Verzet

Begrip
Nico Wouters (2023)

Het georganiseerde verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Vlaamse provincies was doorgaans altijd Belgisch verzet: zowel op het vlak van de ideologische oriƫntatie, de motieven en het referentiekader als op dat van de doelstellingen en de organisatorische structuren. Dat betekent echter niet dat er geen belangrijke verzetsorganisaties in Vlaanderen waren of dat er geen flaminganten deel uitmaakten van het verzet. Binnen het Belgische verzet kwamen enkele Vlaamsgezinde initiatieven tot ontwikkeling.

Alternatieve term
Weerstand
Leestijd: 25 minuten

Verzet in Belgiƫ en Vlaanderen

Het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog Tweede Wereldoorlog
De Tweede Wereldoorlog werd in Vlaanderen getekend door de onvoorwaardelijke collaboratie van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). De samenwerking met de bezetter en de bestraffing erva... Lees meer
is moeilijk precies in kaart te brengen. Het aantal officieel erkende verzetsmensen is natuurlijk wel bekend: tussen de 140.500 en 141.000 mensen worden erkend als gewapend weerstander, 40.281 mensen worden als politiek gevangene erkend, 18.716 mensen worden erkend als inlichtings- en actieagent, 12.157 mensen worden erkend als weerstander door de sluikpers en 10.039 mensen als burgerlijk weerstander. Maar omdat niet alle erkende verzetsmensen ook echt reƫel verzet pleegden, terwijl aan de andere kant echte verzetsmensen niet altijd een erkenning aanvroegen of kregen, blijft het onmogelijk om een precies aantal te bepalen. Sommige actieve verzetsmensen dienden geen erkenningsaanvraag in, het verzetsengagement van vrouwen was groter dan de officiƫle erkenningen doen geloven, de groep omgekomen verzetsmensen is ondervertegenwoordigd in de officiƫle erkenningscijfers en communisten kregen soms af te rekenen met strengere evaluaties van hun erkenningsaanvraag. Het reƫle aantal verzetsmensen in Belgiƫ moet liggen tussen de 100.000 en 150.000 mensen. Zij vertegenwoordigen een zeer diverse groep Belgen met een groot overwicht van Franstaligen. Het gaat in hoofdzaak om mannen tussen 20 en 40 jaar; vrouwen maken er ongeveer 20% van uit. De middenklasse is oververtegenwoordigd en landbouwers zijn ondervertegenwoordigd.

Het georganiseerde verzet dat zich tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Vlaamse provincies ontwikkelde, was doorgaans altijd Belgisch verzet: zowel op het vlak van de ideologische oriĆ«ntatie, de motieven en het referentiekader Ā als op dat van de doelstellingen en de organisatorische structuren. Dat betekent echter niet dat er geen belangrijke verzetsorganisaties in Vlaanderen waren of dat er geen flaminganten Flamingant
Flamingantisme is een term die met verschillende betekenissen wordt toegekend aan actoren binnen de Vlaamse beweging en het Vlaams nationalisme. Lees meer
deel uitmaakten van het verzet. Binnen het Belgische verzet kwamen enkele Vlaamsgezinde initiatieven tot ontwikkeling.

In brede zin kan het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog gedefinieerd worden als al de manieren waarop burgers in het bezette Belgiƫ hun onvrede lieten blijken met de aanwezigheid van de Duitse bezetter door daden te stellen die strafbaar waren volgens de Duitse wet- en regelgeving. Het kon gaan om vormen van symbolisch verzet, zoals het dragen van een patriottisch speldje of het kalken van anti-Duitse leuzen, passief verzet door het niet uitvoeren van Duitse bevelen of het luisteren naar Radio Londen, individueel gelegenheidsverzet zoals het doorknippen van een Duitse telefoonkabel, het saboteren van het Duits productieproces in een fabriek of het waarschuwen van mensen die worden opgespoord, administratief verzet door het vertragen van Duitse orders of het vervalsen van documenten, sociaal verzet door het neerleggen van het werk in een fabriek tot het georganiseerde structurele verzet. Dat laatste vormt de basis voor de klassieke definitie van verzet: alle clandestiene activiteiten van georganiseerde groepen gericht tegen de aanwezigheid van de Duitse bezetter, tegen bepaalde maatregelen van de bezetter of tegen de collaboratiepolitiek met als einddoel de bevrijding van het grondgebied. De meest voorkomende vormen van dit georganiseerde verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn de sluikpers, het verzamelen en doorgeven van inlichtingen, de ontsnappingsroutes om mensen uit bezet Belgiƫ te smokkelen, hulp aan onderduikers, sabotages, overvallen, aanslagen en administratief verzet. Deze enge definitie van het verzet steunt meestal op de officiƫle naoorlogse verzetsstatuten.

De belangrijkste verzetsorganisaties in Vlaanderen waren de gewapende verzetsorganisatie Het Geheim Leger, de koepelorganisatie het Onafhankelijkheidsfront (met onder meer de gewapende verzetsorganisatie de Patriottische Milities), de gewapende verzetsorganisaties de Nationale Koningsgezinde Beweging en de Witte Brigade-Fidelio en ook de vele inlichtings- en actiediensten. In principe kwamen alle nationale verzetsorganisaties die actief waren in Franstalig Belgiƫ ook in Vlaanderen voor. Vooral de Witte Brigade-Fidelio, de NKB en het kleinere Kempisch Legioen waren groter in de Vlaamse provincies dan in de Waalse. 88,6% van de aangehouden leden van de Witte Brigade-Fidelio woonde in Vlaanderen en dat geldt ook voor 82% van de arrestanten van de Nationale Koningsgezinde Beweging (NKB). De Witte Brigade-Fidelio en het Kempisch Legioen waren de enige gewapende verzetsgroepen in Belgiƫ met een hoofdkwartier in Vlaanderen.

Ontwikkeling

Het georganiseerde verzet kwam heel traag op gang, aanvankelijk vooral in patriottische netwerken van de Franstalige burgerij in de grotere steden. De handen van de Kommunistisch Partij van Belgiƫ (KPB), een ideaal netwerk voor verzet, bleven tot juni 1941 gebonden door het niet-aanvalspact tussen Duitsland en de Sovjet-Unie (september 1939). Pas toen Groot-Brittanniƫ standhield na de zomer van 1940 begon het verzet uit te breiden, al bleef het jarenlang een uitzonderlijke keuze van kleine groepjes mensen. Zeker in Vlaanderen bestond het georganiseerde verzet in 1940 en 1941 vooral in grotere steden als Antwerpen Antwerpen
Lees meer
en Gent Gent
Lees meer
.

Vroege verzetsstructuren ontstonden vrijwel altijd op basis van vooroorlogse netwerken, zoals kringen van oud-militairen of verenigingen. Pas in een volgende fase volgde zogenaamde functionele aanwerving, waarbij verzetsgroeperingen bewust diversifieerden en buiten het eigen vooroorlogse netwerk leden begonnen aan te werven. Het duurde tot na de invoering van de verplichte tewerkstelling in Duitsland op 8 oktober 1942, in dezelfde periode waarin de Duitse krijgskansen begonnen te keren, voor het verzet ook in Vlaanderen een ruimere beweging werd. Onderduikers en verzetslui verlieten de steden en de verzetsnetwerken moesten steeds langere ketens vormen om onderduikers en vluchtelingen op te vangen of door te sluizen. Op die manier werd het Vlaamse platteland ook geĆÆntegreerd in de stedelijke verzetsgroepen. Zeker op het platteland, maar ook in steden ontwikkelden verzetsgroepen zich vaak van onderuit, op basis van kleine lokale verenigingen en netwerken die later in grotere gehelen worden opgenomen.


Sabotageactie van de Partizanen in de streek van Leuven, s.d. Foto Louis van Brussel. (CegeSoma/Rijksarchief, 27759)
Sabotageactie van de Partizanen in de streek van Leuven, s.d. Foto Louis van Brussel. (CegeSoma/Rijksarchief, 27759)

Het verzet in Belgiƫ was pluralistisch, maar gefragmenteerd. De drie traditionele politieke partijen traden niet als dusdanig in het verzet, elk om hun eigen redenen. Wel zouden veel leden van deze partijen natuurlijk de individuele keuze maken om toe te treden tot verzetsorganisaties. Het katholieke verenigingsleven en de lokale clerus speelden een belangrijke rol in het verzet tegen de verplichte tewerkstelling (6 maart 1942 in Belgiƫ en 6 oktober 1942 in Duitsland) en de opvang van diverse soorten onderduikers, inclusief Joden. Een deel van jongere garde van de Belgische Werkliedenpartij Belgische Werkliedenpartij
Lees meer
(BWP) zou geleidelijk toch kiezen voor het verzet, met name voor het Onafhankelijkheidsfront, dat na de zomer van 1941 werd opgericht. Hoewel de liberalen niet als partij in het verzet stapten, viel in steden als Antwerpen en Gent toch hun grote inbreng op in het vroege pioniersverzet.

Tijdens de bezetting waren er verschillende pogingen om tot een soort nationale eenheidsorganisatie te komen ā€“ het Onafhankelijkheidsfront (OF) had bijvoorbeeld die ambitie ā€“, maar tijdens noch na de oorlog slaagde men erin een dergelijke organisatie op te richten. Globaal bleven altijd twee grote blokken bestaan: een rechts blok, waarvan het Geheim Leger (eerst Belgisch Legioen) de grootste vertegenwoordiger was, en een overwegend links blok, waarvan het OF de grootste organisatie vormde. Het Geheim Leger met ca. 54.000 erkende leden was een rechts-conservatieve organisatie, die vanaf 1942 ook een sterke ontwikkeling kende in Vlaanderen en uiteindelijk ook de meeste steun van Londen kon losweken. Het OF focuste zich op sluikpers en sociale ondersteuning van onderduikers en zou zich ook in Vlaanderen ruim verspreiden, hoewel het er nooit de aantallen haalde van het Geheim Leger. Niettemin was het OF in steden als Antwerpen en Gent een van de grootste organisaties.

De inlichtingsdiensten vormden een belangrijk onderdeel van het verzet. Een daarbij vaak aansluitende vorm van verzet, waren de ontsnappingslijnen. Belangrijk voor een land met een liberale pers Pers
Van bij het ontstaan van de Vlaamse beweging vervulde de Nederlandstalige pers een belangrijke rol als spreekbuis. De veelheid aan Vlaamse kranten en (week)bladen die in de 19de en 20ste ... Lees meer
traditie was ook de sluikpers. Er werden in Belgiƫ ca. 700 clandestiene bladen uitgegeven, waarmee Belgiƫ de grootste dichtheid had van heel bezet Europa. Met het keren van de militaire kansen nam ook de Duitse repressie toe. Er waren grote golven van arrestaties in de zomer van 1942 tot april 1943, en opnieuw vanaf begin 1944. In Belgiƫ werden ca. 40,000 verzetsstrijders gearresteerd, ruim de helft daarvan in 1944. Voor zover bekend werden 16.081 Belgen als politiek gevangene gedeporteerd, terwijl bijna 15.000 verzetslui sneuvelden omwille van hun keuze, in Belgiƫ of in gevangenschap in het buitenland.


Veel gearresteerde verzetslieden kwamen terecht in het beruchte gevangenkamp van Breendonk. Meer dan 300 gevangenen kwamen om door ontbering, marteling of executie. Foto Otto Kropf. (CegeSoma/Rijksarchief, 53506)
Veel gearresteerde verzetslieden kwamen terecht in het beruchte gevangenkamp van Breendonk. Meer dan 300 gevangenen kwamen om door ontbering, marteling of executie. Foto Otto Kropf. (CegeSoma/Rijksarchief, 53506)

De relatieve zwakte van het verzet in Vlaanderen

In Vlaanderen stond het verzet duidelijk zwakker dan in Franstalig Belgiƫ. De officiƫle naoorlogse erkenningen laten een verhouding zien van 70% Franstaligen en 30% Nederlandstaligen, wat een grote wanverhouding is, aangezien 54,2% van de toenmalige bevolking in Vlaanderen woonde (34,5% in Walloniƫ en 11,3% in Brussel). Wel dient opgemerkt dat deze verhouding gebaseerd is op de taal die mensen opgaven in het erkenningsdossier en niet de woonplaats of de actieradius. Veel verzetsmensen in Vlaanderen waren Franstalig of tweetalig, maar pleegden hun verzetsdaden wel in het huidige Vlaanderen. Het totaal aantal erkende verzetsmensen in Vlaanderen lag volgens de officiƫle erkenningscijfers op ongeveer 45.000, wat op ca. 4,4 miljoen Vlamingen 1% van de bevolking zou vertegenwoordigen. Het Franstalige overwicht was het grootst bij de inlichtings- en actiediensten. Van de 48 groepen binnen deze verzetstak opereerden er veertien in de vier Vlaamse provincies (30%). Ook andere cijfers bevestigen dat onevenwicht. Zo vond 72% van de zware gewapende acties plaats in Walloniƫ, 14% in Brussel en slechts 14% in Vlaanderen. Nog een belangrijke indicatie is dat slechts 25,5% van de sluikbladen in het Nederlands werd geschreven. 42,7% werd in Walloniƫ uitgegeven, 31,8% in Brussel. Tot slot blijkt dat slechts 35,1% van de arrestaties van verzetsstrijders in Vlaanderen gebeurde (21,9% in Brussel en 43% in Walloniƫ).

Hoewel diepteonderzoek per regio die cijfers kan nuanceren zal de fundamentele conclusie niet veranderen: het verzet stond significant zwakker in Vlaanderen dan in Franstalig BelgiĆ« en zeker in Nederlandstalige middens. De vaakst vermelde oorzaken zijn dat het linkse antifascisme en het Belgisch patriotisme, de twee ā€˜oermotievenā€™ voor verzet in 1940, veel minder sterk aanwezig waren in Vlaanderen. Deze factoren speelden zeker de eerste twee jaren mee. In 1940 waren de twee belangrijkste verzetsvormen de sluikpers en de inlichtingen. Beide volgden het model van de Eerste Wereldoorlog Eerste Wereldoorlog
De Vlaamse beweging is fundamenteel getekend door de Eerste Wereldoorlog. De oorlog maakte een verregaande democratisering onafwendbaar, met wezenlijke gevolgen voor het politieke draagv... Lees meer
en werden vaak ook geĆÆnitieerd vanuit in hoofdzaak Franstalige groepen die soms rechtstreeks teruggingen tot netwerken uit 1914-1918. Die Franstalige basis die in 1940 en 1941 werd gelegd had een versterkend effect omdat groepen via dezelfde netwerken bleven ontwikkelen.


Door de Duitse politiediensten opgestelde kaart van sabotageacties in Belgiƫ en Noord-Frankrijk voor de periode van 1 tot 10 december 1943. Er is een duidelijk overwicht van acties in Brussel en Walloniƫ. (CegeSoma/Rijksarchief)
Door de Duitse politiediensten opgestelde kaart van sabotageacties in Belgiƫ en Noord-Frankrijk voor de periode van 1 tot 10 december 1943. Er is een duidelijk overwicht van acties in Brussel en Walloniƫ. (CegeSoma/Rijksarchief)

Naast deze klassieke factoren speelden echter nog andere redenen. Eerst moet gewezen worden op het belangrijke onderscheid tussen stad en platteland. Ook in WalloniĆ« bleef het georganiseerde verzet de eerste twee jaren beperkt tot de geĆÆndustrialiseerde regioā€™s en de steden. In steden als Antwerpen en Gent was in 1941 veel meer verzet dan in de meeste landelijke regioā€™s in WalloniĆ«. De inplanting van het verzet volgde aanvankelijk dus vooral geĆÆndustrialiseerde en verstedelijkte assen. Ten tweede was de ontradende invloed van de Kerk zonder twijfel belangrijk in Vlaanderen. Het belangrijkste deel van het episcopaat bleef het verzet de eerste jaren impliciet afwijzen. Op 17 januari 1943 lanceerde Kardinaal Van Roey Van Roey, Ernest-Joseph
Ernest-Joseph van Roey (1926-1961) was Kardinaal-Aartsbisschop van Mechelen. Hij aanvaardde geleidelijk de onvermijdelijkheid van een eentalig Vlaanderen en bestreed het Vlaams-nationalis... Lees meer
zijn oproep aan de landgenoten, waarin hij geweldplegingen door het verzet afwees. Pas begin 1944 zou Van Roey aan het rechts-royalistische Geheim Leger de toestemming geven om aalmoezeniers te benoemen. Ook stond het katholiek geĆÆnspireerde corporatisme Corporatisme
Het corporatisme was in het interbellum, vooral in de crisisjaren 1930, een wijdverspreid, maar tegelijk vaag alternatief maatschappelijk en politiek model. Na de Tweede Wereldoorlog zou ... Lees meer
sterker in Vlaanderen, wat een weinig vruchtbare voedingsbodem vormde voor principieel, ideologisch verzet tegen het beleid van de bezetter. De grotere aanwezigheid van Vlaams-nationale collaborateurs in bestuursfuncties, met name de lokale besturen, maakte clandestiene actie in veel Vlaamse gemeenten ook gevaarlijker. De verschillen tussen Vlaanderen en WalloniĆ« wat betreft de geografie van het landschap, lijken vooral een rol te hebben gespeeld in het veel hogere aantal zendingen uit Londen in de onbewoonde regioā€™s in het zuiden, waarbij wapens, financiĆ«le middelen en inlichtingsagenten vooral in het zuiden van BelgiĆ« werden gedropt.

Een van de elementen die in de naoorlogse strijd om de beeldvorming gebruikt zou worden, was het gebruik van geweld door het verzet, onder meer maar niet uitsluitend tegen al dan niet vermeende Vlaams-nationalistische collaborateurs Collaboratie
Collaboratie verwijst naar de samenwerking met de bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog, in casu van het Vlaams-nationalisme en een deel van de Vlaamse beweging. Lees meer
. In totaal werden ongeveer 850 collaborateurs door het verzet omgebracht, het grootste deel in Walloniƫ door de Gewapende Partizanen, de gewapende verzetsgroep die na juni 1941 ontstond vanuit de KPB en oud-Spanjestrijders. Ook in Vlaanderen waren er bekende voorbeelden, zoals Jozef Podevijn Podevijn, Jef
Jozef Podevijn (1903-1942) was een Vlaams-nationalistische militieleider en commandant van de Fabriekswacht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij werd vermoord door Gewapende Partizanen in ... Lees meer
, commandant van de Fabriekswacht, die op 24 oktober 1942 in Aalst wordt gedood en Antoon Ariƫn Ariƫn, Antoon
Antoon Ariƫn (1909-1944) was VNV-arrondissementsleider van Limburg-Noord en oorlogsburgemeester van Tessenderlo. Hij werd vermoord door het verzet. Lees meer
, arrondissementsleider van het Vlaamsch Nationaal Verbond Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) (1933-1945) was een rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij die tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitse nationaalsocialistis... Lees meer
(VNV) en oorlogsburgemeester Oorlogsburgemeesters
De term ā€˜oorlogsburgemeestersā€™ verwijst naar de collaborerende burgemeesters die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden benoemd en de hoeksteen vormden van de machtsgreep van het Vlaamsch ... Lees meer
van Tessenderlo, die op 18 juli 1944 werd gedood. De meest sprekende incidenten gebeurden in de regio rond Leuven en in de provincie Limburg Limburg
Lees meer
, waar soms op microschaal mechanismen van geweldexplosies ontstonden en waar op aangeven van VNV-gouwleider Theo Brouns Brouns, Theo
Lees meer
gewapende milities van de Dietsche Militie ā€“ Zwarte Brigade Dietsche Militie ā€“ Zwarte Brigade
De Dietsche Militie-Zwarte Brigade was de militie van de Eenheidsbeweging-VNV (1941-1943), in november 1943 herdoopt tot Dietsche Militie (1943-1944). Lees meer
werden ingezet in de zogenaamde contraterreur, die als represaille tegen het verzet diende. Verklaringen voor die geweldexplosies moeten altijd gezocht worden in een combinatie van persoonsgebonden factoren op microniveau (zoals vooroorlogse spanningen) en algemene contextfactoren. Wat dat laatste betreft wijst onderzoek uit dat Limburg vatbaarder was voor extreem geweld, omdat de sociale spanningen in deze pre-industriƫle regio op de spits werden gedreven. Limburg onderging een versneld proces van socio-economische modernisering, waardoor de sociale ongelijkheden tijdens de bezetting zich ook scherper deden voelen.

Vlaamsgezind verzet?

Ondanks het dominante Belgische kader van het verzet ontwikkelden er zich wel verzetsinitiatieven met specifieke Vlaamsgezinde kenmerken en motieven. Toch bleven dat eerder uitzonderingen. De extreme polarisering die de Vlaams-nationalistische collaboratiepolitiek creƫerde, liet geen publieke ruimte voor Vlaamsgezinde initiatieven buiten de collaboratie Collaboratie
Collaboratie verwijst naar de samenwerking met de bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog, in casu van het Vlaams-nationalisme en een deel van de Vlaamse beweging. Lees meer
. De georganiseerde Vlaamse beweging probeerde vooral de eigen netwerken in de (semi-)clandestiniteit overeind te houden tot na de bevrijding. Tegelijk was de anti-Duitse strijd van bij het begin een nationale strijd voor de bevrijding van het grondgebied en de nationale instellingen, waardoor het verzet in hoofdzaak gedragen werd door patriottische netwerken.


Geheime zender van de Witte Brigade-Fidelio in Antwerpen, 1945. (CegeSoma/Rijksarchief, 28089)
Geheime zender van de Witte Brigade-Fidelio in Antwerpen, 1945. (CegeSoma/Rijksarchief, 28089)

De sluikpers creƫerde de beste kansen om specifieke Vlaamse accenten te leggen. Grote verzetsbladen in Vlaanderen waren het katholieke De Vrijschutter De Vrijschutter (1941-1944)
De Vrijschutter was een Vlaamsgezind sluikblad, dat verscheen van 1915 tot 1918 en van 1941 tot 1944 in de regio Halle. Lees meer
, Steeds Vereenigd (van de Witte Brigade/Fidelio), het socialistische De Werker De Werker
De Werker was een Antwerps socialistisch weekblad, dat werd opgericht in 1868 en in 1914 opging in Volksgazet. Lees meer
en het communistische De Roode Vaan De Rode Vaan
Lees meer
. Een meerderheid van deze Nederlandstalige verzetspers legde af en toe specifiek Vlaamse accenten. Maar dat gebeurde altijd in het verlengde van de Belgische identiteit en ging gepaard met een patriottische boodschap. In algemene zin was er nooit een spanning tussen Vlaamse symbolen, zoals Tijl Uilenspiegel Tijl Uilenspiegel
Tijl Uilenspiegel is een personage uit een laatmiddeleeuws Duits volksboek, dat van de 19de eeuw tot diep in de 20ste eeuw door uiteenlopende politieke bewegingen in Belgiƫ en Vlaanderen ... Lees meer
(gebruikt in de Roode Vaan en De Werker bijvoorbeeld) of de Guldensporenslag Guldensporenslag
De Guldensporenslag was een veldslag op de Groeningekouter nabij Kortrijk op 11 juli 1302. Hierbij werd het Franse ridderleger verslagen. De slag kreeg in de Vlaamse beweging een symbolis... Lees meer
, en de Belgisch patriottische boodschap.

Het meest uitgesproken flamingantische verzetsblad was De Vrijschutter uit Halle, dat ā€“ nadat het ook al tijdens de Eerste Wereldoorlog als sluikblad had gecirculeerd ā€“ voor het eerst (her)verscheen in januari 1941. De stichters waren een groep Vlaamse katholieken, waaronder schepen van Halle en drukker Jean DevillĆ© en senator August de Maeght. Ook de katholieke parlementsleden Herman Vergels Vergels, Herman
Lees meer
en Jan van den Eynde werkten mee aan het blad. Hoewel het steevast binnen het dominante patriottische kader bleef, is De Vrijschutter het meest uitgesproken flamingantische verzetsblad van Vlaanderen. Het titelblad verwees naar Jacob van Artevelde Van Artevelde, Jacob
Jacob van Artevelde was een Gents volksleider (overleden in 1345) die in de jaren 1337-1345 de feitelijke macht uitoefende in Gent en in Vlaanderen. Hij verzette zich tegen de Franse invl... Lees meer
en de auteurs besteedden niet alleen aan 21 juli, maar ook aan 11 juli de nodige aandacht. Het blad had een relatief ruime oplage en verkondigde de boodschap dat de collaboratie de Vlaamse emancipatie niet vooruit zou helpen. Het was trouwens ook dit blad dat zich in augustus 1944 verdedigde tegen de opmerking in La Voix des Belges dat Vlamingen minder aan verzet deden dan Franstaligen. Een ander sluikblad met een expliciet flamingantische titel is De Vlaamsche Vlagge De Vlaamsche Vlagge (1941)
De Vlaamsche Vlagge (1941) was een Vlaamsgezind sluikblad tijdens de Tweede Wereldoorlog, opgericht in januari 1941 door drie Leuvense studenten. Lees meer
dat vanaf januari 1941 in Leuven werd uitgegeven door enkele studenten. Zoals de titel aangeeft, verbond ook dit tijdschrift zich expliciet met de Vlaamse beweging. Vergeleken met De Vrijschutter had het een beduidend conservatiever katholiek en bovendien rechts-radicaal Rechts-radicalisme
De rechts-radicale traditie begon toen het Vlaams-nationalisme in het interbellum koos voor Nieuwe Orde en collaboratie. Na de oorlog evolueerde radicaal-rechts in Vlaanderen van nostalgi... Lees meer
karakter. Zo sprak het onder meer steun voor de nationaalsocialistische vervolging tegen de vrijmetselarij, Joden en de zogenaamde ā€˜plutocratenā€™.

Wanneer ze aandacht besteedden aan de naoorlogse periode, leken de meeste van deze flamingantische verzetsbladen een culturele autonomie binnen een unitair Belgisch staatsverband te verdedigen. Vooral de katholieke verzetsbladen koppelden daar ook een uitgesproken royalisme aan vast. Ook was een deel van de Vlaamse verzetspers zich bewust van het gevaar dat de Vlaamse beweging helemaal gekaapt zou worden door de collaboratie en probeerden ze de Vlaamse bevolking daarvoor te waarschuwen. Het Gentse sluikblad Vrij gebruikte als slogan ā€˜Eendracht maakt machtā€™ en gaf als zijn stichtingsdatum 21 juli 1941, maar vermeldde tegelijk ook als verantwoordelijk uitgever: ā€˜Tijl Uylenspiegelā€™. Het blad De Vrijheid verwees telkens naar 11 juli als symbolische herdenkingsdag.


<p>De liberale politicus Henry Story gebruikte zijn middelen en connecties om in de regio van Gent tal van verzetsactiviteiten op te zetten. Zijn sluikblad <em>Vrij</em> vermeldde als uitgever: &lsquo;Tijl Uylenspiegel&rsquo;. (CegeSoma/Rijksarchief)</p>

De liberale politicus Henry Story gebruikte zijn middelen en connecties om in de regio van Gent tal van verzetsactiviteiten op te zetten. Zijn sluikblad Vrij vermeldde als uitgever: ā€˜Tijl Uylenspiegelā€™. (CegeSoma/Rijksarchief)

Vlaamse accenten waren er in het begin ook in de Vlaamse vleugel van het Onafhankelijkheidsfront, waarvan het initiatief kwam van de Kommunistische Partij. Met mensen als Jef van Extergem Van Extergem, Jef
Jef van Extergem (1898-1945) was een Vlaamsgezinde, eerst socialistische en later communistische politicus. Lees meer
en Bert van Hoorick Van Hoorick, Bert
Bert van Hoorick (1915-2000) was een Vlaamsgezind communistisch en later socialistisch politicus. Hij was antimilitaristisch en zat tijdens de Tweede Wereldoorlog in het verzet. Hij was v... Lees meer
van de Vlaamsche Kommunistische Partij Vlaamsche Kommunistische Partij
De Vlaamse Kommunistische Partij (1937-1945) was een onderafdeling van de Kommunistische Partij. Ze verdedigde een federaal standpunt en gaf het tijdschrift Het Vlaamsche Volk uit. ... Lees meer
(VKP) probeerde het OF in Vlaanderen aanvankelijk expliciet in te spelen op flamingantische gevoelens als mobiliserende factor. Opnieuw zien we dat het meest expliciet in de sluikpers, zoals bijvoorbeeld in het blad Klokke Roeland. Als Verantwoordelijke Uitgevers van het blad Ons Vaderland noemde men bijvoorbeeld Frans Anneessens, Jan Breidel, Pieter de Coninck, Jacob van Artevelde en Zannekin. Een ander blad was De Vlaamsche Leeuw van de Groep Rita, die later opging in het OF. De Fransprekende kaders van verzetsorganisaties voelden het gebrek aan Nederlandssprekende leiders en deden hun best om de Franstalige verzetspers ook in de andere landstaal uit te brengen. Dat was bijvoorbeeld het geval bij La Voix des Belges-De Stem der Belgen van de Belgische Nationale Beweging. In het algemeen probeerde de (Franstalige) clandestiene pers zoals La Libre Belgique en La Voix des Belges het onderscheid tussen Vlamingen en Franstaligen te minimaliseren.

Daarnaast werd een Vlaams-nationale toonzetting ook strategisch gebruikt. Een voorbeeld was De Klauwaert. Strijdblad der Antwerpsche Vlaamsche Nationalisten, dat vanaf februari 1942 verscheen. Dit initiatief van onder meer Remy Gillis van de VKP was bedoeld om Vlaams-nationalisten weg te lokken van de collaboratie en idealiter voor het OF te winnen. Veel effect had dat trouwens niet en het blad hield snel op te bestaan toen Gillis in april 1942 werd gearresteerd. In dezelfde lijn kunnen we ook Radio Blauwvoet vermelden, een op initiatief van het Britse Political Intelligence Department opgerichte en uit Londen opererende radio Radio
Lees meer
zender die twijfelende VNV-leden moest demoraliseren. Vanuit dezelfde strategie was er de door Van Hoorick opgestelde Open Brief aan Professor Daels van 1 september 1941. Deze brief die in een Gents sluikblad werd gepubliceerd, ging zogenaamd uit van Vlaams-nationalisten die uit protest tegen de werving voor het oostfront bij de VKP aansloten. Hier gaat het dus om puur strategisch gebruik van een Vlaams-nationale boodschap, die weinig of geen effect sorteerde. Binnen het OF was trouwens al snel minder ruimte voor dit soort Vlaamse boodschappen. Vanaf 1942 legden zowel de communistische partijleiding als de leiding van het OF het patriottische kader veel sterker op aan hun leden, in die mate dat zelfs de sociale strijd naar het tweede plan dreigde te verdwijnen. De flamingantische rol van de VKP was al snel uitgespeeld en in de statuten van het OF werden verwijzingen naar het Vlaamse en Waalse volk in maart 1942 geschrapt. De aanhoudingen van Van Extergem en Van Hoorick versterkten die Belgische evolutie nog.


<p>Het communistische sluikblad <em>De Rode Vaan</em> roept &lsquo;Vlamingen en Walen&rsquo; op om zich te verzetten tegen de Duitse bezetter, mei 1942. (CarCoB)</p>

Het communistische sluikblad De Rode Vaan roept ā€˜Vlamingen en Walenā€™ op om zich te verzetten tegen de Duitse bezetter, mei 1942. (CarCoB)

Verzetsorganisaties groeiden uiteindelijk uit tot pluralistische netwerken, waarin katholieken en vrijzinnigen, Vlamingen en Franstaligen en mensen uit diverse klassen samenwerkten. Het is evident dat ook veel individuele flaminganten zich in deze Belgisch-patriottische netwerken integreerden. Een bekend voorbeeld is Jan Bascour Bascour, Jan
Jan Bascour (1923-1996) was een Vlaamsgezinde liberale politicus en burgemeester van Lennik. In 1968 was hij medestichter van de Blauwe Leeuwen in Brussel. Hij was (onder)voorzitter van d... Lees meer
, na de oorlog medestichter van de Blauwe Leeuwen Blauwe Leeuwen
Blauwe Leeuwen verwijst naar de Brusselse Vlaamse liberalen die zich in 1968 en 1969 afscheurden van de Brusselse arrondissementsfederatie van de Partij voor Vrijheid en Vooruitgang (PVV)... Lees meer
en voorzitter van de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap
Lees meer
. De liberale Vlaamsgezinde advocaat Frans de Hondt uit Hemiksem was een van de zeldzame mensen die al vroeg voor principieel verzet koos, vanuit een antifasistische overtuiging. Ook Alfons Jeurissen Jeurissen, Alfons
De ondernemer Alfons Jeurissen (1900-1969) was gemeenteraadslid van Zonhoven en senator voor de Volksunie (VU) in Limburg. Lees meer
, na de oorlog senator voor de Volksunie Volksunie
Tussen 1954 en 2001 bepaalde de Volksunie (VU) als Vlaams-nationalistische partij mee de politieke evolutie in Belgiƫ, van unitaire staat tot federaal koninkrijk. Ze groeide uit tot de tw... Lees meer
, was lid van het verzet. Een ander bekend voorbeeld is de socialist Walter Debrock Debrock, Walter
Walter Debrock (1911-1996) beschouwde de Vlaamse beweging als vrijzinnige, antifascist, socialist en ingeweken Brusselaar als een emanciperende maatschappelijke stroming die de Nederlands... Lees meer
, die zich aansloot bij het OF en in 1943 in Duitse concentratiekampen werd opgesloten. De trotskist Ernest Mandel Mandel, Ernest
Historicus Ernest Mandel (1923-1995), hoogleraar aan de Vrije Universiteit Brussel, was bijzonder actief in de Belgische en de internationale trotskistische beweging en formuleerde onder... Lees meer
speelde als lid van het OF een belangrijke rol in het Antwerpse verzet en was na de oorlog nog actief in de linkervleugel van de Vlaamse beweging.

Een belangrijk vrouwelijk verzetslid was Betsy Hollants Hollants, Betsie
Betsie Hollants (1905-1996) was redacteur van De Morgenpost en Vandaag. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was ze betrokken bij het verzet. Vervolgens was ze hoofdredacteur van De Nieuwe Stan... Lees meer
, voor de oorlog iemand uit de kring van Gustaaf Sap Sap, Gustaaf
Gustaaf Sap (1886-1940) was een invloedrijk en controversieel katholiek politicus, die op verschillende momenten in zijn leven een ministerpost bekleedde en vanaf 1929 tot zijn overlijden... Lees meer
, die onder meer uitblonk in de hulp aan Joden en samenwerkte met Jef van Bilsen Van Bilsen, Jef
Jef van Bilsen (1913-1996) speelde tijdens de jaren 1930 en in de eerste jaren van de Tweede Wereldoorlog een leidende rol in het Verdinaso en stapte na de ontbinding van deze beweging in... Lees meer
. Die laatste was voormalig lid van het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen
Het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen (Verdinaso) (1931-1941) was een fascistisch geĆÆnspireerde beweging onder leiding van Joris van Severen, die een staats- en maatschappijherv... Lees meer
(Verdinaso) en trad tijdens de oorlog toe tot het Belgisch Legioen (Geheim Leger). Inderdaad koos een klein deel van het Verdinaso na de dood van Joris van Severen Van Severen, Joris
Joris van Severen (1894-1940) is vooral bekend als de oprichter en leider van het fascistisch geĆÆnspireerde Verdinaso (Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen). Medio jaren 1930 verru... Lees meer
voor het verzet, met als belangrijkste figuur naast Van Bilsen ook nog Frantz van Dorpe Van Dorpe, Frantz
Lees meer
, die lid werd van enkele inlichtings- en actiediensten. Szondi Sandor Szondi, SƤndor
SƔndor Szondi, Brusselaar van Hongaars afkomst, hoewel opgegroeid in West-Vlaanderen waar zijn Vlaamsgezindheid werd aangescherpt. Stichtte Vlaams ambtenarenverbond, culturele groep Eige... Lees meer
, die mede vanwege zijn verzetsengagement tot Belg genaturaliseerd werdt na de bevrijding, zette zich na de bevrijding als CVP-politicus in voor de verbetering van de positie van Vlamingen in Brussel Brussel
In de geschiedenis van de Vlaamse beweging speelde Brussel een unieke rol vanwege haar hoofdstedelijke functies, economische aantrekkingskracht en als symbool van verfransing, die zich v... Lees meer
. Overigens waren er zelfs flaminganten die in het verzet traden uit afkeer van de Vlaams-nationalistische collaboratiepolitiek, zoals Hofman Huig Hofman, Huig
Huig Hofman (1901-1980) speelde een centrale rol in het populariseren van volksdans en jeugdherbergen in Vlaanderen tijdens het interbellum. Tijdens de Tweede Wereldoorlog ging hij in het... Lees meer
, die zich uit de Vlaamse Jeugdherbergcentrale terugtrok om lid te worden van het OF.

In tegenstelling tot deze engagementen, had het zogenaamde Dietse verzet tijdens de bezetting niets met echt verzet te maken. Het ging daarbij om kleine groepjes van vooral jongere mensen binnen de collaboratie, die binnenskamers protest aantekenden tegen de onvoorwaardelijke collaboratiepolitiek van het VNV. De voornaamste voorbeelden zijn Nederland EĆ©n! Nederland EĆ©n!
Nederland EĆ©n! was een geheime organisatie die tijdens de Tweede Wereldoorlog binnen het collaborerende Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) de Dietse gedachte verdedigde. Lees meer
, het Dietsch Eedverbond Dietsch Eedverbond
Het Dietsch Eedverbond was een informele en clandestiene organisatie die ijverde voor de prioritering van het Dietse streven. Lees meer
en het Dietsch Studenten Keurfront Dietsch Solidaristisch Keurfront
Lees meer
. In 1944 werd dat protest soms een openlijke dissidentie. Deze kleine groepen keurden de collaboratiepolitiek of het nationaalsocialisme niet af, maar verzetten zich tegen het gebrek aan garanties voor Vlaamse/Dietse onafhankelijkheid. Na de bevrijding werd de term ā€˜verzetā€™ bewust op deze groepen gekleefd om de collaboratie te vergoelijken als een daad van Vlaamsgezind idealisme.

Het verzet in de naoorlogse beeldvorming

De weinige Vlaamsgezinde verzetsinitiatieven slaagden er na de oorlog niet in om een basis te vormen voor een levensvatbare beweging. Integendeel, in Vlaanderen zou de dominante collectieve herinnering aan het verzet lange tijd gekenmerkt worden door onverschilligheid of zelfs een negatieve stereotypering. In Vlaanderen en Franstalig Belgiƫ ontstond geleidelijk een soort omgekeerde collectieve oorlogsherinnering, waarbij een dominante (katholieke) stroming in Vlaanderen zich ging identificeren met voormalige collaborateurs en de dominante stroming in Franstalig Belgiƫ zich identificeerde met de (vermeende) erfenis van het verzet.

De zaden voor dat beeldvormingsproces werden meteen bij de bevrijding geplant, met name tijdens de volksrepressie Repressie
Lees meer
of de straatrepressie. Het verzet speelde een rol bij het aanhouden en interneren van al dan niet vermeende collaborateurs en soms ook in de volkswoede in september-oktober 1944 en opnieuw in mei 1945. Het is moeilijk om in deze straatrepressie spontaniteit te onderscheiden van bewuste politieke sturing. De situatie verschilde per stad of gemeente: in sommige gemeenten namen verzetsgroepen bij de bevrijding kort het gezag over en stimuleerden ze mee de straatrepressie, in andere gemeenten hielp het verzet bij de ordehandhaving en beschermden ze feitelijk collaborateurs tegen de volkswoede door hen preventief te interneren. Dat genuanceerde beeld raakte volledig verloren in de negatieve beeldvorming rond het verzet, waarin de straatrepressie in Vlaanderen een constituerend element vormde. Het gevaar van een mogelijke staatsgreep door communisten of royalistische militairen werd in 1944-1945 trouwens bewust door een deel van de politieke elite gecultiveerd om het verzet te de-legitimeren en zich te verzekeren van geallieerde steun. Hoewel een staatsgreep in 1945 nooit een reƫel gevaar was, flakkerde het geweld aanvankelijk nog wel op, bijvoorbeeld in politieke aanslagen op al dan niet vermeende collaborateurs na de bevrijding. Het meeste symbolisch gewicht had de aanslag op de IJzertoren IJzertoren
De IJzertoren is een Vlaamsgezind monument in Diksmuide, dat in 1928-1930 werd opgericht als eerbetoon aan de Vlaamse soldaten die sneuvelden aan het IJzerfront tijdens de Eerste Wereldoo... Lees meer
op 15-16 maart 1946. Die werd in de Vlaamse beweging algemeen toegeschreven aan ā€˜het anti-Vlaamse Belgische verzetā€™ en het feit dat de daders nooit berecht werden versterkte de overtuiging dat een crimineel verzet samenspande met een anti-Vlaamse Belgische staat. De gebeurtenissen tijdens de eerste naoorlogse jaren leverden dus de ingrediĆ«nten voor een vereenzelviging van het verzet met geweld en straffeloosheid.


Vermeende collaborateurs worden in Antwerpen aangehouden door het verzet, 4 september 1944. (CegeSoma/Rijksarchief, 28413)
Vermeende collaborateurs worden in Antwerpen aangehouden door het verzet, 4 september 1944. (CegeSoma/Rijksarchief, 28413)

Een tweede factor was het feit dat het verzet geen aansluiting vond bij de traditionele Belgische politieke en socio-economische machtsstructuren, die als dusdanig ook niet in het verzet stonden. Een integratie in de staatsstructuren van met name het leopoldistische en communistische verzet mislukte grotendeels. Het Belgische natieproject kwam sterk verzwakt uit de Tweede Wereldoorlog, maar de Belgische staat kon of wilde die eerste jaren na 1944 geen werk maken van een nationale herdenkingscultuur rond de oorlog. Het verzet kon niet verhinderen dat het al snel meegezogen werd in een ideeƫnstrijd waarin het eigenlijk geen krachtig (tegen)verhaal kon presenteren. Het ComitƩ voor Actie en Waakzaamheid lanceerde in 1948 een nieuwe Belgische vlag waarop de Waalse haan en de Vlaamse leeuw broederlijk verenigd waren. Het ComitƩ probeerde ook de IJzerbedevaart IJzerbedevaarten
De IJzerbedevaart is een jaarlijkse herdenking van de Vlaamse gesneuvelden tijdens de Eerste Wereldoorlog, die ontstond omstreeks 1920. Dit voor de Vlaamse beweging erg symbolische gebeur... Lees meer
uit anti-Belgisch vaarwater te houden door in 1953 een dubbele bedevaart te organiseren naar Diksmuide en Breendonk. Dit soort initiatieven bleken een gevecht tegen de bierkaai. Het verzet slaagde er niet in om drager te worden van een hernieuwd Belgisch natieproject waarin ook de Vlaamse beweging een plek kon vinden.

De derde factor was dat de pluralistische aard van het verzet ā€“ tijdens de bezetting een grote kracht ā€“ zich na de bevrijding in zekere zin tegen zichzelf keerde. De slagkracht van het verzet als een maatschappelijke drukkingsgroep erodeerde geleidelijk door groeiende interne verdeeldheid. Het officiĆ«le erkenningsbeleid leidde in de praktijk tot een gepolitiseerde slachtoffercompetitie die de verzetsorganisaties tegen elkaar opzette. Die organisaties hadden vooral de pech zich pal in het midden van de meest verdelende naoorlogse politieke kwesties te bevinden: de repressie van de collaboratie die vooral in Vlaanderen al snel tot polarisering leidde, de Koningskwestie Koningskwestie
Constitutioneel, politiek en maatschappelijk vraagstuk rond de persoon en de houding van koning Leopold III tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lees meer
die het verzet in tweeĆ«n spleet en de Koude Oorlog, die leidde tot de politieke marginalisering van het communistische deel van het verzet. De eerste jaren na de oorlog waren verzetskringen in Vlaanderen gematigder dan in Franstalig BelgiĆ« als het om de roep om een strenge repressie ging.Ā  Verzetskringen in Vlaanderen waren zich zeer bewust van het gevaar van minorisering. Het Nationaal ComitĆ© voor Actie en Waakzaamheid kon PSC-minister Paul Struye Struye, Paul
Paul Struye (1896-1974) was een Belgisch jurist, katholiek politicus en raadgever in de entourage van koning Leopold III tijdens de bezetting. Struye toonde zich een vroege Belgische voor... Lees meer
in november 1948 nog dwingen om af te treden vanwege zijn als laks beschouwde repressiebeleid. Het ComitƩ en de vaderlandslievende kringen werden daarna strategisch bij de beleidsuitvoering betrokken, wat een vergiftigd geschenk bleek: veel invloed had het ComitƩ niet, maar de beleidsbetrokkenheid verscherpte wel de tegenstelling tussen voor- en tegenstanders van gratiƫrende maatregelen. Vooral de Koningskwestie maakte elk nationaal verzetsfront definitief onmogelijk. De leopoldistisch gezinde strekking en de linkervleugels van het verzet kwamen tegenover elkaar te staan en het ComitƩ voor Actie en Waakzaamheid viel zelfs uiteen als gevolg van interne onenigheid over deze kwestie.

In de jaren 1950 zat het verzet opgesloten in een traditionele, militaire herdenkingstraditie, waarvan de mobilisatiekracht geleidelijk afkalfde. Die ontwikkeling versterkte zich nog in de jaren 1960, toen het bewust politieke gebruik van het bezettingsverleden door partijen als de Volksunie en het Front dƩmocratique des Francophones DƩmocrate fƩderaliste indƩpendant
Lees meer
(FDF) toenam. Het amnestie Amnestie
Lees meer
-streven werd de motor van een echte culturele propagandastrijd. Het achterliggende politiek doel van die strijd was om een anti-Belgische oorlogsherinnering in Vlaanderen te gebruiken als breekijzer om Belgiƫ Belgiƫ
Geen Vlaamse beweging zonder Belgiƫ. Het is ook onmogelijk om Belgiƫ te begrijpen zonder de geschiedenis van de Vlaamse beweging erbij te betrekken. Tussen het ontstaan van een culturele ... Lees meer
verder open te wrikken. In Vlaanderen was het verzet daarbij het kind van de rekening. In een bewust gecultiveerde herinneringsconstructie werden verzetslui in het beste geval profiteurs (zie ook de ā€˜septemberweerstandersā€™) of roekeloze avonturiers, in het slechtste geval gewelddadige criminelen. Het verzet ging in veel Vlaamsgezinde kringen synoniem staan met ā€˜Belgisch terrorismeā€™, zoals Broederband Broederband
Broederband was een losse federatie van vriendenkringen van oud-collaborateurs, hoofdzakelijk oud-leden van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV), die in aanraking waren gekomen met de rep... Lees meer
, een Vlaamse vereniging van oud-collaborateurs, het in 1965 noemde. Als we een dominant collectief geheugen beschouwen als het product van een bewuste ideeƫnstrijd, dan voerde de Vlaamse beweging een schoolvoorbeeld van een bijzonder succesvolle herinneringscampagne. Ze neutraliseerde alle potentiƫle interne verdeeldheid met ƩƩn gemeenschappelijke vijand (Belgiƫ) en ƩƩn simpel, gemeenschappelijk doel (amnestie). Voor de meeste flamingantische verzetsmensen werd het moeilijk hun Vlaamsgezindheid in overeenstemming te brengen met hun ideologische verzetskeuze. Een frappant voorbeeld is Jan Boon Boon, Jan
Jan Boon (1898-1960) was tijdens de Eerste Wereldoorlog betrokken bij het activisme. Later was hij hoofdredacteur van De Standaard. Van 1939 tot aan zijn overlijden had hij de leiding van... Lees meer
, een gewezen activist Activisme
Het begrip activisme verwijst naar de fractie van flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog bereid was om politiek of anderszins samen te werken met de Duitse bezetter en financiƫle... Lees meer
, die in 1939 administrateur-generaal van de Vlaamse radio-omroep werd en tijdens de oorlog tot het verzet toetrad. In lijn met zijn verzetsengagement probeerde hij na de oorlog tevergeefs een huwelijk tot stand te brengen tussen het Vlaams cultuurnationalisme en het Belgische nationale kader.


<p>Een scheefgetrokken beeldvorming: collaborateurs werden slachtoffers en verzetslieden daders. Tekening van Jef Nys in <em>&rsquo;t Pallieterke</em>, 26 augustus 1948) (ADVN, VY9000002)</p>

Een scheefgetrokken beeldvorming: collaborateurs werden slachtoffers en verzetslieden daders. Tekening van Jef Nys in ā€™t Pallieterke, 26 augustus 1948) (ADVN, VY9000002)

Vanaf de tweede helft van de jaren 1960 slaagden de verzetsbewegingen er steeds minder in om nog aansluiting te vinden bij jongeren. Enkele pogingen om de boodschap te moderniseren en meer internationaal en universeel te maken, hadden uiteindelijk weinig impact. Ondanks de grote hoeveelheid publicaties rond het verzet ā€“ grotendeels in het Frans ā€“ werd een nationale geschiedenis met impact nooit geschreven. Er ontstond ook geen populaire cultuur rond het verzet die met romans, films of tentoonstellingen een grotere maatschappelijke invloed had kunnen hebben. Het contrast met de Vlaamse collaboratie- en repressie literatuur Literatuur
De literatuur heeft een cruciale rol gespeeld in het ontstaan van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd en ook in de daaropvolgende fasen van de Vlaamse natiewording zijn schrijvers vaak richting... Lees meer
kon niet groter zijn. In Vlaanderen waren de sociale lagen van de bevolking die te maken kregen met de naoorlogse repressie een bij uitstek schrijvende en cultuur-producerende middenklasse, die hun traumatische ervaringen op schrift stelden (in het Nederlands) en dat gold blijkbaar niet voor de verzetsmiddens in Vlaanderen.

De invloed van voormalige verzetsgroepen als drukkingsgroep in het repressiedebat nam dan ook sterk af. Ironisch genoeg waren de Vlaamsgezinde verzetsmensen met de grootste maatschappelijke impact wellicht zij die een rol in de amnestiebeweging gingen spelen. Het meest prominente voorbeeld was Louis Kiebooms Kiebooms, Louis
Louis Kiebooms (1903-1992) was een journalist en politicus. Hij was hoofdredacteur van de Gazet van Antwerpen, kamerlid voor de Christelijke Volkspartij en burgemeester van Wilrijk. Hij w... Lees meer
, de flamingantische katholieke journalist die al heel vroeg door de bezetter werd aangehouden en jarenlang in het kamp van Sachsenhausen zat. Als CVP-kamerlid na de oorlog gebruikte hij zijn moreel gezag als politiek gevangene om een van de belangrijkste pleitbezorgers worden van verzachtende maatregelen voor bepaalde gevolgen van de naoorlogse repressie en later ook van amnestie. Hij deed dat trouwens ook als bezieler van het Verbond van het Vlaams Verzet Verbond van het Vlaams Verzet
Het Verbond van het Vlaams Verzet (VVV) was een katholiek geĆÆnspireerde organisatie die zich in de jaren 1950 inzette voor de amnestie van gewezen collaborateurs tijdens de Tweede Wereldo... Lees meer
, een amnestiebeweging wier dubbelzinnige naam wellicht niet hielp om een dialoog met echte verzetsbewegingen tot stand te brengen. Ook De Standaard De Standaard
Lees meer
-journalist en auteur Louis de Lentdecker De Lentdecker, Louis
Louis de Lentdecker (1924-1999) was tijdens de Tweede Wereldoorlog actief in het gewapend verzet, maar toonde als rechtbankverslaggever ten tijde van de processen tegen collaborateurs beg... Lees meer
, die tijdens de bezetting lid was van het Geheim Leger, zou na de bevrijding zijn pen inzetten om op humanitaire gronden de ā€˜uitwassenā€™ van de naoorlogse repressie aan te vallen. Marcel Vandewiele Vandewiele, Marcel
Marcel Vandewiele (1920-1999) was actief binnen de Christelijke vakbeweging, werd gemeenteraadslid in Brugge, senator en staatssecretaris voor ruimtelijke ordening en huisvesting in de re... Lees meer
, tijdens de bezetting vanuit de Katholieke Arbeidersjeugd Katholieke Arbeidersjeugd
De Katholieke Arbeidersjeugd (KAJ) was een jongerenvereniging van de christelijke arbeidersbeweging en tegelijk een gespecialiseerde Katholieke Actiebeweging, opgericht in 1924 door de pr... Lees meer
(KAJ) actief in het verzet, kantte zich na de bevrijding al meteen tegen de straatrepressie, en bleef zich als CVP-politicus en vooraanstaand flamingant, onder meer binnen de IJzerbedevaart, uitspreken tegen bepaalde gevolgen van de repressie. Bert Aerts Aerts, Bert
Bert Aerts (1915-1986) was tijdens de Tweede Wereldoorlog actief in het verzet. Na de oorlog verdedigde hij als advocaat vele collaborateurs en zette hij zich in voor amnestie. Lees meer
, die vanwege zijn verzetsactiviteiten drie jaar vastzat in verschillende Duitse kampen en gevangenissen, zou na de bevrijding als advocaat veroordeelde collaborateurs verdedigen en zijn legitimiteit als verzetsman uitspelen in de amnestiebeweging.

Het verzet deemsterde geleidelijk weg binnen een achterhaalde herdenkingstraditie in een federaliseringscontext. De jaren 1990 legden echter de basis voor een geleidelijke ommekeer die ettelijke decennia zou vragen. De noodzakelijke voorwaarde voor meer positieve aandacht voor het verzet, was het afkalven van de vergoelijkende houding tegenover de collaboratie na de verkiezingsoverwinning van het Vlaams Blok Vlaams Belang
Vlaams Belang is een radicaal-rechtse Vlaams-nationalistische partij, die in 1978 ontstond onder de naam ā€˜Vlaams Blokā€™, als verkiezingskartel van de Vlaamse Volkspartij en de Vlaams Natio... Lees meer
in 1991 (ā€˜Zwarte Zondagā€™). Ook in Vlaanderen werd de erfenis van de Tweede Wereldoorlog geleidelijk beschouwd als een nuttig instrument in de ideeĆ«nstrijd tegen extreemrechts. De grootschalige herdenkingen van 1995 (50 jaar einde van de oorlog) markeerden een breukpunt. Ze werden gekenmerkt door een boodschap van universele mensenrechten en internationale samenwerking, sterk gestuurd door politieke overheden. Aanvankelijk was het vooral de internationale Holocaustherdenking die ook in Vlaanderen aansluiting vond. Veel meer dan de Belgische verzetserfenis dat ooit kon doen, zou de raciale vervolging vanaf de jaren 2000 het collectieve geheugen aan de Tweede Wereldoorlog gaan domineren. De vzw Witte Brigade-Fidelio sprak tussen 2000 en 2002 zijn steun uit voor de verzoeningspogingen naar collaborateurs toe, maar werd op dat moment nog nauwelijks gehoord.

Na 2010 nam echter de historische aandacht voor het verzet opnieuw toe. Tussen 2009 en 2017 was ca. 25% van alle aan de Tweede Wereldoorlog gerelateerde publicaties in Belgiƫ verbonden aan het thema van de Duitse repressie tegen slachtoffers, waaronder ook verzetsmensen, en er werd fundamenteel nieuw onderzoek gelanceerd. Voor het eerst viel die historische aandacht in Vlaanderen in vruchtbare aarde. Die nieuwe belangstelling culmineerde in de Canvas TV-reeks Kinderen van het verzet (2019) en het boek Was opa een held? (2020). Laatstgenoemde publicatie kende in Vlaanderen een grotere respons dan in Franstalig Belgiƫ. Tijdens de lokale herdenkingen in Vlaanderen van 75 jaar bevrijding in 2019 dook het verzet opnieuw op als belangrijk thema. Na 2020 ontstond ook in Vlaanderen een beweging om de verzetserfenis opnieuw actief te gebruiken in de strijd tegen extreemrechts, in een beweging die nieuw was, maar tegelijk grote parallellen vertoonde met de klassieke antifascistische strijd van de jaren 1950-1970.

Literatuur

ā€“ H. Van de Vijver, R. van Doorslaer & E. Verhoeyen, Het Verzet (2) (BelgiĆ« in de Tweede Wereldoorlog), Antwerpen/Amsterdam/Kapellen, 1988.
ā€“ F. Maerten, Les courants idĆ©ologiques et la RĆ©sistance belge: une adhĆ©sion limitĆ©e, in: Les courants politiques et la RĆ©sistance: ContinuitĆ©s ou ruptures? Colloque international, Esch-sur-Alzette, avril 2002, Luxembourg, Archives Nationales, 2003, p. 318.
ā€“ J. Laplasse & K. Steen, Bibliografie Verzet (geactualiseerd tot 2004), Brussel, 2005. [http://www.cegesoma.be/docs/media/Bibliographies/bibliografie_verzet.pdf]
ā€“ L. de Jonghe, Belge, RĆ©veille-toi! Belgische nationale identiteiten in de clandestiene pers tijdens de Tweede Wereldoorlog, Universiteit Gent, Onuitgegeven masterscriptie, 2010.
ā€“ K. Aerts & Br. de Wever, Het verzet in de publieke herinnering in Vlaanderen, in: BTNG, jg. XLII, 2012, nrs. 2-3, pp. 78-107.
ā€“ F. Maerten, Het verzet. Antifascisme en patriottisme, in: M. van Den Wijngaert (red.), BelgiĆ« tijdens de Tweede Wereldoorlog, Antwerpen, 2015, pp. 207-264.
ā€“ M. Corthals, Welke toekomst voor een bevrijd BelgiĆ«? Hoe de Vlaamse verzetspers zich voorbereidde op het einde van de Tweede Wereldoorlog, in: BTNG, jg. XLVIII, 2018, nr. 3, pp. 36-64.
ā€“ F. Maerten, Het verzet: een strijd in de schaduw, in: W. Devos & K. Gony (red.), Oorlog, bezetting, bevrijding. BelgiĆ« 1940-1945, Brussel, 2019, pp. 201-215.
ā€“ N. Wouters, Het verzet: vergeten verleden?, in: Fabrice Maerten (red.), ā€˜Was opa een held?ā€™ Speuren naar mannen en vrouwen in het verzet tijdens WOII, Tielt, 2020, pp. 21-39.
ā€“ Br. de Wever & K. Steen, Het verzet in Gent tijdens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog, in: BTNG, jg. LII, 2022, nrs. 1-2, pp. 86-118.

Suggestie doorgeven

Etienne Verhoeyen / Nico Wouters

1975: Jean-LĆ©on Charles / Willem Meyers (pdf)

2023: Nico Wouters

Databanken

Inhoudstafel