vijf karakteristieken. Ten eerste een onveranderlijke transcendentale norm, die onafhankelijk van tijd en plaats het maatschappelijk leven beheerst. Ten tweede de overtuiging dat rechten en plichten van de mensen historisch bepaald en dus ongelijk zijn; ze komen niet voort uit een natuurwet maar kunnen worden afgeleid uit de positie die mensen innemen in de samenleving als lid van een familie, van een arbeidsgemeenschap en van een volk. Ten derde de verdediging van godsdienst, christelijke moraal en geestelijke waarden tegen het atheïsme en materialisme van links. Ten vierde de opvatting dat de samenleving niet bestaat uit individuen of uit elkaar bestrijdende klassen, maar uit historisch gegroeide, geografisch en biologisch bepaalde woon-, leef- en werkgemeenschappen. Ten vijfde dat de politieke leiding over die gemeenschappen toekomt aan een elite, die ofwel naar voren treedt krachtens een bovennatuurlijke opdracht, ofwel als gevolg van een historische selectie.

Langs deze lijnen hebben rechtse politieke groepen door de 19de en de 20ste eeuw heen op alle mogelijke manieren geprobeerd invloed uit te oefenen op de geschiedenis, maar ze hebben het grote ontwikkelingspatroon van de westerse wereld dat gekenmerkt wordt door een voortgaande individualisering, secularisering en democratisering, niet kunnen tegenhouden. Daarom heeft 'rechts' zich meestal geadapteerd en zijn ambitie beperkt tot het haalbare, dit is toch nog zoveel mogelijk elementen van de rechtse gedachtewereld in een fundamenteel niet-rechtse maatschappij overeind te houden.

Rechts-radicalisme gaat verder dan algemeen rechts. Het legt zich niet neer bij de onvermijdelijkheid van de historische ontwikkeling van de laatste tweehonderd jaar, maar wil de geschiedenis opnieuw op het goede spoor brengen. Het verwerpt de filosofische basis zelf van de bestaande samenleving die immers steunt op de Franse Revolutie en de Verlichting en stelt zo het Westers samenlevingsmodel dat er de erfgenaam van is in vraag. Het wil een alternatief maatschappijmodel realiseren waarin de basiswaarden van het rechtse ideeëngoed onverkort gelden, zonder dat zou worden teruggekeerd naar het Ancien Régime. Het gaat dus om een conservatieve revolutie die een nieuwe maatschappij wil creëeren. Volgens Luc Pauwels Pauwels, Luc
Luc Pauwels (1940) is een gewezen zakenman en historicus. Hij is de spilfiguur van Knooppunt Delta en de eerste hoofdredacteur van TeKoS. Pauwels is Heel-Nederlander, conservatief en aanh... Lees meer
van TeKoS TeKoS
Teksten, Kommentaren en Studies (TeKoS) is een ‘nieuw-rechts’, non-conformistisch en conservatief tijdschrift, in 1979 opgericht door historicus Luc Pauwels. Lees meer
is dat ‘een originele synthese tussen de waarden van de traditie en de instrumenten van de moderniteit’, ontstaan na de Eerste Wereldoorlog, door het samenkomen van strevingen van jong conservatieven, niet-marxistische socialisten en romantische volksnationalisten.

In dat radicaal rechtse denken – dat fundamenteel ingebed is in het hoger omschreven rechtse ideeëngoed – ziet de socioloog Hans de Witte vijf samenhangende deelaspecten naar voren komen, die zowel op het einde van de 19de eeuw, in het interbellum als vandaag de ruggengraat vormen van een rechts-radicale ideologie: een biologisch racisme Racisme
Lees meer
dat gelooft in erfelijke superioriteitsverschillen tussen rassen en volkeren, een extreme vorm van exclusief volksnationalisme die de klemtoon legt op de natie in plaats van op de staat, het leiderschapsprincipe dat aansluit bij de overtuiging dat er maar twee 'soorten' mensen zijn: sterken en zwakkelingen of leiders en volgelingen, en de verwerping van de parlementaire democratie en van alles wat links is. Deze vijf deelaspecten staan niet los van elkaar maar vormen een cluster die verwijst naar dezelfde basiswaarde: het principieel verwerpen van de gedachte dat mensen gelijk zijn, en dus van links, dat juist die gelijkheidsgedachte propageert.
Het interbellum: van anti-belgicisme naar rechts-radicalisme

Tijdens de 19de eeuw en tot aan de Eerste Wereldoorlog was de Vlaamse beweging als geheel te situeren in een democratische traditie en bleef ze loyaal tegenover België België
Geen Vlaamse beweging zonder België. Het is ook onmogelijk om België te begrijpen zonder de geschiedenis van de Vlaamse beweging erbij te betrekken. Tussen het ontstaan van een culturele ... Lees meer
en zijn liberaal-democratische instellingen. Ook tijdens en na de Eerste Wereldoorlog schaarde het grootste deel van de flaminganten zich achter een via parlementaire weg te realiseren zogenaamd minimumprogramma Minimumprogramma
Het Minimumprogramma was de benaming voor het eisenpakket dat de Belgisch-loyale flaminganten, in het bijzonder inzake taalwetgeving, in de periode tussen de beide wereldoorlogen nastreef... Lees meer
en bleef het dus vasthouden aan de democratische oriëntering van de 19de eeuw. Het rechts-radicalisme kwam enkel tot ontwikkeling in de kleinere, maar meer radicale anti-Belgische Vlaams-nationalistische vleugel.

Lange tijd nog meenden historici dat ook het Vlaamsch Nationaal Verbond Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) (1933-1945) was een rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij die tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitse nationaalsocialistis... Lees meer
(VNV) tot 1939 nog overwegend een gematigd democratische partij genoemd kon worden en dat de meerderheid van de Vlaams-nationalisten lang geaarzeld had vooraleer te besluiten in de collaboratie te stappen. Maar het onderzoek van onder anderen Bruno de Wever De Wever, Bruno
Historicus Bruno de Wever (1960) is een specialist van de geschiedenis van het Vlaams-nationalisme en van de Tweede Wereldoorlog. Hij weegt sinds de jaren 1980 op het debat over het oorlo... Lees meer
liet van dat beeld niet veel heel. In werkelijkheid kwam de verbinding tussen Vlaams-nationalisme en rechts-radicalisme al tijdens of onmiddellijk na de Eerste Wereldoorlog tot stand, zodat de collaboratie van het Vlaams-nationalisme met de bezettende Duitse Nieuwe Orde al lang ideologisch was voorbereid en een logisch te verwachten volgende stap was.

In die ideologische evolutie speelde de groei van een in de 19de eeuw onbestaand anti-belgicisme dat al snel het kernstuk werd van het Vlaams-nationalisme, een belangrijke rol. Aan de verwerping van België werd immers ook al vlug de verwerping van het 'Belgische regime' – dit is de parlementaire democratie – gekoppeld. Dat gebeurde des te gemakkelijker omdat het vrij vlug in de jaren 1920 duidelijk werd dat een Vlaams-nationalistische partij Vlaams-nationalistische partijen
Het partijpolitieke Vlaams-nationalisme brak door in de nasleep van de Eerste Wereldoorlog en streefde een verregaande of volledige staatkundige verzelfstandiging van Vlaanderen na. De b... Lees meer
nooit een meerderheid zou behalen langs electorale weg en de vernietiging van België dus via de vestiging van een Nieuwe Orde-regime zou moeten gebeuren. Daarom heeft het anti-belgicisme een grotere dan louter staatkundige consequentie: het fungeerde ook als gangmaker van het rechts-radicalisme in Vlaanderen.

Het anti-belgicisme werd enerzijds gevoed door de zogeheten activisten Activisme
Het begrip activisme verwijst naar de fractie van flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog bereid was om politiek of anderszins samen te werken met de Duitse bezetter en financiële... Lees meer
, flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog waren meegegaan met de Duitse Flamenpolitik. Het kreeg het snelst vaste voet in Vlaamse studentenkringen, waar in de beginjaren 1920 het vertrouwen in de strategie van de taalwetten Taalpolitiek en -wetgeving
Situaties van taalonderdrukking vindt men wereldwijd. Daarom besteedt deze bijdrage eerst aandacht aan gehanteerde taalpolitieke strategieën. Ook in België verzette een gedomineerde taalg... Lees meer
verloren ging en het groeiende misprijzen tegenover het Belgische parlement gemakkelijk omsloeg naar een verwerping van het 'parlementarisme' tout court. Anderzijds werd het anti-belgicisme gevoed door een traditionalistisch integraal-katholicisme, dat ideologische wortels had in het ultramontanisme, daardoor wantrouwig stond tegenover de liberale staat en dat sinds de 19de eeuw vooral in West-Vlaanderen West-Vlaanderen
Lees meer
leefde. Het zette zich af tegen de verfranste liberale Belgische bourgeoisstaat en versmolt in de jaren 1920 als vanzelf met een nieuw radicaal Vlaams volksnationalisme. Dat volksnationalisme was ook katholiek, maar stelde zich kritisch op tegenover de al te zeer met het Belgische establishment 'collaborerende' kerkelijke overheid, waarmee het dan ook in conflict kwam. Ook deze stroming leidde naar een nieuwe rechts-radicale volkse orde.

In de ideologische doorbraak van het anti-belgicisme speelde het weekblad Vlaanderen Vlaanderen (1922-1933)
Vlaanderen was een radicaal Vlaams-nationalistisch weekblad dat verscheen tussen 1922 en 1933. Het stond voor het grootste deel onder leiding van Robrecht de Smet en Josué de Decker. Het ... Lees meer
(1922-1933) van de Vlaamse priester Robrecht de Smet De Smet, Robrecht
Robrecht de Smet (1875-1937) was een West-Vlaamse priester en kapelaan. Hij evolueerde in radicale anti-Belgische en autoritaire richting en was betrokken bij het Verbond van Vlaamsche Na... Lees meer
en de Groot-Nederlander Josué de Decker De Decker, Josué
Classicus Josué de Decker (1879-1953) was tijdens de Eerste Wereldoorlog een kopstuk van het activisme en hoogleraar aan de vernederlandste Gentse universiteit. Daarna week hij uit naar N... Lees meer
een cruciale rol. Het blad hoopte van meet af aan op een Duitse revancheoorlog, bereidde de toekomstige collaboratie systematisch voor, en trad op als ideologische scherpslijper die alle loyale flamingantische actie als Belgisch – en dus anti-Vlaams – brandmerkte. Het Belgicam delendam (‘België moet worden vernietigd’) was voor de Vlaanderen-groep de enige doelstelling en onder verwijzing naar Godsvrede Godsvredefederatie
De Godsvredefederatie (1934-1935) was een organisatie van democratische Vlaams-nationalisten. Lees meer
wilde ze alle discussies over de levensbeschouwelijke of sociaal-economische oriëntering van het toekomstige vrije Vlaanderen opschorten, tot wanneer de bevrijding van het Belgische juk een feit zou zijn.

Aanvankelijk, in de jaren 1920, had het blad een grote impact op het Vlaamse studentenmilieu. Maar die positie brokkelde af naar het einde van de jaren 1920, toen oud-studentenleiders van het Algemeen Katholiek Vlaamsch Studentenverbond Algemeen Katholiek Vlaamsch Studentenverbond
Het Algemeen Katholiek Vlaams Studentenverbond (1903-1935) was de organisatorische vormgeving van de katholieke Vlaamse studentenbeweging: een jeugdbeweging met plaatselijke bonden van ka... Lees meer
(AKVS) een eigen katholiek Vlaams-nationalistisch weekblad onder de naam Jong Dietschland Jong Dietschland (1926-1933)
Jong Dietschland (1926-1933) was een radicaal Vlaamsgezind en Groot-Nederlands weekblad met veel interesse voor kunst en literatuur en met aandacht voor de Nieuwe Orde-stromingen. Het bla... Lees meer
(1927-1933) begonnen uit te geven, dat nauwer aansloot bij wat jongere generaties intellectuelen bewoog. Dat was, behalve anti-belgicisme, ook de droom van een katholiek Vlaanderen of een Dietse Volksstaat die het liberale kapitalisme zou vervangen door een nieuwe solidaristische orde. In de kolommen van Jong Dietschland was het vooral Victor Leemans Leemans, Victor
Victor Leemans (1901-1971) was een politiek en sociaaleconomisch theoreticus, die het gedachtegoed van de revolutie van rechts introduceerde in de Vlaamse beweging. Tijdens de Tweede Were... Lees meer
, die de ideeën van rechts-radicale intellectuelen uit het Duitse taalgebied populariseerde. Maar ook anderen pleitten er voor een solidaristische maatschappelijke orde die sterk geïnspireerd werd door de Revolution von rechts-gedachte. Dat was de verzamelterm voor een beweging gericht op een conservatieve revolutie die de burgerlijk-kapitalistische orde omver zou werpen en gestalte zou geven aan een nieuwe nationale volksgemeenschap. Tegen dit binnenbrengen in de ideologie van sociaal-economische en levensbeschouwelijke componenten verzette Vlaanderen zich heftig, maar het moest uiteindelijk de duimen leggen. Onder invloed van de discussies over 'revolutie van rechts' raakte de anti-Belgische en Groot-Nederlandse stroming in Vlaanderen steeds meer met sociale (solidaristische) elementen verweven.


<p>Victor Leemans, <em>Het Nationaal-Socialisme</em>, 1932 (Zeshoek, 1932, nr. 1). Victor Leemans onderhield sinds de jaren 1920 intense contacten met Duitsland en was een van de belangrijkste propagandisten van rechtse Duitse denkers in Vlaanderen. (ADVN, VB1750)</p>

Victor Leemans, Het Nationaal-Socialisme, 1932 (Zeshoek, 1932, nr. 1). Victor Leemans onderhield sinds de jaren 1920 intense contacten met Duitsland en was een van de belangrijkste propagandisten van rechtse Duitse denkers in Vlaanderen. (ADVN, VB1750)

Die verweving werd ook gevoed door de traditie van een traditionalistisch integraal-katholicisme, dat in het bijzonder in West-Vlaanderen in de jaren 1920 nog erg leefde, vooral bij een aantal priesters met veel invloed in studentenkringen, zoals Cyriel Verschaeve Verschaeve, Cyriel
Cyriel Verschaeve (1874-1949) was een West-Vlaamse priester, literair auteur, kunstbeschouwer en publicist, die bekend werd als icoon van de Frontbeweging en het opkomende Vlaams-national... Lees meer
, Leo Dumoulin Dumoulin, Leo
Leo Dumoulin (1890-1942) was aalmoezenier tijdens de Eerste Wereldoorlog. Als overtuigd antibelgicist en Dietser werkte hij mee aan een aantal Vlaams-radicale bladen en schreef hij ook ee... Lees meer
en Odiel Spruytte Spruytte, Odiel
Odiel Spruytte (1891-1940) was een ‘petit vicaire’ en een dwarsdenker in het bisdom Brugge. Als Vlaams-nationalist behoorde hij tot de kernredactie van het weekblad Jong Dietschland, en w... Lees meer
. Zij propageerden het ideaal van een nieuwe christelijke volkse orde waarvoor het verfranste en dus ongodsdienstige, liberale België moest worden vernietigd. Het is dus niet verwonderlijk dat eerst in West-Vlaanderen het Godsvrede-beginsel van de Frontpartij Het Vlaamsche Front
Het Vlaamsche Front was een Vlaams-nationalistische partij, die werd opgericht in 1919 en ook bekend stond onder de couranter gebruikte officieuze benaming Frontpartij. Gesticht als een ... Lees meer
overboord werd gegooid, en in 1925 gekozen werd voor een Katholiek Vlaamsch Nationaal Verbond Katholiek Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Katholiek Vlaamsch Nationaal Verbond (1925-1933) was een Vlaams-nationalistische partij in West-Vlaanderen. Lees meer
(KVNV), waarin toen zowel Jeroom Leuridan Leuridan, Jeroom
Jeroom Leuridan (1894-1945), leraar en advocaat, was van 1929 tot 1944 parlementslid van het Vlaams Nationaal Verbond (VNV), en vanaf 1934 VNV-gouwleider van West-Vlaanderen. Hij was een ... Lees meer
als Joris van Severen Van Severen, Joris
Joris van Severen (1894-1940) is vooral bekend als de oprichter en leider van het fascistisch geïnspireerde Verdinaso (Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen). Medio jaren 1930 verru... Lees meer
een grote rol speelde.

Na West-Vlaanderen zouden door de jaren 1920 heen ook in de andere Vlaamse provincies de een na de ander de afdelingen van Het Vlaamsche Front het Godsvrede-standpunt verlaten en – meestal onder druk van een nieuw aantredende generatie voormalige studentenleiders – het predicaatkatholiek aanvaarden. Soms gebruikten ze uitdrukkelijk de term Rooms-Katholiek (of R.K.) Vlaams-nationalisme om te manifesteren dat ze zich inzake politiek niet wilden onderwerpen aan de Belgische bisschoppen. Die hadden zich al in 1925 tegen het Vlaams-nationalisme gekant. Maar de term werd ook gebruikt om zich te onderscheiden van de 'zogenaamde' katholieke partij Katholieke partij
De katholieke partij, later CVP (vanaf 1945) en CD&amp;V (vanaf 2001) speelde een cruciale rol in de geschiedenis van de Vlaamse beweging. De partij had een belangrijk aandeel in onder m... Lees meer
, die in hun ogen door het aanvaarden van de demo-liberale kapitalistische en Vlaanderen verdrukkende Belgische staat, een objectieve vijand was geworden van het Vlaamse volk. Het lag voor de hand dat deze Vlaams-nationalisten steeds dichter kwamen bij een keuze voor een revolutie van rechts.

Zo tekende zich in het begin van de jaren 1930 binnen het Vlaams-nationalisme een weliswaar nog onduidelijke scheidingslijn af tussen hen die toch (nog) aan de parlementair-democratische orde wilden vasthouden en anderen die ze uitdrukkelijk wilden vervangen door een nieuwe – meestal katholiek gekleurde – rechtse orde. De meeste voorstanders van die Nieuwe Orde wezen de parlementaire democratie met zijn individueel algemeen stemrecht van de hand, omdat ze gebaseerd was op de liberale illusie van schijnbare gelijkheid voor allen, waardoor de macht van het getal primeerde boven de persoonlijke kwaliteiten, en ook omdat ze verantwoordelijk werd gesteld voor de ontaarding van het partijenstelsel dat het algemeen belang zou verkwanselen voor het eigenbelang van bepaalde groepen. In de plaats daarvan moest een organisch corporatief opgebouwde sociale orde komen, waarin de beroepsstanden ook drager zouden zijn van een nieuwe staatsstructuur en dus ook politieke macht zouden krijgen.

De steun voor een dergelijke radicale omwenteling die tot uiting kwam in het electorale succes van VNV en Rex Rex
Rex was een Belgische politieke partij (1935-1940) en een collaboratiebeweging in Franstalig België (1940-1944). Lees meer
in de parlementsverkiezingen van 1936, groeide niet enkel door het sinds het begin van de jaren 1930 intensief gevoerde ideologische debat in kringen van Vlaams-nationale studenten en intellectuelen, maar ook door de economische crisis waarvan de sociale gevolgen zich toen in België in alle scherpte deden gevoelen. De schuld hiervoor legde de gewone man bij de politieke elite en het politieke systeem, een thema dat door de rechts-radicale partijen vanzelfsprekend uitvoerig aan de orde werd gesteld.

De eerste die in het Vlaams-nationalisme uitdrukkelijk en openlijk koos voor de revolutie van rechts was Joris van Severen Van Severen, Joris
Joris van Severen (1894-1940) is vooral bekend als de oprichter en leider van het fascistisch geïnspireerde Verdinaso (Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen). Medio jaren 1930 verru... Lees meer
, toen hij in 1931 het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen
Het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen (Verdinaso) (1931-1941) was een fascistisch geïnspireerde beweging onder leiding van Joris van Severen, die een staats- en maatschappijherv... Lees meer
(Verdinaso) oprichtte. Van Severen hing principieel het leidersbeginsel aan en verwierp het 'demo-liberalisme', het marxisme en het conservatisme. Hij creëerde een stijlvolle rechts-revolutionaire anti-parlementaire formatie, die een grote aantrekkingskracht uitoefende op radicalen in het Vlaams-nationalisme, onder wie het merendeel van de laatste AKVS-leiders. Hij wilde een nationaal-solidaristische maatschappelijke orde tot stand brengen in een autoritaire staat waarin enkel het Dietse Diets
Het woord ‘Diets’ stamt uit het Middelnederlands. In de context van de Vlaamse beweging dook deze term voor het eerst op in de loop van de 19de eeuw, meestal als equivalent voor Nederlan... Lees meer
volk thuishoorde.


De paramilitaire Dinaso Militie (DM) van het Verdinaso werd door Joris van Severen als een kweekvijver voor een nieuw elite beschouwd. (Privéverzameling)
De paramilitaire Dinaso Militie (DM) van het Verdinaso werd door Joris van Severen als een kweekvijver voor een nieuw elite beschouwd. (Privéverzameling)

De zuigkracht van het Verdinaso verhoogde bij de niet naar de nieuwe formatie overgestapte Vlaams-nationalistische partijgroepen de neiging om zich even rechts-radicaal op te stellen. Het verhaastte daardoor de omvorming van die partijen tot het VNV en de uitsluiting in 1933 van enkele restgroepen van Het Vlaamsche Front in Antwerpen en Aalst die niet mee wilden marcheren in Nieuwe Orde-richting. De Nieuwe Orde-kenmerken van het VNV sprongen al van bij de oprichting in het oog, al bleef het tegelijk zijn best doen om – zolang althans het Belgische regime nog macht had – zijn ware aard van totalitaire, racistische, imperialistische en militaristische beweging te verbergen.

Op de rechts-radicale oriëntering van het VNV heeft achter de schermen vooral Odiel Spruytte Spruytte, Odiel
Odiel Spruytte (1891-1940) was een ‘petit vicaire’ en een dwarsdenker in het bisdom Brugge. Als Vlaams-nationalist behoorde hij tot de kernredactie van het weekblad Jong Dietschland, en w... Lees meer
een grote invloed gehad via zijn geschriften maar ook via zijn persoonlijke vriendschap met Staf de Clercq De Clercq, Staf
Staf de Clercq (1884-1942) was een Vlaams-nationalistische politicus, die zijn politieke carrière begon als kamerlid voor de Frontpartij. Hij staat vooral bekend als stichter en eerste l... Lees meer
. Deze voormalige onderwijzer evolueerde snel van een eerder kleurloze flamingant naar een autoritaire leider met een uitgesproken antidemocratische Nieuwe Orde-overtuiging, die zich al tijdens de jaren 1930 – achter de schermen – systematisch ging voorbereiden op een nieuwe oorlog waarin hij een alliantie van het VNV met het 'nieuwe Duitsland' als mogelijkheid zag.

De nog tot democratie geneigde gematigde parlementairen in het VNV schatten De Clercqs positie volkomen verkeerd in, en werden na de VNV-verkiezingsoverwinning van 1936, toen de inschakeling van de arrondissementele Vlaams-nationalistische organisaties werd voltrokken en het VNV door de Leider steeds meer werd gestroomlijnd, volledig op de achtergrond gedrongen. Door die evolutie werden ook voor de grootste groep Vlaams-nationalisten de bakens definitief in extreem-rechtse richting verzet.

Toen in 1934 Van Severen voor het Verdinaso de 'nieuwe marsrichting' afkondigde betekende dat een zwenking van een nog Vlaams-nationalistisch standpunt naar een pure Nieuwe Orde-oriëntering. Het anti-belgicisme werd geschrapt; in plaats van de staat te vernietigen zouden de Dinaso's haar veroveren, en als dat in België en Nederland eenmaal was gebeurd zouden de Bourgondische Nederlanden opnieuw ontstaan, als een nieuwe Dietse volksstaat waarin ook voor de Walen en Luxemburgers een plaats zou zijn met een vorm van zelfbestuur. Het was het naar voren schuiven van de rijksgedachte, die de klemtoon legde op decentralisatie in plaats van 'Jakobijnse' centralisatie (‘De Leider in zijn raden, het volk in zijn staten’). In de Verdinaso-ideologie bleven völkische aspecten een kernrol spelen, door het ontwikkelen van een uitgewerkte rassenleer, waaruit de superioriteit van de ‘Nordische raskern’ moest blijken en ook de minderwaardigheid van het Joodse ras. Hoewel het Verdinaso als beweging na Van Severens dood uiteenviel en sommige Dinaso's voor de collaboratie kozen naast anderen voor het verzet Verzet
Het georganiseerde verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Vlaamse provincies was doorgaans altijd Belgisch verzet: zowel op het vlak van de ideologische oriëntatie, de motieven en he... Lees meer
, was het wellicht de meest uitgesproken rechts-radicale formatie van het interbellum. Vooral de figuur van Van Severen, de charismatische leider, bleef – mee door zijn tragische dood in 1940– voor vele rechts-radicalen en ook de huidige propagandisten van de Nouvelle Droite in Vlaanderen een belangrijk oriëntatiepunt.

Een aantal Verdinaso-leden volgde in 1934 Van Severen niet in zijn nieuwe marsrichting, maar bleef vasthouden aan het anti-belgicisme. Zij vormden – naast VNV en Verdinaso – een derde rechts-radicale oriëntering: de Volksdietse stroming, die zich onderscheidde van de Staatsdietse lijn van Van Severen en De Clercq. Wies Moens Moens, Wies
Lees meer
met zijn tijdschrift Dietbrand Dietbrand
Dietbrand (1932-1939) was een Groot-Nederlandsgezind tijdschrift gesticht door Wies Moens. Tot 1934 steunde het blad het Verdinaso. Na de Nieuwe Marsrichting stelde de redactie zich onafh... Lees meer
werd er het boegbeeld van en kreeg steun van de laatsten uit het AKVS, later het Algemeen Katholiek Dietsch Studentenverbond Algemeen Katholiek Diets Studentenverbond
Het Algemeen Katholiek Dietsch Studentenverbond (AKDS, 1935-1937) was de organisatorische voortzetting van het intussen sterk gereduceerde AKVS en een erfgenaam van de Katholieke Vlaamse ... Lees meer
(AKDS) en weldra omgevormd tot Dietsch Jeugdverbond (DJV). Zij streefden de realisatie na van een Dietse volksstaat tot aan de taalgrens Taalgrens
Het begrip ‘taalgrens’ verwijst in het algemeen naar een grens die twee bevolkingsgroepen die een verschillende taal spreken van elkaar scheidt en in het bijzonder naar de grens tussen he... Lees meer
, waarin afstamming en taal de merkstenen zouden vormen van het behoren tot het Dietse volk, en waarin er voor de parlementaire democratie geen plaats was. Ook zij hingen een exclusief nationalisme aan waar sterk het onderscheid werd gemaakt tussen 'eigen volk' en 'volksvreemden', waartoe zowel 'de Walen' als de Joden moesten worden gerekend (zie Antisemitisme Antisemitisme
Lees meer
).


Staf de Clercq schaarde zich met zijn VNV voluit achter de Nieuwe Orde van de Duitse bezetter. (ADVN, VAFB160)
Staf de Clercq schaarde zich met zijn VNV voluit achter de Nieuwe Orde van de Duitse bezetter. (ADVN, VAFB160)

Tijdens de bezetting eiste De Clercq voor het VNV de totale politieke macht op. De identificatie tussen het VNV en het Vlaamse volk, waarvan de partij de voorhoede was, maakte van de VNV-leiders in deze logica meteen ook de leiders van het Vlaamse volk, die dat volk de Nieuwe Orde gingen opleggen. Zeer duidelijk kwam nu het op afstamming en ras gebaseerde criterium van wie wel en wie niet tot het Vlaamse volk behoorde, op de voorgrond. Niet-Germanen en Joden behoorden er niet toe, en dienden te worden vervolgd en gedeporteerd. Toen de greep naar de macht dreigde te mislukken kreeg de leiding zowel kritiek vanuit een Vlaams-nationalistische overweging – omdat ze haar nationalistische project onder Duitse druk moest matigen –als vanuit een rechts-radicale hoek – omdat ze de Nieuwe Orde niet genoeg wilde invullen in nationaalsocialistische zin – zoals de door de SS gesteunde Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap
De Duitsch-Vlaamsche Arbeidersgemeenschap (DeVlag) (1935-1945) was vóór de Tweede Wereldoorlog een organisatie van Vlaamse en Duitse studenten. Tijdens de oorlog ontpopte de DeVlag zich ... Lees meer
(Devlag) dat wel deed. De militaire nederlaag van Duitsland maakte in België zoals elders een einde aan de Nieuwe Orde.

De na-oorlog: radicaal rechts in het defensief

Na de oorlog had de collaboratie van het Vlaams-nationalisme voor vele Vlamingen de Vlaamse beweging als geheel in diskrediet gebracht. De ineenstorting van de Nieuwe Orde leidde tot een bestraffing van de collaborateurs, die in het collectieve Vlaamse geheugen bekend staat als ‘de repressie Repressie
Lees meer
’. In katholieke kringen wekte de gretigheid waarmee de niet-katholieke kranten en partijen zich engageerden in de vervolging van de overwegend katholieke 'zwarten', de indruk dat er een bewust offensief tegen het Vlaams-katholieke idealisme was begonnen. Daar kwam bij dat tijdens de oorlog de katholieke zuil en de Kerk Kerk
De verhouding tussen Kerk en Vlaamse beweging vertoont historisch een tweevoudig beeld. Enerzijds waren de godsdienstige en de Vlaamsgezinde overtuiging innig verstrengeld en vormde de cl... Lees meer
een accommodatiepolitiek hadden gevoerd die door het linkse verzet nu als collaboratie werd gebrandmerkt. Dat versterkte de katholiek-Vlaamse solidariteit en vergemakkelijkte de herintegratie van de 'zwarte' flaminganten in de opnieuw tot leven komende Vlaamse beweging. Temeer omdat aansluitend bij deze episode door de Koningskwestie Koningskwestie
Constitutioneel, politiek en maatschappelijk vraagstuk rond de persoon en de houding van koning Leopold III tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lees meer
de Belgische samenleving in twee onverzoenlijke kampen verdeeld werd waarbij rechts – zowel in de traditionele betekenis van katholiek als van voorstander van een rechts maatschappijmodel – lijnrecht stond tegenover links, dat zowel vrijzinnigen als communisten en andere extreem-linksen Links-radicalisme
De verhouding tussen de radicale linkerzijde in Vlaanderen en de Vlaamse beweging werd nauwelijks bestudeerd. De marginaliteit van deze linkerzijde is hier natuurlijk niet vreemd aan, maa... Lees meer
omvatte.

Maar tegelijk leefde er in leidende Franstalige Belgische kringen kort na de oorlog ook enig wantrouwen en zelfs minachting tegenover de parlementaire democratie. Terwijl hun als ideaal een sterke Belgische staat voor ogen stond, gedragen door patriottisme en verering van heroïsche militarisme, met de koning als centrale figuur, zagen zij met lede ogen hoe direct na de bevrijding het communisme sterker werd en links de politiek begon te domineren.  Dus schaarden zij zich achter de persoon van Leopold III van Saksen-Coburg, Leopold III
Leopold III (1901-1983) werd aan de vooravond van en tijdens de Tweede Wereldoorlog het boegbeeld van een autoritaire stroming in de Belgische politiek. Zijn controversiële houding en mee... Lees meer
. Ze waren in meerderheid katholiek, afkerig van de verlichting, de Franse revolutie en het communisme en droomden van een aristocratische staatsstructuur geleid door een elite die de westerse beschaving in heel Europa zou veilig stellen. Sommigen van hen hadden tijdens de oorlog in het vaderlandslievende verzet gezeten en bleven verdedigers van een sterk België in een sterk Europa, dat in een Atlantisch bondgenootschap met de VS het communisme moest bestrijden. Ze zetten vanuit Brussel een netwerk op dat in Europa een aristocratische elite aan de macht moest brengen om zo de toekomst van het ‘Avondland’ en ook de christelijke waarden te  verdedigen. Dat rechts netwerk werd in 2008 door Klaartje Schrijvers in haar proefschrift in kaart gebracht.

Het rechts radicalisme van de Franstalige, Belgisch nationale, aristocratische en Europees gerichte rechtse elite functioneerde in een totaal andere ruimte dan het anti-Belgische Vlaams-nationalistische rechts-radicalisme, dat zich aanvankelijk – vanwege de voorbije collaboratie – wat gedeisd moest houden. Het begon zich opnieuw te roeren parallel met het op de voorgrond komen van het anticommunisme, en de polarisatie in de Belgische opinie tijdens de Koningskwestie. Omdat zij zich als vroege anticommunisten beschouwden, die nu eigenlijk aan de goede kant stonden, kregen voormalige overtuigde Nieuwe Orde-aanhangers de indruk dat zij moreel niet hoefden te ontwapenen. Integendeel, de 'door de repressie getroffenen' creëerden of versterkten het beeld van de 'Vlaamse underdog' die onrechtvaardig was behandeld door de Belgische ‘staat’ (niet: ‘vaderland’). Zo wisten ze enerzijds de sympathie te winnen van de doorsnee Vlaamsgezinde katholiek die niet gecollaboreerd had en anderzijds het wantrouwen te voeden tegenover België en zijn politieke elite bij jongere generaties .

De eerste Vlaams-nationalistische initiatieven waren ‘zelfhulpnetwerken' voor de 'zwarten'. die de 'slachtoffers van de repressie' materieel konden helpen Er werden gelegenheden gecreëerd waarop gelijkgezinden opnieuw konden samenkomen in lokale kringen en stamcafés, op herdenkingsmissen, bedevaarten en huldebijeenkomsten. Het Sint-Maartensfonds Sint-Maartensfonds
Het Sint-Maartensfonds (1953-2006) was een organisatie van Vlaamse oud-Oostfrontstrijders. Lees meer
was zo’n zelfhulpgroep die vanaf 1953 oud-oostfronters van alle strekkingen groepeerde en hun in het tijdschrift Berkenkruis Berkenkruis
Berkenkruis (1953-2006) was het orgaan van het Sint-Maartensfonds (SMF), een Antwerpse vereniging van oud-oostfronters. Lees meer
voorhield dat zij de 'echte helden' waren van het volk, mensen die zich als eersten hadden geëngageerd 'voor Europa en tegen het communisme'. Sommige jongeren droomden van een rechtse Europese beweging en zochten contact met geestgenoten in het buitenland. Zo was Karel Dillen Dillen, Karel
Karel Dillen (1925-2007) was, na een aanloop als radicaal Vlaams-nationalistisch spreker en publicist, de oprichter en eerste volksvertegenwoordiger van het Vlaams Blok. Hij zetelde in de... Lees meer
, toen lid van een Groot- Nederlands jongerengroepje, aanwezig op het in 1958 in het Zweedse Malmö gehouden stichtingscongres van de Mouvement Social Européen (MSE), die afdelingen telde in verscheidene Europese landen, onder meer vanaf 1953 in Nederland. Oud Waffen SS'er Paul van Tienen richtte er een Nationaal Europese Sociale Beweging op die naast een Nederlandse ook een Vlaamse sectie kreeg. Voor Vlaanderen werd oud Waffen-SS-er Alfons Rongé, die in Antwerpen een Vlaams-nationalistisch café uitbaatte de verantwoordelijke. De vereniging werd in 1955 door de Nederlandse autoriteiten verboden. Intussen had Rongé in 1953 het Komitee voor Heldenhulde en Stille Hulp opgericht waarmee hij bedevaarten organiseerde naar een Duitse soldatenbegraafplaats in Münstereifel Münstereifel
Münstereifel is een stad van 18.600 inwoners (2022) in de Duitse deelstaat Nordrhein-Westfalen. Tussen 1956 en 1972 was de stad een bedevaartsoord voor Vlaamse oostfronters. Lees meer
, waar ook enkele Vlamingen van de Waffen-SS en de Duitse Wehrmacht lagen begraven.

Belangrijk hierbij was natuurlijk een eigen pers. Het door Volksdietsers opgestelde satirische weekblad Rommelpot Rommelpot
Lees meer
en het ernstigere Het Spoor voor de Lage Landen Het Spoor voor de Lage Landen
Het Spoor voor de Lage Landen (1948-1949) was een Vlaams-nationalistisch weekblad dat een nieuwe ideologische fundering zocht voor het naoorlogse Vlaams-nationalisme. Lees meer
klaagden de repressie aan en propageerden een (rechtse) Vlaamse Concentratie. Het blad Wit en Zwart Wit en Zwart
Lees meer
(en zijn opvolger Opstanding Opstanding (1949-1959)
Opstanding was een onafhankelijk Vlaams-nationaal weekblad, uitgegeven door NV Luctor en Walter Bouchery. Het blad sympathiseerde met, maar stond ook kritisch tegenover de Vlaamse Concent... Lees meer
(1949-1959) – dat tijdelijk onder de naam De Volksbeweging verscheen – deden hetzelfde. Het cultureel maandblad Golfslag Golfslag
Golfslag was een cultureel maandblad (1946-1950), dat zich plaatste in de traditie van een sterk-geïdealiseerde, katholieke en strijdlustige flamingantische beweging. Lees meer
was net als het weekblad Branding Branding
Branding (29 maart 1947 - 3 mei 1947) was het solidaristisch weekblad van de Solidaristische Beweging (1947) dat opkwam voor diegenen die (onterecht) veroordeeld of vervolgd werden voor c... Lees meer
het initiatief van een jongere generatie katholieke Vlaams-nationalisten die buiten de collaboratie hadden gestaan. Het eerste blad pleitte voor een op Europa gericht federalisme, het tweede verdedigde een toekomstgericht christelijk solidarisme. Het Antwerpse weekblad ‘t Pallieterke 't Pallieterke
’t Pallieterke (1945-…) is een Vlaams-nationalistisch weekblad, dat aanvankelijk uiterst-rechts georiënteerd was en overwegend satirische bijdragen publiceerde, maar dat de afgelopen dece... Lees meer
,  ten slotte, nam het aanvankelijk wel op voor de gestrafte collaborateurs, maar verdedigde niet de collaboratie zelf. Het was het enige weekblad dat zich kon consolideren en dat een belangrijke rol speelde in de herleving van het Vlaams-nationalisme. Het evolueerde van een satirisch blad dat de 'repressie' van zwarten aanklaagde en opnieuw het anti-belgicisme propageerde, tot een wekelijks forum en verzamelpunt van extreem-rechts en het radicaal-anti-Belgische Vlaams-nationalisme op völkische grondslag.


<p>Op 7 januari 1954 verklaarde <em>’t Pallieterke</em> onder de hoofding 'Ons antisemitisme' dat Joden geen reden hadden om 'luider te janken' dan andere volkeren en beter zouden 'bedenken in hoevere zij zelf mede verantwoordelijk' waren voor Hitlers massamoord. (ADVN, VY900002)</p>

Op 7 januari 1954 verklaarde ’t Pallieterke onder de hoofding 'Ons antisemitisme' dat Joden geen reden hadden om 'luider te janken' dan andere volkeren en beter zouden 'bedenken in hoevere zij zelf mede verantwoordelijk' waren voor Hitlers massamoord. (ADVN, VY900002)

In de typologie van Armin Mohler verwierpen de Völkischen de moderniteit en streefden naar de 'renaissance' van een eenvormige nationale 'volksstaat' waarin volks-, ras-, stam- of taalgemeenschap centraal stond. De neo-Dinaso’s daarentegen plaatsten hun leider bij de Jungkonservativen die wel moderniteit met zijn secularisering en technisch-industriële ontwikkeling aanvaardden, maar die probeerden in te passen in een nieuwe politieke orde. Internationaal was die orde geïnspireerd op de als christelijk beschouwde middeleeuwse rijksgedachte, die een diversiteit van volkeren in een nieuwe structuur zou samenbrengen. Ook binnenlands moest die politieke structuur 'de Jakobijnse eenheidsstaat' zien te vermijden.

De kritiek van de neo-Dinaso's op de instabiele parlementaire democratie kon op het einde van de jaren 1940 gemakkelijk inpikken op de Koningskwestie en was aanleiding tot publicaties vanuit Leopoldistische hoek over een sterke staat, ontdaan van de 'particratie', en gebaseerd op een hiërarchische politieke en sociale orde, waarvan de dynastie de hoeksteen zou zijn. Ze sloot aan bij de maatschappijvisie van de Franstalige Belgisch nationalistische kringen van het aristocratisch-elitaire netwerk. Die ideeën vonden des te gemakkelijker ingang omdat intussen de achtergrond van Koude Oorlog het anticommunisme in brede kringen aanwakkerde. Toen Leopold III dan toch aftrad, versterkte dat precies in die kringen, die nog droomden van een 'autoritaire democratie', de hardnekkige wens om het bestaande politieke regime te vervangen door een ander dat zou gebaseerd zijn op rechts-radicale uitgangspunten. De dag dat Leopold abdiceerde, stichtte Louis Gueuning Gueuning, Louis
Louis Gueuning (1898-1971) was een leraar, leider binnen het Verdinaso en later oprichter van de Joris van Severen-Orde. Lees meer
een Comité d'action pour la Liberté et l'Ordre/ Actiecomité voor Vrijheid en Orde dat ook nieuwe tijdschriften Le Cri du Peuple, Hier Dinaso! (een nieuw blad onder een vooroorlogse titel), De Weg, De Uitweg (later Politiek Nu) uitgaf, waarin het parlementarisme werd verworpen en werd gepleit voor een sterke staat in een aristocratisch Benelux Benelux
Het begrip Benelux verwijst naar de intergouvernementele samenwerking tussen België, Nederland en Luxemburg na de Tweede Wereldoorlog. Het concept kon op verschillende tijdstippen op bijz... Lees meer
/Groot-Nederland.

De neo-Dinaso’s lanceerden vormingsbladen – zoals in 1948-1949 Het Gulden Vlies Het Gulden Vlies
Het driemaandelijks blad Het Gulden Vlies, met als ondertitel Tijdschrift voor Dietse levensstijl, was een Heel-Nederlands jongerentijdschrift dat vanaf de lente van 1948 tot november 194... Lees meer
– die zich richtten tot de herlevende Vlaams-nationalistische jeugdgroepen, in het bijzonder het Jeugdverbond der Lage Landen Jeugdverbond der Lage Landen
Het Jeugdverbond der Lage Landen (JVLL) was een Heel-Nederlandse, Vlaams-nationalistische jeugdvereniging, ontstaan in 1947 om enkele losse nationalistische jeugdkernen rond het tijdschri... Lees meer
(met Staf Vermeire Vermeire, Staf
Staf Vermeire (1926-1987) was een Diets jeugdleider, uitgever en tijdschriftenredacteur. Hij is vooral bekend als de verbondsleider van het ADJV, maar onder andere ook als zaakvoerder van... Lees meer
en Jan Olsen Olsen, Jan
Jan Olsen (1924-2012) was een Dietsgezinde jeugdleider en tijdschriftuitgever- en redacteur, voornamelijk bekend als de man achter het blad Het Pennoen. Vanaf de late jaren 1950 tot aan z... Lees meer
), dat na een crisis in 1949 werd omgevormd tot Algemeen Diets Jeugdverbond Algemeen Diets Jeugdverbond
Het Algemeen Diets Jeugdverbond (ADJV) was een Vlaams-nationalistische, Heel-Nederlandse jeugdvereniging die tussen 1949 en 1957 onder leiding van Staf Vermeire verschillende vendels en s... Lees meer
(ADJV) met een tweehonderdtal leden tussen 1951 en 1956 en ook af en toe een kern in Nederland. In 1957 veranderde het zijn naam in Blauwvoetjeugdverbond Blauwvoetjeugdverbond
Het Blauwvoetjeugdverbond (BJV) was een Vlaams-nationalistische, Heel-Nederlandse jeugdvereniging die tussen 1957 in 1961 de werking van het Algemeen Diets Jeugdverbond onder een andere n... Lees meer
(BJV) en hield in 1961 op te bestaan. Daarnaast was er ook nog een kleine rechts-radicale Groot-Nederlandse jeugdorganisatie, de Heel-Nederlandse Jongeren Beweging met onder meer Hendrik Waltmans Waltmans, Hendrik
De Nederlandse journalist, volkshogeschoolleider en politicus Henk Waltmans (1930-2013) was in diverse verbanden nauw betrokken bij de samenwerking tussen Nederland en Vlaanderen. Lees meer
in de leiding, die een Diets volksnationalisme op katholieke grondslag propageerde, zich kantte tegen zowel het nationaalsocialisme als de parlementaire democratie en droomde van een samenleving onder leiding van een 'geestelijke aristocratie'. In 1953 telde die formatie een paar honderd leden, waarvan de helft in Vlaanderen.

Al deze jeugdgroepen hielden zich principieel ver van partijpolitiek, iets wat aanvankelijk geen praktische consequenties had, omdat er nog geen Vlaams-nationalistische partij bestond. Daardoor stoorde het ook niet dat de ADJV/BJV leiding een Bourgondisch heel-nederlands Diets nationalisme propageerde, terwijl Dietsland voor vele leden toch enkel taalgenoten omvatte en een anti-Belgisch Vlaams-nationalisme het  belangrijkste kernstuk vormde. Al was de leiding er zich wel van bewust, voor vele leden bleef onzichtbaar dat er door hun jeugdbeweging een scheidingslijn liep tussen enerzijds een traditioneel katholieke ‘völkische’ Vlaams-nationalistische oriëntering, en anderzijds de neo-dinasolijn, die Heel-Nederlands en Germaans (dus niet taalnationalistisch) was, die koos voor de rijksgedachte als staatkundig beginsel.


Het Blauwvoetjeugdverbond op Verschaeve-bedevaart in Solbad-Hall, 1958. Helemaal rechts staan Hermi Erhart en Jaak De Meester. (Collectie Maurits Cailliau)
Het Blauwvoetjeugdverbond op Verschaeve-bedevaart in Solbad-Hall, 1958. Helemaal rechts staan Hermi Erhart en Jaak De Meester. (Collectie Maurits Cailliau)

Die Vlaams-nationalistische jeugdbewegingen hadden weliswaar maar een beperkt aantal leden, vooral gerekruteerd bij kinderen van collaborateurs, maar er ging toch een grote invloed van uit. Enerzijds werden ze een kweekschool voor een nieuwe generatie Vlaams-nationalisten en rechts-radicalen, anderzijds beïnvloedden hun publicaties en hun verbale propaganda ook niet-leden. Met name jeugdleiders uit de katholieke jeugdbewegingen – in het bijzonder in de Katholieke Studentenactie Katholieke StudentenActie
De Katholieke Studentenactie (KSA) was een (jeugd)beweging rond Katholieke Actie. Ze was gericht op scholieren en beschouwde zichzelf als een erfgenaam van de Katholieke Vlaamse Studenten... Lees meer
(KSA) –  waar de Vlaamsgezindheid steeds aanwezig was gebleven maakten op die manier kennis met de figuur van Van Severen, en leerden ook zijn aristocratisch solidarisme en Groot-Nederlandse droom kennen.

De belangrijkste figuur die Van Severen in België opnieuw onder de aandacht bracht was trouwens een Franstalige, de voormalige leider van de provinces romanes van het Verdinaso, Louis Gueuning. In 1947 werd hij de uitgever van het toen al twee jaar bestaande tijdschrift L'Actualité Politique. Daarin nam hij het op voor Leopold III en pleitte voor Benelux en Europese samenwerking. Met een aantal medestanders (waaronder ook de Vlamingen André Belmans Belmans, André
André Belmans (1915-2008) was notaris, afdelingsleider van Verdinaso-Brussel en betrokken bij diverse neo-Dinaso initiatieven. Lees meer
, Luc Delafortrie Delafortrie, Luc
Lees meer
en Herman Todts Todts, Herman
Herman Todts (1921-1993) trad in het publieke leven in solidaristische Diets-nationalistische kringen. Nadien ijverde hij voornamelijk voor amnestie, werd hij politicus voor de Christelij... Lees meer
) zou Gueuning zich tot aan zijn dood in 1971 wijden aan het verspreiden van het solidaristische ideeëngoed van Van Severen. Die neo-Dinaso’s gingen het verschil in ideologische opstelling tussen Van Severen en het fascisme of het nationaalsocialisme, zo breed mogelijk uitmeten, en moffelden daarbij het virulente antisemitisme Antisemitisme
Lees meer
van het vooroorlogse Verdinaso weg.

De stijl van het oude Verdinaso was ook inspirerend voor meer op de daad gerichte militanten rond Bob Maes Maes, Bob
Bob Maes (1924) was nationaal verantwoordelijke van de Vlaamse Militanten Orde (VMO) van de oprichting tot de ontbinding in 1971. Daarna was hij senator voor de Volksunie. Lees meer
die in 1950, als antwoord op het links straatgeweld tijdens de Koningskwestie en ter verdediging van Vlaams-nationalistische bijeenkomsten die nogal eens hadden af te rekenen met fysiek geweld van tegenstanders, een stoottroep vormden met als naam Vlaamse Militanten Orde Vlaamse Militanten Orde (1950-1971)
De Vlaamse Militanten Orde was een Vlaams-nationale militantenorganisatie die werd opgericht in 1950, aanvankelijk ter ondersteuning van de Vlaams-nationale partijpolitiek. Lees meer
(VMO). Deze extreem-rechtse, anti-Belgische en Vlaams-nationalistische militie wist in de jaren 1950 in de belangrijkste Vlaamse steden afdelingen op de been te brengen en kwam, behalve door haar colportage, in de kijker door haar aan de Nieuwe Orde herinnerende optochten (met muziekkapel) en door de gewelddadige incidenten die zij uitlokten. De ideologie van deze vooral op actie gerichte formatie was in de jaren 1950 en 1960 niet klaar afgelijnd, maar kan globaal als radicaal-rechts en Vlaams-nationalistisch worden bestempeld. Dat leidde na verloop van tijd tot een wat gespannen relatie met de leiding van de in 1954 nieuw opgerichte Volksunie Volksunie
Tussen 1954 en 2001 bepaalde de Volksunie (VU) als Vlaams-nationalistische partij mee de politieke evolutie in België, van unitaire staat tot federaal koninkrijk. Ze groeide uit tot de tw... Lees meer
(VU), waarvan de VMO zichzelf als een soort voorhoede presenteerde.

Een tweede adem in de jaren 1960

In de jaren 1960 zorgden twee aparte ontwikkelingen een versterking van het rechts-radicalisme in België: enerzijds zorgde het snelle dekolonisatieproces van Afrika met de onafhankelijkheid van Belgisch-Congo Belgisch-Congo
Van 1885 tot 1908 was Congo als ‘Onafhankelijke Congostaat’ (OCS) in de handen van de Belgische koning Leopold II, die als een soevereine vorst over het land heerste. Om te vermijden dat... Lees meer
in 1960 voor een tweede adem in het Franstalige rechtse milieu, anderzijds leidde de toenemende communautaire tegenstelling tussen Franstaligen en Vlamingen naar een nieuwe doorbraak van het Vlaams-nationalisme bij een jongere generatie. Voor sommige groepen bleef de rechtvaardiging van het verleden het belangrijkste, voor andere werd rechts-radicalisme het stramien voor een nieuwe toekomst.

De dekolonisatie van Afrika en het in de ogen van sommigen al te snel toelaten van onafhankelijkheid voor de Belgische kolonie in juni 1960 leidde tot het ontstaan van enkele vooral Franstalige rechts-radicale groepen, die zich afkeerden van het parlementarisme en pleitten voor een sterk gezag. Spilfiguur daarin was de oud-Dinaso Louis Gueuning die in 1960 de CADBA (Comité d' Action et de Défense des Belges en Afrique) oprichtte dat zich kantte tegen de dekolonisatie van Belgisch Congo en in 1961 de OSP/AOW (Organisation du Salut Publique/Organisatie voor Algemeen Welzijn). Dat wilde een regering 'van algemeen welzijn' los van de politieke partijen en onder leiding en gezag van de koning, om een  'nieuwe staat' van meer autoritaire signatuur tot stand te brengen. Bij de verkiezingen in maart 1961 riep het op tot stemonthouding. Aanleunend bij Gueuning nam André Wijckmans het initiatief om in Berchem een Dietse jeugdgroep om te vormen tot VRO ( Verbond Recht en Orde Verbond Recht en Orde
Het Verbond Recht en Orde (1960-1969) was een Heel-Nederlandse en neo-Dinasogroep onder leiding van Armand Wijckmans. Lees meer
). Het werd gepatroneerd door het Joris van Severenkomitee, dat door enkele Oud-Dinaso’s, onder wie Robert Liefooghe, in 1954 was gesticht. Toen ontstonden nog twee andere rechts-radicale formaties - De Cercle National/Nationale Kring (CNK) van Willy T. Styczynski van Belgisch patriottische signatuur en de Parti National (PN) van de katholieke royalist Gérard Hupin, die liet zich inspireren door Charles Maurras (zie Action Française Action Française
De Action française was een Franse monarchistisch-nationalistische beweging uit de eerste helft van de 20ste eeuw. Binnen de Vlaamse beweging was de ontvankelijkheid voor haar ideeëngoed ... Lees meer
).

Eind 1961 transformeerde CADBA zich op initiatief van voormalig collaborateur Jean Thiriart tot MAC (Mouvement d' Action Civique), die snel evolueerde van een Belgisch nationalistische naar een Pan-Europese opstelling en streefde naar een onafhankelijk Europa als derde supermacht, los van zowel Moscou als Washington. MAC steunde de OAS die Algerije bij Frankrijk wilde houden en hield contact met de Belgisch-Katangese ‘Amicales’ die zich verzetten tegen de onafhankelijkheid van Congo. In 1962 werd MAC de Belgische tak van het zich internationaal vertakkende Jeune Europe (JE), dat snel aan invloed won en uiteindelijk in negen andere landen afdelingen kreeg. In januari 1963 veranderde de naam van haar weekblad van Nation Belge in Jeune Europe. Hoewel Thiriart zich formeel distantieerde van fascisme en nazisme koos hij het Keltische kruis – een neofascistisch symbool - als embleem.

Intussen was er in 1961 ook een JE-afdeling in het Nederlandse taalgebied gevormd onder de naam Jong Europa, die zowel Nederlanders als Vlamingen groepeerde. Voorzitter was het Groningse oud-lid van de Nationaal-Socialistische Beweging Tijmon Balk. Redacteur van haar tijdschrift Jeugdbrief (1962) werd Luc Pauwels Pauwels, Luc
Luc Pauwels (1940) is een gewezen zakenman en historicus. Hij is de spilfiguur van Knooppunt Delta en de eerste hoofdredacteur van TeKoS. Pauwels is Heel-Nederlander, conservatief en aanh... Lees meer
, die als scholier in het Rodenbachjaar 1956 van KSA naar het ADJV was overgestapt. In 1963 groeide een rebellie tegen Thiriart waarbij op korte tijd 172 leden zelf ontslag namen of door Thiriart werden buitengezet. Ook Pauwels was een van hen, formeel wegens de sterk Germaanse oriëntering van het tijdschrift van de vereniging waarvan hij redacteur was. Pauwels richtte daarna samen met de JE-dissident Paul H. Leenaards en de voorzitter van de in 1950 opgerichte Mouvement Social Belge, de neo-rexist Jean Robert Debbaudt, de vereniging Europafront op, onder leiding van Balk. Hun gelijknamig tijdschrift ijverde voor de eenheid van de Nederlanden, voor de verdediging van het ‘blanke ras’ en een nieuwe Europese orde, en kantte zich tegen het belgicisme, het communisme, de politieke corruptie en de afhankelijkheid van de Verenigde Staten. Europafront nam de internationale contacten van JE over en organiseerde in augustus 1964 een internationaal jeugdkamp bij Aken waaraan ook de Bund Heimattreuer Jugend deelnam, maar viel in 1965 stil.

Toen het in 1964 tot een breuk kwam tussen het VRO van Wijckmans en Louis Gueuning, verliet Vik Eggermont het VRO en vormde met enkele medestanders de Werkgroep (later Werkgemeenschap) Delta Delta
Lees meer
, die onder zijn redacteurschap het gelijknamige Heel-Nederlands tijdschrift begon uit te geven. In de groep Delta vonden een aantal voormalige leden van het verdwenen Europafront elkaar terug, ook Pauwels die in 1965 begon met de Stichting Deltapers, nu Knooppunt Delta vzw, dat later TeKoS TeKoS
Teksten, Kommentaren en Studies (TeKoS) is een ‘nieuw-rechts’, non-conformistisch en conservatief tijdschrift, in 1979 opgericht door historicus Luc Pauwels. Lees meer
zou uitgeven.

Het rest-VRO met Wijckmans sloot zich aan bij de Beweging voor Verenigde Staten van Europa, maar werd in 1966 opnieuw zelfstandig en kende een nieuwe start met het toetreden van een groepje dissidente CVP-jongeren CVP-Jongeren
CVP-Jongeren was de jeugdafdeling van de Christelijke Volkspartij (CVP). De organisatie evolueerde geleidelijk van politieke leerschool naar autonome drukkingsgroep met een eigen programm... Lees meer
rond Joos Somers Somers, Joos
Joos Somers (1936-2012) zetelde als Volksunie-politicus in de Kamer en in de gemeenteraad van Sint-Katelijne-Waver en Mechelen. Hij ijverde voor amnestie. Lees meer
in Mechelen, die daar een Actiegroep voor Democratisch Solidarisme waren gestart. Contacten van VRO met de Aktiegroep Delta en Centre des Etudiants Nationaux (CEN) resulteerden in een gezamenlijke studiedag in de Abdij van Postel en de Verklaring van Postel, waarin ze zich kantten tegen het bestaande politieke regime, het communisme en het cryptocommunisme, en pleitten voor een nieuwe solidaristische sociale orde, een gefedereerd Europa, en solidariteit met de blanke volksgroepen in Zuid-Afrika en Rhodesië. Het VRO van Wijckmans zocht contact met Franstalige nationalistische studenten van Révolution Européenne en met de VMO en begon met de uitgave van Samen in de Nederlanden en het tijdschrift Vrij Dietsland.

In 1968 kwam de militantenafdeling van het VRO tot stand onder de naam SAF (eerst: Studenten en Arbeidersfront, later: Solidaristisch Aktiefront). Ze nam deel aan de mijnstaking in Limburg Limburg
Lees meer
in 1970, aan manifestaties voor het behoud van het Noordkasteel in Antwerpen en tegen de vestiging van het bedrijf Progil in de buurt van die stad. In 1969 werd in het VRO Wijckmans aan de kant geschoven en ging de vereniging de facto over in de Diets Solidaristische Beweging Diets Solidaristische Beweging
Lees meer
(DSB), die in 1970 door de in Wilrijk wonende Nederlandse oud-Dinaso, gewezen Waffen-SS-er en taalkundige Maarten van Nierop Van Nierop, Maarten
Maarten van Nierop (1912-1979) was een journalist, taalkundige en auteur. Hij was de oprichter en leider van achtereenvolgens de Diets Solidaristische Beweging en de Solidaristische Beweg... Lees meer
werd opgericht. In 1971 veranderde SAF zijn naam in Verbond van Solidaristische Militanten (VMS), dat in juni 1972 onder leiding van Van Nierop in de DSB de macht overnam en de DSB in autoritaire en paramilitaire richting dreef met als bewegingsblad Speerpunt.

Intussen waren vanaf het begin van de jaren 1960 opnieuw publicaties voor het bredere publiek verschenen rond de figuur Joris van Severen, zoals de boeken van F. van Berckel (1960), Arthur de Bruyne De Bruyne, Arthur
Arthur de Bruyne (1912-1992) was een Vlaams-nationalistisch geëngageerde kroniekschrijver en historicus van de Vlaamse beweging, die met zijn vele publicaties in belangrijke mate bijdroeg... Lees meer
(1961), Luc Delafortrie en Rachel Baes (1965). In deze historische werken ging het niet enkel over de persoon, maar ook over zijn daden en ideeën. Van Severens typisch kalligrafische handschrift, zijn nadruk op zelfvorming, en zijn beklemtoning van een aristocratische levensstijl bleef de leden van de Vlaams-nationalistische jeugdbewegingen fascineren, ook al was Van Severen al vanaf 1934 eigenlijk geen Vlaams-nationalist meer te noemen en trok hij nu ook de aandacht van jongeren uit katholieke jeugdbewegingen.

Het politieke Vlaams-nationalisme kreeg ook opnieuw wind in de zeilen. Door de pacificatie van de levensbeschouwelijke tegenstelling in het schoolpact van 1958, kwam er immers ruimte vrij op de politieke agenda om 'de taalkwestie' op te lossen, wat de regering via een aantal maatregelen in het begin van de jaren 1960 probeerde. Intussen groeide de electorale aanhang van de Volksunie (VU), een nieuwe Vlaams-nationalistische partij die zich van bij de aanvang als democratisch profileerde. Maar tegelijk beleed zij ook haar solidariteit met de 'door de repressie getroffenen', hield pleidooien voor amnestie Amnestie
Lees meer
, en vergoelijkte de collaboratie door te wijzen op de verantwoordelijkheid daarin van België, dat de Vlamingen hun rechten had geweigerd. De VU kreeg trouwens heel wat stemmen uit ' zwarte Zwarten
‘Zwarten’ is de term die tijdens en na de Tweede Wereldoorlog in de volksmond werd gebruikt om collaborateurs aan te duiden. Dat had vooral te maken met de zwarte kleur van hun uniformen.... Lees meer
' gezinnen en hielp zo onvermijdelijk de volks-nationale rechts-radicale traditie in het Vlaams-nationalisme continueren. Aanvankelijk verzetten de Vlaamse neo-Dinaso’s zich tegen alle partijpolitiek, en dus ook tegen de Vlaams-nationalistische, maar toen de VU toch een feit werd, werkten ze in of naast het Vlaams-nationalisme door het cultuurnationalisme te versterken en het herstel van de Bourgondische Nederlanden op de agenda te krijgen. 

Doordat het Vlaams-nationalisme vooral bij jongere generaties veld won, kregen oud-collaborateurs en oudere Vlaams-nationalisten nu grote hoop dat Belgiës uur eindelijk geslagen was, en de collaboratie postuum haar moreel gelijk zou halen. Zij voerden de anti-Belgische propaganda in allerlei Vlaams-nationale verenigingen en manifestaties op en brachten de oude rechtse ideologische concepten opnieuw naar voren als discussiethema's.

Een discussieforum dat oud-Dinaso's en völkische Vlaams-nationalisten bij elkaar bracht en op die manier het meest invloedrijke vehikel werd waarlangs de ideologische herbewapening van het rechts-radicale Vlaams-nationalisme werd gerealiseerd, was het in 1956 door Karel Dillen opgerichte tijdschrift Dietsland Europa Dietsland Europa
Het tijdschrift Dietsland Europa was het blad van de Jong Nederlandse Gemeenschap en later van Were Di. Het verdedigde radicaal Vlaamse, Groot-Nederlandse en extreemrechtse standpunten en... Lees meer
, dat vooral in de jaren 1960 belangrijk werd toen het uitgroeide tot het orgaan van het in 1964 opgerichte Were Di Were Di
Were Di vzw was een radicaal Vlaams-nationalistische actiegroep die vooral met haar tijdschrift Dietsland Europa het rechts-nationalistische gedachtengoed verspreidde in de jaren 1960 tot... Lees meer
.

Al vanaf halfweg de jaren 1950 waren er initiatieven om oud-leden van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) en andere collaborerende groepen samen te brengen, maar pas in 1964 kwam het tot een echte bundeling toen ‘Onze Vriendenkring’ van Jef van Dingenen Van Dingenen, Jef
Jef van Dingenen (1913-1995) was een kaderlid van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). Hij werd veroordeeld wegens collaboratie. Na de oorlog was hij actief in de Volksunie en Broederba... Lees meer
in Antwerpen en ‘Onze Familiefeesten’ van Arthur de Troyer De Troyer, Arthur
Arthur de Troyer (1899-1987) was de eerste voorzitter van de Vlaamsgezinde vereniging Broederband, die ontstond in 1964 en zich inzette voor veroordeelde collaborateurs. De Troyer manifes... Lees meer
in de Denderstreek fusioneerden tot Broederband Broederband
Broederband was een losse federatie van vriendenkringen van oud-collaborateurs, hoofdzakelijk oud-leden van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV), die in aanraking waren gekomen met de rep... Lees meer
, dat een losse federatie werd van autonome afdelingen in Antwerpen, Aalst, Gent, Oudenaarde, Leuven, Brussel en West-Vlaanderen. Het voornaamste bindmiddel werd vanaf 1965 het maandblad Broederband. De vereniging legde ook contacten met naar het buitenland gevluchte oud-collaborateurs in Argentinië, Spanje Spanje
De 19de-eeuwse Vlaamse beweging cultiveerde een overwegend negatief beeld van Spanje als vreemde overheerser tijdens de 16de eeuw. In de loop van de 20ste eeuw ontstond daarnaast een acti... Lees meer
en Ierland, en organiseerde tot 1973 een jaarlijkse bedevaart naar het graf van Cyriel Verschaeve in Solbad Hall (Oostenrijk).

In 1964 richtten Bert van Boghout Van Boghout, Bert
Bert van Boghout (1916-2003) was tijdens de Tweede Wereldoorlog betrokken bij de collaboratie. Na de oorlog werd hij de voorman van Were Di en hoofdredacteur van Dietsland-Europa. Ook was... Lees meer
en Karel Dillen de Vlaams-nationalistische vormings- en drukkingsgroep Were Di op waarvan Dietsland Europa – met een verruimde redactie waartoe onder meer Roeland Raes Raes, Roeland
Roeland Raes (1934) is een politicus en oud-senator van Vlaams-nationalistische strekking. Hij is jurist en zetelde als provincieraadslid voor Oost-Vlaanderen. Tegelijk fungeerde hij ook ... Lees meer
behoorde –- de spreekbuis werd. Ze streefde naar een vernietiging van de Belgische staat en de realisatie van een zelfstandig Vlaanderen op een organische en etnisch-nationale grondslag. Ze kantte zich tegen kapitalisme, communisme en technocratie en wilden een volksgemeenschap opbouwen gebaseerd op solidaire samenwerking van allen, die tegelijk vrij zou zijn van totalitarisme of marxisme, en autoritair omdat ze geleid zou worden door een dienende elite.

Were Di en Dietsland-Europa werden de belangrijkste ideologische waakhonden van het Vlaams-nationalisme. Ze waren sterk geïnspireerd door het vooroorlogse völkische Vlaams-nationalisme en dus ook voortdurend bezig met het op de voorgrond brengen van de oude rechts-radicale thema's. Het maandblad stelde de collaboratie – inclusief de militaire – voor als een 'strijd voor Vlaanderen' zodat amnestie voor de onterecht gestrafte collaborateurs nodig was. Het probeerde ook alle Vlaams-nationalisten op één lijn te brengen, wat inhield dat de voormalige leden van de Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap
De Duitsch-Vlaamsche Arbeidersgemeenschap (DeVlag) (1935-1945) was vóór de Tweede Wereldoorlog een organisatie van Vlaamse en Duitse studenten. Tijdens de oorlog ontpopte de DeVlag zich ... Lees meer
(DeVlag) en oud-SS-leden die in 1943 door het VNV waren veroordeeld omdat ze toen inlijving bij het Reich voorstonden, gerehabiliteerd werden als 'martelaars voor Vlaanderen'. Het kantte zich tegelijk sterk tegen wat het noemde de 'linkse infiltratie' in de VU, toen deze partij in de jaren 1960, onder impuls van Hugo Schiltz Schiltz, Hugo
Hugo Schiltz (1927-2006) was een advocaat en politicus voor de Volksunie. Hij zetelde in de Antwerpse gemeenteraad, de Kamer en maakte deel uit van een Vlaamse Regering. Hij zetelde in he... Lees meer
en Nelly Maes Maes, Nelly
Nelly Maes (1941) was een Belgische politica voor de Volksunie en na 2001 voor het links-liberale Spirit. Haar uitgesproken politiek activisme manifesteerde zich vooral op het vlak van vr... Lees meer
een meer links-liberaal, D'66-achtig profiel ontwikkelde, aansluitend bij de Vlaamse beweging in bredere zin, die sinds het begin van de jaren 1960 steeds meer de Vlaamse en sociale eisen was gaan verbinden.


Protest van Were Di tegen de Nederlandsonkundige eerste minister Edmond Leburton, 1973. Foto Studio Dann. (ADVN, VFA11491/9)
Protest van Were Di tegen de Nederlandsonkundige eerste minister Edmond Leburton, 1973. Foto Studio Dann. (ADVN, VFA11491/9)

De nasleep van ‘Leuven Vlaams’ in de jaren 1970

De 'kwestie Leuven' bracht de communautaire tegenstellingen in een stroomversnelling. Toen de Belgische bisschoppen in mei 1966 beslisten dat de Franstalige afdeling in Leuven  moesten blijven, leidde dat tot een protest in Vlaanderen, dat voor het eerst een openlijke en massale verwerping werd door de Vlaamse publieke opinie van het politiek klerikalisme van de bisschoppen. Dat kreeg daardoor de genadeslag. Maar de studentenrevolte in Leuven was voor vele student-activisten ook het begin van een antiautoritaire oriëntering, die zich in de tweede revolte om 'Leuven Vlaams' in januari 1968 verruimde tot een globale linkse maatschappijkritiek. Die ontwikkeling sloot aan bij de bredere contestatiebeweging van die jaren in Europa, maar bracht ook met zich mee dat er vanaf 1968 voor de Vlaamse studentenbeweging een einde kwam aan haar decennialange traditionele voorhoederol in de Vlaamse beweging. Vanaf 1968 maakte de universitaire studentenbeweging in Vlaanderen als geheel zich los van het Vlaams-nationalisme en koos voor universeel-linkse waarden.

Tussen 1969 en 1973 kreeg de KU Leuven zelfs door traditionele en rechtse middens het etiket 'rood' opgeplakt vanwege het aanhoudend links georiënteerd studentenprotest, en het succes in studentenkringen van marxisme, arbeidersstrijd en derde wereld-solidariteit. Die 'verlinksing' kwam er ook in traditioneel rechtse katholieke jeugdbewegingen en scholen. Tegelijk was er ook in de katholieke Kerk Kerk
De verhouding tussen Kerk en Vlaamse beweging vertoont historisch een tweevoudig beeld. Enerzijds waren de godsdienstige en de Vlaamsgezinde overtuiging innig verstrengeld en vormde de cl... Lees meer
een progressieve wending, met na de hoop op vernieuwing die het Tweede Vaticaans concilie (1962-1965) had gewekt, de ontgoocheling en het in 1968 massaal verwerpen door de katholieke publieke opinie van de pauselijke encyliek Humanae Vitae. Tegelijk begon er een vooral bij jongeren snel toenemende onverschilligheid tegenover de Kerk, en het in groten getale uittreden van priesters en religieuzen na het bevestigen van het verplichte priestercelibaat.

Hoewel de splitsing van de Leuvense universiteit en het electorale succes van de VU, het antibelgicisme in brede Vlaamse kringen ingang had doen vinden en de daaropvolgende splitsing van alle politieke partijen volgens taallijnen het federalisme Federalisme
Sinds het begin van de 20ste eeuw behoort federalisme tot het programma van eerst de Waalse en vervolgens ook de Vlaamse beweging. Vanaf 1970 is de transformatie van België van unitaire t... Lees meer
dichterbij had gebracht, zorgde de plotse ideologische ommezwaai naar links in studentenkringen voor een tegenoffensief in behoudende, traditioneel Vlaams-nationalistische en rechts-radicale kringen met Were Di op kop. Zo sprongen oudere Vlaams-nationalisten die ooit in het VNV of het Verdinaso hadden gemiliteerd bij om het door linksen afgeschafte Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond
Lees meer
in Gent als een rechtse studentenformatie opnieuw op te richten of probeerden jongere Vlaams-nationalisten in nieuwe verenigingen hun nationalisme te versmelten met nationalistisch fundamentalisme of integraal katholicisme.

Na de kwestie-Leuven bleef de politieke agenda in België in de jaren 1970 compleet beheerst door de communautaire tegenstelling, die door de eerste staatshervorming Staatshervorming
Tussen 1970 en vandaag werden zes staatshervormingen doorgevoerd die België omvormden van een unitaire in een federale staat met drie gewesten, het Vlaamse, het Waalse en het Brussels Hoo... Lees meer
van 1970 eerder was aangewakkerd dan afgezwakt. Ze raakte ook niet op de achtergrond toen zich vanaf 1973 het begin van een grote economische Economie
Dit artikel gaat over de relatie tussen economie en Vlaamse beweging. Daarmee beoogt deze tekst geen economische geschiedenis te schetsen van wat we vandaag Vlaanderen noemen. Integendee... Lees meer
crisis aftekende, maar versmolt er integendeel mee. De verschillende economische snelheid in Vlaanderen en Wallonië werd nu een belangrijk thema van het communautaire debat. Daarnaast zorgde de groeiende werkloosheid en de toename van allochtonen in bepaalde stadswijken voor sterker wordende onvrede bij bepaalde bevolkingsgroepen in Vlaanderen. Radicale Vlaams-nationalisten gingen daarop inspelen door ‘de allochtonen’ als zondebok verantwoordelijk te stellen voor de economische crisis en dat te verpakken in een nieuw-rechts integraal nationalisme.

In de Wetstraat zorgde intussen het in de maak zijnde Egmontpact Gemeenschapspact
Het Egmontpact of Egmontakkoord maakt samen met de Stuyvenbergakkoorden deel uit van het zogenaamde Gemeenschapspact, dat de definitieve pacificatie van de communautaire problemen tot doe... Lees meer
ervoor dat in de radicale Vlaams-nationalistische kringen het ongenoegen over de centrum-linkse oriëntering van de Volksunie zijn culminatiepunt bereikte. Die kringen hadden al in 1973 en 1974 – nog voor het Egmontpact – op initiatief van Were Di Vlaams-nationale landdagen gehouden en een Vlaams-Nationale Raad Vlaams-Nationale Raad
De Vlaams-Nationale Raad was een vereniging die in de jaren zeventig opkwam tegen de progressieve tendensen binnen de Volksunie. Lees meer
opgericht onder voorzitterschap van Karel Dillen. Aanvankelijk wilde  die nog druk uitoefenen op de VU, maar na de ondertekening van het pact in 1977 schreef ze de VU af, en begon te werken aan een alternatieve rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij. Ook de solidaristische groep Stichting Deltapers met Pauwels als spilfiguur was intussen al begonnen zijn positie daarvoor in te nemen en in 1977 gestart met maandelijkse conferenties in kasteel Steytelinck te Wilrijk, waar voor een publiek waarin nogal wat medestanders zaten van Lode Claes Claes, Lode
Lode Claes (1913-1997) was een Vlaams-nationalistisch politicus, publicist en zakenman die een Vlaamse elite wilde vormen om de Vlaamse demografische meerderheid de leiding te laten nemen... Lees meer
, thema's aan de orde kwamen uit de Nouvelle Droite-ideologie en ook Alain de Benoist het woord voerde.

De goedkeuring van het Egmontpact was het keerpunt. In september 1977 begon Lode Claes besprekingen met Karel Dillen en met Frans Wymeersch Wymeersch, Frans
Frans Wymeersch (1892-1960) was een Vlaams-nationalistisch politicus uit Sint-Niklaas. Hij was oorlogsschepen voor het VNV en de eerste voorzitter van de lokale Volksunie-afdeling. ... Lees meer
en Wim Verreycken Verreycken, Wim
Wim Verreycken (1943) zette zijn eerste stappen in de Vlaamse beweging bij het Vlaams Nationaal Jeugdverbond en de Vlaamse Militanten Orde. Via het Taal Aktie Komitee en de Vlaamse Repub... Lees meer
van de zogenaamde Vlaamse Republikeinse Beweging Vlaamse Republikeinse Beweging
De Vlaamse Republikeinse Beweging (1976-1982) ontstond uit het Taal Aktie Komitee, met het doel om het republikeinse gedachtegoed binnen de Vlaamse beweging te verspreiden. Haar spreekbui... Lees meer
(VRB). Een aanvankelijk akkoord mislukte, zodat in oktober en november 1977 twee partijen werden opgericht: de Vlaams-Nationale Partij Vlaams Nationale Partij (1977-1979)
Lees meer
(VNP) van Dillen, die een exclusief volks-nationalistische en separatistische anti-Belgische lijn volgde, en de Vlaamse Volkspartij Vlaamse Volkspartij (1977-1979)
Lees meer
(VVP) van Claes, met Luc Pauwels als partijsecretaris, die meer een brede conservatieve partij wilde zijn, en een nieuw-rechtse maatschappelijke blauwdruk ontwikkelde.

Vlak voor de verkiezingen in december 1978 wisten Pauwels en Raes beide partijen te doen instemmen met een in tijd beperkt kartel onder de naam Vlaams Blok. Toen enkel Dillen van de VNP werd verkozen, verbrak Claes in januari het kartel, en schoof op het laatste congres van de VVP de voorstanders van samenwerking met de VNP aan de kant, wat resulteerde in het overlopen van onder meer Roeland Raes Raes, Roeland
Roeland Raes (1934) is een politicus en oud-senator van Vlaams-nationalistische strekking. Hij is jurist en zetelde als provincieraadslid voor Oost-Vlaanderen. Tegelijk fungeerde hij ook ... Lees meer
, Edwin Truyens Truyens, Edwin
Edwin Truyens (1954) is een advocaat en nationalist van de ethisch-conservatieve strekking. Hij stichtte de Nationalistische Studentenvereniging en vervulde belangrijke kaderfuncties in h... Lees meer
en Francis van den Eynde Van den Eynde, Francis
Francis van den Eynde (1946-2021) deed zijn intrede in de Vlaamse beweging via de Volksunie en Were Di. In 1976 was hij medestichter van Voorpost en in 1980 werd hij voorzitter van deze o... Lees meer
naar de partij van Dillen. Daarmee verdween de VVP van het politieke toneel, en werd vooral het tijdschrift van Luc Pauwels TeKoS het kanaal waarlangs het nieuw-rechtse gedachtengoed in Vlaanderen werd verspreid. Voor sommige extreemrechtse groepen met een uitdrukkelijke oriëntering op het verleden leek dit het goede moment om niet alleen hun verleden wit te wassen, maar ook om nu openlijk een Nieuwe Orde-ideologie te gaan propageren. Dat was onder meer het geval met het Sint-Maartensfonds Sint-Maartensfonds
Het Sint-Maartensfonds (1953-2006) was een organisatie van Vlaamse oud-Oostfrontstrijders. Lees meer
dat voormalige leden van de Wehrmacht en de Waffen SS groepeerde, en waarin nu twee strekkingen tegenover elkaar stonden. De ene met Jef Desseyn en Jan Vincx wilde de vereniging openstellen voor allen die met de wapens gevochten hadden voor een ‘nieuw Vlaanderen bevrijd van het communisme’, zonder daarbij een ideologie te afficheren, de andere met Frans Vierendeels, Bert Hendrickx en Jef François François, Jef
Jef François (1901-1996) was als leider van de Dinaso Militanten Orde een kopstuk van het Verdinaso. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij commandant van de Dietsche Militie – Zwarte Br... Lees meer
, wilde enkel échte nationaalsocialisten toelaten, het nazisme rehabiliteren en het propageren als een bruikbare blauwdruk voor de toekomst. Ze verwierpen niet enkel België en het parlementarisme, maar kantten zich ook tegen de vreemdelingen in Vlaanderen, en wilden ‘het joodse wereldcomplot ontmaskeren dat de ‘Holocaust mythe exploiteerde’. De discussie mondde in 1980 uit in een tijdelijke afsplitsing van de uitgesproken nationaalsocialistische oostfronters Oostfronters
Het begrip oostfronters duidt in de context van de geschiedenis van de Vlaamse beweging op Vlamingen die als vrijwilliger aan de zijde van Duitsland vochten tegen het Sovjetrussische Rod... Lees meer
die de vereniging Hertog Jan van Brabant Hertog Jan van Brabant
Hertog Jan van Brabant (1980-2006) was een Brabantse vereniging van Vlaamse oud-oostfrontstrijders die zich in 1980 van het Sint-Maartensfonds afscheurde. Lees meer
vormden.


Bij de vlaggenoptocht tijdens de 49ste IJzerbedevaart werden vlaggen van onder meer het Sint-Maartensfonds Brussel, Antwerpen en Gent meegedragen, 4 juli 1976. Foto Studio Dann. (ADVN, VFB31)
Bij de vlaggenoptocht tijdens de 49ste IJzerbedevaart werden vlaggen van onder meer het Sint-Maartensfonds Brussel, Antwerpen en Gent meegedragen, 4 juli 1976. Foto Studio Dann. (ADVN, VFB31)

Voor de Volksunie bracht de afscheuring van de rechts-radicale vleugel na het Egmontpact een belangrijke wijziging mee. Aan de ene kant verloor de partij haar meest militante voorhoede en zou ze bijgevolg ook een electorale verschrompeling tegemoet gaan, temeer omdat ook een aantal VU-kopstukken overliep naar een andere partij. Maar tegelijk bleven nu enkel nog de democratische Vlaams-nationalisten de partij steunen, waardoor haar opstelling in de Belgische politiek meer zou verschuiven naar het centrum. Daarmee kwam er een einde aan een ideologische dubbelzinnigheid die de VU sinds haar ontstaan had gekenmerkt. Vanaf toen kon de VU niet meer gerekend worden tot een partij van rechts-radicale signatuur. Het rechts-radicalisme ontwikkelde zich nu verder buiten de Volksunie om.

Nouvelle Droite

Vanaf 1968 kwam eerst in Frankrijk de Nouvelle Droite beweging van de grond, die het rechts radicalisme heroriënteerde. In plaats van een nostalgische blik gericht te houden op het verleden, wilde de Franse Féderation des Etudiants Nationalistes vanuit een radicaal-rechtse kritiek op de bestaande maatschappij een nieuw cultureel paradigma voor de toekomst vorm geven. Ze riep op om de Europese identiteit en cultuur te verdedigen tegen de bedreiging ervan door culturele invloeden van elders, in het bijzonder vanuit de immigratie Immigratie
Vanaf de jaren 1960 werd Vlaanderen een immigratieregio, maar al veel vroeger kenden sommige Vlaamse steden en regio’s een instroom van immigranten van buiten Vlaanderen. Deze bijdrage s... Lees meer
en pleitte voor een Euro-nationalisme dat antiburgerlijk, antikapitalistisch en anticommunistisch zou zijn.

Die denkbeelden werden systematisch ontwikkeld door de Franse stichting GRECE (uitgesproken: Grèce, Groupement de Recherche et d'Etudes pour la Civilisation Européenne), die formeel in januari 1968 in Marseille werd opgericht door enkele Europees gezinde jonge Franse intellectuelen rond Alain de Benoist en Dominique Venner. Ze konden een maand later het eerste nummer van hun tijdschrift Nouvelle École laten verschijnen, en wilden via een informeel netwerk van basisgroepen, het uitgeven van boeken en tijdschriften, en het houden van colloquia en conferenties de dominerende hegemonie van de linkse cultuur ondermijnen, en mettertijd laten overnemen door een radicaal-rechtse maatschappijvisie en waardenpatroon. Die strategie was geïnspireerd door de oprichter van de Italiaanse Communistische Partij Antonio Gramsci, die als eerste marxistische denker het onderbouw/bovenbouw-schema van Marx doorbrak door te stellen dat voor een succesvolle overname van de politieke macht eerst op metapolitiekniveau een verovering nodig was van de culturele hegemonie. Pas daarna zou een fundamentele politieke regimewijziging kunnen gebeuren.

De Nouvelle Droite beweging wilde vooral drie axioma's van de dominante hegemone linkse cultuur in vraag stellen: de universeel aanvaarde rechten van de mens, het principe van de sociale gelijkheid, en het taboe dat sinds 1945 rustte op fascisme en rechtse revolutie. Ze bood haar militanten een coherente doctrine aan met als kernstuk dat de mensen en culturen in essentie ongelijk waren en dat de wereld inherent hiërarchisch is en dus geleid moet worden door een elite. De beweging kon in de jaren 1970 in Frankrijk een zekere respectabiliteit verwerven en oefende veel invloed uit op rechts-radicale groepen en stromingen elders in Europa.

Ook in Vlaanderen vond dat gedachtengoed een vruchtbare voedingsbodem. Het eerst bij oud-Dinasos en bewonderaars van Joris van Severen, in het bijzonder bij enkele jonge intellectuelen van de groep Delta, met Luc Pauwels, Roeland Raes, en Paul Leenaards als kernfiguren. Tegen de groei van de linkse opvattingen in de Volksunie begonnen ze met de uitgave van het tijdschrift De Anderen De Anderen
Het tijdschrift De Anderen en het Aktiecentrum Delta vormden eind jaren 1960 een extreemrechtse reactie op de te links geachte koers van de Volksunie. Lees meer
, waaraan Alain de Benoist als correspondent voor Frankrijk meewerkte. Het blad nam het op voor traditionele thema's zoals federalisme, versterking van de culturele eenheid van de Nederlanden, een Europa op basis van etnisch-politieke indeling en anticommunisme. Het legde ook nieuwe accenten. Zo pleitte het voor het handhaven van de biologische en culturele integriteit van blank Europa – dat onafhankelijk moest zijn van zowel de USA als de USSR – en voor solidariteit met het blanke ras in andere werelddelen. Het besteedde veel aandacht aan het zoeken naar 'wetenschappelijke' bewijzen voor de ongelijkheid van de mensen en werkte aan een blauwdruk voor een sociale orde waarin de positie van het individu bepaald zou worden door zijn dienstbaarheid aan de gemeenschap. Het blad probeerde in 1966 en 1968 tevergeefs op de kar te springen van de Leuvense studentenrevoltes, maar moest zijn publicatie in 1969 staken, al bleef de Delta-groep de Nouvelle Droite ideeën propageren in Vlaanderen. Daarvoor zorgden ook de bijdragen van Raes in Dietsland Europa, waarvan hij redactielid was en zijn optreden als ondervoorzitter en daarna voorzitter van Were Di.

De Nouvelle Droite-ideeën liepen ook erg parallel met de doctrine die andere neo-Dinaso’s of politieke groepen van gelijkaardige inspiratie propageerden. In 1973 slaagde de Dietse Solidaristische Beweging (DSB) erin aanhang te krijgen in Gentse KVHV-kringen met de oprichting van een Verbond van Solidaristische Studenten. Vanuit een andere hoek werd in hetzelfde jaar in Gent een Solidaristisch Verbond opgericht (Dries Deschuyter), dat na enige onderhandelingen in 1974 versmolt met de DSB in één Solidaristische Beweging Solidaristische Beweging (1974-1980)
De Solidaristische Beweging (1974-1980) was een solidaristische en Heel-Nederlandse neo-Dinasogroep. Lees meer
(SB), met onder meer als afdeling een Solidaristische Militantenorde (SMO). De SB-strategie was erop gericht te komen tot samenwerking met de groep Delta, met het in 1967 ontstane Vlaams Aktiekomitee voor Oost-Europa Vlaams Aktiekomitee voor Oost-Europa
Het Vlaams Aktiekomitee voor Oost-Europa (VAKOE) was een actiecomité voor de rechten van de mens in de Sovjet-Unie (1967-1991). Lees meer
(VAKOE, Vik van Brantegem Van Brantegem, Vik
Vik van Brantegem (1946) was in 1967 één van de oprichters van het Vlaams Aktiekomitee van Oost-Europa (VAKOE), waarmee hij zich opwierp voor de bevrijding van Sovjet-dissidenten. Hij wa... Lees meer
) en de Beweging voor de Verenigde Staten van Europa Beweging voor de Verenigde Staten van Europa
De beweging van de Verenigde Staten van Europa (BVSE) ontstond als een Vlaamse afdeling van de Mouvement pour les Etats-Unis d’Europe (MEUE). De BVSE wou een democratische vereniging van ... Lees meer
( Walter Kunnen Kunnen, Walter
Walter Kunnen (1921-2011) had een Vlaams-nationale achtergrond, maar evolueerde naar een Europees federalistische overtuiging. In 1961 richt hij de de Beweging voor de Verenigde Staten va... Lees meer
). De SB had halfweg de jaren 1970 afdelingen in verscheidene Vlaamse steden en contacten met de Union Solidariste Belge, Union des Jeunes pour le solidarisme, en de Franse solidaristische beweging.

Het was tegen deze achtergrond dat in de jaren 1970 ook aan de Vlaamse universiteiten de ideeën van de Nouvelle Droite aansloegen bij een radicale studentenminderheid die tegen de dominerende linkse trend in, de anti-Belgische Vlaams-nationalistische traditie nieuw leven inblies. Dat gebeurde aanvankelijk nog binnen de oude studentenvereniging KVHV (Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond). Maar in 1976 scheurde in Antwerpen de in Were Di-richting georiënteerde Edwin Truyens zich daarvan af en stichtte de Nationalistische Studentenvereniging Nationalistische Studenten Vereniging
De Nationalistische Studentenvereniging is een uiterst-rechtse Vlaams-nationale studentenvereniging, opgericht in 1976, met afdelingen in Leuven, Gent, Antwerpen, Brussel, Hasselt, Mechel... Lees meer
(NSV), waarin hij radicale Vlaams-nationalistische doelstellingen versmolt met nieuw-rechtse ideologische thema's. Het NSV slaagde erin afdelingen te stichten aan andere Vlaamse universitaire centra, zich te consolideren en in 1981 een eigen scholierenvereniging op te richten, het Nationalistisch Jongstudentenverbond of NJSV. Het werd een verzamelpunt voor de jonge nieuw-rechtse intelligentsia en een vormingscentrum voor een nieuwe generatie rechts-radicale Vlaams-nationalisten.


Anti-migratiebetoging in Gent door de Nationalistische Studentenvereniging (NSV), februari 1986. Foto Lieve Colruyt. (Amsab-ISG, fo026546)
Anti-migratiebetoging in Gent door de Nationalistische Studentenvereniging (NSV), februari 1986. Foto Lieve Colruyt. (Amsab-ISG, fo026546)

Het lag voor de hand dat de Nouvelle Droite ook veel weerklank zou vinden bij de Vlaams-nationalistische jeugdbewegingen, waarvan het begin jaren 1960 in Antwerpen door Jaak van Haerenborgh Van Haerenborgh, Jaak
Jaak van Haerenborgh (1919-2004) was stichter-verbondsleider van het Vlaams Nationaal Jeugdverbond. Hij behaalde in 1943 het diploma van architect aan de Koninklijke Academie voor Schone ... Lees meer
opgerichte Vlaams Nationaal Jeugdverbond Vlaams Nationaal Jeugdverbond
Het Vlaams Nationaal Jeugdverbond is een Vlaams-nationalistische jeugdbeweging, die in 1960 werd opgericht door Jaak van Haerenborgh. Ze werd al snel de leidende en na verloop van tijd de... Lees meer
(VNJ) de belangrijkste was. Het was gemodelleerd naar de vooroorlogse Vlaams-nationalistische jeugdbeweging Jeugdbeweging
Lees meer
en slaagde er geleidelijk in om de andere Vlaams-nationalistische jeugdgroepen te verdringen. De vereniging leunde ideologisch aan bij de Volksunie. Vanaf 1969 ontstonden spanningen tussen de Verbondsleiding en de gouwleiding van Antwerpen die een meer radicale Germaanse koers wilde varen, wat in 1971 leidde tot een scheuring. VNJ Gouw Antwerpen vormde zich om tot AVNJ ( Algemeen Vlaams Nationaal Jeugdverbond Algemeen Vlaams Nationaal Jeugdverbond
Het Algemeen Vlaams Nationaal Jeugdverbond (1971-1986) was een radicale Vlaams-nationalistische jeugdbeweging met Germaanse inslag. Lees meer
) en koos voor een bij het nationaalsocialisme aanleunend Vlaams-nationalisme met de nadruk op biologische raskenmerken van het Vlaamse volk. Dit AVNJ, dat tot 1986 bleef bestaan, kantte zich tegen ‘rasvernietiging’ en materialisme en had goede contacten met het VMO, de oud-Oostfronterskring Hertog Jan van Brabant, het Scoutsverbond Delta, de Solidaristische Beweging, het Franse Féderaton d’action nationale et européenne en de Duitse Wiking-Jugend.

De Nouvelle Droite ideologie werd natuurlijk ook in Franstalig België verspreid, vooral via het in 1969 gestarte maandblad Nouvel Europe Magazine (NEM).La voix de la majorité silencieuse (1969-1982). Het blad kreeg in 1971 als hoofdredacteur Emile Lecerf, voormalig medewerker aan Jeune Europe, en oprichter in 1964 van de beweging Révolution Européenne. Het blad NEM werd de draaischijf voor het Belgisch conservatieve oud-rechts en de Nouvelle Droite aanhangers. Het was gelieerd aan de rechtervleugel van de Parti Social Chrétien CEPIC (Centre politique des indépendecnts et cadres chrétiennes), gaf steun aan Belgische politieke figuren van rechtse signatuur en sympathiseerde met alle rechtse regimes van de jaren 1970 (Zuid-Afrika, Rhodesië, Franco-Spanje, Salazar-Portugal, Pinochet-Chili, …). Rond het blad werden in heel België zogenaamde NEM-clubs gevormd die moesten zijn: ‘un réseau d’action et de propagande politique’ dat de defensiepolitiek van Paul vanden Boeynants Vanden Boeynants, Paul
De rechts-conservatieve christendemocraat Paul vanden Boeynants (1919-2001) werd twee keer premier, in 1966-1968 en in 1978-1979. Tegelijk drukte hij zijn stempel op het bestuur van de st... Lees meer
verdedigde. Ze bestonden ook in Antwerpen en Gent, en groeiden uit tot een indrukwekkend netwerk met vertakkingen aan de Franstalige universiteiten en telde in 1973 zo een 800 leden.

De NEM club sloegen ook aan bij legerofficieren en kregen medewerking van de Jeunesse Belge/Belgische Jeugd (JBJ) dat in 1968 was opgericht met steun van conservatieve en rechtse personaliteiten zoals Vanden Boeynants en Jo Gérard. Ook de voormalige militant van Jeune Europe, Jean-Francois Thiriart, sloot er zich bij aan. De toonaangevende figuren ervan vonden elkaar vanaf 1969 ook in de Brusselse Cercle des nations, waar figuren als Gérard, Thiriart, Lecerf, Benoit de Bonvoisin en Vanden Boeynants circuleerden. Het wilde een rechtse Belgische eenheidspartij tot stand brengen, maar slaagde daar niet in, onder meer omdat de communautaire tegenstellingen te sterk waren. Alle politieke partijen vielen in de loop van dat decennium uiteen naar taalgemeenschap.

In 1974 vormden de universitaire afdelingen een nieuwe vereniging het Front de la Jeunesse (FJ), dat probeerde vaste voet te krijgen in de middelbare scholen. Samen met de NEM-clubs lanceerde het Front in 1975 de politieke beweging Forces Nouvelles/Nieuwe Krachten. Vanaf 1976 was FJ de belangrijkste nieuw-rechtse organisatie die snel evolueerde en zich omvormde tot een gewapende militie die aanslagen pleegde tegen militanten van linkse organisaties en tegen gastarbeiders, wat in 1980 culmineerde in het doodschieten van een Marokkaan in een Brussels café.

Naast meer ideologisch gerichte  intellectuelen waren er natuurlijk ook vooral op actie gerichte militanten. De meest uitgesproken Vlaams-nationalistische uiting daarvan was in de jaren 1970 de VMO Vlaamse Militanten Orde (1971-1983)
Lees meer
. Ze was in 1971 na een veroordeling als privémilitie door leider Bob Maes ontbonden, maar onmiddellijk daarna door Bert Eriksson Eriksson, Bert
Bert Eriksson (1931-2005) was beroepsmilitair, uitbater van het Antwerpse café Odal en leider van de Vlaams Militanten Orde (VMO). Lees meer
heropgericht met een meer rechts-radicale oriëntering. In het VMO-tijdschrift Alarm Alarm (1972-1999)
Alarm (1972-1999) was het strijdorgaan van de Vlaamse Militanten Orde (VMO), dat – in de lijn van deze groepering – radicaal-rechtse, Vlaams-nationalistische en anticommunistische standpu... Lees meer
(1972) werd de vernietiging van België bepleit, het Europa der volkeren gepropageerd, het geloof in de principiële ongelijkheid tussen de mensen beleden, vijandigheid geëtaleerd tegen elke vorm van parlementaire democratie en politieke partijen, de strijd aangebonden tegen de linkse infiltratie in de Vlaamse beweging, zoals tegen alle marxisten en communisten die de arbeiders willen vervreemden van zichzelf, en gepleit voor een politiek regime waar ‘de besten de leiding zouden hebben’ en het referendum de enige vorm zou zijn van politieke medezeggenschap. Door de jaren 1970 heen kan gesproken worden van een geleidelijke overstap door het VMO van ‘vooral Vlaams-nationalistisch’ naar ‘uiterst-rechts’, zoals ze – als enige trouwens – ook zichzelf noemde.

De meest spectaculaire actie van het VMO in deze periode was in 1974 het opgraven van het stoffelijk overschot van Cyriel Verschaeve in Solbad Hall en de overbrenging ervan naar Alveringem (Operatie Brevier), en in 1978 de herbegraving van de voormalige leider van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV), Staf de Clercq (Operatie Delta). VMO'ers waren betrokken in incidenten met allochtonen in cafés, met linkse tegenbetogers, en met Franstaligen in de Voerstreek waar ze demonstratieve wandelingen organiseerden. Na wrijvingen binnen Were Di tussen ‘op actie gerichte militanten' en ‘ideologische 'intellectuelen' kwam er in 1976 naast de VMO een ander Vlaams-nationalistische actiegroep tot stand, Voorpost Voorpost
Voorpost is een Vlaams-Nederlandse uiterst-rechtse actiegroep, opgericht in 1976 door Luc Vermeulen. Met straatacties in Vlaanderen en Nederland strijdt Voorpost vooral tegen België en m... Lees meer
. Ze werd geleid door Luc Vermeulen Vermeulen, Luc
Luc Vermeulen (1943) is Vlaams-nationalistische activist en politicus. Hij was 37 jaar lang actieleider bij de extreemrechtse organisatie Voorpost en stond aan het hoofd van de ordedienst... Lees meer
en kreeg als eigen blad Revolte Revolte
Revolte was het magazine van Voorpost dat verscheen vanaf oktober 1977. Lees meer
met Raes als hoofdredacteur. Spanningen binnen VMO leidden in 1978 tot het vertrek van Xavier Buisseret Buisseret, Xavier
Xavier Buisseret (1941-2020) was een politicus en militant met een lange staat van dienst in de radicale vleugel van het Vlaams-nationalisme. Lees meer
, die toen samen met Raes en anderen Haro Haro bulletijn
Haro was een rechts en nationalistisch tijdschrift, in 1977 opgericht door Xavier Buisseret en onder hoofdredactie van Siegfried Verbeke. Het propageerde de conservatieve revolutie. ... Lees meer
begon uit te geven, een maandblad ‘voor de conservatieve revolutie’, waarin heel wat artikels in vertaling werden overgenomen uit Nouvelle Ecole. Al bleek er inhoudelijk ideologisch niet zoveel verschil te bestaan tussen Haro uit de beginperiode en het VMO-blad Alarm van diezelfde tijd


Groepen zoals Voorpost en het VMO betoonden zich solidair met het apartheidsregime in Zuid-Afrika. Verzet tegen dit systeem van rassensegregatie zou volgens deze groepen in de kaart spelen van het communisme. (ADVN, VAFA437)
Groepen zoals Voorpost en het VMO betoonden zich solidair met het apartheidsregime in Zuid-Afrika. Verzet tegen dit systeem van rassensegregatie zou volgens deze groepen in de kaart spelen van het communisme. (ADVN, VAFA437)

In 1982 werd de VMO, na weer eens een veroordeling als privémilitie, nogmaals opgeheven, maar vier jaar later door Eriksson en Werner van Steen heropgericht, en organiseerde als eerste actie in november 1986 een herdenkingsplechtigheid aan de Duitse militaire begraafplaats in Lommel. In april 1987 volgde hield het in Aartselaar een ‘congres van Europese nationalisten’ waar leden van extreemrechtse partijen uit Frankrijk, Groot-Brittannië en Duitsland aanwezig waren. In juli 1987 nam Van Steen alleen de leiding in handen en koos voor een puur nationaalsocialistische opstelling, gericht tegen migranten, mensen van kleur en ‘communisten’. Het Vlaams-nationalisme verdween nu volledig uit deze laatste VMO, zodat ook Franstaligen zich konden aansluiten en er een samenwerking kon komen met de Brusselse Franstalige groep L'Assaut. Op de 11 juliviering dat jaar in Brussel bestormde de VMO het podium op de Grote Markt uit protest tegen het optreden van de gekleurde Surinaamse zangeres Alida Neslo, beschimpingen tegen haar wisselden af met de kreet ‘White Power’ en de Hitlergroet. Van Steen zorgde voor een politieke zuivering in de VMO en organiseerde in 1987, 1988 en 1989 nog enkele Europese congressen van nationaalsocialisten. In de jaren 1990 verdween de formatie van het politieke toneel.

De doorbraak van nieuw rechts in de twee decennia voor 2000

Vanaf de jaren 1980 werd duidelijk dat het rechts-radicalisme in België niet langer een nostalgische beweging was, vooral bezig met een rechtvaardiging van het oorlogsverleden, maar dat het zich resoluut inzette voor de realisatie van een nieuw-rechtse samenleving in de toekomst.

Dat manifesteerde zich in de volgende decennia in drie ontwikkelingen. Ten eerste waren er pogingen tot destabilisering van de bestaande sociale orde door terrorisme en wellicht ook door samenzwering tegen de staat. Het ging om de infiltraties van Westland New Post, een anticommunistische Belgische semimilitaire organisatie opgericht door Paul Latinus en leden van de Front de la Jeunesse, daarna in 1984-1985 om de aanslagen van de Cellules Communistes Combattantes (CCC ), een Belgische communistische terreurorganisatie, het anticommunistische stay-behind-netwerk Gladio, met de desbetreffende parlementaire onderzoekscommissie, en de speculaties over de contacten tussen deze groepen en  misschien ook de moordpartijen van de 'bende van Nijvel'. Veel daarvan bleef onopgehelderd en deze pogingen tot ondermijning van de sociale orde en vermoedelijk extreem-rechtse infiltratie in het staatsapparaat hadden ook geen duidelijke verbindingslijnen met het Vlaams-nationalisme.

Op de tweede plaats uitte het groeiende zelfvertrouwen van de rechts radicale groepen zich in een organisatorische consolidatie en een agressieve ideologische propaganda, die de consensus rond democratie als de beste politieke structuur probeerde aan te tasten. Ten derde was er vanaf het begin van de jaren 1990 een steeds groeiend electoraal succes van populistische Populisme
Het concept ‘populisme’ verwijst naar de discursieve strategie die uitgaat van een ‘volks’ verweer tegen een politieke, economische of culturele elite. In de geschiedenis van de Vlaamse b... Lees meer
extreem-rechtse partijen, ook in Franstalig België, maar vooral in Vlaanderen.

Het verdwijnen van de VVP in 1978 had de initiatiefnemers ervan doen uitzien naar een ander kanaal voor het propageren van de Nouvelle Droite visie. Dat kwam er een jaar later toen Luc Pauwels in 1969 startte met het nieuwe tijdschrift: Teksten, Kommentaren en Studies TeKoS
Teksten, Kommentaren en Studies (TeKoS) is een ‘nieuw-rechts’, non-conformistisch en conservatief tijdschrift, in 1979 opgericht door historicus Luc Pauwels. Lees meer
, kortweg (TeKoS), dat in de volgende decennia steeds meer de ideologische oriëntering van het rechtse radicalisme in Vlaanderen ging bepalen. TeKoS werd sinds de jaren 1980 zelfs belangrijker dan Dietsland Europa en kende vooral weerklank bij de tot een jongere generatie behorende kaders van het Vlaams Blok.

TeKoS probeerde een eigen Vlaamse nieuw-rechtse ideologie te ontwikkelen, die evenwel zeer sterk schatplichtig bleef aan het Franse voorbeeld. Het kernelement ervan was de verwerping van het egalitarisme en het universalisme, dat als oorzaak werd gezien van de heersende cultuurcrisis en de grondslag vormde van de drie belangrijkste ideologieën: de monotheïstische openbaringsgodsdiensten, het liberalisme en het communisme. Als alternatief daarvoor pleitte TeKoS voor een Indo-Europees samenlevingsmodel, dat gekenmerkt zou zijn door een hiërarchische ordening van de maatschappij, waarbij de eenheid van cultuur en traditie centraal stond en dus de ongelijkheid tussen de mensen en de onverenigbaarheid van de culturen benadrukt werd. Ook tussen de samenlevingen moest een scheiding worden doorgevoerd, terwijl het onderlinge evenwicht gegarandeerd moest worden door de rijksgedachte (naar het concept van Joris van Severen), die de negatie was van alle staatsnationaal denken. Vlaanderen moest geen federale deelstaat of geen onafhankelijke staat worden, maar een plaats krijgen binnen het Heel-Europese Rijk.

TeKoS wilde de heersende cultuurdominantie van de democratie (met als kernstuk de gelijkheid) vervangen door een cultuurbeeld waarin de ongelijkheid centraal stond. Tussen 1979 en 2001 publiceerde het blad meer dan vijfhonderd artikels waarin deze ideeën werden uiteengezet, en organiseerde het verscheidene internationale colloquia over nieuw-rechts als cultuur-alternatief en over het nieuwe heidendom. Daarnaast gaf de redactie ook een brochurenreeks uit. In 1979 was de oplage van het tijdschrift maar 50 exemplaren, maar ze groeide gestaag tot 2000 in 1997, verspreid over abonnees, losse verkoop en propagandanummers. In de beginjaren was het een maandblad, vanaf 1982 tweemaandelijks en vanaf 1988 trimestrieel. Hoeveel abonnees het blad telde, is niet bekend.

Voor de groep radicaal Vlaamse studenten en jongeren, behorend tot de eerste generaties die gevormd waren door de Nationalistische Studentenvereniging Nationalistische Studenten Vereniging
De Nationalistische Studentenvereniging is een uiterst-rechtse Vlaams-nationale studentenvereniging, opgericht in 1976, met afdelingen in Leuven, Gent, Antwerpen, Brussel, Hasselt, Mechel... Lees meer
(NSV), en die later hun politieke sporen verdienden in het Vlaams Blok/Belang Vlaams Belang
Vlaams Belang is een radicaal-rechtse Vlaams-nationalistische partij, die in 1978 ontstond onder de naam ‘Vlaams Blok’, als verkiezingskartel van de Vlaamse Volkspartij en de Vlaams Natio... Lees meer
, werd deze coherente nieuw-rechtse ideologie het enige referentiekader. Het Vlaams Blok bleef na het Egmontpact tot het einde van de jaren 1980 weliswaar grotendeels de partij van de radicale Vlaams-nationalisten die het Belgische verraad van de VU niet hadden geaccepteerd, maar intussen bereidde zich in de marge een jongere generatie militanten voor – geboren in de jaren 1960 – die in hun jeugdbewegings- en studententijd de Nouvelle Droite-ideologie hadden ontdekt. Ze keken op naar het  Front National van Jean-Marie Le Pen in Frankrijk, en streefden ernaar Vlaams-nationalisme en nieuw-rechts radicalisme in één ideologische bedding te kanaliseren. Ze werden daarin natuurlijk gesteund door een aantal ouderen, die via TeKoS en Dietsland Europa de weg wezen en door leider Karel Dillen, die halfweg de jaren 1980 groen licht gaf aan oud-NSV-preses Filip Dewinter Dewinter, Filip
Filip Dewinter (1962) is een Vlaams-nationalistisch politicus voor het Vlaams Belang (tot 2004: Vlaams Blok). Lees meer
om samen met Frank Vanhecke Vanhecke, Frank
Frank Vanhecke (1959) was als rechterhand van stichter Karel Dillen van 1996 tot 2004 partijvoorzitter van het Vlaams Blok en vervolgens ook van 2004 tot 2008 van de erfopvolger het Vlaam... Lees meer
de Vlaams Blok Jongeren Vlaams Belang Jongeren
Vlaams Belang Jongeren (tot 2004: Vlaams Blok Jongeren) is sinds 1987 de politieke jongerenorganisatie van het Vlaams Belang, vroeger Vlaams Blok. Ze vertolkt de partijstandpunten met een... Lees meer
(VBJ) op te richten, een organisatie die al op haar eerste congres in oktober 1987 het antimigrantenstandpunt centraal stelde.

Dat zorgde voor spanningen in de partij die tot het einde van 1988 voortduurden. Ze leidden ertoe dat een groep meer traditionele Vlaams-nationalisten rond de voorzitter van de partijraad Geert Wouters, die zonder succes het overdreven beklemtonen van ’het vreemdelingenprobleem’ hadden aangeklaagd, uit de partij stapten, en een nieuwe zuiver volks-nationalistische formatie oprichtten: het Nationalistisch Verbond Nationalistisch Verbond - Nederlandse Volksbeweging
Het Nationalistisch Verbond (1989-2014) werd opgericht door dissidente leden van het Vlaams Blok. Het had als tijdschrift Het Verbond. Lees meer
. Dat vertrek maakte volledig de weg vrij voor de jongere nieuw-rechtse radicalen in de partij rond Dewinter, die de steun kregen van Roeland Raes, en die sindsdien helemaal de politieke lijn van de partij wisten te bepalen. Dat werd in de jaren 1990 bezegeld met de opvolging van Dillen als partijvoorzitter door Vanhecke. Intussen werd de nieuw-rechtse visie ook dominant in de Vlaams-nationalistische studentenverenigingen KVHV en NSV in alle Vlaamse universiteitssteden en in het Vlaams Nationaal Jeugdverbond, dat sinds 1985 onder leiding stond van Ledy Broeckx Broeckx, Ledy
Ledy Broeckx (1945) was actief in het Vlaams Nationaal Jeugdverbond, onder meer als verbondsleidster van 1985 tot 2000. Ze lag ook mee aan de basis van de stichting van de IJzerwake. ... Lees meer
en halfweg de jaren 1990 circa 1200 leden telde.

De anti-migrantenlijn Dewinter-Vanhecke-Dillen legde het Vlaams Blok geen windeieren. In de parlements- en provincieraadsverkiezingen van 1987 kon het ongeveer 3% van de Vlaamse kiezers voor zich winnen, al was dat in het kiesarrondissement Antwerpen toen al 10,9%. In de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 1988 behaalde de partij in Antwerpen 17,7% van de stemmen, en één jaar later, 20,6%  bij de Europese verkiezingen van juni 1989. De echte doorbraak kwam er op 24 november 1991, een dag die nadien door de tegenstanders tot  'Zwarte Zondag' werd uitgeroepen, omdat het Vlaams Blok toen met 10,3% van de stemmen de vierde partij werd in Vlaanderen, en in het Antwerpse kiesarrondissement 25,5% van de stemmen totaliseerde. In de Kamer behaalde het Blok 12 zetels (+ 10) – waarvan er 5 werden bekleed door de jongere nieuw-rechtse generatie – en in de Senaat 5 (+4). De gemeenteraadsverkiezingen van oktober 1994 bevestigden de trend, toen het Vlaams Blok in Antwerpen met 28% van de stemmen de grootste partij werd. Dat het Vlaams Blok erin slaagde een politiek-electorale doorbraak te realiseren, was natuurlijk van belang voor het doordringen van het Nouvelle Droite-ideeëngoed in de bredere samenleving.

In 1992 – dus na ‘Zwarte Zondag’ – presenteerden Dillen en De Winter het zo genoemde 70 punten-programma – een naam ‘geleend’ van het pamflet ‘Cinquante mesures’ van de Franse Front National-leider Le Pen – waarin zij pleitten voor de bescherming van de Vlaamse identiteit, ‘eigen volk eerst’, immigratiestop, versnelde terugkeer van vreemdelingen, en strenge maatregelen tegen criminele en illegale vreemdelingen. Dit programma sloeg aan bij de kiezers. Bij de parlementsverkiezingen van 1995 – de eerste na de voltooiing van de federale staatstructuur in 1993 – wist het Blok in Vlaanderen 12,2% van de kiezers voor zich te winnen, met een steun van 28% in het kiesarrondissement Antwerpen, 20% in Mechelen, en 13% in Gent. Het verhoogde zijn aantal vertegenwoordigers in de 4 wetgevende vergaderingen samen tot 31, waarvan alweer de helft jonge nieuwkomers waren. Het electorale succes van het Blok zorgde voor veel inkomsten, zodat de fase van militant amateurisme kon overstegen worden en het Blok net als andere partijen zijn aantal door de overheid betaalde vrijgestelden sterk kon uitbreiden.

De leidende kerngroep van jongere Vlaams Blok-verkozenen en kaderleden was het meest overtuigd van de noodzaak van een rechts-radicale revolutie. Zoals in andere landen was ook bij hen speerpunt van het succes het anti-migrantenstandpunt, dat verbreed werd tot de strijd tegen een multiculturele samenleving. Maar in Vlaanderen werd dat onderbouwd door de al lang bestaande anti-Belgische Vlaams-nationalistische traditie, en het incorporeren van oude rechts-radicale militanten die nooit hadden ontwapend en die het gevoel kregen dat eindelijk de Nieuw Orde zou kunnen worden gerealiseerd.


Harde anti-migratiecampagne van het Vlaams Blok tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 1994. (ADVN, VAFB275)
Harde anti-migratiecampagne van het Vlaams Blok tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 1994. (ADVN, VAFB275)

Daarvoor bleef in de jaren 1980 Were Di Were Di
Were Di vzw was een radicaal Vlaams-nationalistische actiegroep die vooral met haar tijdschrift Dietsland Europa het rechts-nationalistische gedachtengoed verspreidde in de jaren 1960 tot... Lees meer
de pleitbezorger. Het stond sinds halfweg de jaren 1970 onder leiding van de voormalige collaborateur Bert van Boghout. Hij wist een jongere generatie afgestudeerden, zoals Ludo Gerits en Gui van Gorp aan te trekken voor de redactie van Dietsland Europa. Regelmatig weerkerende thema's in het tijdschrift waren de eenmaking van de Nederlanden, de herovering van Brussel Brussel
In de geschiedenis van de Vlaamse beweging speelde Brussel een unieke rol vanwege haar hoofdstedelijke functies, economische aantrekkingskracht en als symbool van verfransing, die zich v... Lees meer
als een Vlaamse stad, de uitwijzing van de migranten, het verbod op abortus, solidarisme, en dat alles onder de Vlaams Blok-slogan ‘Eigen volk eerst’. Meer dan in de jaren 1970 besteedde het blad nu aandacht aan de Franse Nouvelle Droite. Bij het zilveren jubileum van Dietsland Europa werd Alain de Benoist als spreker uitgenodigd, in 1983 verscheen een interview met hem, en in een ideologisch manifest van Were Di uit 1985 werd hij herhaaldelijk geciteerd. Dietsland Europa besteedde ook een speciaal nummer aan Julius Evola, en artikels aan Robert Faurisson, Maurice Bardèche en de Britse negationist David Irving. Nog altijd beschouwde Were Di zich als ideologische waakhond van de rechtse koers in het Vlaams-nationalisme en het VB, waar het nu behalve de oude ‘völkische’ ideeën ook de nieuw-rechtse – 'jung konservative' – ideologie ging propageren.

Aan de splitsing in het Sint-Maartensfonds tussen de nationaalsocialisten van de groep Hertog Jan van Brabant en de anderen kwam in 1984 een einde. De formele verzoening bracht voor de vereniging als geheel een verdere verschuiving naar rechts, al bleven Periodiek Contact Periodiek Contact (1980-2004)
Periodiek Contact (1980-2004) was het tijdschrift van Hertog Jan van Brabant, een vereniging van oud-oostfrontstrijders, dat verscheen als gevolg van de afscheuring met het Sint-Maartens... Lees meer
(1980) en Berkenkruis hun eigen accenten leggen. Dat opschuiven werd vergemakkelijkt door de algemene ideologische verschuiving naar rechts halfweg de jaren 1980. Het Vlaams Blok kreeg in Brussel steun van Hertog Jan van Brabant. Bovendien was intussen door de afgescheurde tak een jongerenafdeling opgericht – uiteraard niet meer bestaande uit oud-oostfronters – die zich zoals andere Vlaams-nationale jongerenbewegingen op de Franse Nouvelle Droite oriënteerde.

In Franstalig België  bleef het Front de la Jeunesse (FJ) zich in de jaren 1980 identificeren met de ideologie van Nouvel Europe Magazine (NEM) en radicaliseerde er een aantal aspecten van. Al in 1980 scheurde in het Brusselse een meer nationaal-socialistische vleugel zich af om de Zwarte Orde/Ordre Noir (ZOON) te vormen, die contact zocht met Westland New Post en de Vlaamse Militanten Orde (VMO). Ook de overige FJ-leden evolueerden geleidelijk naar een nationaal-socialistische opstelling. Uit dit FJ groeide in 1984 de zelfstandige ideologische vormingsgroep CLAN (Cercle de Liaison et d' Action Nationaliste) met afdelingen in Brussel, Luik, Namen en Doornik, en in hetzelfde jaar de PCN (Parti-Communautaire Nationaliste-Européen), met een sterk anti-Amerikaanse en antizionistische opstelling. Later ontstond een concurrerende Nouvelle Droite-organisatie met als naam Volonté Européenne, die dicht stond bij de Franse Parti des Forces Nouvelles en later bij het Front National van Le Pen. In 1989 begon een nieuw Belgisch tijdschrift Partisan, ook geïnspireerd op een Frans voorbeeld, van waaruit de Parti des Forces Nouvelles (PFN) werd opgericht, dat zich ideologisch zou verbinden met de Luikse partij AGIR.

Een randverschijnsel van de wending naar rechts in de publieke opinie van de jaren 1980 was dat ook in België zogenaamde 'negationisten' op de voorgrond traden die het bestaan van de uitroeiingskampen en de Holocaust van de Joden ontkenden. De eerste negationistische artikels verschenen op initiatief van mensen achter de Hertog Jan van Brabant in de tijdschriften Berkenkruis en Periodiek Contact. Net zoals Haro juichten zij daarom het initiatief toe van de twee radicale Vlaams-nationalistische studenten Peter Hendrickx en Anton de Grauwe, toen die in 1983 in Antwerpen het negationistische tijdschrift Taboe lanceerden. Het tijdschrift vormde zich in 1985 om tot de studiegroep Vrij Historisch Onderzoek (VHO) onder leiding van voormalig VMO'er Siegfried Verbeke Verbeke, Siegfried
Siegfried Verbeke (1941) behoorde bij de Vlaamse Militanten Orde (VMO) tot de kring rond Xavier Buisseret en volgde hem bij zijn vertrek naar het extreemrechtse tijdschrift Haro. In 1985 ... Lees meer
en Hendrickx, die in 1991 met de hulp van journalist Jos Rogiers de uitgeverij Forum stichtte. Aan de Université libre de Bruxelles ontstond in 1991 ook een Cercle des étudiants révisionistes en andere studentengroepen die de ideeën van Léon Degrelle Degrelle, Léon
Léon Degrelle (1906-1994) was de leider van Rex, initieel een Belgische, extreemrechtse nationalistische beweging, nadien omgevormd tot partij, die na 1936 radicaliseerde in fascistische ... Lees meer
en negationistische literatuur verspreidden.

Identitaire beweging en cultuuroorlog

In de 21ste eeuw kreeg het Vlaams Blok af te rekenen met een ‘cordon sanitaire’ van alle andere politieke partijen, die beloofden er geen coalitie mee te vormen, wat niet belette dat het bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2000 de grootste partij werd in Antwerpen. Op aansturen van het Centrum voor gelijke kansen en racisme Racisme
Lees meer
bestrijding en De Liga voor Mensenrechten werden in april 2004 drie vzw’s van het Vlaams Blok wegens schending van de antiracismewet van 1981 veroordeeld, maar ook dat had geen weerslag op de stembusuitslag van de twee maanden later gehouden verkiezingen voor het Vlaams Parlement. Toen behaalde het Vlaams Blok 24,2% van de stemmen. Het wijzigde wel op het einde van het jaar zijn naam in Vlaams Belang.

De christendemocratische CD&V – toen in oppositie tegen de paarse regering Verhofstadt Verhofstadt, Guy
Guy Verhofstadt (1953) is een liberaal politicus die actief was en is op het nationale en internationale niveau. Onder zijn voorzitterschap vond er een verruiming plaats van de liberale p... Lees meer
– ging in februari 2004 een kartel aangegaan met de Nieuw-Vlaamse Alliantie Nieuw-Vlaamse Alliantie
De N-VA is op electoraal vlak de meest succesvolle Vlaams-nationalistische partij ooit en slaagde er ook in om de grootste Belgische partij te worden. Ze zit bijna 20 jaar in de Vlaamse R... Lees meer
(N-VA), één van de twee opvolgers van de uiteengespatte Volksunie. Met succes, want het kartel won de Vlaamse verkiezingen van dat jaar, en in 2007 ook de federale verkiezingen, waardoor het de paarse meerderheid kon breken en met liberalen en socialisten een regering kon vormen. Maar in september 2008 verliet N-VA de federale en Vlaamse regeringen en kwam er een einde aan het kartel. Bij de verkiezingen voor het Vlaams parlement in 2009 kreeg N-VA 13% van de stemmen, terwijl het Vlaams Belang voor het eerst een terugval kende tot 5,3% van de Vlaamse kiezers. Bij de federale verkiezingen in 2014 kon het Belang 5,9% van de stemmen voor zich winnen, en hield het nog 6 verkozenen over. Daarentegen werd toen de N-VA van Bart de Wever De Wever, Bart
Bart de Wever (1970) is een Vlaams-nationalistisch politicus. Hij is sinds 2004 voorzitter van de N-VA, die onder zijn voorzitterschap de grootste partij van België werd. Sinds 2013 is hi... Lees meer
met 31,9 % van de kiezers en 43 verkozenen de grootste partij in Vlaanderen. De indruk ontstond dat radicaal-rechts een halt was toegeroepen.

Ondertussen was de wereldstabiliteit echter in gevaar gekomen. De aanslag op 11 september 2001 in New York lokte een war on terror uit, gevolgd door een oorlog en burgeroorlog in het Midden -Oosten, en de vestiging van een Islamitische Staat (IS), die aanslagen pleegde op de Westerse wereld. In het tweede decennium van de eeuw breidde het islamitisch terrorisme zich uit over Afrika, wat leidde tot toenemende vluchtelingenstromen naar Europa en een zekere onmacht liet zien van de Europese Unie Europa
Lees meer
(EU) om die ‘asielcrisis’ op te lossen. De politieke opstelling van een groot deel van de bevolking in de Westerse wereld verschoof daardoor naar rechts . Dat bracht ook in België een krachtenverschuiving tussen de politieke partijen mee en een toenemende polarisering.

In de studentenverenigingen KVHV en NSV was het radicaal-rechtse vuur brandend gebleven, en van daaruit had zich rond 2010 een jongere generatie van twintigers en dertigers met Barbara Pas Pas, Barbara
Barbara Pas (1981) is een politica voor het Vlaams Belang (VB) en leidt sinds 2013 de VB-fractie in de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Lees meer
en Tom van Grieken Van Grieken, Tom
Tom van Grieken (1986) is volksvertegenwoordiger en partijvoorzitter van het Vlaams Belang. Lees meer
als spilfiguren aangemeld, om de leiding van de Vlaams Belang Jongeren (VBJ) over te nemen. Onder het voorzitterschap van Van Grieken startte de VBJ in 2013 met het tijdschrift Rebel!, dat verkondigde dat ‘een nieuwe generatie jonge vrouwen en mannen de fakkel zou overnemen’. De VB-Jongeren legden ook contacten met buitenlandse rechts-nationalistische jongerenverenigingen van de Europese fractie waarvan ook het Vlaams Belang deel uitmaakte, en vormden daarmee de koepel YEAH (Young European Alliance for Hope). Hun blad publiceerde ook interviews met de leiders van radicaal rechtse bewegingen elders in Europa. Met die verenigingen namen VB-Jongeren deel aan zo genoemde zomeruniversiteiten in Noord Italië, Ierland en Tsjechië. Bij de parlementsverkiezingen van 2014 kwamen vier VB-Jongeren in het parlement, terwijl Van Grieken in hetzelfde jaar ‘door een overdonderende meerderheid van partijleden’ tot partijvoorzitter van Vlaams Belang werd verkozen.


<p>Tom van Grieken (Vlaams Belang) en Marine Le Pen (Front National) op het congres <em>Grenzen Stellen</em> in het Vlaams Parlement, 15 september 2015. Foto Vlaams Belang.</p>

Tom van Grieken (Vlaams Belang) en Marine Le Pen (Front National) op het congres Grenzen Stellen in het Vlaams Parlement, 15 september 2015. Foto Vlaams Belang.

Ook in Frankrijk was er na de eeuwwisseling een jongere generatie van radicaal-rechtse en nationalistische activisten op de voorgrond gekomen. Ze legde op basis van de Nouvelle Droite ideeën eigen accenten en vormde de zogenoemde mouvance identitaire, die de etnisch-culturele identiteit van de volkeren in Europa binnen de eigen grenzen en de westerse waarden wilde verdedigen tegen de bedreigingen van het islamisme en de immigratie Immigratie
Vanaf de jaren 1960 werd Vlaanderen een immigratieregio, maar al veel vroeger kenden sommige Vlaamse steden en regio’s een instroom van immigranten van buiten Vlaanderen. Deze bijdrage s... Lees meer
. Ze kozen als symbool voor een geel-zwarte Griekse letter lambda, die in de oudheid ook op de schilden van de Spartaanse krijgers zou hebben geprijkt, toen ze zich verdedigden tegen de Perzen. Ze kreeg steun van eerder opgerichte identitaire denktanken zoals Polémia of Iliade en van het tijdschrift Éléments pour la civilisation européenne dat door GRECE werd uitgegeven.

In 2012 kwam de jeugdorganisatie Génération Identitaire (GI) in het nieuws door in Poitiers een moskee in opbouw te bezetten, waarbij ze banners ontrolde tegen de immigratie. In 2013 bezetten GI-militanten het dak van het gebouw van de Parti Socialiste in Parijs met spandoeken tegen het homohuwelijk. In datzelfde jaar lanceerde GI de campagne ‘Génératon anti-racailles’, waarin de jongeren werden opgeroepen zich fysiek te leren verdedigen tegen de bedreigingen van Islamistisch geweld, omdat de overheid niet in staat zou zijn de veiligheid van de burgers op straat te garanderen. Daarom organiseerde GI stages van zelfverdedigingstechnieken.

GI argumenteerde dat er een vorm van averechtse kolonisatie bezig was, die de vernietiging van de Europese culturen tot gevolg zou hebben Die opvatting werd ondersteund door het boek van Renaud Camus met als titel Le grand remplacement (2011), waarin werd gesteld dat er een grote ‘omvolking’ bezig was, waarbij de oorspronkelijke Europese bevolking  uiteindelijk zou worden vervangen door niet te assimileren islamitische mensen van kleur. Bovendien zouden deze nieuwkomers een vijfde kolonne kunnen worden van de IS. Dit discours kreeg brede weerklank in de Europese publieke opinie. Nog in 2022 publiceerde Vlaams Belang-kopstuk De Winter een boek met als titel: Omvolking, een echo van de tien jaar eerder verschenen publicatie van Camus. De vereniging GI kreeg in Frankrijk in 2013 een boost na manifestaties tegen het homohuwelijk, toen vooral conservatieve katholieke jongeren toetraden, ook al was de oriëntering van GI aanvankelijk meer paganistisch.

In Vlaanderen ging dit niet onopgemerkt voorbij en werd vanuit verschillende hoeken geprobeerd de term ‘identitair’ te claimen. Van direct belang voor dit thema is dat in 2016 de studenten Bo de Geyndt en Dries van Langenhove, beide actief in KVHV-Gent, deelnamen aan de ‘zomeruniversiteit’ van GI. Het was een kamp waarin ‘weerbaarheid’ centraal stond, en de deelnemers, allen in een blauw T-shirt versierd met een wit lambda-teken, in sportieve en gedisciplineerde stijl lessen kregen in zelfverdediging en gevechtssporten. De bedoeling was om zich voor te bereiden op een mogelijke confrontatie met islamistische migranten, als de ‘omvolking’ in een beslissend stadium zou komen, en intussen klaar te zijn zich op straat te verdedigen tegen aanvallen van allochtonen. Terug in Vlaanderen richtte De Geyndt in september2016 met steun van de afdeling van Rijsel van GI een ‘vzw Generatie Identiteit’ op die de Vlaamse poot moest worden van de internationale identitaire beweging, die zich ter verdediging van de westerse waarden zou richten op metapolitiek, onafhankelijk van politieke partijen.

Hun aanval op het (linkse) multiculturele samenlevingsmodel richtte zich eerst op het ondermijnen van politiek correct taalgebruik. Daarom begon Van Langenhove in januari 2017 met een Facebookgroepje waar jonge rechtse Vlamingen online provocerende memes – afbeeldingen vergezeld van een tekstboodschap – die het politiek correcte denken op de korrel namen, met elkaar konden delen. De groep kwam in maart 2017 in de openbaarheid toen ze zich manifesteerde als een trollenleger dat de werking van de bij de PvdA/PTB aanleunende studentenvereniging Comac online saboteerde. In diezelfde maand verscheen in het VB-Jongeren blad Rebel! een uitvoerig interview met de leider van de identitaire beweging in Oostenrijk Martin Sellner.

Wat later vormde Van Langenhove naar het  model van de GI in Frankrijk de jongerenformatie ‘Schild en Vrienden’, met een eigen uniform: een blauw T-shirt met op de rug een opschrift in witte letters: ’sinds 1302 Schild en Vrienden’ (S&V). S&V manifesteerde zich voor het eerst in de buitenwereld als een militante Vlaamsgezinde jongerenformatie in mei 2017, toen ze optrad als ordewacht bij een door het KVHV aan de UGent ingerichte lezing van staatssecretaris Theo Francken Francken, Theo
Lees meer
. In maart 2018 volgde een S&V actie op het Gravensteen in Gent, waar ze een actie voor een humaner vreemdelingenbeleid verstoorden en zelf de spandoek ‘Zekere grenzen = zekere toekomst’ ontrolden. Op 1 mei drongen enkele S&V-leden in Gent het ABVV-gebouw binnen om een rode vlag neer te halen. In de zomer had een S&V delegatie een onderhoud met de Hongaarse premier Viktor Orban.

Een VRT-panoreportage van 5 september 2018 bracht S&V in het oog van de storm. Ze contrasteerde de naar buiten toe vooral Vlaamsgezinde houding van S&V met de racistische, seksistisch en antisemitische memes op interne communicatiekanalen. Ze klaagde aan dat S&V als trollen op internet andersgezinden bestreden, signaleerde een verheerlijking van wapengebruik bij de leden en maakte duidelijk dat S&V instellingen als de Vlaamse jeugdraad maar ook Vlaamsgezinde verenigingen – zelfs in de Vlaamse vredesbeweging VOS ( Verbond der Vlaamse Oudstrijders Verbond VOS
Het Verbond der Vlaamse Oud-Strijders (VOS), opgericht in 1919, was een flamingantische vereniging voor oud-strijders van de Eerste Wereldoorlog, die in de loop van het interbellum tot ee... Lees meer
) – of politieke partijen zoals de NV-A probeerde te infiltreren – en dus een strategie van ‘entrisme’ hanteerde  – om er hun metapolitiek wereldbeeld ingang te doen vinden. Van Langenhove repliceerde dat de reportage een fout beeld schetste en dat de vereniging ten onrechte het slachtoffer werd van een trial by media.

Het daardoor berucht geworden S&V betoogde op 16 december 2018 samen met KVHV, NSV, VBJ, en Voorpost in een Marrakechmars tegen het VN Migratiepact, dat kort voordien het N-VA uit de federale regering had doen stappen. In januari maakte Vlaams Belangvoorzitter Van Grieken bekend dat het Vlaams Belang Dries van Langenhove in Vlaams Brabant als federaal lijsttrekker had aangeduid, zij het dat hij als onafhankelijk kandidaat zou zetelen in het parlement. Die verkiezingen op 26 mei, waarin ook Van Langenhove verkozen werd, maakten duidelijk dat de opmars van het rechts-radicalisme en Vlaams Belang verder ging. De partij slaagde erin 18,5% van de kiesgerechtigden achter zich te scharen – een vooruitgang van bijna 12 % in vergelijking met de verkiezingen voor het Vlaams parlement in 2014 – en met 27 zetels de tweede grootste partij te worden in Vlaanderen, zij het nog steeds na het N-VA, die ondanks het verlies van 4% met 43 zetels toch de grootste Vlaamse partij bleef.

Anders dan voorheen speelden sociale media bij deze verkiezingen een grote rol. Uit onderzoek bleek dat in 2019 in Vlaanderen en Nederland 51% van de meest zichtbare twitteraccounts van radicaal-rechtse signatuur was en nog eens 13% rechts-conservatief, terwijl slechts 4% een links wereldbeeld propageerde. In Vlaanderen was Sam van Rooy de meest zichtbare rechts-radicale twitteraar. Maar het rechtse populisme Populisme
Het concept ‘populisme’ verwijst naar de discursieve strategie die uitgaat van een ‘volks’ verweer tegen een politieke, economische of culturele elite. In de geschiedenis van de Vlaamse b... Lees meer
was nog meer aanwezig op Facebook, een medium waarop Vlaams Belang volop had ingezet. Het Gentse parket stelde in juni 2019 Van Langenhove en acht andere S&V-leden in verdenking vzn inbreuken op de antiracismewet, de negationismewet en de wapenwet, maar in 2021 werd verdere behandeling voor onbepaalde tijd uitgesteld voor bijkomend onderzoek.

Intussen was er in de publieke opinie een cultuuroorlog aan de gang. Rechts maakte zich zorgen dat migratie en multiculturaliteit de eigen identiteit zouden aantasten. Links beschouwde migranten en etnische minderheden vooral als slachtoffers, en kreeg de kritiek geen of minder oog te hebben voor de werkelijk bestaande uitdagingen die een multiculturele samenleving voor de eigenheid betekende.

De polarisering tussen beide nam in de Vlaamse publieke opinie ook toe onder invloed van de woke-beweging. Daartoe droegen ook bij: Black Lives Matter, #MeToo, de klimaatontwikkeling, het zwartepietendebat, de ‘dekolonisatie’ van de witte westerse mentaliteit, de kritiek vanuit de lgbtq+-gemeenschap op hetero-normativiteit en de gestegen gevoeligheid voor genderidentiteit. Terwijl de politieke correctheid van bepaalde groepen op elk van deze terreinen gevoed werd door sympathie voor de underdog en verontwaardiging over onderdrukking, versterkten de conclusies en de maatregelen, zoals mensen opdelen in groepen op basis van ras, leeftijd en seksualiteit of mensen het zwijgen opleggen (cancelen) vanwege een gebrek aan politieke correctheid, de afwijzing van deze benadering in brede lagen van de bevolking. Wie multiculturaliteit, kosmopolitisme en politieke correctheid verdedigde, kwam immers lijnrecht te staan tegenover wie de eigen tradities wilde handhaven.

Dat hing ook samen met het postmodernisme dat in de jaren 1990 de bon ton werd aan de universiteiten, en dat ‘de grote verhalen’ in vraag stelde. In die kringen groeide daardoor de overtuiging dat nationalisme en alle streven naar een nationale gemeenschapsvorming noodzakelijk moest leiden tot fascisme. Het was significant dat rector Luc Sels van de KU Leuven tijdens de openingstoespraak van het academiejaar 2021-2022 waarschuwde voor de toenemende polarisering en de uitwassen van de met woke verbonden cancel-culture (en de zelfcensuur) die de academische vrijheid en de vrijheid van meningsuiting bedreigen.

Bij het grote publiek werd het vertrouwen in ‘de politiek’ en ‘het systeem’ aangetast, enerzijds als gevolg van deze discussies, anderzijds door gebeurtenissen als de coronacrisis, het door de sociale media verspreide fake news, en de angst voor wat de toekomst zou brengen na de inval van Rusland in Oekraïne. Een enquête van het weekblad Knack, uitgevoerd in de eerste week van september 2023 leidde tot de conclusie dat een vijfde van de Vlamingen (en de Belgen in het algemeen) er van overtuigd was dat zijn stem niet meetelde, dat hij niet vertegenwoordigd werd in het parlement, dat de media en de politiek elkaar indekten, dat de meeste politici corrupt waren en de rechters wereldvreemd.

ULB professor Jean-Benoît Pilet constateerde een toenemend wantrouwen tegenover het parlementaire systeem en bracht de malcontenten onder in vier groepen: een eerste van burgers die vonden dat de parlementaire democratie te ver afstond van de kiezers en meer burgerinspraak eisten; een tweede groep die de politici onbekwaamheid en gebrek aan expertise verweet en daarom hamerde op meer efficiëntie en een beter functionerende overheid; een derde groep die de overheid verantwoordelijk stelde voor de achteruitgang van haar levenskwaliteit, zowel op economisch vlak door verlies van koopkracht als op cultureel vlak door de aanhoudende immigratie en de bedreiging van eigen cultuur en zeden die daar mee samenhing; en een vierde groep in Vlaanderen, die geconcludeerd had dat het Belgische politieke systeem definitief was vastgelopen en dat de Vlamingen in de federale besluitvorming hun stem niet konden laten horen, omdat de grootste Vlaamse partijen, N-VA en Vlaams Belang, van de federale regering werden uitgesloten.

Het is evident dat deze ‘crisis van de democratie’ koren op de molen is van radicaal-rechts dat probeert om het ongenoegen over het systeem in de publieke opinie verder uit te diepen, terwijl ook in andere Europese landen en in de Verenigde Staten populisme en rechts-radicalisme in opmars zijn. Door de voorbije twee decennia heen is de kritiek op de reëel bestaande democratie in Vlaanderen doorgedrongen in de brede publieke opinie. In deze context is het begrijpelijk dat het rechts-radicale Vlaams Belang (en de links-radicale PvdA/PTB) vandaag sterker worden in de peilingen op weg naar het culminatiepunt 2024, waarin op alle niveaus verkiezingen zullen worden gehouden. Het is de vraag of kiezers, partijen en politici er in zullen slagen de ‘kleine crisis’ van de democratie die nu al bestaat niet te laten uitgroeien tot een ‘grote crisis’, waarbij de democratische grondslagen van het ‘systeem’ zouden worden bedreigd.

Literatuur

– F. van Berckel, De tragische dood van Joris van Severen en Jan Rijckoort (Abbeville, 20 mei 1940), 1960.
– A. de Bruyne, Joris van Severen. Droom en daad, 1961.
– Nouvelles formes et tendances d'extrême droite en Belgique, in: Courrier Hebdomadaire du Crisp, nrs. 141, 142, 143, 1962.
– A.A. de Jonge, Crisis en critiek der democratie. Anti-democratische stromingen en daarin levende denkbeelden over de staat in Nederland tussen de wereldoorlogen, 1962.
– L. Delafortrie, Joris van Severen en de Nederlanden, 1963.
– R. Baes, Joris van Severen: une âme, 1965.
– H. Rogger en E. Weber (red.), The European Right. An Historical Profile, 1965.
– J. Sizoo, Inzake rechts. Verkenningen van een politieke gedachtenwereld, 1971.
– F. Duprat, Les mouvements d'extrême droite en France, 1972.
– A. Mohler, Die Konservative Revolution in Deutschland. 1918-1932. Ein Handbuch, 1972.
– G. Bartsch, Revolution von rechts? Ideologie und Organisation der Neuen Rechten, 1975.
– E. Verhoeyen, L'extrême droite en Belgique, in: Courrier Hebdomadaire du Crisp, nr. 542-643 (1974), nr. 675-676 (1975), nr. 715-716 (1976).
– E. Verhoeyen en F. Uytterhaegen, De kreeft met de zwarte scharen. 50 jaar rechts en extreem rechts in België, 1981.
– P. Verlinden, Morfologie van de Vlaams-nationale uiterst-rechtse groeperingen, in: Res Publica, nr. 2-3, 1981, pp. 373-407.
– M.L. Christadler, Die "nouvelle droite" in Frankreich, in: I. Fetscher (red.), Neokonservative und 'Neue Rechte'. Der Angriff gegen Sozialstaat und liberale Demokratie in den Vereinigten Staaten, West-Europa und der Bundesrepublik, 1983, pp. 163-213.
– P. Moreau, Die neue Religion der Rass. Der Biologismus und die kollektive Ethik der Neuen Rechten in Frankreich und Deutschland, in: I. Fetscher (red.), Neokonservative und 'Neue Rechte'. Der Angriff gegen Sozialstaat und liberale Demokratie in den Vereinigten Staaten, West-Europa und der Bundesrepublik, 1983, pp. 122-162.
– R. van Doorslaer en E. Verhoeyen, De moord op Lahaut. Het communisme als binnenlandse vijand, 1985.
– M. van Hoorebeeck, Oranje dassen. Geschiedenis van het Algemeen Diets Jeugdverbond, 1986.
– J. Creve, Recht en trouw. De geschiedenis van het Verdinaso en zijn milities, 1987.
– L. Saerens, Het Verdinaso en de Joden (1931-1940), in: WT, jg. 46, 1987, nrs. 3-4, pp. 155-180 en pp. 241-254.
– M. Vanvaeck, 't Pallieterke van Bruno de Winter. 1945-1955, 1987.
– L. Vandeweyer, De hoop op een Duitse revanche-oorlog. De voorbereiding van de collaboratie door de Vlaams-nationalisten rond het weekblad Vlaanderen (1922-1934), in: Bijdragen van het Navorsings- en Studiecentrum voor de Geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, nr. 12, 1989, pp. 207-228.
– B. de Wever, Staf de Clercq, 1989.
– P.J. Verstraete, Odiel Spruytte. Een priesterleven in dienst van het Vlaams-nationalisme, 1990.
– D. L. Adamson, Class, Ideology & the nation. A Theory of Wels Nationalism, 1991.
– J. van Donselaar, Fout na de oorlog. Fascistische en racistische organisaties in Nederland. 1950-1990, 1991.
– F. Goedbloed, De dilemma's van de georganiseerde Vlaamse oud-oostfrontstrijders. Een analyse van het antisemitisme en Vlaams-nationalisme in Berkenkruis en Periodiek Contact, in: BTNG, jg. 22, 1991, nr. 3-4, pp. 395-450.
– H. de Schampheleire en Y Thanassekos, L'extrême droite en Europe de l'Ouest, 1991.
– F. van Campenhout, Broederband is mijn naam. Van vriendenkring tot Broederband. 1961-1991, 1992.
– H. Gijsels, Het Vlaams Blok, 1992.
– C.T. Husbands, Belgium: Flemish Legions on the March, in: P. Hainsworth (red.), The extreme Right in Europe and the USA, 1992, pp. 126-150.
– F. Ilsbroukx, De Volksunie in Limburg (1945-1971). Een bijdrage tot de geschiedenis van de Vlaams-nationale partijpolitiek in Limburg, KU Leuven, ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, 1992.
– F. Sebrechts, Beeldvorming over collaboratie en repressie bij de naoorlogse Vlaams-nationalisten, in: Herfsttij van de 20ste eeuw. Extreem-rechts in Vlaanderen. 1920-1990, 1992, pp. 65-82.
– M. Swyngedouw, Het Vlaams Blok. 1980-1991. Opkomst, groei en doorbraak, in: Herfsttij van de 20ste eeuw. Extreem-rechts in Vlaanderen. 1920-1990, 1992, pp. 83-10.
– J. van der Velpen, Daar komen ze aangemarcheerd. Extreem-rechts in Europa, 1992.
– P.J. Verstraete, Karel Dillen. Portret van een rebel, 1992.
– L. Vos, De politieke kleur van jonge generaties. Vlaams-nationalisme, Nieuwe Orde en extreem-rechts, in: Herfsttij van de 20ste eeuw. Extreem-rechts in Vlaanderen. 1920-1990, 1992, pp. 15- 46.
– Br. de Wever, Het Vlaams-nationalisme tussen democratie en fascisme, in: Herfsttij van de 20ste eeuw. Extreem-rechts in Vlaanderen. 1920-1990, 1992, pp. 47-64.
– M. Abramowicz, Extrême-droite et antisemitisme en Belgique. De 1945 à nos jours, 1993.
– L. Vos, De rechts-radicale traditie in het Vlaams-nationalisme, in: WT, jg. 52, 1993, nr. 3, pp. 129-149.
– H. de Witte: Schijn bedriegt. Over de betekenis en de strategie van het Vlaams Blok, in: De Gids op Maatschappelijk Gebied, jg. 85, 1994, nr. 3, pp. 243-268.
– F. Balace, Le tournant des années soixante. De la droite reactionnaire à l'extrème droite révolutionaire, in: L'extrême droite en Belgique francophone. De l'avant à l'après guerre, 1994, pp. 107-211.
Gedenkboek Joris van Severen. 1894-1994, 1994.
– H. de Bois en L. Pauwels, Joris van Severen en de konservatieve revolutie, in: Gedenkboek Joris van Severen. 1894-1994, 1994, pp. 177-226.
– F. Seberechts, Ieder zijn zwarte. Verzet, collaboratie en repressie, 1994.
– G. Verbeeck, "Schaduwen uit het verleden". Extremisme van rechts: definitie, ideologie en geschiedenis, in: De gids op maatschappelijk gebied, jg. 85, 1994, pp. 217-241.
– L. Wils, Joris van Severen. Een aristocraat verdwaald in de politiek, 1994.
– Br. de Wever, Greep naar de macht. Vlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945, 1994.
– H. de Witte, J. Billiet en P. Scheepers, Hoe zwart is Vlaanderen? Een exploratief onderzoek naar uiterst-rechtse denkbeelden in Vlaanderen in 1991, in: Res Publica, jg. 36, 1994, nr. 1, pp. 85-102.
– B. van Boghout, Geschiedenis van Were Di. Dietsland-Europa, 1995.
– L. Huyse en K. Hoflack, De democratie heruitgevonden. Oud en nieuw in politiek België. 1944-1950, 1995.
– M. Spruyt, Grove borstels. Stel dat het Vlaams Blok morgen zijn programma realiseert, hoe zou Vlaanderen er dan uit zien, 1995.
– M. Spruyt, Antonio Gramsci, leermeester van het Vlaams Blok? Nieuw rechts en de strijd voor de culturele hegemonie, in: De hoogste tijd. Centrale voor Socialistisch Cultuurbeleid, jg. 8, 1995, nr. 3, februari, pp. 7-16.
– Ba. de Wever, Herrijzenis van de Vlaams-nationale partijpolitiek (1949-1965). Het arrondissement Antwerpen, KU Leuven, ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, 1995.
– L. Vos, Nationalism, Democracy and the Belgian State, in: R. Caplan en J. Feffer (red.), Europe's New Nationalism. States and minorities in conflict, 1996.
– A. Beeck, Van Vlaanderen tot Europa. Een studie van het maandblad Dietsland Europa (1956-1978), KU Leuven, ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, 1997.
– P. Commers, De conservatieve revolutie in Vlaanderen. Een kritische analyse van het Nieuw-Rechtse tijdschrift Teksten, Kommentaren en Studies, KU Leuven, ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, 1997.
– O. Boehme, Academici en de revolutie van rechts tijdens het interbellum, in: WT, jg. 57, 1998, nr. 1, pp. 45-58.
– P. Delwit, J.M. De Waele en A. Rea ,L’Extrême droite en France et en Belgique, 1998.
– A. de Benoist e.a., Le mai 68 de la nouvelle droite, 1998.
– L. Vos, The extreme right in postwar Belgium. From nostalgia to building for the future, in: Stein Ugelvik Larsen (red.) with the assistance of Bent Hagvet. Modern Europe after Fascism. 1945-1980, Boulder (Social Science Monographs) 1998, dl. II, pp. 1344-1388.
– M. Spruyt, Wat het Vlaamse Blok verzwijgt, 2000.
– A. D. Smith. Nationalism. Theory, Ideology, History, 2001.

– Ba. de Wever, De schaduw van de leider. Joris Van Severen en het na-oorlogse Vlaams-nationalisme (1945-1970), in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, jg. XXXI 2001, nr. 1-2, pp. 177-252.
– S. Delporte, Nieuw rechts in Vlaanderen. Het gedachtegoed van het Nieuw Rechtse tijdschrift ‘Teksten commentaren en Studies’, UGent, ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, 2002.

– G. van Cleemput, De leugens over het Vlaams Blok. Wat Marc Spruyt verzwijgt, 2002.
– H. Coffé, Extreem-rechts in Vlaanderen en Wallonië. Het verschil, 2005.
– L. Wils, Van Clovis tot Di Rupo. De lange weg van de naties in de Lage Landen, 2005.
– J. de Keyzer, De NSV als metapolitieke voorhoede. Een duik in de kweekvijver van Vlaams Belang, UGent, ongepubliceerde licentiaatsverhandeling, 2007.
– K. Schrijvers, ‘L’ Europe sera de droite ou ne sera pas!’. De netwerken van een neo-aristocratische elite in de 20ste eeuw. UGent, ongepubliceerd proefschrift, 2008.
– L. Pauwels, Het Blauwvoetvendel Willem van Oranje (Wivano), in: ADJV-Schriften, jg. 27, 2014, pp. 13-23.
– L. Pauwels. Hoe het cultuurmarxisme Europa sloopt, in: Civis Mundi Tijdschrift voor Sociale Filosofie en Cultuur, nr. 32, 2015, augustus.

– E. Gerard, W. de Ridder en F. Mulier, Wie heeft Lahaut vermoord? De geheime koude oorlog in België, 2015.
– A. Fuhrmann, “En vandaag kunnen wij verzekeren: Verschaeve is niet dood!” Discours en retoriek tijdens de bedevaarten naar Solbad Hall (1950-1973), in: Wetenschappelijke Tijdingen, 2020, nr. 4, pp. 221-292.
– R. Thielemans; Politiek correct links. Tussen ideaal, ware realiteit en empirische realiteit. Een verkennende analys van politieke correctheid bij de linkse partijen in Vlaanderen met betrekking tot diversiteit en migratie, UGent, ongepubliceerde masterproef, 2020.
– P. Ponsaers, Haatzaaiers. Extreemrechtse radicalisering, 2020.
– P. Ponsaers, Georganiseerde Wanorde. Rechts-extremisme in Vlaanderen (2019-2021), 2021.
– H. Fraihi en B. Bogaerts, Achter het schild van Extreem Rechts, 2021.
– F. de Winter, Omvolking, 2022.
– Ba. de Wever, Over Woke, 2022.
– S. Neiman, Links is niet woke, 2023.
– E. Pironet, Democratie onder druk, in: Knack, jg. 53, 2023, nr. 40, 4 oktober, pp. 28-43.

Suggestie doorgeven

1998: Louis Vos

2023: Louis Vos

Inhoudstafel