De Mont, Pol

Persoon
Ludo Stynen (2023)

Pol de Mont (1857-1931) was een dichter, essayist, folklorist, journalist, kunstcriticus en redenaar. In al zijn activiteiten gaf hij de Vlaamse strijd absolute prioriteit. Decennialang was hij een invloedrijk boegbeeld van de Vlaamse beweging.

Volledige voornaam
Maria Polydorus Carolus
Pseudoniem
Multafero
Olympio
Spiridio
Waarzegger
Ortwin
J.A.B.
Geboorte
Wambeek, 15 april 1857
Overlijden
Berlijn, 29 juni 1931
Leestijd: 25 minuten

Pol de Mont was een begenadigd spreker. Hij lag aan de basis van een overkoepelende Vlaamse studentenbeweging en was actief als dichter, essayist, folklorist, journalist en kunsthistoricus. Als leraar aan het Antwerpse atheneum had hij grote invloed op zijn leerlingen. In 1904 werd hij directeur van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen en na de oorlog was hij hoofdredacteur van het dagblad De Schelde. Hij evolueerde van katholiek naar liberaal en later tot Vlaams-nationalistisch. Als kosmopoliet verzette De Mont de bakens in de Vlaamse literatuur door het didactische en emancipatorische doel van vele Vlaamse letterkundigen te verwerpen. Tegelijk engageerde De Mont zich als Groot-Nederlander en germanofiel in de Vlaamse strijd en brak hij niet volledig met de traditie.

Pol de Mont werd geboren in een landelijke, niet van cultuur gespeende Brabantse omgeving, die hij later in al haar facetten opriep in de verhalenbundel Op mijn dorpken (1925³). Hij ging naar de lagere school in Wambeek, trok voor een jaar naar het Pensionnat des Jeunes Gens in Ninove, en volgde van 1871 tot 1877 lessen aan het Mechelse kleinseminarie Klein Seminarie van Mechelen
Het Klein Seminarie van Mechelen was een belangrijke onderwijsinstelling van het aartsbisdom Mechelen met humaniora en filosofieafdeling voor priesterstudenten. Ze speelde in de 19de eeuw... Lees meer
, waar de Vlaamse gevoeligheden een grotere impact hadden dan elders. Zijn moeder zag een priester in hem, maar De Monts toekomst lag elders.

De Mont dichtte veel en snel, werd daar al op heel jonge leeftijd voor bekroond en hij wilde de Vlaamse literatuur Literatuur
De literatuur heeft een cruciale rol gespeeld in het ontstaan van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd en ook in de daaropvolgende fasen van de Vlaamse natiewording zijn schrijvers vaak richting... Lees meer
en de Vlaamse beweging nieuwe impulsen geven. Hij legde de basis voor de Vlaamsche Studentenbond, maar verliet de universiteit zonder diploma. Daarna werd hij leraar aan het atheneum van Doornik, en kort daarna aan dat van Antwerpen. Als leraar slaagde hij erin zijn Vlaamsgezinde engagement door te geven en tientallen van zijn leerlingen vonden hun weg in de Vlaamse beweging. De Mont, die activiteiten ontplooide op tal van gebieden en bovendien een getalenteerd redenaar was, werd een boegbeeld van die beweging. Als liberaal was hij kortstondig actief in de Antwerpse politiek, maar partijtucht was aan hem niet besteed.

Hij ijverde voor een zo groot mogelijke eendracht van alle flaminganten en wilde als overtuigd kosmopoliet zijn Vlaamse strijd combineren met een grote openheid voor andere culturen. Zijn aandacht ging ook uit naar folklore en beeldende kunst Beeldende kunst
De beeldende kunsten en de Vlaamse beweging onderhielden van 1830 tot vandaag een complexe en gelaagde relatie, die pendelde tussen gematigde sympathie, radicaal engagement en kritische a... Lees meer
en in 1904 werd hij conservator van het Antwerpse Museum voor Schone kunsten. Vanwege zijn vermeende Duitsgezindheid tijdens de Eerste Wereldoorlog Eerste Wereldoorlog
De Vlaamse beweging is fundamenteel getekend door de Eerste Wereldoorlog. De oorlog maakte een verregaande democratisering onafwendbaar, met wezenlijke gevolgen voor het politieke draagv... Lees meer
zag hij zich tot ontslag gedwongen, maar in 1919 werkte hij zich als hoofdredacteur van het Vlaams-nationalistische dagblad De Schelde (1919-1936) De Schelde (1919-1936)
Lees meer
weer op de voorgrond. Hij overleed in 1931 tijdens een verblijf in Berlijn, werd daar gecremeerd en ligt begraven op het ereperk van het Antwerpse Schoonselhof.

Vlaamse studentenbond

De Mont dichtte en schreef verhalen van jongs af aan, en hij was meteen van de partij toen Pieter Luppens en Jacob Muyldermans Muyldermans, Jakob
Lees meer
in mei 1875 in Mechelen De Jonge Taalvrienden De Jonge Taalvrienden
De Jonge Taalvrienden was een katholieke studenten- en scholierenbond die van 1875 tot ca. 1880 actief was in het Mechelse. De vereniging gaf de aanzet tot de ontwikkeling van de katholie... Lees meer
stichtten. De Mont zocht contact met de studentenleider Amaat Joos Joos, Amaat
Amaat Joos (1855-1937) was een katholiek priester-leraar, pedagoog en taalkundige. Hij was actief en leidinggevend in de Vlaamse katholieke scholierenbeweging en richtte zich als pedagoog... Lees meer
en hij redigeerde de bundel Onze Dageraad (1876). waarvoor hij ook enkele gevestigde schrijvers als Guido Gezelle Gezelle, Guido
Guido Gezelle (1830-1899) was een Vlaamse priester die de Vlaamse volkstaal verdedigde binnen het algemeen Nederlands. Hij verwierf grote bekendheid als lyrisch dichter van religieuze nat... Lees meer
, Jan Renier Snieders Snieders, Jan
Lees meer
en Servaas Daems Daems, Servaas
Servaas Daems (1838-1903) was een premonstratenzer kanunnik, dichter en redenaar. Hoewel hij zich in het openbaar zelden met de problematiek van de Vlaamse beweging heeft ingelaten, zijn ... Lees meer
wist te strikken.

De Mont stuurde aan op een overkoepelende studentenorganisatie en schreef daarover aan de West-Vlaming Zeger Maelfait Maelfait, Zeger
Zeger Maelfait (1850-1913) stichtte, samen met Amaat Vyncke, de Gilde der Westvlaamsche Gebroeders, in de schoot waarvan de katholiek-Vlaamsgezinde Almanak voor de leerende jeugd van Vlaa... Lees meer
. De brief, die dateert van vóór 6 juli 1876, bevatte een gedetailleerd programma voor een natievormend project. De toekomst van Vlaanderen was de verantwoordelijkheid van zijn generatie, zo vond hij: ‘Wij moeten eens zijn, niet advocaten, notarissen, artsen, priesters, ambtenaars, leraars, in staat zich min of meer stoffelijke welvaart of aanzien te veroveren in de maatschappij, maar zelfbewuste, Vlaamse, Vlaams-sprekende, als Vlamingen levende advocaten, notarissen, artsen, priesters, ambtenaars, leraars, leraars vooral, beschouwende als hun hoogste plicht, mee te werken tot de verheffing van het volk, óns volk.’ De brief belandde ook bij Albrecht Rodenbach Rodenbach, Albrecht
Albrecht Rodenbach (1856-1880) was een West-Vlaams studentenleider en dichter, die een sleutelrol speelde in het ontstaan van de Blauwvoeterij en de katholieke Vlaamse studentenbeweging. ... Lees meer
en hun gezamenlijke aanpak zou leiden tot de overkoepelende Vlaamsche Sudentenbond en enkele ruim bijgewoonde landdagen: voor De Mont de emanatie van godsdienst, taal Taal
De ontwikkeling van het Nederlands vormde tot diep in de 20ste eeuw een fundamenteel aandachtspunt in de Vlaamse beweging. De wijze waarop het geschreven en gesproken Nederlands gehanteer... Lees meer
en vaderland. De Monts gedichten uit deze periode zijn in hoofdzaak religieus, een enkele keer sociaalvoelend of Vlaams-nationalistisch. Het aan Maelfait opgedragen ‘Kerlingaland! Kerlingaland!’ bulkte van heimwee naar vergane Vlaamse grootheid.

Leuven en Het Pennoen

Aan de Leuvense universiteit breidde De Mont zijn kennissenkring bijzonder uit en bouwde hij daarnaast snel een literair en artistiek netwerk uit. Tot dat netwerk behoorden klinkende namen als Hendrik Conscience Conscience, Hendrik
Hendrik Conscience (1812-1883) was de eerste auteur die het in België aandurfde een roman in het Nederlands te schrijven en te publiceren. Zijn oeuvre van zo’n 65 romans, dat ook een bred... Lees meer
, Klaus Groth Groth, Klaus
De Duitser Klaus Groth (1819-1899) was met zijn dichtbundel Quickborn (1852) de grondlegger van de nieuwe Nederduitse letterkunde. Hij onderhield bovendien goede contacten met Vlaanderen.... Lees meer
(van wie hij gedichten vertaalde en die werk van de Vlaming vertaalde naar het Duits). Gezelle, August Snieders Snieders, August
Lees meer
, Edgar Tinel Tinel, Edgar
Edgar Tinel (1854-1912) was een componist die zich met zijn liederen aanvankelijk binnen de Vlaamse beweging situeerde, maar later uitsluitend nog religieuze muziek componeerde. Hij verdi... Lees meer
, Julius Vuylsteke Vuylsteke, Julius
Lees meer
, Hugo Verriest Verriest, Hugo
De Vlaamsgezinde en progressieve priester en letterkundige Hugo Verriest (1840-1922) was een van de belangrijkste intellectuele inspirators van de katholieke flamingantische scholieren- e... Lees meer
, Jan van Beers Van Beers, Jan
Jan van Beers (1821-1888) was een Vlaams leraar en dichter uit Antwerpen. Lees meer
, Gentil Antheunis Antheunis, Gentil
Magistraat Gentil Antheunis (1840-1907) was de schoonzoon van Hendrik Conscience. Hij genoot bekendheid als Nederlandstalige componist en dichter. Lees meer
, Emiel Claus en tientallen andere schrijvers en kunstenaars in binnen- en buitenland. Voor Gezelle had hij al in de jaren 1870 opvallend veel waardering en hij zou er zich tot in lengte van dagen op beroemen de West-Vlaming in Nederland Nederland
Nederland is met Vlaanderen verbonden door de economische infrastructuur, de taal en de geschiedenis. Vanaf eind 18de eeuw kreeg die verbondenheid in taal en cultuur op uiteenlopende mani... Lees meer
bekend te hebben gemaakt. Samen met Rodenbach organiseerde De Mont de derde Studentenlanddag, riep hij de studenten op hun moedertaal te gebruiken, en stichtte hij Het Pennoen, een strijdbaar studentenblad dat De Mont, zeker na zijn breuk met Rodenbach en diens verdwijnen uit de redactie, ombouwde tot een algemeen cultuurtijdschrift dat hem een forum bood om de vele richtingen van zijn culturele nieuwsgierigheid en zijn eruditie te etaleren.

Net als Rodenbach betreurde De Mont de val van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in 1830 en verweet hij de politiek het liberaal-katholieke antagonisme boven de vervlaamsing te stellen. De Mont wilde de nationale gedachte aanwakkeren bij de burgerij en het volk en hen doordringen van moderne democratische gedachten, als voorbereiding op de onvermijdelijke maatschappelijke hervormingen. Groot-Nederlander Groot-Nederland
Groot-Nederland is een politiek en cultureel begrip dat respectievelijk staat voor een staatkundige vereniging van België of Vlaanderen met Nederland en de culturele en taalkundige samen... Lees meer
zou hij altijd blijven, Vlamingen en Duitsers zag hij als één volk – op cultureel vlak dan toch, niet politiek. De Mont en Rodenbach werden lid van Met Tijd en Vlijt Met Tijd en Vlijt
Met Tijd en Vlijt was een Vlaamsgezind Studentengenootschap dat in 1836 aan de Leuvense universiteit werd opgericht en bleef bestaan tot na de Tweede Wereldoorlog. Het speelde tot 1875 e... Lees meer
en het Davidsfonds Davidsfonds
Het Davidsfonds is een katholieke Vlaamse cultuurvereniging, die werd opgericht in januari 1875. Lees meer
. Aan de top van beide verenigingen kwam het tot een conflict tussen de professoren Paul Alberdingk Thijm Alberdingk Thijm, Paul
Lees meer
en Pieter Willems Willems, Pieter
Lees meer
, vanwege financieel wanbeheer van de eerste,  en de vrienden kwamen in verschillende kampen te staan. Aanvankelijk stond De Mont nog welwillend tegenover het West-Vlaamse taalparticularisme, maar na de breuk met Rodenbach zou hij daar afstand van nemen. De Mont publiceerde tijdens zijn Leuvense jaren enkele dichtbundels en voor zijn verzamelde Gedichten kreeg hij in 1880, na het afbreken van zijn studies, de Staatsprijs

Leraar en pedagoog

Hij zette al zijn relaties in om een betrekking in het officiële of het vrije onderwijs te krijgen, en via een speciaal examen kon De Mont in 1880 op voorspraak van Conscience aan de slag in het atheneum van Doornik. Geleidelijk verloor hij zijn geloof, toch zeker in de Kerk, en in 1881 profileerde hij zich met de idylle ‘De kinderen der menschen’ als vrijdenker. Datzelfde jaar gaf hij Het Pennoen een facelift en werd het blad vervangen door Jong Vlaanderen (1881-1882) Jong Vlaanderen (1881-1882)
Jong Vlaanderen (1881-1882) was een cultureel maandblad opgericht door Pol de Mont. Het richtte zich specifiek op jonge Vlaamse kunstenaars en schrijvers. Lees meer
. Dit nieuwe tijdschrift ademde een revolutionaire geest en koos voor modernisme en onpartijdige kritiek. De Mont wilde, los van politiek, jonge krachten uit het hele culturele veld bij elkaar brengen. Niettemin gaf hij ook ruimte aan ouderen en aan de traditie en stuurde hij niet aan op een breuk. Na twee jaar kwam er een einde aan de publicatie.

Met het nodige lobbywerk en de steun van Jan van Beers werd De Mont in 1882 leraar aan het atheneum van Antwerpen en vier jaar later ook aan de Antwerpse Academie voor Schone Kunsten. Terwijl hij onafgebroken gedichten produceerde, werkte hij zich als leraar, criticus, volkskundige, kunstrecensent, redenaar en politicus in geen tijd naar het centrum van het publieke forum. Als leraar wist tientallen leerlingen te enthousiasmeren voor de Vlaamse zaak en velen volgden dan ook in zijn spoor – op literair of politiek vlak. Alfons de Ridder De Ridder, Alfons
Alfons de Ridder (1882-1960) verwierf als schrijver grote bekendheid onder het pseudoniem Willem Elsschot. Tijdens zijn school- en studiejaren was hij lid van diverse Vlaamse culturele ve... Lees meer
(pseudoniem van Willem Elsschot) is wellicht de bekendste van zijn oud-leerlingen. De Mont maakte verder handboeken en bloemlezingen en hijzelf en zijn leerlingen gingen geen moeite uit de weg om de toepassingen van de taalwetten Taalpolitiek en -wetgeving
Situaties van taalonderdrukking vindt men wereldwijd. Daarom besteedt deze bijdrage eerst aandacht aan gehanteerde taalpolitieke strategieën. Ook in België verzette een gedomineerde taalg... Lees meer
aan het atheneum af te dwingen. Met dat doel voor ogen richtten zijn leerlingen in 1885 onder zijn impuls de Vlaamsche Kring Vlaamsche Kring (Antwerpen)
De Vlaamsche kring (1885) was een Vlaamsgezind en vrijzinnig genootschap van atheneumleerlingen van Antwerpen. In 1901 hield de kring op te bestaan. In 1916 herrees een activistische opv... Lees meer
op en drie jaar later was hij de eerste om tijdens een prijsuitreiking een Vlaamse feestrede te houden.

De Mont vond de functie van leerkracht enorm belangrijk en hoewel hij snel zou uitgekeken raken op het onderwijs, zou de leraar in hem altijd de kop opsteken. Hij was de mentor van Hélène Swarth, die in het Frans debuteerde, maar die De Mont tot de Nederlandse letteren bekeerde. Hij legde de Vlaamse kunst en de Vlaamse literatuur Literatuur
De literatuur heeft een cruciale rol gespeeld in het ontstaan van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd en ook in de daaropvolgende fasen van de Vlaamse natiewording zijn schrijvers vaak richting... Lees meer
uit aan honderden geïnteresseerden die zijn voordrachten bijwoonden. Ook gaf hij tot het einde van zijn leven raad aan jonge dichters.

Literatuur en kritiek

De Monts jeugdverzen waren nog erg traditioneel en romantisch, vervolgens kwamen parnassiaanse vormexperimenten en omstreeks 1880 vond hij zijn eigen typische stem: met zijn impressionistische gedichten over de dynamiek van het leven en de verrukkingen van de natuur Natuur, milieu en landschap
Tot de Tweede Wereldoorlog bestond er een band tussen de Vlaamse beweging en de natuurverenigingen in Vlaanderen. Een gevoeligheid en zorgzaamheid voor het landschap en de schoonheid van... Lees meer
, over sensuele liefde en vrouwelijk schoon. Vooral in Lentesotternijen (1881). Loreley (1882) en Fladderende vlinders (1885) verzette hij de bakens met zijn modern individualisme. Het was ‘kunst om de kunst’ in een omgeving waarin van de literatuur nog emancipatie werd verwacht. De invloed van De Monts visie en van zijn kosmopolitisme was groot, en uit polemieken met zijn vriend Max Rooses Rooses, Max
Lees meer
, die een nationalistisch literair model voorstond, kwam hij als overwinnaar tevoorschijn. Rooses zou de letterkundige kritiek vervolgens laten en zich nog uitsluitend op kunst richten. Tussen 1891 en 1896 gaf De Mont acht nummers van het tijdschrift Zingende vogels uit, dat gedichten bracht van zowel gevestigde auteurs als jonge talenten, onder wie Prosper van Langendonck Van Langendonck, Prosper (1862-1920)
Prosper van Langendonck (1862-1920) was een dichter en letterkundige die zich ook inzette voor de Vlaamse beweging in Brussel. Lees meer
en August Vermeylen Vermeylen, August
August Vermeylen (1872-1945) was een schrijver, literatuur- en kunsthistoricus, en socialistisch senator. In het tijdschrift Van Nu en Straks, waarvan hij de leiding had, publiceerde hij ... Lees meer
, Swarth en Emmanuel de Bom De Bom, Emmanuel
Emmanuel de Bom (1868-1953) was een Vlaamse schrijver, redacteur, journalist en bibliothecaris. Lees meer
.

De Mont was erg ontvankelijk voor het nieuwe. Hij las Engelse, Franse en Duitse tijdgenoten en publiceerde erover vanaf 1877: een bewuste poging om de Vlaamse horizon te verruimen. De jonge auteur constateerde het gebrek aan sociale belangstelling in de Vlaamse literatuur, die ook wat Vlaamse strijd betrof niet veel verder kwam dan het formuleren van grieven. In 1884 werd hij mederedacteur van de tijdschriften Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle Nederlandse Dicht- en Kunsthalle
Lees meer
en De Toekomst De Toekomst (1857-1898)
De Toekomst (1857-1898) was een pedagogisch en taal- en letterkundig tijdschrift. Lees meer
, waarin hij een tiental jaren het grootste deel van zijn literaire kritieken plaatste. In 1888 trad hij toe tot de redactie van het kunsttijdschrift De Vlaamsche School De Vlaamsche School
De Vlaamsche School was een aanvankelijk halfmaandelijks, later maandelijks tijdschrift, uitgegeven te Antwerpen van 1855 tot 1901 (van 1855 tot 1864: De Vlaemsche School; vanaf 1897: De ... Lees meer
, dat hij zou vernieuwen en toonaangevend maken. Over de Nederlandse en de Hoogduitse literatuur en over de Franse Parnassiens publiceerde hij uitgebreide studies. Zijn werk over de Félibrige, gebaseerd op gegevens die hij van de betrokkenen zelf kreeg, is nog altijd relevant.

Op het einde van de jaren 1880 was De Mont als literair auteur populair en alomtegenwoordig. Precies dat succes zorgde ervoor dat hij tot zijn frustratie niet betrokken was bij het literair jongerentijdschrift Van Nu en Straks Van Nu en Straks
Van Nu en Straks (1893-1901) was een literair en cultureel tijdschrift, dat voor Vlaanderen vernieuwend was doordat het aansloot bij internationale eigentijdse denkrichtingen zoals het an... Lees meer
, en dat hij als 35-jarige als oud werd opzijgezet. Alsof hij wilde tonen dat hij nog altijd meetelde, manifesteerde hij zich na de uitsluiting nog uitdrukkelijk als dichter met de opvallende en fraai vormgegeven bundels Claribella (1893) en Iris (1894), en met de hypersensitieve roman De Amman van Antwerpen (1903), die de esthetische extase van de hoofdfiguur in erotisch-zwoele passages vormgaf. De Mont was gekwetst, maar niet rancuneus en binnen de Vlaamse beweging bleef hij een autoriteit. Hoewel hij de literatuur haar nutswaarde ontzegde, beklemtoonde hij in zijn studie over Drie grote Vlamingen toch telkens het nationale element. Omdat hij als flamingant de verdienste van een traditionele, op inhoud gerichte literatuur bleef zien, omdat hij zelf in hoofdzaak koos voor een moderne, individualistische, eerder formele literatuur, was hij meer dan enig ander een brugfiguur tussen de 19de en de 20ste eeuw.

Vanaf 1877 werden teksten van De Mont op muziek Muziek
Lees meer
gezet. Dat zou heel zijn leven blijven gebeuren, vaak zonder dat hij er weet van had. Hij was zich bewust van de nationale mogelijkheden van het zingen en zette zijn schouders ook onder het Nederlandsch Lyrisch Tooneel. Hij was betrokken bij de ombouw ervan tot de Antwerpse Vlaamsche Opera Vlaamse Opera
Lees meer
in 1907. Met de libretto’s Prinses Zonneschijn (1894), een sprookje gesitueerd in de 9de eeuw, het min of meer wagneriaanse De Rijndwergen (1906) en Meivuur zette hij zich echt als mede-actor op de Vlaamse muzikale kaart. Voor de muziek zorgden respectievelijk Paul Gilson Gilson, Paul
Componist en dirigent Paul Gilson (1856-1942) was leraar aan het Conservatorium in Antwerpen. Hij bestudeerde en voerde Nederlandstalige muziekstukken uit. Na de Eerste Wereldoorlog werd ... Lees meer
, August de Boeck De Boeck, August
August De Boeck (1865-1937) was een invloedrijke romantische Vlaamse componist die door zijn composities de Vlaamse muziek op Europees niveau bracht. Hij hield er een Vlaamsgezinde overt... Lees meer
en Jef van Hoof Van Hoof, Jef
Lees meer
.

Internationaal netwerk

In de jaren 1880 bouwde De Mont een internationaal netwerk uit, waarvan honderden brieven uit een tiental landen in zijn nalatenschap getuigen. Hij zocht gelijkgestemden en ‘ras- en stamverwantschap’ in Duitsland Duitsland & Vlaanderen
Van de eerste helft van de 19de eeuw tot 1945 stond het Duitse beeld van Vlaanderen in het teken van etnisch-culturele verbondenheid. Die romantische perceptie leefde vooral bij een beper... Lees meer
, maar hij had ook veel aandacht voor de Provençaalse emancipatiebeweging van Mistral. Voor veel buitenlanders werd hij het aanspreekpunt voor de Nederlandse en in het bijzonder de Vlaamse literatuur. Al van in het kleinseminarie genoot hij ervan een publiek toe te spreken en hij zou als een begenadigd redenaar de geschiedenis ingaan: hij gaf honderden toespraken over en uit eigen werk, over kunst en literatuur, over de dienstplicht, over de vernederlandsing van de Gentse universiteit Hoger onderwijs in Gent
Met de vernederlandsing in 1930 als hoogtepunt is de Gentse universiteit een belangrijk strijdpunt geweest in de Vlaamse beweging. Van het Latijn uit 1817 tot het Engels van vandaag: het ... Lees meer
, over de Vlaamse strijd in al zijn facetten. Op lezingentournees door Nederland en Duitsland sprak hij over de Vlaamse beweging en over eigen werk. Dat deed hij occasioneel ook in Frankrijk Frankrijk & Vlaanderen
De verhouding tussen Vlaanderen en Frankrijk werd altijd gekenmerkt door een aanzienlijke dubbelzinnigheid. Hoewel er lange tijd een grote affiniteit met de Franse cultuur bestond, werd d... Lees meer
, Zwitserland en Oostenrijk en er waren zelfs plannen voor voordrachten in Sint-Petersburg en de Verenigde Staten. Over de genoemde onderwerpen, over de macht van de clerus, en over de taalstrijd in alle Europese landen waar minderheden zich roerden tegen de onderdrukking van hun taal, publiceerde hij in eigen en andere tijdschriften.

Vlaamse eenheid

Op de begrafenis van Conscience sprak De Mont namens de kort tevoren door hemzelf gestichte kunstenaarskring Wees u zelf. In het beeld dat hij van de schrijver schetste, portretteerde hij zichzelf: broeders in de kunst en in de strijd. De rede herinnerde aan die van Conscience bij het graf van Willems in 1848, maar voor De Mont was trouw aan België België
Geen Vlaamse beweging zonder België. Het is ook onmogelijk om België te begrijpen zonder de geschiedenis van de Vlaamse beweging erbij te betrekken. Tussen het ontstaan van een culturele ... Lees meer
niet meer zo vanzelfsprekend en zijn rede was een krachtig appel aan de Vlamingen en een waarschuwing aan de vijanden van de Vlaamse beweging. Vanaf dat ogenblik kon hij zich rekenen onder de leiders van die beweging. Het was niet toevallig dat zijn vriend Henry Luyten Luyten, Hendrik
De kunstschilder Hendrik Luyten (1859-1945) was de maker van ‘Het Gulden Doek van Vlaanderen’, een geschilderd groepsportret dat een overzicht van de geschiedenis van de Vlaamse beweging... Lees meer
hem als centrale spreker midden op Het Gulden doek van Vlaanderen schilderde.

De Mont steunde onder andere de katholieke Christelijke Volkspartij
Lees meer
Edward Coremans Coremans, Edward (1835-1910)
Advocaat Edward Coremans (1835-1910) was politicus voor de Meetingpartij en voorzitter van de Nederduitsche Bond. Gedurende 42 jaar was Coremans als kamerlid een leidende figuur van de Vl... Lees meer
en dat werd hem niet in dank afgenomen door zijn liberale Liberale Partij (1846-1961)
Lees meer
vrienden. Partijtucht was hem vreemd, de Vlaamse zaak ging voor hem boven alles, en dus tekende hij ook present op ‘neutrale’ evenementen. De Vlaamse eenheidsgedachte bleef zijn denken en handelen bepalen en dat maakte hem in 1890 te Vlaamsgezind voor een liberale kandidatuur voor de Antwerpse gemeenteraad. Na hevige twisten binnen de partij trok hij zich op de valreep terug. In 1892 werd hij wel verkozen voor de provincieraad, waarin hij zonder veel succes democratische voorstellen zou doen en steunen.

Vanaf 1896 beperkte hij zijn politieke activiteit  totbrochures en redevoeringen. In 1889 had hij al gepleit hij voor de invoering van een algemene dienstplicht. Op het Nederlands Congres Nederlandse Congressen
De Nederlandse Congressen waren gemeenschappelijke (culturele) ontmoetingen van Vlamingen en Nederlanders in Vlaanderen en Nederland die met onderbrekingen werden georganiseerd sinds 1849... Lees meer
van 1896 zette hij de beweging in gang die uiteindelijk tot de al lang gevraagde Vlaamse universiteit in Gent zou leiden. In zijn oproep gebruikte hij een vertoog dat herinnerde aan zijn eerder geciteerde brief aan Maelfait van 1876: omdat er geen Vlaamse hogeschool was, bestond er ook geen Vlaamse intelligentsia en waren dokters, magistraten, ambtenaren geen ‘natuurlijke’ beschavers van het volk.

Nadat de Tweede hogeschoolcommissie Vlaamse Hogeschoolcommissies
Van 1896 tot de realisatie ervan in 1930 organiseerden vijf opeenvolgende hogeschoolcommissies het studiewerk over en de propaganda voor de vernederlandsing van de Gentse universiteit. Zo... Lees meer
(1907) van start was gegaan, pleitte De Mont onvermoeibaar voor degelijk en volledig onderwijs in het Nederlands. Hij stond positief tegenover de grote vreemde talen en tegenover buitenlandse kunst, zolang die geen propaganda inhield tegen de Vlaamse zelfstandigheid. Een welbegrepen democratie moest volgens hem zorgen voor hoger onderwijs Hoger onderwijs
De evolutie van het Vlaamse hoger onderwijs werd gekenmerkt door een moeizame vernederlandsingspolitiek, gaande van het vroegste verschijnen van Nederlandstalig onderwijs tot de integrale... Lees meer
in de eigen taal, vanwege de enorme maatschappelijke invloed. De strijd voor de hogeschool diende eendrachtig, over de ideologische grenzen heen gevoerd te worden, zoals zijn vrienden, de liberaal Louis Franck Franck, Louis
De inzet van Louis Franck (1868-1937) voor de vernederlandsing van het middelbaar onderwijs en de Gentse universiteit bracht hem rond 1910 op het hoogtepunt van zijn Vlaams-liberale roem.... Lees meer
, de socialist Camille Huysmans Huysmans, Camille
Camille Huysmans (1871-1968) was een Vlaamsgezinde socialistische politicus, die van 1933 tot 1940 burgemeester van Antwerpen was, tweemaal een ministerpositie bekleedde en een jaar lang ... Lees meer
en de katholiek Frans van Cauwelaert Van Cauwelaert, Frans
Frans van Cauwelaert (1880-1961) was een Vlaamsgezinde katholieke politicus, die een hoofdrol speelde in de vernederlandsing van het openbare leven in Vlaanderen. Van Cauwelaert lag in 19... Lees meer
, dat als de ‘ drie kraaiende hanen Drie Kraaiende Hanen
De ‘drie kraaiende hanen’ was de benaming voor de drie volksvertegenwoordigers die in 1910-1911 over de partijgrenzen heen een campagne voor de vernederlandsing van de Rijksuniversiteit G... Lees meer
deden.

Eenheidsstreven en propaganda gingen hand in hand. Toen de dichter Victor Resseler Resseler, Victor
Victor Resseler (1877-1955) was een Antwerpse boekhandelaar, journalist, uitgever en politicus van liberaal-vrijzinnige strekking. Lees meer
in 1912 een padvindersgroep begon, zag De Mont in de stapliederen meteen een kans voor de verspreiding van zijn Vlaamse gedachtegoed. Naar aanleiding van de grote Consciencehulde van datzelfde jaar pleitte De Bom ervoor de tijdelijke tentoonstelling een permanent karakter te geven. De Mont zag het echter nog veel groter en droomde van een studiecentrum en Museum van de Vlaamse Wedergeboorte. Dat project werd vele jaren later gerealiseerd en staat nu bekend als het Letterenhuis Letterenhuis
Het Letterenhuis in Antwerpen werd in 1933 opgericht en is verantwoordelijk voor het conserveren en ontsluiten van het literaire erfgoed in Vlaanderen. Het archiveert literaire nalatensch... Lees meer
.

Walen, Vlamingen en Belgen

In het opstel ‘Gedachten over vaderland en vaderlandsliefde’ (1901) had De Mont als reactie op kritiek al eens expliciet het bestaan en de zelfstandigheid van de Belgische staat verdedigd. In 1911 raakte hij in een polemiek verwikkeld met de Waalse separatist Emile Jennissen Jennissen, Emile
Advocaat Emile Jennissen (1882-1949) was een Waalse liberale politicus, die actief was binnen de Waalse beweging. Hij pleitte voor een vorm van federalisme en kwam in de Kamer geregeld tu... Lees meer
, die met de brochure Wallons-Flamands. Pour la séparation het federalisme Federalisme
Sinds het begin van de 20ste eeuw behoort federalisme tot het programma van eerst de Waalse en vervolgens ook de Vlaamse beweging. Vanaf 1970 is de transformatie van België van unitaire t... Lees meer
op de agenda plaatste. De Mont geloofde in de voordelen van een Romaans-Germaanse kruisbestuiving in de context van het biculturele België België
Geen Vlaamse beweging zonder België. Het is ook onmogelijk om België te begrijpen zonder de geschiedenis van de Vlaamse beweging erbij te betrekken. Tussen het ontstaan van een culturele ... Lees meer
en bleef pleiten voor een sterke en unitaire Belgische staat. Tegen de verfranste Vlamingen en Vlaamse strijders die het partijbelang lieten primeren op het volksbelang schreef hij een aantal bijzonder scherpe, ‘gepantserde’ verzen.

In 1912 was De Mont voorzitter van het Nederlands Congres dat in Antwerpen werd georganiseerd. In zijn inleidende toespraak viel hij Jules Destrée aan, die in zijn Lettre au Roi sur la séparation de la Wallonie et de la Flandre van dat jaar had geschreven: ‘Sire, il n’y a pas de Belges’. Opnieuw wees De Mont het federalisme af. Naast zijn Belgische vaderland zag hij evenwel ook een geestelijk vaderland, waar ook Nederland, de Nederlandse koloniën, Frans-Vlaanderen Frans-Vlaanderen
Dit artikel belicht de belangstelling vanuit de Vlaamse beweging voor de Vlaamse cultuur in Noord-Frankrijk. Lees meer
en Zuid-Afrika Zuid-Afrika
Deze bijdrage belicht de relatie tussen de Vlaamse beweging en Zuid-Afrika van de 19de tot de 21ste eeuw. Lees meer
deel van uitmaakten. Een splitsing van het land was absoluut geen optie voor De Mont: Vlaanderen bleef trouw aan het Koninkrijk België, ondanks de liefde voor de Dietse Diets
Het woord ‘Diets’ stamt uit het Middelnederlands. In de context van de Vlaamse beweging dook deze term voor het eerst op in de loop van de 19de eeuw, meestal als equivalent voor Nederlan... Lees meer
en de Germaanse stam. De onafhankelijkheid en de neutraliteit van het land waren te danken aan de eendracht tussen de twee nationaliteiten, en in het separatisme en de hele discussie daarover, zag hij niet meer dan een politiek spel, waarbij werd uitgegaan van foute premissen. In 1913 poogde de zo overtuigde belgicist De Mont samen met Emiel Wildiers nog eens om een buitenpolitiek verbond te stichten om de Vlaamse zaak vooruit te helpen, maar dat kwam niet van de grond. Pas na de oorlog koos ook De Mont voor een bestuurlijke en administratieve scheiding van het land.

Duitsland

Als student raakte De Mont vertrouwd met het werk van de Platduitse auteur Klaus Groth Groth, Klaus
De Duitser Klaus Groth (1819-1899) was met zijn dichtbundel Quickborn (1852) de grondlegger van de nieuwe Nederduitse letterkunde. Hij onderhield bovendien goede contacten met Vlaanderen.... Lees meer
. Hij vertaalde diens werk, vatte een correspondentie met hem aan, en ze werden bevriend. De Mont idealiseerde Duitsland Duitsland & Vlaanderen
Van de eerste helft van de 19de eeuw tot 1945 stond het Duitse beeld van Vlaanderen in het teken van etnisch-culturele verbondenheid. Die romantische perceptie leefde vooral bij een beper... Lees meer
en de Duitse cultuur en ook de relativerende brieven van Duitse vrienden deden hem nooit van gedachte veranderen. De Monts germanofilie kende nauwelijks grenzen en hij meende in de Duitse interesse voor Vlaanderen vooral opportuniteiten voor de Vlaamse beweging te ontwaren. De Alldeutscher Verband Alldeutscher Verband
Het Alldeutscher Verband (1891 - 1939) was een imperialistische drukkingsgroep in het Duitse keizerrijk die de Vlaamse beweging hoopte in te schakelen in een Duits expansiebeleid.Na 1918 ... Lees meer
,
de Duitse drukkingsgroep die in de jaren 1890 de imperialistische ideeën van Ernst Moritz Arndt en Gustav Höfken propageerde, had een achterban van enkele tienduizenden leden. De Mont had contacten met Ernst Hasse, die tussen 1893 en 1908 voorzitter was van de organisatie, en hij ging graag in op verzoeken om lezingen te geven voor de diverse Ortsgruppen. Ondanks zijn germanofilie liet hij er ook in Duitsland geen twijfel over bestaan dat ‘een wijziging van de landkaart’ voor hem niet aan de orde was: hij deelde allerminst hun pangermanistische gedachten. Terwijl Vlamingen het waardeerden dat hij Duitsland op de hoogte bracht van hun strijd, hadden Franstalige bladen het een stuk moeilijker met zijn voordrachten. Toen vooral de Duitser Harold Graevell Graevell, Harald
Lees meer
de Duitse geopolitieke doelstellingen dik in de verf zette, leidde dat ook in Vlaanderen tot felle reacties. De Mont bleef evenwel iedere gelegenheid gebruiken om in Duitsland te spreken.

Ook in het conservatieve, Duitsvriendelijke Brusselse genootschap De Distel De Distel
De Distel was een in 1881 door Jan-Matthijs Brans en Jan Baptist Janmoulle te Brussel opgericht Nederlandstalig letterkundig genootschap, met als kenspreuk ‘Stekelig, niet hekelig’. ... Lees meer
kregen de Alduitsers een podium, en daar sprak De Mont in 1898, naar aanleiding van de lancering van Germania Germania
Germania was een Duits-Vlaams tijdschrift, opgericht en gefinancierd door Alduitsers. Het bestond van 1898 tot 1905. Lees meer
. In ‘Een keerpunt in de Vlaamsche Beweging’ zag hij, in het spoor van de Franse diplomaat en rassentheoreticus Arthur de Gobineau, de Vlaamse beweging als een deel van de strijd tussen twee van de drie hoofdrassen van Europa (zie Racisme Racisme
Lees meer
). De Vlamingen behoorden tot het Germaanse ras, maar De Mont beklemtoonde wel zijn gehechtheid aan een onafhankelijk België. Hij speelde het numerieke Germaanse overwicht uit als ruggensteun in de Vlaamse strijd. Ongeveer op dezelfde wijze wilde hij met Vlaanderen Frans-Vlaanderen steunen: in 1909 maakte hij er een rondreis, legde er verschillende contacten, maar hij bleef liever op de achtergrond vanwege zijn vrijzinnigheid Vrijzinnigheid
Dit artikel belicht de relatie tussen de Vlaamse beweging en de vrijdenkersbeweging van de 19de eeuw tot nu. Lees meer
, die er bij de katholieke bevolking niet goed zou kunnen vallen. Hij liet de Vlaamse cultuuropbouw in de streek over aan het Algemeen-Nederlands Verbond Algemeen-Nederlands Verbond
Het Algemeen-Nederlands Verbond (ANV) werd in 1895 opgericht. Aanvankelijk behartigde het de belangen van de Nederlandse taal. Later en tot op de dag van vandaag ijvert het voor de brede ... Lees meer
en Lodewijk Scharpé Scharpé, Lodewijk
Lodewijk Scharpé (1869-1935) was een taalkundige die aan het begin van de 20ste eeuw bijdroeg tot de vernederlandsing van de Leuvense universiteit. Na de Eerste Wereldoorlog zette hij zic... Lees meer
.

Voor de stambroeders in het verre zuiden begon en bezielde De Mont als voorzitter van de Antwerpse afdeling van het ANV een Hulp-Komiteit voor Transvaal en Oranje-Vrijstaat (1899-1905), dat in hoofdzaak humanitaire hulpverleende aan de Boeren, maar al snel door het Alldeutscher Verband nagenoeg geannexeerd werd. De niet altijd even eenvoudige relatie belette De Mont niet om in de herfst van 1905 een voordrachtenrondreis te maken langs verschillende Ortsgruppen van de Alldeutscher Verband in Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk. De Dresdner Anzeiger van 12 oktober berichtte over De Monts lezing van twee dagen eerder en bracht verslag uit van een aantal pangermanistische uitspraken. De liberale advocaat Frédéric Delvaux, die eerder De Monts kandidatuur voor de Antwerpse gemeenteraad had geboycot, pikte het nieuws op in Le nouveau Précurseur – wat in Vlaanderen voor de nodige opschudding zorgde. Ondanks de massale Vlaamse steun vreesde De Mont zelfs voor zijn betrekking. Toch is het zeer onwaarschijnlijk dat hij in Dresden iets anders zou hebben gezegd dan elders, en het is dus heel verrassend dat dat pangermanisme, die steun aan de imperialistische Duitse gedachte, zo vaak wordt herhaald. Het feit dat De Monts vijanden dit voorval in zijn nadeel gebruikten bij het begin en net na de Eerste Wereldoorlog, lag voor de hand, maar ook historici gingen kritiekloos om met het bericht van Delvaux.

Tijdens de oorlog verloor De Mont alle vertrouwen in Duitsland. Het door hem geïdealiseerde land bestond niet langer en hij zou het ook na de oorlog niet meer steunen. Hij zag geen heil in de enorme herstelbetalingen waar vooral Frankrijk op stond en vreesde voor een herbewapening en de terugkeer van de Junkers – grootgrondbezitters en officieren van lage adel die via de conservatieve partij deelnamen aan de macht en ook na 1918 invloedrijk bleven. Niettemin bleef hij ook dan, en ondanks zijn opvallend positieve houding tegenover Joden, de Arische volken nog zien als dragers van alle ware cultuur. Alle talen, kunsten en culturen hadden volgens hem bestaansrecht, ‘zij het ook niet altijd hetzelfde recht’, schreef hij in 1922 in De Schelde. De Mont was geen cultuurrelativist.

Taalverbond en folklore

Bij de oprichting van de Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde
De Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (KANTL, 1886) is een instelling die zich in de loop van haar geschiedenis heeft ingezet zowel voor taalculturele, -wetenschappeli... Lees meer
in 1886 waren de liberalen slecht vertegenwoordigd in de organisatie. Als reactie daarop richtten ze in 1887 het Taalverbond Taalverbond
Lees meer
op, een academie met een liberale inslag. De Mont was aanvankelijk secretaris en trachtte de instelling een politieke richting te geven. Al snel werd hij voorzitter van de afdeling folklore (zie Volkskunde). Samen met August Gittée Gittée, August
Lees meer
stichtte hij het nog altijd bestaande tijdschrift Volkskunde. Voor folklore, de tradities en de gebruiken van de “eigen stam”, had De Mont al aandacht toen hij nog studeerde en in de loop der jaren publiceerde hij zowel artikels over het thema als volksverhalenbundels. Hij pleitte voor een wetenschappelijke aanpak van de folklore, maar liet op dat gebied zelf wel wat steken vallen. Tegen de eeuwwisseling kwam er een einde aan zijn werk voor Volkskunde Volkscultuur
Lees meer
.

Kunst

Van in zijn jeugd was De Mont geïnteresseerd in beeldende kunst Beeldende kunst
De beeldende kunsten en de Vlaamse beweging onderhielden van 1830 tot vandaag een complexe en gelaagde relatie, die pendelde tussen gematigde sympathie, radicaal engagement en kritische a... Lees meer
en hij maakte veel vrienden in de artistieke wereld, zowel aankomende talenten als gevestigde waarden. Hij geloofde heel sterk in de voordelen van een kruisbestuiving en bracht mensen uit verschillende disciplines bij elkaar, bijvoorbeeld in de Vlaamse kunstenaarskring Wees u zelf, die hij in 1883 stichtte en die twee jaar bestond. Vooral na de stichting van het tijdschrift Van Nu en Straks Van Nu en Straks
Van Nu en Straks (1893-1901) was een literair en cultureel tijdschrift, dat voor Vlaanderen vernieuwend was doordat het aansloot bij internationale eigentijdse denkrichtingen zoals het an... Lees meer
, toen de literatuur Literatuur
De literatuur heeft een cruciale rol gespeeld in het ontstaan van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd en ook in de daaropvolgende fasen van de Vlaamse natiewording zijn schrijvers vaak richting... Lees meer
niet langer zijn hoofdbekommernis was, ging zijn aandacht – naast de Vlaamse zaak – vooral naar kunstkritiek en -geschiedenis. Met talloze bijdragen in allerlei bladen en boeken, ook in buitenlandse als La Plume, Die Nation en het Weense Die graphischen Künste wilde hij de Vlaamse kritische praktijk een nieuw elan geven. Voor het Berlijnse letter- en kunstgenootschap PAN werd hij de vertegenwoordiger voor België. Als overtuigd kosmopoliet was hij internationaal aanwezig, maar hij verkoos schilderwerk van tijdgenoten met formele of inhoudelijke banden met de Vlaamse traditie en hij zette waar mogelijk de Vlaamse verdienste van de kunstenaars in de verf. In zijn bijdrage over kunst in Vlaanderen door de eeuwen heen (1912) verdedigde hij het nationale aspect in de kunst, een visie die hij herhaalde in De schilderkunst in België van 1830 tot 1921 (1921).

Met Kunst en Leven dat hij in het begin van de nieuwe eeuw startte, wilde hij het niveau halen van internationale kunsttijdschriften. Het fraai uitgegeven blad wilde alle vooroordelen, slenter en onvrijheid bestrijden en de nieuwe, door zovelen betrachte kunst alle kansen geven, de kunst die de hoogste verwezenlijking zou zijn van het denken, voelen en willen van de nieuwe tijd. Zijn absolute voorkeur bleef echter uitgaan naar de impressionisten. De Mont had voeling met het moderne internationalisme, maar zag node de teloorgang van de nationale eigenheid die het gevolg was van dit internationalisme en kosmopolitisme. Hij wist het bordkartonnen Oud Antwerpen op de Wereldtentoonstelling van 1894 te waarderen, maar opteerde in architectuur toch voor moderne nieuwbouw: voor hem moest Ieper na de Eerste Wereldoorlog allerminst in zijn oude glorie herrijzen.

Op het einde van de eeuw raakte De Mont uitgekeken op het onderwijs en zocht hij een nieuwe betrekking. In 1904 werd hij directeur van het Antwerpse Museum voor Schone Kunsten. Hij hield er voordrachten, zorgde voor nieuwe catalogi, schreef kritieken en monografieën, reorganiseerde het museum, werkte foute toewijzingen weg en wilde vooral kunst onder het volk brengen. Voor hem kon kunst de wereld redden. Met literatuur hield hij zich na 1904 nog nauwelijks bezig en tot creatief werk kwam hij nagenoeg niet meer. Na zijn ontslag als directeur van het museum en als leraar aan de academie in 1919 bleef De Mont tentoonstellingen bezoeken, maar hij was niet meer echt mee met de nieuwste tendensen en zijn nationale evaluatiecriteria waren niet langer bruikbaar om artistieke kwaliteit te onderscheiden van wat langzaam maar zeker evolueerde tot verdienstelijk amateurisme.

Oorlog

Toen in de zomer van 1914 het door De Mont geliefde Duitsland een agressor bleek, was dat voor hem een hele klap. Dat gevoel werd nog versterkt toen hij in Fransgezinde bladen als pangermanist werd opgevoerd. Zijn keuze was snel gemaakt: volstrekte neutraliteit. Dat raadde hij ook, vaak tevergeefs, zijn vrienden aan en werd hem door sommigen als lafheid verweten. Een professoraat aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Vlaamsche Hoogeschool wees hij naar eigen zeggen af, maar enkele keren had hij onvoorzichtige contacten. Dat kostte hem na de oorlog, en na een nieuwe hetze in de kranten, zijn baan. Hij had dat niet verwacht, nadat hij heel de oorlog zorg had gedragen voor de hem toevertrouwde kunstwerken en publiek weinig meer gedaan dan voordrachten over kunst en literatuur geven. Activisten hadden er wellicht meer stamtrots en stambewustzijn in gehoord dan hij had bedoeld, en zijn vijanden deelden die mening.

De Schelde

Werkloos en zonder inkomen, de eerste maanden na de oorlog, klaagde De Mont over het gebrek aan solidariteit van de flaminganten, en in enkele korte teksten schreef hij de frustraties van zich af. Hij werd lid van Het Vlaamsche Front Het Vlaamsche Front
Het Vlaamsche Front was een Vlaams-nationalistische partij, die werd opgericht in 1919 en ook bekend stond onder de couranter gebruikte officieuze benaming Frontpartij. Gesticht als een ... Lees meer
, de partij die gegroeid was uit de antimilitaristische Frontbeweging Frontbeweging
Aan het IJzerfront manifesteerde zich tijdens de Eerste Wereldoorlog flamingantisch verzet tegen de taaltoestanden in het leger. Naarmate het zich meer en meer organiseerde en groeide, vo... Lees meer
. In april 1919 werd hij hoofdredacteur van De Schelde De Schelde (1919-1936)
Lees meer
, waarvoor hij een radicaal Vlaamse koers uittekende. Voor hem was het ‘een wezenlijk vrijzinnig orgaan’ dat iedereen steunde die eerlijk, oprecht en zonder nevengedachten voor Vlaanderen streed. Zoals al heel zijn leven streefde hij ook nu naar eenheid in de Vlaamse beweging. Hij wilde België uit de Franse invloedsfeer trekken, bestuurlijke en administratieve scheiding waren niet langer taboe, maar het land moest wel behouden blijven. Hij nam de haute finance op de korrel en in de lijn van zijn democratische initiatieven in de provincieraad en zijn geloof in het Clarté Clarté-groep
De Clarté-groep (1919-1921) was een internationale groepering van pacifistische intellectuelen, die ook in Vlaanderen een afdeling had. In haar tijdschrift De Nieuwe Wereldorde werden uit... Lees meer
-initiatief van Henri Barbusse zocht hij toenadering tot het socialisme. Zelf publiceerde hij een massa artikels over diverse maatschappelijke en culturele onderwerpen. Het pacifisme was een centrale gedachte in zijn teksten; hij wees al snel op de gevaren van militarisme en herbewapening, van overdreven herstelbetalingen en revanchisme, en hij gaf zijn onvoorwaardelijke steun aan de Volkenbond en andere vredesinitiatieven. Hij geloofde in een bolsjewistische toekomst voor Rusland en in het mogelijke samengaan van economie en nationale cultuur. Hij kaartte prostitutie en geboorteregeling aan, en hij had aandacht voor de Europese actualiteit en het nationalisme wereldwijd. Op 31 augustus 1923 stopte hij als hoofdredacteur. Op freelancebasis bleef hij bijdragen leveren over literatuur, folklore en kunst.

Werken

Klimoprankskens, 1877.
Waarheid en Leven, 1877.
Jongelingsleven, 1878.
Finneken, Schetsen uit het kinderleven, 1878.
Rijzende sterren, 1879.
De eerste mensch, 1879.
Gedichten, 1880.
Lentesotternijen, 1881.
Loreley, 1882.
Bloemlezing uit Nederlandsche dichters van Hooft tot op onze dagen, 1883.
Hendrik Conscience. Zijn leven en zijne werken, 1883.
Idyllen en andere gedichten, 1884.
Fladderende Vlinders, 1885.
Het Nederlandsch in het Middelbaar Onderwijs/La Langue Néerlandaise dans l’enseignement moyen, 1886.
In Noord en Zuid. Idyllen en andere gedichten, 1887.
Zanna, 1887.
Poëzie en proza. Uit de werken van de beste Zuid- en Noord-nederlandsche schrijvers, ten gebruike van het Middelb. en Normaal Onderwijs, 1888.
Zaterdagavond op het Land, 1888.
Onze Nationale Letterkunde, 1888-91.
Losse Schetsen uit de letterkundige geschiedenis van onzen tijd,, deel I Duitschland, deel II Frankrijk en Provence), 1889.
Losse Schetsen uit de letterkundige geschiedenis van onzen tijd,, deel III Nederland), 1890.
Feest-Album van ‘Antwerpens Landjuweel’ 14, 16 en 21 Augustus 1892, 1892.
Claribella, 1893.
Bibliotheek van Nederlandsche Letteren. Lectuur voor iedereen, bijzonder geschikt voor het onderwijs, 1893-1903.
Iris, 1894.
Een blik in Oud-Antwerpen, 1894.
De landsverdediging en de sociale kwestie, 1894.
De legerquaestie in België, 1895.
Dat liedeken van heer Halewyn, 1896.
Prinses Zonneschijn, 1896.
Sedert Potgieters dood. Verzen van Noord- en Zuidnederlandsche schrijvers 1875-1897, 1897.
Van Jezus, 1897.
Inleiding tot de poëzie. Schets van een moderne poëtiek in vier boeken, 1898.
Een zoete Sproke van drie vrome Brabantsche Maagdekens en van de zoete Vrouwe Maria, 1898.
Poètes belges d’expression française, 1898.
Van den sterken smidsgast, 1898.
Antoon van Dijck, de mens en de meester: een studie, 1899.
Drie groote Vlamingen, 1901.
Het schildersboek. Vlaamsche schilders der negentiende eeuw, 1901.
Prinses Zonneschijn, 1902.
Koppen en busten. Aanteekeningen over de kunstbeweging van dezen tijd, 1903.
De Paneelschildering in de Nederlanden gedurende de 14e, 15e en de eerste helft van de 16e eeuw : naar aanleiding van de in 1902 gehouden tentoonstelling, gezeid "van Vlaamse Primitieven", 1903.
De Amman van Antwerpen, 1903.
Vier legenden, 1903.
Koninklijk Muzeum van Schoone Kunsten te Antwerpen. Beschrijvend Catalogus. I. Oude Meesters en II Moderne Meesters, 1905.
De Roode Zwaan, 1905.
Pieter Breughel dit le Vieux. L’homme et son œuvre, 1905.
De Rijndwergen, 1906.
Het Muzeum te Antwerpen. 50 heliogravuren met inleiding, 1908.
Te Veere, 1909.
Eenigen, 1914.
De oude Meesters der Schilderkunst in het Koninklijk Muzeum van Schoone Kunsten te Antwerpen/La Peinture ancienne au Musée royal des Beaux-Arts d’Anvers, 1914.
Het Meivuur, 1916.
Een droom van Tijl Uilenspiegel en Lamme Goedzak, 1919.
Een-en-twintig redevoeringen, 1921.
De Schilderkunst in België van 1830 tot 1921, 1921.
De grootmeesters der oude schilderkunst, 1921.
Zomervlammen, 1922.
Aan mijn Payottenland, 1924.
Op mijn dorpken, 1925³.
Schilders van hier en nu. Aanteekeningen over de Kunstbeweging in Vlaanderen in de jaren 1890-1929, 1929.
De gouden distel. Legenden en kronijken, 1930.
met A. de Cock: Dit zijn Vlaamsche wondersprookjes, 1896.
Dit zijn Vlaamsche vertelsels, 1898.
Zoo vertellen de Vlamingen. Ten believe en gerieve van de Waalsche schooljeugd, die gaarne Nederlandsch wil leren, 1893.
Wondervertelsels uit Vlaanderen. Uit den volksmond opgeteekend, 1924.
met S.-G. de Vries, Hans Memlinc, 1910-11.
met C. Hebbel, Praktisch-theoretische spraakleer der Hoogduitsche Taal, 1885. Deutsches Lesebuch aus den besten Dichtern und Schriftstellern zum Gebrauch beim Unterricht im Deutschen, 1886-90.
met E. Jennissen, Séparation administrative, 1912.
met A. Moortgat, Choice of Readings from the best English authors, 1895.
met H. Roumen, Vertaalboek: verzameling van Fransche, Duitsche en Engelsche stukken ten behoeve van het Nederlandsch taalonderricht, 1885.
Tweede Vertaalboek: verzameling van Fransche, Duitsche en Engelsche stukken ten behoeve van het Nederlandsch taalonderricht, 1893².
met F. van Cuyck, Mijn Leesboek. Poëzie en proza voor de lagere school, 1889.

Literatuur

G. Meir, Pol de Mont. Een studie over zijn leven en werk, 1932.
L. Stynen, Neutraliteit was geen optie. De Eerste Wereldoorlog van Pol de Mont, in: Zacht Lawijd, jg. 13, 2014, nr. 3, pp. 190-213.
L. Stynen, O Ware ik in Duitschland geboren! Pol de Mont tussen germanofilie en pangermanisme, in: Verslagen en Mededelingen van de KANTL, jg. 124, 2014, nr. 3, pp. 237-272.
L. Stynen, Pol de Mont. Een tragisch schrijversleven, 2017.
L. Stynen, Thuiskomen in het Vlaams-nationalisme. De Schelde en Pol de Monts engagement na de Eerste Wereldoorlog, in; WT. Tijdschrift over de geschiedenis van de Vlaamse beweging, jg. 77, 2018, nr. 2, pp. 149-185.
B. Yammine, Fake news in oorlogstijd, 2021.

Suggestie doorgeven

1975: Raymond Vervliet (pdf)

1998: Raymond Vervliet

2023: Ludo Stynen

Databanken

Inhoudstafel