De Raet, Lodewijk

Persoon
Olivier Boehme (2023, herwerking), Filip Boudrez (1998)

Lodewijk de Raet (1870-1914) was een econoom en ambtenaar die in belangrijke mate bijdroeg aan de theorievorming over de Vlaamse beweging en deze van een sociaaleconomisch denkraam voorzag.

Alternatieve naam
Léo
Louis
Geboorte
Brussel, 17 februari 1870
Overlijden
Vorst, 24 november 1914
Leestijd: 17 minuten

Lodewijk de Raet was reeds als scholier gewonnen voor de Vlaamse zaak. Tijdens zijn studies en beroepsloopbaan verwierf hij een solide economische Economie
Dit artikel gaat over de relatie tussen economie en Vlaamse beweging. Daarmee beoogt deze tekst geen economische geschiedenis te schetsen van wat we vandaag Vlaanderen noemen. Integendee... Lees meer
kennis die hij toepaste op de Vlaamse kwestie in tal van geschriften en voordrachten. Cruciaal voor de economische en culturele ontwikkeling van Vlaanderen vond hij de vernederlandsing van het onderwijs en hij zette zich sterk in voor een Nederlandstalige universiteit. De vooropstelling bij al zijn sociaaleconomische theorievorming was het bestaan van een Vlaams volk, dat hij tot bloei wilde zien komen. Daarbij redeneerde hij binnen het referentiekader van de bestaande burgerlijke samenleving en met een uitgesproken geloof in de rol van een leidende elite. Zijn ideeën hebben doorgewerkt in de generaties na hem en hebben mee het pad geëffend voor het ontstaan van het Vlaams-nationalisme.

Opvoeding en studies

Toen Lodewijk vier jaar was, overleed zijn vader. Zijn moeder trok met hem en zijn zuster in bij zijn grootvader, die mee instond voor de opvoeding van Lodewijk. Na zijn lager onderwijs op de gemeenteschool van Brussel trok de Raet naar het Koninklijk Atheneum aldaar, waar hij de wetenschappelijke richting volgde en waar hij de invloed onderging van de Vlaamsgezinde leraar Nederlands Jan Kleyntjens.

In oktober 1885 richtte De Raet mee Help U Zelf Help U Zelf (1885)
Help U Zelf (1885-) was een flamingantisch en Groot-Nederlands georiënteerde bond van Vlaamse leerlingen in het middelbaar onderwijs in het arrondissement Brussel. Lees meer
, de bond van de Vlaamse leerlingen van Brussel, op en werd daarvan tijdens zijn laatste atheneumjaar (1888-1889) voorzitter. Zijn voorzitterschap leidde hij in met een rede over de Vlaamse beweging, waarmee hij voor het eerst zijn flamingantische overtuiging uitsprak. De spreekbeurten die hij als lid had gegeven over Gudrun Gudrun
Gudrun was het bewegingstijdschrift van de Katholieke Vlaamse meisjes- en vrouwenbeweging tussen 1919-1942 en 1952-1964. Lees meer
van Albrecht Rodenbach Rodenbach, Albrecht
Albrecht Rodenbach (1856-1880) was een West-Vlaams studentenleider en dichter, die een sleutelrol speelde in het ontstaan van de Blauwvoeterij en de katholieke Vlaamse studentenbeweging. ... Lees meer
en over Jacob van Maerlant waren gematigder van toon. Voortaan schreef de Raet ook geen gedichten in het Frans meer. In het jaar dat hij voorzitter was, trad Help U Zelf toe tot het neutrale Algemeen Verbond van Vlaamse Studentenkringen en werd er een literaire wedstrijd georganiseerd.

In Help U Zelf ontmoette De Raet voor het eerst August Vermeylen Vermeylen, August
August Vermeylen (1872-1945) was een schrijver, literatuur- en kunsthistoricus, en socialistisch senator. In het tijdschrift Van Nu en Straks, waarvan hij de leiding had, publiceerde hij ... Lees meer
, die hem opvolgde als voorzitter. Samen met Vermeylen en hun vriend Hubert Langerock Langerock, Hubert
Hubert Langerock (1869 - onbekend) was als schrijver verbonden aan Jong Vlaanderen. Hij debuteerde met een naturalistische roman en schreef essays over het socialisme. Lees meer
richtte hij op het einde van zijn middelbare school het tijdschrift Jong Vlaanderen (1889-1890) Jong Vlaanderen (1889-1890)
Jong Vlaanderen (1889-1890) was een Brussels studententijdschrift, gesticht door Hubert Langerock, August Vermeylen en Lodewijk de Raet. Lees meer
op. De inbreng van redacteur De Raet was eerder gering. Hij schreef enkele wetenschappelijke en sociologische artikels over geschiedenis, arbeid en de verhouding geloof-wetenschap. Van zijn hand verscheen in Jong Vlaanderen ook een zeldzame literaire bijdrage onder de titel Maneschijn. Tijdens de zomervakantie van 1889 was De Raet eveneens betrokken bij de oprichting en de uitbouw van De Vlaamsche Wacht De Vlaamsche Wacht
De Vlaamsche Wacht (1878-1914) was een onafhankelijke Vlaamsgezinde vereniging met afdelingen in diverse steden die ijverde voor samenwerking van alle Vlamingen. Lees meer
in Brussel. Hij was de voornaamste ontwerper van het reglement en werd voorzitter van deze neutrale vereniging van Brusselse flaminganten. Op de bijeenkomsten van De Vlaamsche Wacht en de debatgroep, die in zijn schoot was opgericht, ontwikkelde De Raet een Vlaams economisch Economie
Dit artikel gaat over de relatie tussen economie en Vlaamse beweging. Daarmee beoogt deze tekst geen economische geschiedenis te schetsen van wat we vandaag Vlaanderen noemen. Integendee... Lees meer
programma waarin hij praktische middelen formuleerde om het Vlaamse volk opnieuw groot en sterk te maken.

Hoewel De Raet aan het atheneum afstudeerde met grootste onderscheiding was het niet evident dat hij zou verder studeren. Het vermogen van de familie De Raet was sterk afgenomen en Lodewijk wilde aanvankelijk werk zoeken om in het onderhoud van zijn familie te kunnen bijdragen. Emiel Blauwaert Blauwaert, Emiel
Operazanger Emiel Blauwaert (1845-1891) promootte met zijn optredens in de eigen volkstaal nationaal en internationaal de Vlaamse muziekbeweging. Lees meer
, een vriend van zijn overleden vader, overtuigde Lodewijk om verder te studeren en financierde zijn studies. De Raet schreef zich in aan de École polytechnique van de Brusselse universiteit en sloot aan bij Geen Taal Geen Vrijheid Geen Taal Geen Vrijheid
Geen Taal Geen Vrijheid is de kenspreuk en tot einde van de jaren 1940 de roepnaam van de Vlaamse studentenkring van de Brusselse universiteit. Lees meer
, waarvan hij voorzitter werd.

Na het overlijden van zijn grootvader en van zijn mecenas Blauwaert moest de tweedejaarsstudent De Raet privélessen geven om zijn studies te kunnen financieren. De combinatie lesgeven en studeren was echter niet haalbaar en De Raet slaagde niet voor zijn examens. Hij schreef zich opnieuw in en in mei 1892 wist hij een beurs van de Stichting Jacobs te bemachtigen waardoor hij zijn ingenieursstudie in Bologna kon voortzetten. Ook in Italië werden zijn studies geen succes. Na een jaar werd hij naar huis gestuurd omdat hij de verplichte cursussen wiskunde niet volgde: De Raet gaf de voorkeur aan sociale wetenschappen. Opnieuw in België vond hij werk als vertaler bij een ingenieursbureau en vanaf 1896 als ambtenaar bij het ministerie van nijverheid en arbeid. In 1899 behaalde hij het diploma van licentiaat in de economische wetenschappen aan de Brusselse universiteit.

De ontluiking van een visie op de Vlaamse kwestie

In 1891 begon de Raet ook mee te werken aan de redactie van het studententijdschrift De Goedendag De Goedendag (1891-1940)
Lees meer
(1891-1940) en publiceerde er in 1892 bijdragen over Emile de Laveleye De Laveleye, Emile
Emile de Laveleye (1822-1892) was een jurist en sociaal wetenschapper, die een hoogleraarschap in de politieke economie in Luik bekleedde. Hij verwierf als intellectueel internationale fa... Lees meer
en over ‘de Nederlandsche hogeschool’. Deze bijdragen bevatten de kern van het betoog dat hij tijdens de rest van zijn leven zou ontwikkelen. In het artikel over De Laveleye maakte De Raet duidelijk dat hij een voorstander was van de historische school binnen de economische wetenschap. In universele economische wetten, zoals zij door de klassieke liberalen werden geformuleerd, en in een economie zonder staatsinterventie geloofde hij niet. Het economisch beleid moest volgens de Raet rekening houden met de nationale context en in het bijzonder met het verleden, de tradities en de mogelijkheden van een volk.

De Raet betreurde dat De Laveleye niet de theoretische grondslagen van een nationale Vlaamse economie had gelegd. Maar wat De Laveleye had verzuimd, wilde de Raet volbrengen. In ‘De Nederlandsche hogeschool’ besprak hij het belang van een universiteit met de volkstaal als voertaal. Om te kunnen wedijveren met andere volkeren en om een voldoende sterke positie te verwerven en zo zijn eigenheid te bewaren, moest het Vlaamse volk beschikken over intellectuele instrumenten zoals een Nederlandstalige universiteit. Aan deze universiteit moesten de leidende klassen worden gevormd, zodat zij op hun beurt het volk op economisch, cultureel, sociaal en politiek gebied kennis en waarden konden bijbrengen. Dat paste in een conformistische visie die de basis van de burgerlijke samenleving wilde vrijwaren door de verschillende sociale lagen van de bevolking in dat systeem te integreren. Hier kan dus worden gesproken van een ‘klassenintegrerend’ project dat onder meer De Raet in zijn denken en streven motiveerde. Met de tweede industriële revolutie, de groei van de tertiaire sector, toenemende welvaart voor arbeiders en kleine bedienden, die ook meer en meer politieke inspraak kregen, leek zo’n benadering urgenter dan ooit. De universiteit met het Nederlands als voertaal werd voor De Raet de sleutel tot de herleving van het Vlaamse volk. De Raet legde hier als eerste de band tussen de hogere scholing in het Nederlands en de economische positie als basis van de Vlaamse emancipatie. Zonder een vernederlandste universiteit en een goed ingericht wetenschappelijk onderwijs liep het Vlaamse volk gevaar zijn eigenheid te verliezen en kon het zich niet behoorlijk economisch ontwikkelen (zie Hoger onderwijs Hoger onderwijs
De evolutie van het Vlaamse hoger onderwijs werd gekenmerkt door een moeizame vernederlandsingspolitiek, gaande van het vroegste verschijnen van Nederlandstalig onderwijs tot de integrale... Lees meer
). In zijn latere geschriften en activiteiten onderbouwde hij deze stellingen.

In 1891 trad de Raet eveneens toe tot de Cercle des étudiants et anciens étudiants socialistes. Lang duurde dit lidmaatschap echter niet: De Raet wees een rangorde tussen de zogenaamd prioritaire materiële belangen van de Vlamingen en de Vlaamse beweging af. De Vlaamse en materiële belangen waren volgens hem niet te scheiden. Bovendien botste het marxistische uitgangspunt van deze socialistische studentenkring met De Raets nationalisme. Wat hem wel aantrok in het socialisme, was het streven naar een grotere sociale rechtvaardigheid.

Politiek en maatschappelijk engagement

Na zijn terugkeer uit Italië zette De Raet zich in voor de Vlaamsche Volkspartij Vlaamsche Volkspartij
De Vlaamsche Volkspartij (1892) was een Brusselse progressieve en liberale partij. Ze streefde naar vervlaamsing en democratisering van het openbare leven. Electoraal bleef het succes uit... Lees meer
. In 1892 was hij al betrokken bij de oprichting van deze Vlaamse politieke partij. De Raet stond niet op de lijst bij de verkiezingen van 1892 en 1894, maar hij hielp bij het opstellen van het programma en voerde het woord op de openbare vergaderingen. Samen met zijn vrienden in Geen Taal Geen Vrijheid Geen Taal Geen Vrijheid
Geen Taal Geen Vrijheid is de kenspreuk en tot einde van de jaren 1940 de roepnaam van de Vlaamse studentenkring van de Brusselse universiteit. Lees meer
richtte hij ook een Vlaamse University Extension op. De Raet gaf samen met Pieter Tack Tack, Pieter
De vrijzinnige flamingant Pieter Tack (1870-1943) was tijdens de Eerste Wereldoorlog een van de leidende figuren van het activisme, onder andere als voorzitter van de Raad van Vlaanderen ... Lees meer
een brochure uit waarin het extension-stelsel uitgebreid werd voorgesteld. Hij verwachtte dat met dit systeem de wetenschappelijke kennis een ruimere verspreiding zou kennen en dat de Vlaamse zaak zo een duwtje in de rug zou krijgen. In april 1895 stak men onder het voorzitterschap van De Raet met één leergang van wal, maar het initiatief kende geen succes.

Naar aanleiding van het verschijnen van het boek van Paul Hamelius Hamelius, Paul
Paul Hamelius (1868-1922) was Germaans filoloog, docent Engels en Engelse literatuur en auteur van enkele belangrijke werken in de anglistiek. Hij benadrukte het literaire aspect van de ... Lees meer
over de Vlaamse beweging noemde De Raet in 1894 in De Goedendag die Vlaamse beweging een cultuurbeweging die streed voor het bestaan van het Vlaamse volk. Ze leverde een strijd om de positie van het Vlaamse volk tegenover de andere volkeren te versterken en te vrijwaren. Belangrijk was het om Vlaanderen economisch te ontwikkelen, want de verdringing van Vlaanderen door Wallonië na 1830 was mogelijk geworden door de meer gunstige economische situatie van Wallonië. Precies toen Vlaanderen weerstand moest bieden tegen de verfransingswoede kon het in economisch opzicht niet op tegen Wallonië.

Twee jaar later schreef De Raet in De Goedendag dat economische kracht hoofdzakelijk bepaald werd door de techniek. Bovendien was de economische macht van een volk de basis van elke vooruitgang. Voor de Vlamingen was het dus een noodzaak om te kunnen beschikken over goede en geschoolde werklieden die de nieuwste technieken beheersten. Vandaar dat hij zijn eerder geopperde idee hernam: het Nederlands herstellen als cultuurtaal en aan een Nederlandstalige universiteit technische leiders vormen die hun kennis doorgaven aan Vlaamse werklieden. De technische leiders en de andere oud-studenten van de Vlaamse universiteit moesten ook de maatschappelijke leiders worden die het Vlaamse bewustzijn van de Vlaamse bevolking stimuleerden en het volk op een cultureel en sociaal hoger niveau tilden. De Raets stellingen kwamen pas echt aan bod naar aanleiding van de discussie over het verslag van de eerste Vlaamse hogeschoolcommissie, dat was opgesteld door Julius Mac Leod Mac Leod, Julius
Julius Mac Leod (1857-1919) was hoogleraar plantkunde aan de Gentse universiteit en een Vlaamsgezinde progressieve liberaal. Hij was een belangrijke pleitbezorger van de vernederlandsing ... Lees meer
en waarin de geleidelijke vernederlandsing van de Gentse Rijksuniversiteit Universiteit Gent
Lees meer
werd voorgesteld. Hoewel het verslag al in 1897 werd gepubliceerd, barstte die discussie pas in 1903 los. De Raet speelde in deze discussie de hoofdrol.

Bijna op hetzelfde tijdstip dat het verslag van de hogeschoolcommissie werd voorgesteld, publiceerde De Raet zijn eigen verslag over de vernederlandsing van de Gentse hogeschool in Het Vlaamsch Museum. Zijn artikel kwam volledig in de schaduw te staan van het verslag van Mac Leod, met als gevolg dat er nauwelijks enige aandacht aan werd besteed. De Raet had grote kritiek op het verslag van de hogeschoolcommissie, maar op vraag van enkele leden van de commissie hield hij zich op de vlakte. In dezelfde periode was hij betrokken bij de oprichting van de Vlaamsgezinde samenwerkende maatschappij Eendracht is Macht en bij de redactie van het radicaal Vlaamse blad Schild en Vriend Schild en Vriend
Schild en Vriend (1892-1893) was het weekblad van de Brusselse Vlaamsche Wacht. Lees meer
. Daarnaast werd hij medewerker van het Institut de Sociologie van Ernest Solvay.

Op 29 november 1903, tijdens een zitting van de Vlaamsche Volksraad Vlaamsche Volksraad
De Vlaamsche Volksraad bestond van 1892 tot 1914 en probeerde Vlaamsgezinden van uiteenlopende ideologische signatuur samen te brengen. Lees meer
, waarvan De Raet bestuurslid was, viel hij openlijk het verslag van Mac Leod aan: het voorzag niet in de vernederlandsing van de technische scholen van de universiteit, waar de ingenieurs werden opgeleid, en de toepassing van het voorgestelde stelsel zou tot gevolg hebben dat de universiteit slechts voor de helft werd vernederlandst. De Raet eiste de integrale vernederlandsing met inbegrip van de technische scholen. Een meerderheid van de Vlaamsche Volksraad verwierp echter De Raets voorstel. In de krant De Vlaamsche Gazet van Brussel De Vlaamsche Gazet (van Brussel)
Lees meer
werd De Raet aangevallen en werden zijn voorstellen afgekeurd. In het liberale weekblad Het Volksbelang Het Volksbelang
Het Volksbelang (1867-heden) is het oudste nog bestaande liberale weekblad. Het is de spreekbuis van de Vlaamsgezinde sociaal-progressieve liberalen. Lees meer
, dat aanvankelijk de kritiek van De Vlaamsche Gazet op De Raet had overgenomen, kreeg hij evenwel de kans om zijn ideeën uitgebreid van argumenten te voorzien. De kritiek van de Raet op het stelsel-Mac Leod werd in Het Volksbelang positief beoordeeld en tussen beide kranten ontstond er een polemiek.

Ten gevolge van deze polemiek nam de aandacht voor De Raets ideeën toe en hij werd uitgenodigd om voordrachten te houden over zijn visie over de vernederlandsing van de Gentse universiteit. Tijdens deze discussies kon De Raet zijn kennis over de Belgische economie etaleren en hij werd uitgenodigd om daarover artikels te schrijven. Zijn artikels, onderbouwd met betere en stevigere argumenten, verschenen voortaan in gezaghebbende tijdschriften zoals De Vlaamse Gids De Vlaamse Gids (met) Boek & Biliotheek
De Vlaamse Gids (1905-2000) was een flamingantisch en liberaal tijdschrift. Het werd gesticht door Max Rooses, met medewerking van Paul Fredericq en Jozef Vercoullie. Het blad was feiteli... Lees meer
, Vlaanderen Vlaanderen (1903-1907)
Lees meer
(1903-1907)
en Neerlandia Neerlandia
Neerlandia, gesticht door Hippoliet Meert in 1896, werd in 1897 de spreekbuis van het Algemeen-Nederlands Verbond (ANV). Na verloop van tijd werd Neerlandia een zelfstandig kwartaalperiod... Lees meer
, het tijdschrift van het Algemeen-Nederlands Verbond Algemeen-Nederlands Verbond
Het Algemeen-Nederlands Verbond (ANV) werd in 1895 opgericht. Aanvankelijk behartigde het de belangen van de Nederlandse taal. Later en tot op de dag van vandaag ijvert het voor de brede ... Lees meer
(ANV) waarvan De Raet in juni 1895 stichtend lid was geweest. De Raet wees voortdurend op de samenhang tussen de Vlaamse stoffelijke belangen en vernederlandst hoger (technisch) onderwijs: ‘taalbelang is stoffelijk belang’. Op vraag van het Willemsfonds Willemsfonds
Het Willemsfonds (1851-heden) is een liberaal-vrijzinnige culturele vereniging en drukkingsgroep die het gebruik van het Nederlands promoot en ondersteunt. Lees meer
maakte hij een studie over de economische ontwikkeling van Vlaanderen, die later zou uitgroeien tot een boek. Stilaan werd De Raet een belangrijke figuur binnen de Vlaamse beweging en nam zijn invloed toe. Zijn liberale achtergrond verhinderde niet dat zijn gedachtegoed ook in andere ideologische takken van die beweging doordrong.


<p>Voorpagina van Lodewijk de Raet, <em>Een economisch programma voor de Vlaamsche Beweging</em>, 1906. (ADVN, VFA2104)</p>

Voorpagina van Lodewijk de Raet, Een economisch programma voor de Vlaamsche Beweging, 1906. (ADVN, VFA2104)

In augustus 1906 verscheen De Raets boek Over Vlaamsche Volkskracht. De vervlaamsching der hoogeschool van Gent. Het werd een voltreffer: in een korte tijd was de oplage uitverkocht en het werk won de meeste leidende figuren van de Vlaamse beweging voor zijn opvattingen. Het uitgeven van zijn boek viel samen met het 29ste Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres Nederlandse Congressen
De Nederlandse Congressen waren gemeenschappelijke (culturele) ontmoetingen van Vlamingen en Nederlanders in Vlaanderen en Nederland die met onderbrekingen werden georganiseerd sinds 1849... Lees meer
, dat van 26 tot 30 augustus 1906 in Brussel plaatsvond. Ook dit congres werd een succes voor De Raet: de vijf verslagen die hij had ingezonden werden besloten met een ontwerp van motie en alle moties werden aangenomen. Over het stelsel-Mac Leod werd op het congres met geen woord meer gerept. In de plaats daarvan werd de vernederlandsing gevraagd van de Gentse universiteit met inbegrip van de technische scholen. Die moesten omgevormd worden tot een technische faculteit waaraan, naar het plan van De Raet, een afdeling voor het mijnwezen en Vlaamse faculteiten voor landbouw en veeartsenijkunde werden verbonden. Landbouw en veeteelt waren immers de traditioneel belangrijke sectoren in de Vlaamse economie. De mogelijke ontginning van de ontdekte steenkoolbekkens in Antwerpen Antwerpen
Lees meer
en Limburg Limburg
Lees meer
dan weer bood potentieel voor de industriële opgang van Vlaanderen. Op het congres stelde De Raet ook een motie voor over toenadering tussen België en Nederland Nederland
Nederland is met Vlaanderen verbonden door de economische infrastructuur, de taal en de geschiedenis. Vanaf eind 18de eeuw kreeg die verbondenheid in taal en cultuur op uiteenlopende mani... Lees meer
, omdat hij Vlamingen en Nederlanders beschouwde als één volk met één taal, dat door een staatkundige grens was gescheiden.

Na het congres werd De Raets gezag alom erkend en werd hij naar voren geschoven om de Vlaamse belangen te verdedigen. In februari 1907 werd De Raet secretaris van de Belgische commissie voor Nederlands-Belgische toenadering. Belangrijker was echter dat verschillende Vlaamse voormannen oordeelden dat een nieuwe hogeschoolcommissie moest worden samengesteld. Op 3 maart 1907 werd op de bijeenkomst van het ANV daartoe besloten. De Raet werd de verslaggever en de spil van de commissie. De nieuwe commissie trad zijn ideeën volledig bij. Het verslag vroeg de trapsgewijze vernederlandsing van de Gentse universiteit en van de daaraan verbonden technische scholen. Naar de ideeën van De Raet stelde het verslag voor het technisch onderwijs uit te breiden met een afdeling voor het mijnwezen en een bijzondere landbouwschool. Op voorstel van de Raet werd de nieuwe hogeschoolcommissie, in tegenstelling tot de eerste commissie, na het opstellen van het verslag niet ontbonden. Er moest propaganda worden gevoerd om de massa, die met de invoering van het algemeen meervoudig stemrecht in 1893 aan politiek belang won, ervan te doordringen welke economische en sociale belangen aan die vernederlandsing verbonden waren. Nadat voldoende mensen achter het idee stonden van een universiteit met het Nederlands als voertaal, rees de vraag waarom de vernederlandsing van de Franstalige universiteit van Gent de enige oplossing was. Op het 30ste Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres (Leiden, 1908) beantwoordde De Raet deze vraag voor het eerst met het argument dat Vlaanderen nooit tweetalig was geweest en dat het ondanks tachtig jaar systematische verfransing dat nog steeds niet was. Een tweetalig  hoger onderwijs in Vlaanderen was dus niet aan de orde. Later vulde hij deze argumentatie nog aan met een ontleding van de talenstatistiek van 1846 tot 1910. Daarin toonde hij aan dat het aantal mensen in Vlaanderen met het Nederlands als cultuurtaal sneller steeg dan dat met het Frans als cultuurtaal.

In 1909 werd door achttien Vlaamsgezinde verenigingen een comité opgericht dat koning Albert I van Saksen-Coburg, Albert I
Koning Albert I (1875-1934) werd aan de vooravond van en tijdens de Eerste Wereldoorlog geconfronteerd met een radicaliserende Vlaamse beweging. De communautaire kwestie groeide daardoor ... Lees meer
wilde danken voor het afleggen van de grondwettelijke eed in het Nederlands. Bij die gelegenheid werd de koning als programma van de Vlaamse beweging De Raets opstel Het programma der Vlamingen overhandigd. De Raet somde daarin de grieven van de Vlamingen en de gewenste hervormingen op. Vlamingen en Walen dienden dezelfde kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Een groei van de volkskracht in Vlaanderen zou bijdragen tot de integrale Belgische welvaart. De Vlaamse beweging had niet als doel België België
Geen Vlaamse beweging zonder België. Het is ook onmogelijk om België te begrijpen zonder de geschiedenis van de Vlaamse beweging erbij te betrekken. Tussen het ontstaan van een culturele ... Lees meer
in tweeën te splitsen, maar het land bestond uit een Vlaamse en een Waalse stam, die door historische, politieke, sociale en economische banden aan elkaar waren verbonden. In enkele van zijn andere geschriften ging De Raet nog verder met zijn idee dat de Vlamingen op basis van hun meerderheidspositie voorrang verdienden. In zijn programma vroeg hij de vernederlandsing van het onderwijs Onderwijs
Lees meer
, het gerecht Gerecht
Lees meer
, het bestuur Bestuur
Het taalgebruik in het bestuur is een centraal aspect van de Belgische taalkwestie. Het omvat het proces van het afdwingen van taalrechten voor Vlamingen evenals de bestuurstaalwetgeving ... Lees meer
, het leger Leger
Lees meer
en de economie Economie
Dit artikel gaat over de relatie tussen economie en Vlaamse beweging. Daarmee beoogt deze tekst geen economische geschiedenis te schetsen van wat we vandaag Vlaanderen noemen. Integendee... Lees meer
. Van een vernederlandste universiteit maakte hij opnieuw het centrale element van zijn betoog. Het was bovendien één van de weinige punten waarover er algemene eensgezindheid bestond binnen de Vlaamse beweging.

Op 31 maart 1911 werd het wetsvoorstel voor de vernederlandsing van de Gentse universiteit in de Kamer ingediend door de katholiek Frans van Cauwelaert Van Cauwelaert, Frans
Frans van Cauwelaert (1880-1961) was een Vlaamsgezinde katholieke politicus, die een hoofdrol speelde in de vernederlandsing van het openbare leven in Vlaanderen. Van Cauwelaert lag in 19... Lees meer
, de liberaal Louis Franck Franck, Louis
De inzet van Louis Franck (1868-1937) voor de vernederlandsing van het middelbaar onderwijs en de Gentse universiteit bracht hem rond 1910 op het hoogtepunt van zijn Vlaams-liberale roem.... Lees meer
en de socialist Camille Huysmans Huysmans, Camille
Camille Huysmans (1871-1968) was een Vlaamsgezinde socialistische politicus, die van 1933 tot 1940 burgemeester van Antwerpen was, tweemaal een ministerpositie bekleedde en een jaar lang ... Lees meer
, de zogenaamde ‘ Drie Kraaiende Hanen Drie Kraaiende Hanen
De ‘drie kraaiende hanen’ was de benaming voor de drie volksvertegenwoordigers die in 1910-1911 over de partijgrenzen heen een campagne voor de vernederlandsing van de Rijksuniversiteit G... Lees meer
’. De Raet had de tekst van het wetsvoorstel opgesteld en had er alle elementen in opgenomen die hij onmisbaar achtte voor de economische ontwikkeling van Vlaanderen. Met uitzondering van het voorstel voor de oprichting van een school voor veeartsen stemde de inhoud van het wetsvoorstel overeen met De Raets verslag van de tweede hogeschoolcommissie van 1908.

In mei 1911 dienden Arthur Verhaegen Verhaegen, Arthur
Arthur Verhaegen (1847-1917) speelde een prominente rol bij de omslag die een aantal ultramontanen ca. 1886 maakte in de richting van structurele initiatieven ter emancipatie van de volks... Lees meer
en anderen een wetsvoorstel in voor het behoud van de Franstalige Gentse universiteit en voor een splitsing van de leergangen waar dat aangewezen leek. Namens de hogeschoolcommissie weerlegde De Raet in een manifest de argumenten van Verhaegen en jaar later schreef hij ook een antwoord aan de tegenstanders van de vernederlandsing, waarin hij die verdedigde door te stellen dat een nieuwe universiteit oprichten of de bestaande splitsen niet betaalbaar was. Deze argumentatie publiceerde hij ook in Over Vlaamsche Volkskracht. Vlaanderens Cultuurwaarden, dat in 1913 verscheen en dat zijn opstellen over de eentaligheid in Vlaanderen bundelde. Door enkelen van zijn vrienden werd het werk in het Frans vertaald. In 1913 volgde De Raet Max Rooses Rooses, Max
Lees meer
op als voorzitter van de tweede hogeschoolcommissie.

Een jaar nadien behaalde De Raet met een verhandeling over de landbouw en het landbouwbedrijf de graad van doctor in de economische wetenschappen aan het Institut de Sociologie in de hoop een leerstoel aan de universiteit van Gent of het Institut de Sociologie te kunnen bemachtigen. Die droom werd echter geen werkelijkheid. De Raet overleed enkele maanden later.


<p>Omslag van het postum verschenen werk van Lodewijk de Raet, <em>Over Vlaamsche Volkskracht, Vlaanderen’s Economische Ontwikkeling</em>, 1920. (ADVN, VB527)</p>

Omslag van het postum verschenen werk van Lodewijk de Raet, Over Vlaamsche Volkskracht, Vlaanderen’s Economische Ontwikkeling, 1920. (ADVN, VB527)

Betekenis voor de Vlaamse beweging

De Raet heeft een essentiële rol gespeeld in de verruiming en de vernieuwing van de Vlaamse beweging rond de eeuwwisseling. Hij hielp in belangrijke mate de overgang realiseren van een taal- en letterkundige beweging naar een bredere culturele en maatschappelijk beweging, waarbij hij de meeste nadruk legde op de economische dimensie en daarover voor Vlaanderen zeer vernieuwende inzichten formuleerde. De elementen die pioniers zoals Auguste de Maere-Limnander De Maere, Auguste
Lees meer
, Julius Vuylsteke Vuylsteke, Julius
Lees meer
en Julius Mac Leod Mac Leod, Julius
Julius Mac Leod (1857-1919) was hoogleraar plantkunde aan de Gentse universiteit en een Vlaamsgezinde progressieve liberaal. Hij was een belangrijke pleitbezorger van de vernederlandsing ... Lees meer
hadden aangedragen voor een sociale en economische analyse van de Vlaamse kwestie verdiepte en systematiseerde hij. Daarmee wilde hij een nieuw beleid op de sporen helpen zetten en de doorbraak naar een massabeweging helpen forceren.

Centraal bij hem stond zijn notie van de ‘volkskracht’, die zowel de taal, cultuur als sociaaleconomische positie van de ‘Vlaamse stam’ omvatte. De taal was zowel een doel op zich, omdat ze tot de essentie van het Vlaamse volk hoorde, als een instrument voor intellectuele ontwikkeling die kon leiden tot economische groei en vernieuwing. De Raet wees overigens met zijn nadruk op een kenniseconomie en innovatie naar een toekomst voorbij het toenmalige Belgische economische model van massale export van grondstoffen en halffabrikaten op basis van lage prijzen en lage lonen: goed geschoolde werkkrachten, hoogwaardige productie en verhoogde productiviteit lieten immers inkomensgroei, inclusief hogere lonen, toe waarvoor het bestaande industriële systeem in België weinig ruimte bood.

Met het verband dat hij legde tussen taal en economie en de aandacht die hij vroeg voor specifiek Vlaamse economische sectoren, zoals landbouw, scheepvaart en een eigen Vlaamse industrie in wording waarover hij met de ontdekking van de Kempische steenkool grote verwachtingen koesterde, voedde hij niet alleen het concept van een ‘Vlaams volk’, maar ook van een afzonderlijk Vlaams territorium. Voor de evolutie die een deel van de V.B. kort na zijn dood doormaakte in de richting van het Vlaams nationalisme was ook dat betekenisvol.

Werken

— Artikels in Jong Vlaanderen; De Goedendag; Nederlandsch Museum; Het Vlaamsch Museum; Revue de l'Université Bruxelles; Germania; Neerlandia; Vlaanderen; De Vlaamsche Gids; Handel en Nijverheid; Bulletin de l'Institut de Sociologie; Archives Sociologiques; De Vlaamsche hogeschool; Volkskracht.
— Het "University Extension Movement" en zijne toepassing op de Vlaamsche Beweging, 1892.
— Een economisch programma voor de Vlaamsche Beweging, 1905/1906.
— Over Vlaamsche Volkskracht. De Vervlaamsching der hoogeschool van Gent, 1906.
— Verslag over de vervlaamsching der hogeschool van Gent, 1909.
— De Vlamingen onder de nieuwe regeering. Programma der Vlamingen, aangeboden aan Zijne Majesteit Koning Albert, 1910.
— Vlaanderens economische ontwikkeling, in: Vlaamsch-België sedert 1830, vol. 6, 1912, pp. 28-241.
— Vlaanderen's Nijverheid en Landbouw, in Vlaanderen door de eeuwen heen, vol. II, 1913, pp. 107-191.
— Over Vlaamsche volkskracht. Vlaanderens cultuurwaarden, 1913.
— L'entreprise agricole. Étude d'économie agraire, onuitgegeven doctoraatsverhandeling, 1913 (een vertaling van enkele delen verscheen in Tijdschrift voor economie en sociologie, nr. 4, december 1939).
— Over Vlaamsche volkskracht. Vlaanderen's economische ontwikkeling, 1920.

Literatuur

— P. Frédericq, Schets eener geschiedenis der Vlaamsche Beweging, 3 dln., 1906-1909.
— M. Lamberty, Lodewijk de Raet. Grondlegger van een Vlaamse volkspolitiek, 1951 (bewerkte edities: Lodewijk de Raet in het perspectief van deze tijd, 1960; Lodewijk de Raet. Een levensbeeld, 1961).
— H.J. Elias, Geschiedenis van de Vlaamse gedachte, 1971, dl. 4.
— L. Wils, Honderd jaar Vlaamse Beweging, 1977, dl. 1.
— O. Boehme, Greep naar de markt. De sociaal-economische agenda van de Vlaamse Beweging en haar ideologische versplintering tijdens het interbellum, 2008.

Suggestie doorgeven

1975: Max Lamberty (pdf)

1998: Filip Boudrez

2023: Olivier Boehme

Databanken

Inhoudstafel