Katholieke Vlaamse Landsbond (1919-1964)

Organisatie
Emmanuel Gerard (2023, aanvulling), Emmanuel Gerard (2023, ongewijzigd)

De Katholieke Vlaamsche Landsbond (1919-1955) was de federatie van de Katholieke Vlaamsche Arrondissementsbonden, die als drukkingsgroep streed voor de vernederlandsing van Vlaanderen met het Vlaamse minimumprogramma als leidraad.

Afkorting
KVL
Alternatieve naam
Katholieke Vlaamsche Landsbond
Katholieken Vlaamschen Landsbond
Katholieke Vlaamsche Arrondissementsbond
Katholiek Vlaamsch Verbond
Katholieke Vlaamsche Bond
Oprichting
28 september 1919
Stopzetting
1964
Leestijd: 24 minuten

De Katholieke Vlaamsche Landsbond was de federatie van de Katholieke Vlaamsche Arrondissementsbonden, gesticht op 28 september 1919. In de realisatie van de taalwetgeving Taalpolitiek en -wetgeving
Situaties van taalonderdrukking vindt men wereldwijd. Daarom besteedt deze bijdrage eerst aandacht aan gehanteerde taalpolitieke strategieën. Ook in België verzette een gedomineerde taalg... Lees meer
en de vervlaamsing van het maatschappelijke leven heeft de KVL tussen beide wereldoorlogen een vooraanstaande rol gespeeld. Het was onder zijn stuwkracht dat het verzet van het ‘ franskiljonisme Franskiljon
'Franskiljon' is in het traditionele flamingantische discours de benaming van een voorstander en bevorderaar van de verfransing in Vlaanderen. Het begrip kenmerkt iemand die overtuigd is ... Lees meer
’ en de overwegende positie van het Franssprekende gedeelte van het land in de katholieke partij Katholieke partij
De katholieke partij, later CVP (vanaf 1945) en CD&V (vanaf 2001) speelde een cruciale rol in de geschiedenis van de Vlaamse beweging. De partij had een belangrijk aandeel in onder m... Lees meer
doorbroken kon worden. De KVL was tevens de leerschool die vele jonge katholieke Vlamingen naar een politieke toekomst begeleidde.

De Landsbond voor 1914

De eerste overkoepelende organisatie van de katholieke flaminganten werd onder de naam Vlaamsche Katholieke Landsbond opgericht in april 1891. Deze Landsbond was bedoeld als een instrument van de Vlaamsgezinde kleine burgerij in haar strijd om erkenning binnen de katholieke partij Katholieke partij
De katholieke partij, later CVP (vanaf 1945) en CD&V (vanaf 2001) speelde een cruciale rol in de geschiedenis van de Vlaamse beweging. De partij had een belangrijk aandeel in onder m... Lees meer
. Het initiatief was uitgegaan van de Katholieke Vlaamsche Bond van Oudenaarde, waarbij zich vervolgens ook de Vlaamsche Bond van het Arrondissement Brussel Vlaamsche Bond van het Arrondissement Brussel
De Vlaamse Bond, in 1889 opgericht, was een belangenbehartiger voor Vlaamse katholieke Brusselaars. In 1893 ging de Bond op in de conservatieve associatie. Lees meer
, de Vlaamsche Kiezersbond Vlaamsche Kiezersbond
De Vlaamsche Kiezersbond was een Brusselse, flamingantische kiesvereniging die werd opgericht in 1872. Ze nam deel aan de parlementsverkiezingen van dat jaar. Bij de gemeenteraadsverkiezi... Lees meer
van Gent, het Davidsfonds Davidsfonds
Het Davidsfonds is een katholieke Vlaamse cultuurvereniging, die werd opgericht in januari 1875. Lees meer
, de Katholieke Schoolpenning van Gent, de Katholieke Burgersgilde van Brugge en de Oud-hoogstudentenbond van West-Vlaanderen hadden aangesloten. In april 1894 telde de Landsbond zo'n 100-tal verenigingen, waarvan 40 uit West-Vlaanderen. Organisatorisch bleef de Landsbond een los geheel. Niet alleen waren de toetredende verenigingen van zeer diverse aard, ze behielden bovendien hun volstrekte autonomie. De Nederduitsche Bond Nederduitsche Bond
De Nederduitsche Bond (1861-1914) was een Antwerpse kiesvereniging die flamingantische katholieken en liberalen verenigde. De Bond was een invloedrijke machtsfactor binnen de Meeting, voo... Lees meer
van Antwerpen bleef buiten de Landsbond, omdat hij de voorkeur gaf aan een onpartijdige werking. Dat betekende een ernstige handicap.
Tot het eerste bestuur behoorden Emiel de Visschere De Visschere, Emiel
Emiel de Visschere (1861-1910) engageerde zich tijdens zijn Leuvense studietijd in de katholieke Vlaamsgezinde scholieren- en studentenbeweging. Nadat hij zich in Brugge als advocaat had ... Lees meer
(West-Vlaanderen), Adolf de Ceuleneer De Ceuleneer, Adolf
Lees meer
(Oost-Vlaanderen), Emiel ver Hees Ver Hees, Emiel
Jurist en staatsambtenaar Emile ver Hees (1864-1928) nam tijdens de Eerste Wereldoorlog leidinggevende bestuursfuncties op in het activisme. Lees meer
(Brabant), August Laporta Laporta, August
August Laporta (1864-1919) speelde een belangrijke rol in de katholieke Vlaamse studentenbeweging van het aartsbisdom Mechelen voor de Eerste Wereldoorlog. Hij was hoofdredacteur van De S... Lees meer
(Antwerpen) en Byvoet (Limburg). Nadat zowel Joris Helleputte Helleputte, Joris
Joris Helleputte (1852-1925) heeft bijna een halve eeuw lang gewogen op de Belgische samenleving: als neogotisch architect, als gangmaker van sociale organisaties, inzonderheid de Belgisc... Lees meer
als Alfons Janssens Janssens, Alfons
De Vlaamsgezinde en erg vermogende Sint-Niklase textielfabrikant Alfons Janssens (1841-1905) was aan het eind van de 19de eeuw een van de leidende figuren van de beginnende christendemocr... Lees meer
(Sint-Niklaas) het voorzitterschap had geweigerd, trad De Ceuleneer in feite als zodanig op. Secretaris was Kamiel van Caeneghem Van Caeneghem, Kamiel
Kamiel van Caeneghem (1860-1944) was een katholieke en Vlaamsgezinde onderwijzer. Hij was één van de oprichters van het folkloristische maandblad Volk en Taal en lag mee aan de basis van ... Lees meer
, na 1897 De Visschere.

De stichting vloeide voor uit de opleving van de Vlaamse beweging in de jaren 1880, vooral uit de strijd voor de taalwet op de strafrechtspleging (zie Gerecht Gerecht
Lees meer
) en voor de vernederlandsing van het vrij middelbaar onderwijs Middelbaar onderwijs
De geschiedenis van het middelbaar onderwijs is nauw verweven met die van de Vlaamse beweging. Tot diep in de 20ste eeuw bleef de middelbare school een grotendeels Franstalig bastion van ... Lees meer
. Zij hield echter evenzeer verband met de verwachte kiesrechtuitbreiding, die in 1893 met het algemeen meervoudig stemrecht een feit werd, en met de verkiezingskoorts die deze grondwetsherziening uitlokte. De Landsbond moet verder in verband worden gebracht met de stichting, ongeveer op hetzelfde ogenblik, van de Belgische Boerenbond Belgische Boerenbond
De Boerenbond is een beroepsorganisatie van en voor landbouwers die tot ver in de 20ste eeuw sterke banden had met de Kerk en de katholieke partij, zich van meet af sterk engageerde in de... Lees meer
en de Belgische Volksbond. In de Landsbond bestond een sterke sympathie voor de koppeling van Vlaamse en sociale actie, van Vlaamse beweging en christendemocratie, gericht tegen het ‘volksvreemde socialisme’. Pogingen om met de Volksbond en de Boerenbond een blok te vormen -- een ‘Vlaams-katholieke partij’ naar de besluiten van het eerste congres van 1893 te Brugge -- tegenover het Verbond van Katholieke Kiesverenigingen mislukten echter.
De Landsbond verschrompelde in de volgende jaren doordat zowel leiding als organisatie in het stadium van de improvisatie bleef steken. Dat bleek ook uit de chaotische en soms rumoerige land- en zitdagen, waarvan het verbaal geweld omgekeerd evenredig was met de praktische resultaten in de politieke strijd. Omstreeks 1905 was vrijwel iedereen het erover eens dat de Landsbond zichzelf had overleefd. Dat inspireerde de jonge Frans van Cauwelaert Van Cauwelaert, Frans
Frans van Cauwelaert (1880-1961) was een Vlaamsgezinde katholieke politicus, die een hoofdrol speelde in de vernederlandsing van het openbare leven in Vlaanderen. Van Cauwelaert lag in 19... Lees meer
tot de volgende commentaar: ‘Nu staat de Landsbond daar bespottelijk groot en mager gelijk een geraamte, en doet niets.’ Nochtans onderstreepten hij en vele anderen de noodzaak van een centrale leiding voor de katholieke flaminganten, vooral in hun strijd voor de vernederlandsing van het katholiek middelbaar onderwijs. Op de landdag van augustus 1906 te Brugge bepleitte Emiel Vliebergh Vliebergh, Emiel
Emiel Vliebergh (1872-1925) was een centrale figuur in de katholieke Vlaamse beweging. Hij stuurde aan op taalwetgeving, culturele ontwikkeling en eenheid onder de katholieke flaminganten... Lees meer
een grondige reorganisatie.
De nederlaag van de katholieke flaminganten bij de stemming over het wetsvoorstel- Edward Coremans Coremans, Edward (1835-1910)
Advocaat Edward Coremans (1835-1910) was politicus voor de Meetingpartij en voorzitter van de Nederduitsche Bond. Gedurende 42 jaar was Coremans als kamerlid een leidende figuur van de Vl... Lees meer
in 1907 leidde eindelijk tot een heropstanding, waarbij de vijf provinciale oud-hoogstudentenbonden het initiatief in handen namen. In december 1907 zorgden zij voor een nieuwe overkoepelende organisatie, die voortaan Katholieke Vlaamsche Landsbond werd genoemd. Het doel was niet alleen leiding geven aan de katholieke Vlaamse beweging, maar zeer uitdrukkelijk macht verwerven in de katholieke partij door de conservatieve kiesverenigingen open te breken en invloed uit te oefenen op het programma en de kandidaten. De flaminganten trokken daarbij lering uit de evolutie van de partijen sedert de invoering van de evenredige vertegenwoordiging in 1899. De lijststem had immers aan de arrondissementele partijbesturen een grotere macht bezorgd bij het samenstellen van de kandidatenlijsten.
Om zijn doel te bereiken richtte de Landsbond vertakkingen op in de arrondissementen (negen in 1914), kantons en gemeenten. Tegelijk kwam er een Katholiek Vlaamsch Secretariaat tot stand (februari 1908), dat de dagelijkse strijd moest coördineren en documenteren. Het stond van 1910 tot 1913 onder leiding van de jonge doctor in de Germaanse filologie Ernest Claes Claes, Ernest
Ernest Claes (1885-1968) was een schrijver van volkse romans en verhalen en een leidend ambtenaar in de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Na de Tweede Wereldoorlog werd hij vervolgd wege... Lees meer
en gaf een eigen berichtenblad uit. Stuwende kracht achter het Secretariaat was de Antwerpse geneesheer Alfons van de Perre Van de Perre, Alfons
Lees meer
. Hij was het ook die in 1910 Van Cauwelaert als opvolger van Coremans tot volksvertegenwoordiger in Antwerpen liet verkiezen. De nieuwe dynamiek leidde in de jaren voor de oorlog tot een versterking van de positie van de Vlaamsgezinden in de katholieke partij. Als gevolg hiervan werd in 1912 de Katholieke Vlaamsche Kamergroep opgericht. Deze was echter een kort leven beschoren en viel een jaar later naar aanleiding van de bespreking van de legerwet, al uiteen. Dat alles bleek een prelude op de periode na 1918, toen de verdere democratisering en vervlaamsing van de katholieke partij nieuwe kansen schiepen voor een succesrijke fractievorming van flaminganten en christendemocraten.

Ontstaan van de tweede Landsbond in 1918-1919

In 1919, in de aanloop naar de parlementsverkiezingen van 16 november, ontstond een nieuwe Landsbond. Het ontstaan ervan was nauw verweven met de oprichting van het Algemeen Vlaamsch Verbond Algemeen Vlaamsch Verbond
Het Algemeen Vlaamsch Verbond (1919) was een bondgenootschap van Belgisch gezinde flaminganten. Het Verbond kon nooit een rol van betekenis spelen en hield na enkele jaren op te bestaan.... Lees meer
, een poging om de actie van Vlaamsgezinden uit alle partijen te bundelen. De Eerste Wereldoorlog Eerste Wereldoorlog
De Vlaamse beweging is fundamenteel getekend door de Eerste Wereldoorlog. De oorlog maakte een verregaande democratisering onafwendbaar, met wezenlijke gevolgen voor het politieke draagv... Lees meer
had nieuwe impulsen gegeven aan de Vlaamsgezinde samenwerking boven de partijen. In Nederland stichtten de katholiek Van Cauwelaert en de liberaal Julius Hoste (jr.) Hoste, Julius (jr.)
Julius Hoste jr. (1884-1954) was een Vlaamsgezinde liberaal die actief was in de pers en de politiek. Hij behoort tot de kopstukken van de Vlaamse beweging. Lees meer
in 1917 het Vlaamsch-Belgisch Verbond Vlaamsch-Belgisch Verbond
Het Vlaamsch-Belgisch Verbond (1917) was tijdens WOI in Nederland een vereniging van Vlaamse uitgewekenen. Het telde tal van afdelingen en ijverde voor een programma van vernederlandsing... Lees meer
om de naoorlogse strijd voor Vlaamse rechtsgelijkheid voor te bereiden. Daaruit groeide het Vlaamse minimumprogramma Minimumprogramma
Het Minimumprogramma was de benaming voor het eisenpakket dat de Belgisch-loyale flaminganten, in het bijzonder inzake taalwetgeving, in de periode tussen de beide wereldoorlogen nastreef... Lees meer
en de idee van een breed Verbond om dit programma af te dwingen. In Het Laatste Nieuws Het Laatste Nieuws
Het Laatste Nieuws was een liberaal en Vlaamsgezind dagblad, waarvan het eerste nummer op 7 juni 1888 verscheen. In 2023 bestaat de krant nog steeds als een populair dagblad voor een bree... Lees meer
en De Standaard De Standaard (1914-)
Het eerste nummer van het dagblad De Standaard verscheen op 4 december 1918. De krant was gedurende vele decennia hét blad bij uitstek van de katholieke Vlaamse beweging in al haar varian... Lees meer
van respectievelijk 4 en 5 december 1918, verscheen een oproep ‘gericht tot alle Vlamingen uit het bevrijde gebied, die niet aan activisme hebben gedaan, om mede te werken tot de stichting van een machtig Vlaams verbond van alle Vlaamse verenigingen die het minimumprogramma als gemeenschappelijke en onmiddellijke actie aanvaarden’. Dit was de droom van Van Cauwelaert en Hoste: één grote Vlaamse beweging die, steunend op een brede basis van talrijke verenigingen uit alle milieus en alle partijen, de regering, welke ook haar samenstelling zou zijn, kon dwingen aan de Vlamingen te geven wat het oorlogskabinet in 1916 had voorgespiegeld: ‘Gelijkheid in rechte en in feite’.
Deze oproep werd enthousiast onthaald in katholieke kring. In alle Vlaamse arrondissementen staken Vlaamsgezinde kopstukken onmiddellijk de hoofden bijeen. Geen vergadering van verenigingen van maatschappelijk of cultureel belang, Volksbond, Werkliedenbond of Burgersbond, Jonge Wacht of Davidsfonds, toneelkring of studiekring vond plaats, of er werd over aansluiting bij het Algemeen Vlaamsch Verbond gesproken. De katholieke verenigingen werden per arrondissement samengebracht in zogenoemde Katholieke Vlaamsche Verbonden, om zich dan gezamenlijk aan te sluiten bij het Algemeen Vlaamsch Verbond. Het voorbeeld werd gegeven door de Limburgers, daarin aangemoedigd door Mgr. Martinus-Hubertus Rutten Rutten, Martinus-Hubertus
Martinus-Hubertus Rutten (1841-1927) was een Vlaamsgezinde bisschop in Luik, die zich hoofdzakelijk bezighield met het vernederlandsen van het arbeidersmilieu en het onderwijs. Hij stond ... Lees meer
, bisschop van Luik, die het minimumprogramma goedkeurde, maar voorbehoud maakte bij het neutrale karakter van het Algemeen Vlaamsch Verbond. De socialistische en liberale respons daarentegen was gering. August Vermeylen Vermeylen, August
August Vermeylen (1872-1945) was een schrijver, literatuur- en kunsthistoricus, en socialistisch senator. In het tijdschrift Van Nu en Straks, waarvan hij de leiding had, publiceerde hij ... Lees meer
, die als een der meest flamingantische leden van de socialistische partij Socialistische partij
De socialistische partij werd in België in 1885 opgericht als de Belgische Werkliedenpartij (BWP), veranderde in 1945 haar naam in Belgische Socialistische Partij (BSP) en viel in 1978 u... Lees meer
werd beschouwd, trok zich bovendien uit het Vlaamsch Verbond terug omdat hij de legerbepaling van het minimumprogramma te verregaand vond en strijdig met de Belgische belangen. Het werd de Vlaamsgezinden overigens niet gemakkelijk gemaakt. Het Vlaamsch Verbond werd immers door zijn tegenstanders als de voortzetting van het activisme Activisme
Het begrip activisme verwijst naar de fractie van flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog bereid was om politiek of anderszins samen te werken met de Duitse bezetter en financiële... Lees meer
gebrandmerkt.
Als bovenpartijdige vereniging werd het Algemeen Vlaamsch Verbond een mislukking. Toen op 6 juli 1919 te Brussel de stichtingsvergadering plaatsvond, bleek het Verbond -- dat melding maakte van 300.000 leden -- voor meer dan 90% te steunen op de katholieke Vlaamsgezinden, die ook het gros van de 300 aanwezige afgevaardigden uitmaakten. Van Cauwelaert trok daar zijn conclusie uit. Op 18 juli 1919 kondigde hij in De Standaard de oprichting aan van een Katholieke Vlaamsche Landsbond (KVL) als federatie van de intussen opgerichte Katholieke Vlaamsche Verbonden.
Dat plan leefde al langer bij Van Cauwelaert. Bij de oprichting van de Katholieke Vlaamsche Bond van Limburg had hij te kennen gegeven dat Alfons van de Perre en hijzelf de bedoeling hadden het Katholiek Vlaamsch Secretariaat herop te richten en de katholieke verenigingen te bundelen. Dit Secretariaat zou zich ‘speciaal toeleggen op de bevordering van de Vlaamse belangen in katholieke middens en bij het steunen van onze Vlaamse eisen tegenover katholieke autoriteiten of in katholieke aangelegenheden’. Het falen van het Algemeen Vlaamsch Verbond, maar vooral de nabijheid van de verkiezingen hebben de oprichting van de KVL versneld. Er was bovendien een duidelijk gewijzigde doelstelling. In enkele arrondissementen hadden de Katholieke Vlaamsche Verbonden immers een leidende positie in het politieke krachtenveld veroverd, gesteund door de christendemocraten. Van Cauwelaerts ambitie bestond er dan ook in met de KVL de politieke leiding van de ‘katholieke Vlamingen’ op zich te nemen. Het was in dat opzicht niet zonder betekenis dat hij op 18 juli aankondigde dat de Landsbond op meer democratische leest zou zijn geschoeid dan de vooroorlogse Landsbond, die op de oud-hoogstudentenbonden berustte.
De stichtingsvergadering van de KVL vond plaats in Brussel op 28 september 1919. Het dagelijks bestuur bestond uit twee afgevaardigden per provincie en een secretaris: Van Cauwelaert, die ook voorzitter werd, en Van de Perre (Antwerpen), Gustaaf Sap Sap, Gustaaf
Gustaaf Sap (1886-1940) was een invloedrijk en controversieel katholiek politicus, die op verschillende momenten in zijn leven een ministerpost bekleedde en vanaf 1929 tot zijn overlijden... Lees meer
en Lodewijk Scharp&eacute Scharpé, Lodewijk
Lodewijk Scharpé (1869-1935) was een taalkundige die aan het begin van de 20ste eeuw bijdroeg tot de vernederlandsing van de Leuvense universiteit. Na de Eerste Wereldoorlog zette hij zic... Lees meer
;
(West-Vlaanderen), Norbert Gijsen Gijsen, Norbert
Norbert Gijsen (1883-1971) nam geen erg zichtbare rol op in de Vlaamse beweging, maar verrichtte wel bijzonder veel werk achter de schermen, in het spoor van Maria Belpaire, Emiel Vlieber... Lees meer
en priester Theodoor van Tichelen Van Tichelen, Theodoor
Priester Theodoor Van Tichelen (1877-1945) publiceerde uitgebreid ten bate van de Vlaamse cultuur. Tijdens WOI werkte hij mee aan het anti-Duitse blad De Vlaamsche Leeuw. Lees meer
(Brabant), priester Ludovicus Clijsters en Jules van Caenegem Van Caenegem, Jules
Jules van Caenegem (1880-1942) was ingenieur, onderwijzer en minister van Openbare Werken. Al medestichter van het VEV maakte hij zich sterk voor een Vlaamse meerderheidspositie in het be... Lees meer
(Limburg), Paul Orban Orban, Maurice
Maurice Orban (1889-1977) was een Oost-Vlaamse hoogleraar en politicus voor de katholieke partij, die zowel in zijn advocatenpraktijk als in het politieke leven blijk gaf van een vaak ona... Lees meer
en Edmond Rubbens Rubbens, Edmond
Edmond Rubbens (1894-1938) was onder meer advocaat, volksvertegenwoordiger, lesgever, ACW-voorzitter en minister. In de loop van zijn leven verdedigde hij verschillende Vlaamsgezinde stan... Lees meer
(Oost-Vlaanderen) plus secretaris Leo de Raedt. Twee elementen onderstreepten de ambitie van de Landsbond om de politieke leiding van de katholieke Vlamingen op te nemen: er werd een voorlopig hoofdbestuur van 60 leden samengesteld, waarin de belangrijkste leiders van de sociale organisaties zitting hadden, en er werd een verkiezingsprogramma opgesteld dat meer bevatte dan het Vlaamse minimumprogramma, maar een ‘organisch geheel vormde uit de hoofdeisen, welke de verschillende standen tegenwoordig kunnen laten gelden’.
De inzet van de parlementsverkiezingen van 16 november 1919 was hoog: het waren de eerste na de oorlog en ook de eerste met het algemeen enkelvoudig stemrecht voor mannen. De katholieke Vlaamsgezinden voelden zeer sterk de behoefte om hun Vlaamse stellingen te bevestigen en hun krachten te bundelen voor de vervlaamsing van de katholieke partij. De strijd om het Vlaamse minimumprogramma bepaalde bijgevolg in grote mate het karakter van de kiescampagne. De Katholieke Vlaamsche Verbonden oefenden duidelijk een dwingende invloed uit op het stellen van Vlaamse kandidaten en slaagden erin het minimumprogramma op te leggen. De oude kiesverenigingen werden in het defensief geduwd.
Leed de katholieke partij als geheel een zware nederlaag, dan kwamen de katholieke Vlaamsgezinden versterkt en verjongd uit de verkiezingen. De positie van Van Cauwelaert werd erdoor verstevigd. Onmiddellijk vormde hij een Katholieke Vlaamsche Kamergroep, die niet minder dan 40 leden telde. Daartoe behoorde een aantal nieuw-gekozenen die op het verder verloop van de Vlaamse beweging hun stempel drukten, onder anderen Van Caenegem, Emiel van Dievoet Van Dievoet, Emiel
Lees meer
, Hendrik Heyman Heyman, Hendrik
Hendrik Heyman (1879-1958) engageerde zich in de christelijke vakbeweging en in de katholieke partij. Hij was onder meer de voorzitter van het Algemeen Christelijk Vakverbond (ACV) en va... Lees meer
, Alfons van Hoeck Van Hoeck, Alfons
Oud-strijder AlfonsVan Hoeck (1890-1957) was burgemeester van Turnhout en kamerlid voor de katholieke partij. In het parlement ijverde hij voor de vernederlandsing van leger en onderwijs.... Lees meer
, Philip van Isacker Van Isacker, Philip
Philip van Isacker (1884-1951) was een Vlaamsgezind historicus, advocaat, katholiek minister en bankier. Hij drukte mee de democratisering en vervlaamsing van de katholieke partij en van ... Lees meer
, Gustaaf Sap Sap, Gustaaf
Gustaaf Sap (1886-1940) was een invloedrijk en controversieel katholiek politicus, die op verschillende momenten in zijn leven een ministerpost bekleedde en vanaf 1929 tot zijn overlijden... Lees meer
en Frans Theelen Theelen, Frans
Frans Theelen (1885-1971) was de uitgever van onder andere Het Belang van Limburg. Hij was ook volksvertegenwoordiger voor de Katholieke Partij. Lees meer
.
De maanden na de verkiezingen zorgden dan ook voor een zekere euforie, die nog werd versterkt door het succesvolle eerste congres van de Landsbond in Antwerpen op de Sinksendagen 1920. Van Cauwelaert, hierin gesteund door verschillende vrienden in de sociale organisaties, zag de KVL uitgroeien tot de katholieke partij in Vlaanderen. Deze op het eerste gezicht verrassende ontwikkeling moet men beoordelen vanuit de toestand van de katholieke partij, die na de oorlog in een chaotische toestand verkeerde. Het Verbond van Katholieke Kiesverenigingen, dat traditioneel de leiding had opgeëist, en vooral rekruteerde bij de rijke en Franstalige burgerij, was in Vlaanderen door de democratie in het defensief gedrongen. Daarentegen hadden boeren- en arbeidersorganisaties de wind in de zeilen. Wie kon beter de leiding van deze ‘Vlaamse christendemocratie’ nemen dan de jonge Vlaamsgezinde burgerij, die haar wortels had in de katholieke Vlaamse studentenbeweging Katholieke Vlaamse studentenbeweging
De Katholieke Vlaamse Studentenbeweging was de georganiseerde deelname van de katholieke studerende jeugd aan de Vlaamse beweging. Ze leverde daartoe met haar grote aanhang van ca. 1875 t... Lees meer
en sympathie koesterde voor de standsorganisaties, waarvan zij veel verwachtte voor de vervlaamsing van het partijleven.
Deze optie werd in de loop van 1920 druk bediscussieerd. In oktober 1920 bleek echter dat zowel de Belgische Boerenbond als het Algemeen Christelijk Werk(nem)ersverbond Algemeen Christelijk Werknemersverbond
Het Algemeen Christelijk Werkersverbond werd gesticht op 17 juli 1921 en in 1991 herdoopt als ACW Koepel van Christelijke Werknemers. In 2014 werd de organisatie omgevormd tot Beweging.ne... Lees meer
(ACW) in wording de voorkeur gaf aan een standenpartij op nationale basis. Op 7 november 1920 besliste het hoofdbestuur van de KVL, hiertoe speciaal bijeengeroepen, dat de Landsbond niet de belichaming van de katholieke partij moest zijn, maar wel de bezielende kracht ervan. Een jaar later, in 1921, werd de Katholieke Unie opgericht, een confederatie van het ACW, de Boerenbond, de middenstandsorganisatie en de Federatie van Kringen. De KVL bleef daarbuiten. Aan de Katholieke Unie werd de leiding van de katholieke partij toevertrouwd, maar meer dan een arbitragecomité werd het niet.

De KVL in de jaren 1920

De Landsbond werd dus een drukkingsgroep, maar door het falen van de Katholieke Unie toch ook meer dan dat. Doel en programma van de KVL, zoals vervat in de statuten, bestonden erin alle katholieke Vlaamsgezinde krachten te verenigen tot eendrachtige samenwerking om het Vlaamse volk in staat te stellen zich volkomen te ontwikkelen, zijn maatschappelijke eenheid door de taalgemeenschap van al zijn standen te bereiken en al zijn geestelijke en stoffelijke krachten ongehinderd te laten werken.
Naar structuur was de KVL een federatie van arrondissementsbonden, zeer ongelijk van betekenis. Sommige dommelden na de eerste jaren in, andere werden gereanimeerd en nog andere bleven zeer actief. Zij stuurden hun afgevaardigden naar de algemene vergadering. Pas in 1928 werd gestart met een systeem van individueel lidmaatschap. Verder was er een hoofdraad met drie afgevaardigden per arrondissement, plus toegevoegde leden. Ten slotte was er een dagelijks bestuur, samengesteld uit elf leden: twee uit iedere Vlaamse provincie, en een secretaris.
De politieke crisis van 1923 en de vaststelling dat de KVL nood had aan een betere organisatie leidden in 1923 tot een belangrijke ingreep. In december 1923 werd Leo de Raedt als secretaris opgevolgd door Jan Valvekens Valvekens, Jan
Jan Valvekens (1894-1951) was een Vlaamsgezinde Antwerpse advocaat en katholiek politicus in de lijn van Frans van Cauwelaert, die onder andere secretaris was van de Katholieke Vlaamsche ... Lees meer
(tot 1938) en als hoofd van het Katholiek Vlaamsch Secretariaat door de kapucijn Valeer (Petrus) Claes Claes, Petrus
Petrus Claes (1884-1958) was een Antwerpse priester, die onder andere secretaris was van de Katholieke Vlaamse Landsbond, redacteur van De Morgenpost en een nauwe medewerker van Frans van... Lees meer
(tot 1929). Die laatste was sinds 1922 de privésecretaris van Van Cauwelaert. Het secretariaat gaf vanaf januari 1925 Tijdingen uit het Katholiek Vlaams Secretariaat van den Katholieken Vlaamsen Landsbond, uit dat tienmaal per jaar verscheen. Verder beschikte de KVL vanaf 1927 over het Katholiek Vlaams Fonds, met als doel de actie van de KVL en zijn secretariaat financieel mogelijk te maken. Na het congres van juli 1925 gaf Van Cauwelaert wegens tijdsgebrek het voorzitterschap door aan Albert Bouweraerts Bouweraerts, Albert
Albert Bauweraerts (1880-1964) was een Brusselse leraar pedagogie, die verschillende generaties Vlaamsgezinde onderwijzers vormde. Van 1925 tot 1964 was hij voorzitter van de Katholieke V... Lees meer
; hijzelf werd erevoorzitter.
Het hoogtepunt in het leven van de Landsbond was het jaarlijkse congres, dat telkens ook een hoogtepunt was in het Vlaamse katholieke leven. Het eerste congres, dat van 1920, werd voorgezeten door staatsminister A loïs van de Vyvere Van de Vyvere, Aloïs
Aloïs van de Vyvere (1871-1961) was een advocaat en katholiek politicus. Hij zetelde twintig jaar in de Kamer en vervulde meerdere ministerfuncties. Hij werkte onder andere mee aan initia... Lees meer
, het volgende door oud-minister Prosper Poullet Poullet, Prosper
Hoewel hij afkomstig was uit een Franstalig aristocratisch milieu, realiseerde de katholieke burggraaf Prosper Poullet (1886-1937) mee de eentaligheid van Vlaanderen en leidde hij de eers... Lees meer
. Van 1922 tot 1930 trad Van Cauwelaert op als congresvoorzitter, nadien was dat Bouweraerts. De eerste congressen zagen een grote toeloop en grootse betogingen en openluchtvergaderingen waren er het slot van. Kenmerkend voor de vroege jaren was de symbiose tussen de katholieke standsorganisaties en de Landsbond. De congressen vormden meestal een bonte verzameling van het katholieke Vlaanderen, waaraan ook de werklieden-, de boeren- en de middenstandsorganisaties deelnamen. Latere congressen werden meer studiecongressen waar bepaalde actuele aspecten van de Vlaamse beweging grondig werden besproken. Een programma werd telkens opgesteld en goedgekeurd door de algemene vergadering. Het was de leidraad voor de actie die door de KVL gedurende het volgende jaar via zijn afdelingen in vele kantonnale en arrondissementele vergaderingen gevoerd zou worden.
Aanvankelijk was er een grijze zone tussen de aanhangers van het Vlaams minimumprogramma, dat door de Landsbond werd verdedigd, en de Vlaams-nationalisten, aanhangers van Vlaams zelfbestuur. De eerste ontgoochelingen over het Frans-Belgisch Militair Akkoord en vervolgens over de bestuurstaalwet leidden tot een verharding van de standpunten. Minimalisten Minimalisten
De zogenaamd minimalistische flaminganten probeerden het eisenprogramma voor de Vlaamse beweging, dat tijdens de Eerste Wereldoorlog onder de leiding van Frans van Cauwelaert was tot stan... Lees meer
stonden tegenover maximalisten Maximalisten
‘Maximalisten’ was de benaming die de Vlaams-nationalisten zich tussen beide wereldoorlogen gaven. Ze gebruikten de term om zich te onderscheiden van de gematigdere Vlaamsgezinden die het... Lees meer
, belgicisten tegenover nationalisten. In 1923, na de ontgoocheling over de halfslachtige vernederlandsing van de Gentse universiteit (zie Hoger onderwijs in Gent Hoger onderwijs in Gent
Met de vernederlandsing in 1930 als hoogtepunt is de Gentse universiteit een belangrijk strijdpunt geweest in de Vlaamse beweging. Van het Latijn uit 1817 tot het Engels van vandaag: het ... Lees meer
), leidde dat tot nationalistische manifestaties op het congres van Brugge. Maar de groei van een uitgesproken katholiek Vlaams-nationalisme (onder andere de evolutie van Lodewijk Dosfel Dosfel, Lodewijk
Lodewijk Dosfel (1881–1925) was een jurist die in de Vlaamse beweging bekendheid verwierf door zijn engagement in de Vlaamse katholieke studentenbeweging en in de campagne voor Vlaamse ta... Lees meer
) leidde reeds in 1924 naar aanleiding van het congres te Brussel tot de vraag of katholieke nationalisten, lid konden zijn van de KVL. Het inrichtend comité, onder leiding van professor Albert Carnoy Carnoy, Albert
De Leuvense hoogleraar taalkunde Albert Carnoy (1878-1961) was een vooraanstaand plaatsnaamkundige. Als parlementslid en minister had hij oog voor de Vlaamse eisen. Lees meer
, antwoordde hierop bevestigend en dit standpunt werd door pater Claes en door de normaalschoolleraar Alfons Verbist Verbist, Alfons
Alfons Verbist (1888-1974) was een katholiek politicus, die als voorzitter van de KVV fungeerde en mee aan de basis lag van het beginselakkoord KVV-VNV. Na de oorlog was hij minister van ... Lees meer
, de animator van de Mechelse arrondissementsbond, op het congres van 1924 uiteengezet: de KVL had geen politiek program, slechts een Vlaams actieprogram, wat niet wilde zeggen dat het nationalisme in dit program zou worden opgenomen. Een gesprek hierover kwam niet op gang, integendeel. Maar in de statuten was voortaan sprake van ‘het programma van de Landsbond’, niet langer van ‘het minimumprogramma’. Ook in 1928, op het congres te Gent, ging het er woelig aan toe als gevolg van nationalistisch protest. De nationalisten hadden hun leden opgeroepen eraan deel te nemen en te trachten de invloed van de KVL te breken. Van Cauwelaert werd heftig aangevallen, waardoor de algemene vergadering een steunbetoging voor hem werd. Een van de belangrijkste congressen was dat van 1929 te Dendermonde. De KVL kwam met herziene statuten en met een vernieuwde levenskracht. Op dit congres hield Van Cauwelaert een van zijn opmerkelijkste programmaredes.
De verhouding van de Landsbond tot de Katholieke Vlaamsche Kamergroep leidde regelmatig tot wrijvingen, zeker na het ontgoochelende jaar 1923 toen een krakkemikkige vernederlandsing van de Gentse universiteit werd doorgevoerd ( Nolf Nolf, Pierre
Pierre Nolf (1873-1953) was minister van Kunsten en Wetenschappen. Hij gaf zijn naam aan de zogenaamde Nolf-barak, de scheldnaam voor de gedeeltelijke vernederlandsing op zijn initiatief... Lees meer
-barak) en de Katholieke Vlaamse Kamergroep zelfs uiteenviel. Sommigen wilden de parlementsleden bannen uit het bestuur. Dat gebeurde niet, maar hun aantal werd wel beperkt. In Tijdingen van februari 1928 luidde het verslag: ‘De Katholieke Vlaamsche Landsbond is de drager der Katholieke Vlaamse gedachte; hij houdt steeds het doel voor ogen en wijst de richting aan voor allen, zowel op het gebied der eigenmachtige actie, als op wetgevend en bestuurlijk gebied. Doch daar op het gebied der politieke verwezenlijkingen andere belangen en groeperingen, die niet specifiek en uitsluitend Vlaams zijn, hun woord hebben mee te spreken, wil of zal de Landsbond hier geen afbrekende of veroordeelende houding aannemen...’ Op het 9de congres te Gent werd vastgesteld: ‘Onze vrienden uit het Parlement hebben hun verantwoordelijkheden te nemen tegenover hun geweten en hun kiezers. De Landsbond stelt geen kandidaten aan en kiest geen volksvertegenwoordigers. Dat heeft ons nooit belet “onze” verantwoordelijkheid te nemen tegenover onze leden, zowel als tegenover ons katholiek Vlaams geweten. Of de volksvertegenwoordigers het al dan niet wenselijk vinden, wij zullen voor hen blijven: stuwkracht en kontrool. Het programma dat door onze organisatie werd uitgewerkt, hebben zij te verwezenlijken met parlementaire middelen.’
De KVL werd in feite steeds aan twee zijden aangevallen. Secretaris Valvekens typeerde het op het congres van 1933 te Antwerpen als volgt: ‘Onze lotsbestemming blijft een zeer omstreden organisme. De “elite” noemt de Landsbond la machine de guerre du parti catholique en voor de Vlaamse nationalisten, die over ons willen spreken, heten wij de verraders van het Vlaamse volk.’

De KVL in de jaren 1930

Na 1930 veranderde de Landsbond van karakter en voltrok zich geleidelijk een verwijdering met Frans van Cauwelaert en de standsorganisaties. Er waren structurele verklaringen voor deze ontwikkeling. Voorheen een federatie van arrondissementsverenigingen, startte de Landsbond vanaf 1928 met een systeem van individuele leden. In dit systeem vergrootte de impact van de Vlaamsgezinde intelligentsia. Maar bovenal was er de radicalisering van een aankomende generatie Vlaamse intellectuelen, die als studenten in de jaren 1920 zo niet nationalistisch waren geworden, dan toch misprijzen hadden opgevat voor de taalwettenpolitiek van de katholieke partij. Vanaf 1933 kon men in de Landsbond kritiek horen op de politiek van de taalwetten en de eerste pleidooien voor een autonoom politiek statuut voor Vlaanderen.
Deze evolutie leidde tot het belangrijke congres van oktober 1935 te Antwerpen, dat de relatie Vlaanderen-België als thema had. Het dagelijks bestuur van de Landsbond was op dat ogenblik samengesteld als volgt: Albert Bouweraerts Bouweraerts, Albert
Albert Bauweraerts (1880-1964) was een Brusselse leraar pedagogie, die verschillende generaties Vlaamsgezinde onderwijzers vormde. Van 1925 tot 1964 was hij voorzitter van de Katholieke V... Lees meer
, voorzitter; Jan Valvekens Valvekens, Jan
Jan Valvekens (1894-1951) was een Vlaamsgezinde Antwerpse advocaat en katholiek politicus in de lijn van Frans van Cauwelaert, die onder andere secretaris was van de Katholieke Vlaamsche ... Lees meer
, secretaris; E. Bernaerts (Antwerpen), Emile Blavier Blavier, Emile
Lees meer
(Sint-Truiden), Jozef Clottens Clottens, Jozef
Lees meer
(Vilvoorde), Leo Delwaide Delwaide, Leo
Leo Delwaide (1897-1978) was advocaat en politicus voor achtereenvolgens de katholieke partij en de Christelijke Volkspartij. Als burgemeester van Antwerpen (1940-1944) speelde hij tijden... Lees meer
(Antwerpen), Gaston Eyskens Eyskens, Gaston
Gaston Eyskens (1905-1988) was een Vlaamsgezinde katholieke econoom en politicus, die onder andere eerste minister was ten tijde van de Koningskwestie en aan de basis lag van de eerste st... Lees meer
(Leuven), A. van Dorpe (Kortrijk), Hubert van Oekel (Antwerpen), Paul van Steenberge (Ertvelde), J. Wille (Zomergem) en B. Versteylen (Turnhout). De nationalisten waren in groot aantal opgekomen om federalisme Federalisme
Sinds het begin van de 20ste eeuw behoort federalisme tot het programma van eerst de Waalse en vervolgens ook de Vlaamse beweging. Vanaf 1970 is de transformatie van België van unitaire t... Lees meer
te eisen en zeer speciaal Van Cauwelaert, die in een schandaalsfeer ontslag als minister had genomen, aan te vallen en zijn invloed te breken: Filip de Pillecyn De Pillecyn, Filip
Filip De Pillecyn (1891-1962) was schrijver en journalist. Hij was actief in de Frontbeweging, werkte voor De Standaard en De Tijd en stichtte het satirisch weekblad Pallieter. Tijdens de... Lees meer
, Edmond van Dieren Van Dieren, Edmond
Edmond van Dieren (1879-1961) was een advocaat en een gematigd Vlaams-nationaal en onafhankelijk politicus. Hij was een pleitbezorger van de hereniging van Vlaamse katholieken en Vlaams-n... Lees meer
, Floris van der Mueren Van der Mueren, Floris
Musicoloog Floris van der Mueren (1890-1966) was hoogleraar aan de Gentse universiteit. Hij was secretaris van het Davidsfonds en promotor van het ABN. Ook was hij politicus voor de Katho... Lees meer
en Hendrik J. van de Wijer Van de Wijer, Hendrik
Hendrik J. van de Wijer (1883-1968), germanist, naamkundige en gewoon hoogleraar te Leuven, was als stichter en hoofdredacteur de drijvende kracht achter het weekblad Nieuw Vlaanderen en ... Lees meer
voor federalisme en Van Cauwelaert, Louis Kiebooms Kiebooms, Louis
Louis Kiebooms (1903-1992) was een journalist en politicus. Hij was hoofdredacteur van de Gazet van Antwerpen, kamerlid voor de Christelijke Volkspartij en burgemeester van Wilrijk. Hij w... Lees meer
, A. van Steenberghe tegen. Uiteindelijk kwam men tot het volgende besluit: ‘De Landsbond aanvaardt de noodzakelijkheid aan de entiteit Vlaamse Gemeenschap publiekrechtelijke structuur te geven, en geeft opdracht aan het Hoofdbestuur een commissie te belasten met het bestuderen van de verschillende vormen van deze publiekrechtelijke structuur, inclusief het federalisme, en binnen de zes maanden daaromtrent verslag uit te brengen.’ De traditionele slotrede van Van Cauwelaert, die geen moeite deed om zijn ontgoocheling over de gang van zaken te verbergen, was niet in eenklank met de stemming van het congres. Op 11 januari 1936 legde Van Cauwelaert zijn functie van erevoorzitter neer. In een brief aan Bouweraerts stelde hij vast dat de Landsbond ‘een nieuwe richting’ uitging, en wenste hij ‘de leden en leiders niet te hinderen door een erevoorzitterschap dat zij vormelijk misschien zouden dulden maar innerlijk misschien minder aangenaam zouden vinden’.
Met het congres van 1935 speelde de Landsbond in op de zogenoemde Vlaamsche Concentratie Vlaamsche Concentratie
Vlaamsche Concentratie (1935-±1940) was de naam voor de idee en de beweging die streefde naar de hergroepering van alle katholieke Vlamingen. Lees meer
, een beweging tot hergroepering van Vlamingen uit de katholieke partij en het Vlaamsch Nationaal Verbond Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) (1933-1945) was een rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij die tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitse nationaalsocialistis... Lees meer
(VNV). In 1934 was het weekblad Nieuw Vlaanderen Nieuw Vlaanderen (1934-1944)
Nieuw Vlaanderen (1934-1944) had als uitgangspunt de eentaligheid van Vlaanderen. Door zijn federalistische stellingname midden jaren 1930 was het blad radicaler dan de katholieke partij ... Lees meer
opgericht, dat op 17 augustus 1935 zijn oproep deed tot Vlaamsche Concentratie op basis van het federalisme. Hoofdredacteur van het blad was professor Van de Wijer, lid van de arrondissementsbond van Leuven, waar hij sinds de jaren 1920 met professor Van der Mueren pleitte voor een verbreding van de Landsbond naar de nationalisten toe. Tot de groep Nieuw Vlaanderen behoorde ook de Leuvense hoogleraar Eyskens, die sedert 1934 in het bestuur van de Landsbond zetelde. Het was de strekking-Nieuw Vlaanderen die op het congres van 1935 de bovenhand haalde.
In plaats van concentratie schiep de Landsbond nieuwe verdeeldheid. Er werden vragen gesteld bij de representativiteit ervan. De KVL, die nog in 1932 was opgenomen in de hervormde Katholieke Unie, vervreemdde onder andere de christelijke arbeidersbeweging Christelijke arbeidersbeweging
In de christelijke arbeidersbeweging heeft steeds een uitgesproken belangstelling voor de Vlaamse kwestie bestaan. De groeiende invloed van deze beweging, in het kielzog van de democratis... Lees meer
van zich. De reactie van het Algemeen Christelijk Werk(nem)ersverbond Algemeen Christelijk Werknemersverbond
Het Algemeen Christelijk Werkersverbond werd gesticht op 17 juli 1921 en in 1991 herdoopt als ACW Koepel van Christelijke Werknemers. In 2014 werd de organisatie omgevormd tot Beweging.ne... Lees meer
(ACW) op het congres van 1935 was ronduit afwijzend. Voor het ACW gold de Landsbond niet langer als ‘de toonaangevende organisatie’ in Vlaamse aangelegenheden, omdat er niet langer overeenstemming was tussen de programma's van de parlementsgroepen en van de Landsbond, die het bovendien niet nodig had geoordeeld vooraf overleg te plegen ‘met de machtige volksorganisaties’. Voor zijn algemeen secretaris Paul-Willem Segers Segers, Paul-Willem
Paul-Willem Segers (1900-1983) was secretaris van het ACW en achtereenvolgens KVV- en CVP-politicus, die na de Tweede Wereldoorlog verschillende ministerposities bekleedde. Hij was betrok... Lees meer
bestond er geen enkel verband meer tussen de Landsbond en de sociale organisaties, zodat het ACW zelf zijn lijn voor de toekomst moest bepalen.
Intussen was een commissie samengesteld, die de publiekrechtelijke structuur moest bestuderen. Daarin zetelden Bouweraerts, Valvekens, Arthur Mulier Mulier, Arthur
Arthur Mulier (1892-1979) engageerde zich als student in het activisme. Na de oorlog was hij eerst actief in de katholieke partij en daarna in het bedrijfsleven, waar hij pleitte voor ee... Lees meer
, Eyskens en Robert Vandeputte Vandeputte, Robert
Robert Vandeputte (1908-1997) was een advocaat en hoogleraar en vervulde meerdere hooggeplaatste functies. Zo was hij onder meer voorzitter van de Nationale Maatschappij voor Krediet aan ... Lees meer
. Vlak voor de parlementsverkiezingen van 24 mei 1936 bracht zij verslag uit op een buitengewone algemene vergadering te Brussel. De voorrang van het volksbelang van Vlaanderen werd aanvaard en indien nodig werd aangedrongen op een grondwetsherziening om aan de Vlaamse gemeenschap de publiekrechtelijke structuur te geven die haar het maximum van zelfbeschikking zou geven, verenigbaar met het voortbestaan van België.
Na de voor de katholieke partij desastreuze parlementsverkiezingen van 24 mei 1936 nam de Landsbond, in de rug geduwd door Nieuw Vlaanderen, het voortouw in de Vlaamsche Concentratie. Hij pleitte voor de splitsing van de katholieke partij en riep samen met het Katholiek Vlaamsch Oud-Hoogstudentenverbond (KVOHV) op tot het congres van de Vlaamsche Concentratie in juli 1936. Dit congres werd in grote mate bijgewoond door het Landsbond-publiek, aangevuld met enkele VNV'ers en leden van het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen
Het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen (Verdinaso) (1931-1941) was een fascistisch geïnspireerde beweging onder leiding van Joris van Severen, die een staats- en maatschappijherv... Lees meer
(Verdinaso). Het congres leidde tot een kortstondige euforie, maar niet tot blijvende resultaten. In de stormachtige ontwikkeling van de volgende maanden kon de Landsbond nauwelijks standhouden.
Het laatste congres voor de oorlog werd op 9 en 10 januari 1937 gehouden te Leuven. In grote verwarring werd over het mislukte Beginselakkoord KVV-VNV gediscussieerd. Er waren talrijke Vlaams-nationalisten, Vlaamse rexisten Rex
Rex was een Belgische politieke partij (1935-1940) en een collaboratiebeweging in Franstalig België (1940-1944). Lees meer
en dinaso's aanwezig, die vooral kritiek uitbrachten op de Katholieke Vlaamsche Volkspartij Katholieke Vlaamsche Volkspartij
De Katholieke Vlaamsche Volkspartij was de Vlaamse vleugel van het Blok der Katholieken van België, opgericht op 11 oktober 1936 met als Franstalige tegenhanger de Parti catholique social... Lees meer
(KVV). Op voorstel van Van Dieren en De Pillecyn besloot de Landsbond zichzelf om te vormen tot concentratie-organisme, dat met het VNV zou onderhandelen. In feite kwam hij daardoor tussen twee stoelen terecht. Voorzitter Bouweraerts en secretaris Valvekens probeerden in februari 1938 op de hoofdraad een koerswijziging door te voeren en de KVL opnieuw in het spoor van de KVV te brengen, maar zonder succes. Sedert 1935 was de KVL in de greep van een radicale groep, die aanstuurde op een zelfstandige koers. Valvekens nam ontslag als secretaris. Overigens was de toonaangevende rol van de KVL precies door de hervorming van de katholieke partij uitgespeeld. Met de KVV, die definitief werd opgericht op 7 maart 1937, beschikten de Vlaamse katholieken voortaan immers over een eigen stem. Wat de partijpolitiek betreft waren de katholieke Vlamingen toen baas in eigen huis geworden en de noodzakelijkheid van een drukkingsgroep als de KVL was minder voelbaar. Het Katholiek Vlaamsch Secretariaat volgde nog nauwlettend de toepassing van de bestuurlijke taalwet en vooral het probleem- Brussel Brussel
In de geschiedenis van de Vlaamse beweging speelde Brussel een unieke rol vanwege haar hoofdstedelijke functies, economische aantrekkingskracht en als symbool van verfransing, die zich v... Lees meer
. Het 19de congres, aangekondigd voor het najaar 1939, moest wegens de mobilisatie worden afgelast.

De KVL na de Tweede Wereldoorlog

In 1947 werd, onder leiding van voorzitter Albert Bouweraerts en secretaris Gilbert Macharis, getracht de KVL na acht jaar stilstand opnieuw tot leven te brengen. Het eerste naoorlogse congres trok grote belangstelling. Op het podium stonden de Belgische vlag, de leeuwenvlag en het portret van Leopold III van Saksen-Coburg, Leopold III
Leopold III (1901-1983) werd aan de vooravond van en tijdens de Tweede Wereldoorlog het boegbeeld van een autoritaire stroming in de Belgische politiek. Zijn controversiële houding en mee... Lees meer
, wat meteen de sfeer tekende van het ogenblik. In 1948 werd in Antwerpen het Paascongres Paascongressen der Vlaamse Jongeren
De Paascongressen waren bijeenkomsten van en voor Vlaamse jongeren die plaatshadden in Antwerpen (1948 en 1951), Maastricht (1952) en Brussel (1953). Lees meer
van de jonge Vlamingen gehouden. De opkomst was groot, meer dan 1000 jongeren waren aanwezig. Vooral nationalistische jongeren waren opgekomen; de grote Vlaamse jeugdbewegingen hadden hun daadwerkelijke medewerking beloofd, maar waren niet aanwezig. Vooral het debat over de repressie Repressie
Lees meer
was zeer rumoerig; vele uiteenlopende standpunten werden ingenomen en de sprekers werden door geroep gestoord. Toch werd een jeugdraad opgericht met als voorzitter R. Monballiu en als secretarissen Gaby van de Putte en Marcel Vandewiele Vandewiele, Marcel
Marcel Vandewiele (1920-1999) was actief binnen de Christelijke vakbeweging, werd gemeenteraadslid in Brugge, senator en staatssecretaris voor ruimtelijke ordening en huisvesting in de re... Lees meer
. In 1949 hield de KVL zijn 20ste congres. Het zag niet de opkomst van de congressen van voor de Tweede Wereldoorlog, maar er was toch heel wat belangstelling en sommigen hoopten op een nieuwe start. Maar de vernieuwing bleef uit. Einde 1950 kwam het na lange gesprekken tot een tijdelijk samengaan met de Vlaamse Volksbond Vlaamse Volksbond
De Vlaamse Volksbond (1950-1951) was een overkoepelende katholiek-flamingantische vereniging die werd opgericht in de nasleep van de Koningskwestie. Lees meer
(VVB), opgericht door ontgoochelde Vlaamsgezinden na het debacle van de koningskwestie Koningskwestie
Constitutioneel, politiek en maatschappelijk vraagstuk rond de persoon en de houding van koning Leopold III tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lees meer
. De nieuwe organisatie onder het voorzitterschap van Paul Heymans Heymans, Paul
Lees meer
slaagde er niet in uit te groeien tot een massabeweging. De VVB werd in 1951 omgevormd tot de Vlaamse Volksraad, die eind 1953 verdween.
In 1954 werd nog eens getracht de KVL opnieuw op gang te brengen. Leo Lindemans Lindemans, Leo
Leo Lindemans (1923-2008) was een Vlaams politicus die zich hoofdzakelijk inzette ten voordele van de ‘Vlaamse zaak’, met bijzondere aandacht voor de institutionalisering van het Nederlan... Lees meer
werd als ondervoorzitter aangewezen om Bouweraerts bij te staan. In 1955 werd het laatste congres gehouden te Antwerpen. Bouweraerts was toen reeds ziek en Lindemans werd dienstdoend voorzitter. Er werden concrete besluiten genomen, maar de opkomst was gering. Dit was begrijpelijk, dezelfde Vlaamse problemen waren reeds herhaaldelijk op raadsvergaderingen van de Christelijke Volkspartij Christelijke Volkspartij
Lees meer
(CVP) besproken.
De KVL doofde uit als een kaars. In de jaren 1960 vergaderde alleen nog het arrondissementsverbond van Brussel, onder leiding van Lindemans. Vooral het taalprobleem in Brussel bleef een punt van bezorgdheid. In 1965 was het onder invloed van dit verbond, dat na moeizame onderhandelingen de minister van Binnenlandse Zaken aanvaardde dat inwijkelingen in Brussel hun oorspronkelijke identiteitskaart zouden behouden. Dit schijnbaar kleine gebaar had verstrekkende gevolgen, de Vlaamse identiteitskaart werd het criterium voor het al of niet Vlaams zijn bij de verkiezing voor de agglomeratieraad in Brussel in november 1971.

Betekenis

De grote jaren van de KVL zijn ongetwijfeld de jaren van het interbellum, toen werd gestreden voor de vernederlandsing van Vlaanderen met het Vlaamse minimumprogramma Minimumprogramma
Het Minimumprogramma was de benaming voor het eisenpakket dat de Belgisch-loyale flaminganten, in het bijzonder inzake taalwetgeving, in de periode tussen de beide wereldoorlogen nastreef... Lees meer
als leidraad. In de realisatie van de taalwetgeving en de vervlaamsing van het maatschappelijke leven heeft de KVL tussen beide wereldoorlogen een vooraanstaande rol gespeeld. Het was onder zijn stuwkracht dat het verzet van het franskiljonisme Franskiljon
'Franskiljon' is in het traditionele flamingantische discours de benaming van een voorstander en bevorderaar van de verfransing in Vlaanderen. Het begrip kenmerkt iemand die overtuigd is ... Lees meer
en de overwegende positie van het Franssprekende gedeelte van het land in de katholieke partij doorbroken kon worden. In de geschiedenis van de KVL ligt een heel stuk geschiedenis van de Vlaamse beweging. Het verloop van de jaarlijkse congressen geeft het relaas van de verovering door de katholieke Vlaamsgezinden van hun machtspositie in Vlaanderen. Frans van Cauwelaert mocht terecht op het 15de Congres te Mechelen in 1934 zeggen: ‘Geen trouwer gids van de Vlaamse beweging dan de congressen van de Katholieke Vlaamsche Landsbond’. In de verslagen vindt men ook de tweespalt onder de Vlaamsgezinden terug, zoals die tussen beide oorlogen de Vlaamse beweging tekende. De KVL was tevens de leerschool die vele jonge katholieke Vlamingen naar een politieke toekomst begeleidde. Figuren als Alfons Verbist Verbist, Alfons
Alfons Verbist (1888-1974) was een katholiek politicus, die als voorzitter van de KVV fungeerde en mee aan de basis lag van het beginselakkoord KVV-VNV. Na de oorlog was hij minister van ... Lees meer
(1921), Albert de Vleeschauwer De Vleeschauwer van Braekel, Albert
Albert de Vleeschauwer (1897-1971) was een katholiek politicus. In 1940 maakte hij beslissende keuzes die de vorming van een Belgische regering-in-ballingschap mogelijk maakten. Zijn rol ... Lees meer
(1925), August de Schryver De Schryver, August
Lees meer
(1927), Paul-Willem Segers Segers, Paul-Willem
Paul-Willem Segers (1900-1983) was secretaris van het ACW en achtereenvolgens KVV- en CVP-politicus, die na de Tweede Wereldoorlog verschillende ministerposities bekleedde. Hij was betrok... Lees meer
(1927), Leo Delwaide Delwaide, Leo
Leo Delwaide (1897-1978) was advocaat en politicus voor achtereenvolgens de katholieke partij en de Christelijke Volkspartij. Als burgemeester van Antwerpen (1940-1944) speelde hij tijden... Lees meer
(1927) en Gaston Eyskens Eyskens, Gaston
Gaston Eyskens (1905-1988) was een Vlaamsgezinde katholieke econoom en politicus, die onder andere eerste minister was ten tijde van de Koningskwestie en aan de basis lag van de eerste st... Lees meer
(1933) kregen er een podium aangeboden.

Congressen van de KVL

I: 23, 24 mei 1920 (Antwerpen); -- II: 18, 19 mei 1921 (Hasselt); -- III: 24, 25, 26 juni 1922 (Gent); -- IV: 21, 22, 23 juli 1923 (Brugge); -- V: 19, 20, 21 juli 1924 (Brussel); - - VI: 25, 26, 27 juli 1925 (Antwerpen); -- VII: 3, 4, 5 juli 1926 (Antwerpen); -- VIII: 30, 31 juli, 1 augustus 1927 (Sint- Truiden); -- IX: 4, 5, 6 augustus 1928 (Gent); -- X: 3, 4 augustus 1929 (Dendermonde); -- XI: 6, 7 september 1930 (Antwerpen); -- XII: 1, 2 augustus 1931 (Brussel); -- XIII: 6, 7, 8 augustus 1932 (Brussel); -- XIV: 8, 9, 10 juli 1933 (Antwerpen); -- XV: 28, 29 juli 1934 (Mechelen); -- XVI: 19, 20 oktober 1935 (Antwerpen); -- XVII: 2 mei 1936 (Brussel: Verslag Federalisme); -- XVIII: 9, 10 januari 1937 (Leuven); - - XIX: 15, 16 november 1947 (Leuven Paascongres Jongeren 1948 - Antwerpen); -- XX: 19, 20 januari 1949 (Brussel); -- XXI: 12, 13 november 1955 (Antwerpen).

Literatuur

— L. Wils, De oorsprong van de christen- demokratie. Het aandeel van de Vlaams-demokratische stroming, 1963.
— M. van Cauwelaert, De Katholieke Vlaamsche Landsbond, in: Liber Amicorum August De Schryver, minister van staat, 1968.
— H.J. Elias, 25 jaar Vlaamse Beweging 1914-1939, 1969, 4 dln.
— M. van Mechelen, Kroniek van Frans van Cauwelaert 1880-1961, 1980.
— E. Gerard, Strijd om het Vlaams minimumprogramma in 1919. De Katholieke Vlaamse Bond, Mgr. Rutten en de katholieken en van Limburg, in: WT, jg. 40, 1981, nr. 2, pp. 98-115.
— H. van Velthoven, De Vlaamse kwestie 1830-1914. Macht en onmacht van de Vlaamsgezinden, 1982.
— E. Gerard, De Katholieke Partij in crisis. Partijpolitiek leven in België (1918-1940), 1985.
— L. Wils, De historische verstrengeling tussen de christelijke arbeidersbeweging en de Vlaamse beweging, in: E. Gerard en J. Mampuys (red.), Voor Kerk en werk, 1986, pp. 30-34.
— G. Tireliren, Rechtdoor. Valeer Claes 1884-1958, Antwerpen, 2000.
— L. Wils, De Katholieke Vlaamse Landsbond, in: WT, jg. 70, 2011, nr. 1, pp. 64-85; nr. 2, 2011, p. 140-171.
— H. van Velthoven, Scheurmakers & carrièristen. De opstand van christendemocraten en katholieke flaminganten 1890-1914, 2014

Suggestie doorgeven

1973: Mia Van Cauwelaert (pdf)

1998: Emmanuel Gerard

2023: Emmanuel Gerard

2023: Emmanuel Gerard

Inhoudstafel