Borms, August

Persoon
Luc Vandeweyer (2023, aanvulling), Luc Vandeweyer (1998)

August Borms (1878-1946) speelde een prominente rol in de activistische collaboratie tijdens de Eerste Wereldoorlog en groeide nadien uit tot hét symbool van de amnestiebeweging, die een motor was van het anti-Belgische Vlaams-nationalisme. Nadat hij tijdens de jaren 1930 in fascistische zin evolueerde, koos Borms in 1940 opnieuw voor radicale collaboratie, waarvoor hij na de oorlog de doodstraf kreeg. Zijn executie maakte hem definitief tot martelaar van het antibelgicisme.

Volledige voornaam
Augustus Camillus Gislenus Maria
Geboorte
Sint-Niklaas, 14 april 1878
Overlijden
Etterbeek, 12 april 1946
Leestijd: 15 minuten

August Borms was afkomstig uit een burgerlijk, diepgelovig katholiek milieu van Sint-Niklaas. Hij kreeg zijn middelbare schoolopleiding aan het Klein Seminarie van Sint-Niklaas Klein Seminarie van Sint-Niklaas
Het Klein Seminarie van Sint-Niklaas, gesticht in 1808 en sinds de fusie met het Sint-Jozefinstituut in 1950 herdoopt tot Sint-Jozef-Klein-Seminarie, had lange tijd de reputatie een broei... Lees meer
. Borms werd er lid van de studentenbond De Blauwvoeterie. Tussen 1896 en 1902 volgde hij de pas opgerichte studierichting Germaanse filologie aan de Katholieke Universiteit Leuven. In 1901 werd hij huisleraar bij hoogleraar, tevens minister, E. Descamps in Leuven. Een jaar later promoveerde hij en werd leraar aan het atheneum in Nijvel.

Borms vertrok in 1903 met een groepje leraren naar Peru om er het middelbaar onderwijs in de hoofdstad te helpen verbeteren. Het hoge loon en het avontuur trokken hem aan. Het werd een desillusie en na zijn vervroegde terugkeer in 1906 vestigde hij zich in Lokeren. Hij werd achtereenvolgens benoemd aan de athenea van Gent, Mechelen en Antwerpen. Vanaf 1908 vestigde hij zich in Merksem bij Antwerpen. Borms was een bijzonder bedrijvig flamingant Flamingant
Flamingantisme is een term die met verschillende betekenissen wordt toegekend aan actoren binnen de Vlaamse beweging en het Vlaams nationalisme. Lees meer
die al zijn vrije tijd en energie in de actie stak. Hij was bestuurslid van het Algemeen-Nederlands Verbond Algemeen-Nederlands Verbond
Het Algemeen-Nederlands Verbond (ANV) werd in 1895 opgericht. Aanvankelijk behartigde het de belangen van de Nederlandse taal. Later en tot op de dag van vandaag ijvert het voor de brede ... Lees meer
(takken in Mechelen en Antwerpen). Van 1910 af nam hij deel aan de Vlaamsche Wetenschappelijke Congressen Vlaamsche Wetenschappelijke Congressen
De Vlaamsche Wetenschappelijke Congressen (1887-1942) ijverden in uiteenlopende vakgebieden voor een Nederlandstalige wetenschapsbeoefening in Vlaanderen. Lees meer
, waar hij meewerkte in de afdeling van de Vlaamsche Taal- en Geschiedkundige Congressen. Hij ijverde voor de vernederlandsing van de Gentse universiteit en stichtte eind 1912 de kring Pro Westlandia Pro Westlandia
Lees meer
. In dat verband ondernam hij verscheidene reizen naar Frans-Vlaanderen Frans-Vlaanderen
Dit artikel belicht de belangstelling vanuit de Vlaamse beweging voor de Vlaamse cultuur in Noord-Frankrijk. Lees meer
en organiseerde er volksavonden ter promotie van het Nederlands. Bij de behandeling van de legerwet Legerwet
Lees meer
(1913) steunde hij de amendementen voor het inrichten van Vlaamse en Waalse regimenten. Hij had een bijzonder krachtige stem en daardoor was hij een veelgevraagd spreker. Zijn aanhang van militanten was onder meer te vinden in de in 1909 opgerichte Groeningerwacht Groeningerwachten
De Groeningerwacht was een Vlaamsgezinde jongemannenvereniging, opgericht op 11 juli 1909 en ontbonden bij het einde van de Eerste Wereldoorlog. De organisatie stapte mee in het activisme... Lees meer
. Voor dienstbetoon onderhield hij contacten met volksvertegenwoordigers Alfons van de Perre Van de Perre, Alfons
Lees meer
en Frans van Cauwelaert Van Cauwelaert, Frans
Frans van Cauwelaert (1880-1961) was een Vlaamsgezinde katholieke politicus, die een hoofdrol speelde in de vernederlandsing van het openbare leven in Vlaanderen. Van Cauwelaert lag in 19... Lees meer
. Zo werd hij al op relatief jonge leeftijd een bekend boegbeeld van het radicale flamingantisme.

Eerste Wereldoorlog

Onmiddellijk na de Duitse invasie toonde Borms zich in een artikel voor Het Handelsblad van Antwerpen Het Handelsblad (van Antwerpen)
Lees meer
(13 augustus 1914) Belgischgezind en resoluut anti-Duits. Zijn patriottisme weerhield hem er echter niet van om vanaf de herfst van 1914 in het geheim te vergaderen met een kleine groep radicale flaminganten, dit terwijl de flamingantische organisaties waarin hij voor de oorlog actief was geweest hun werking stillegden in het kader van de Godsvrede Godsvredefederatie
De Godsvredefederatie (1934-1935) was een organisatie van democratische Vlaams-nationalisten. Lees meer
. Vanuit de overtuiging dat de Vlaamse strijd voortkwam uit de tegenstelling tussen de Germaanse en Latijnse rassen was hij een van de eerste Vlaamsgezinde boegbeelden in het Antwerpse die zich liet overtuigen door de propaganda van de Duitse Flamenpolitik Flamenpolitik
Met het begrip ‘Flamenpolitik’ wordt verwezen naar de politiek die de Duitse bezetter voerde ten aanzien van de Vlaamse beweging tijdens de Eerste en de Tweede Wereldoorlog. Sommige aute... Lees meer
. Borms riep de Vlamingen op te reageren op de anti-Vlaamse geluiden die zogezegd uitgingen van zogenoemde ‘ franskiljons Franskiljon
'Franskiljon' is in het traditionele flamingantische discours de benaming van een voorstander en bevorderaar van de verfransing in Vlaanderen. Het begrip kenmerkt iemand die overtuigd is ... Lees meer
, maar in werkelijkheid door de Duitse propaganda gefabriceerd waren. Achter de schermen ging hij over tot het activisme Activisme
Het begrip activisme verwijst naar de fractie van flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog bereid was om politiek of anderszins samen te werken met de Duitse bezetter en financiële... Lees meer
. Vooral de in Antwerpen opererende Duitse agent Max Gerstenhauer Gerstenhauer, Max
Max Gerstenhauer (1873-1940) was een Alduitse Vlaanderen-deskundige die tijdens de Eerste Wereldoorlog betrokken raakte bij de Flamenpolitik. Lees meer
speelde daarbij een belangrijke rol. Borms zag voor zichzelf een grootse toekomst weggelegd in een Vlaanderen onder Duitse dominantie.

Vanaf midden april 1915 gaf Borms met enkele andere activisten het halfmaandelijks blad Antwerpen Boven Antwerpen Boven
Antwerpen Boven (1915-1918) was het orgaan van de Groeningerwachten van Antwerpen en omstreken. Het volgde van april 1915 af De Groeningerwacht (1913-1915) op als veertiendaags blad. ... Lees meer
uit. Toen in juni 1915 de bezetter de Antwerpse kranten onder druk zette om zich neer te leggen bij de Duitse richtlijnen, trokken vele redactieleden en eigenaars zich terug en wist Borms, samen met Albert van den Brande Van den Brande, Albert
Albert van den Brande (1890-1964) was tijdens de Eerste Wereldoorlog hoofdredacteur van Het Vlaamsche Nieuws, lid van de Raad van Vlaanderen en hoogleraar aan de Vlaamsche Hogeschool in G... Lees meer
, de redactie van Het Vlaamsche Nieuws Het Vlaamsche Nieuws
Het Vlaamsche Nieuws was een Antwerps Duits-activistisch persorgaan, dat eerst onder de naam Vlaamsche Gazet – Het Laatste Nieuws verscheen. Het werd het belangrijkste activistische perso... Lees meer
over te nemen. Ondertussen was hij, samen met Cyriel Rousseeu Rousseeu, Cyriel
Cyriel Rousseeu (1882-1968) was een Vlaams activist, mede-oprichter van Pro Westlandia en betrokken bij de initiatieven van zijn vriend August Borms. Lees meer
, druk bezig met boekenzendingen naar Vlaamse krijgsgevangenen in Duitse kampen (zie Göttingen Göttingen
In Göttingen, gelegen in de hedendaagse Duitse deelstaat Nedersaksen, bestond tijdens de Eerste Wereldoorlog een activistisch propagandakamp voor krijgsgevangen Vlamingen. Lees meer
). Al deze activiteiten wekten wantrouwen bij het gros van de Antwerpse flaminganten, dat Duitse beïnvloeding vreesde. Slechts een deel van hen was bereid Borms te volgen.


Bezoek van August Borms, Raf Verhulst, Cyriel Rousseeu en Karl Stange en aan het gevangenkamp van Göttingen, 20 mei 1917. (ADVN, VFE5/7)
Bezoek van August Borms, Raf Verhulst, Cyriel Rousseeu en Karl Stange en aan het gevangenkamp van Göttingen, 20 mei 1917. (ADVN, VFE5/7)

Aanvankelijk toonde Borms zich binnen het activisme unionistisch Unionisten
Activisten, binnen en buiten de Raad van Vlaanderen, die ervoor opteerden om België na de beëindiging van de Eerste Wereldoorlog opnieuw in te richten als een federale staat, werden union... Lees meer
gezind: hij eiste een vorm van zelfbestuur voor Vlaanderen binnen het Belgisch staatsverband. Daarna stelde hij zich echter op het radicale Jong-Vlaamse standpunt (zie Jong-Vlaanderen Jong-Vlaanderen (1914-1918)
Jong-Vlaanderen (1914-1918) was een in Gent opgerichte activistische drukkingsgroep, die tijdens de Eerste Wereldoorlog een radicaal Vlaams-nationalistisch en anti-Belgisch politiek progr... Lees meer
) met de eis van zelfstandigheid, los van de staat België. Borms zou zich enthousiast aansluiten bij de initiatieven van de bezetter om de flaminganten in botsing te brengen met het Belgische patriottisme. Toen de bezetter op 15 maart 1916 de vernederlandsing van de Gentse universiteit afkondigde (zie Hoger onderwijs in Gent Hoger onderwijs in Gent
Met de vernederlandsing in 1930 als hoogtepunt is de Gentse universiteit een belangrijk strijdpunt geweest in de Vlaamse beweging. Van het Latijn uit 1817 tot het Engels van vandaag: het ... Lees meer
), was Borms een van de ondertekenaars van een Hoogeschoolbondmanifest dat de vernederlandsing rechtvaardigde.

Ondertussen was hij in contact getreden met de activistenkernen in Brussel en Gent. Borms speelde een actieve rol bij de oprichting van de Raad van Vlaanderen Raad van Vlaanderen (1917-1918)
De Raad van Vlaanderen (1917-1918) was een activistisch marionettenparlement tijdens de Eerste Wereldoorlog, dat onderdeel was van de Duitse plannen om in Vlaanderen een blijvende invloed... Lees meer
(februari 1917) en profileerde er zich als een van de voornaamste voorstanders van een verregaande collaboratie met de bezetter. Op 3 maart 1917 ontving de Rijkskanselier in Berlijn een delegatie van deze Raad van Vlaanderen, waaronder Borms als meest bekende flamingant. Begin oktober werd hij lid van het Bureau van de Raad van Vlaanderen; eind november 1917 volgde zijn benoeming tot lid van het Persbureel van de Raad. Op 22 december 1917 werd, op voorstel van Borms, de zelfstandigheid van Vlaanderen uitgeroepen. Als gevolg daarvan werd hij op 8 januari 1918 door het Belgisch gerecht gearresteerd. Door tussenkomst van de bezetter werd hij echter meteen in vrijheid gesteld, waarna de magistratuur een staking afkondigde. Borms pleitte bij de bezetter voor de aanhouding en deportatie van de magistraten die hij voor zijn aanhouding verantwoordelijk achtte.


Delegatie van de Raad van Vlaanderen in Berlijn, 3 maart 1917. Van links naar rechts: Telesphorus Vernieuwe, Emile Dumon, Jozef van den Broeck, August Borms, Jacob Lambrichts, Pieter Tack, kapitein Hans von Harrach en Emiel ver Hees. (Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis, tglhph407)
Delegatie van de Raad van Vlaanderen in Berlijn, 3 maart 1917. Van links naar rechts: Telesphorus Vernieuwe, Emile Dumon, Jozef van den Broeck, August Borms, Jacob Lambrichts, Pieter Tack, kapitein Hans von Harrach en Emiel ver Hees. (Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis, tglhph407)

In zijn hoop dat Duitsland de oorlog zou winnen was hij voorstander van het inschakelen van Vlaamse dwangarbeiders in de Duitse oorlogsinspanning, ook al waren hun levensomstandigheden zeer slecht en vielen daarbij veel doden. Borms streefde ook naar de oprichting van een gewapende macht onder activistisch bevel. Op 17 januari 1918 was hij in de pas opgerichte Commissie van Gevolmachtigden Commissie van Gevolmachtigden
De Commissie van Gevolmachtigden was in 1918 het uitvoerende orgaan van de Raad van Vlaanderen. De elf gevolmachtigden in de Commissie waren belast met de leiding en vertegenwoordiging va... Lees meer
benoemd tot hoofd van het Nationaal Verweer. Hij was in die functie verantwoordelijk voor de oprichting van knokploegen, die de activistische propagandisten moesten beschermen tegen de groeiende volkswoede. Hij probeerde onvermoeibaar de toestemming te krijgen om activistische rijkswachteenheden en een geheime politie te mogen inrichten. Tussen mei 1917 en juli 1918 maakte Borms verschillende reizen naar de Duitse krijgsgevangenkampen, waar hij de kern van zijn Vlaamse strijdmacht hoopte te vormen. Borms vriend en naaste medewerker, Cyriel Rousseeu, voerde in Göttingen een wervingscampagne, maar de Duitse legerleiding vond een militaire collaboratie in Vlaanderen nog niet opportuun.

Toen in augustus 1918 de Gevolgmachtigden ontslag namen, de Raad van Vlaanderen werd afgeschaft en een nieuwe Commissie van Zaakgelastigden Commissie van zaakgelastigden
De Commissie van Zaakgelastigden (1918) was een activistisch bestuursorgaan dat de Duitse bezetter adviseerde. De commissie werd in de zomer van 1918 ingesteld, ter vervanging van de afge... Lees meer
werd opgericht, kreeg Borms op 26 september 1918 in deze ‘Beirat’ bij de Duitse gouverneur-generaal opnieuw het Nationaal Verweer onder zijn hoede. Hij bleef dus het vertrouwen van de bezetter behouden. Op dat moment was de Duitse militaire macht in volle neergang en was het geallieerde eindoffensief al gepland. Dat zou een einde stellen aan de bezetting. Toen ze dit beseften, probeerden de Duitsers en de activisten zich zo te organiseren dat ze hun agitatie konden voortzetten in de hoop België verder te verzwakken.


Anti-activistische spotprent waarin August Borms als ‘verrader van Vlaanderen’ werd opgevoerd, met een Vlaamse leeuw met Duitse pinhelm aan de leiband, ca. 1918. (Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis)
Anti-activistische spotprent waarin August Borms als ‘verrader van Vlaanderen’ werd opgevoerd, met een Vlaamse leeuw met Duitse pinhelm aan de leiband, ca. 1918. (Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis)

Martelaar van het activisme

Bij de wapenstilstand weken de meeste bekende activisten uit naar Nederland of Duitsland om van daaruit rellen en sabotage te stimuleren in België. Ook Borms deed dat, maar hij keerde al snel terug, na afspraken met de Duitse verantwoordelijken. Hij zou de acties van de met dat doel achtergebleven activistenkernen leiden. Deze kernen moesten een verbinding met de soldaten van de Frontbeweging Frontbeweging
Aan het IJzerfront manifesteerde zich tijdens de Eerste Wereldoorlog flamingantisch verzet tegen de taaltoestanden in het leger. Naarmate het zich meer en meer organiseerde en groeide, vo... Lees meer
bewerkstelligen en allerlei vormen van agitatie bevorderen. Vanuit Borms’ onderduikadres in Brussel werden sluikbladen zoals De Vliegende Aktivist De Vliegende Aktivist
De Vliegende Aktivist was een clandestien blad waarin na het einde van de Eerste Wereldoorlog de activisten hun politiek verdedigden. Er verschenen vermoedelijk drie nummers van. Lees meer
en Vrij Vlaanderen Vrij Vlaanderen
Lees meer
verspreid (zie Activistische sluikpers Activistische sluikpers
De activistische sluikpers waren pamfletten die na 11 november 1918 werden verspreid door in België achtergebleven activisten. Na enkele maanden hielden ze op te verschijnen. Lees meer
). Dit opzet mislukte door een overschatting van de macht van de Frontbeweging en door een onderschatting van de vijandige stemming van de Vlaamse bevolking. De Belgische veiligheidsdiensten en politie waren bovendien alert.

Op 8 februari 1919 werd Borms gearresteerd. Tijdens zijn proces, dat begon op 2 september 1919, zocht hij geen verontschuldigingen en verhulde nauwelijks iets van zijn activisme. Borms stuurde op die manier bewust aan op een zware veroordeling, waarmee hij sympathie hoopte te winnen bij Vlaamsgezinden. Wel wees hij de beschuldiging dat de activisten hun optreden hadden gebaseerd op een Duitse overwinning van de hand. Volgens hem moest heel de politiek van het activisme gezien worden in het licht van de hoop op een vrede door vergelijk, waardoor de activisten op de vredesconferentie hun eisen zouden kunnen stellen. Borms situeerde zijn verdediging in de strijd tussen Vlaanderen en België en minimaliseerde de Duitse invloed. Zijn advocaten waren Edmond van Dieren Van Dieren, Edmond
Edmond van Dieren (1879-1961) was een advocaat en een gematigd Vlaams-nationaal en onafhankelijk politicus. Hij was een pleitbezorger van de hereniging van Vlaamse katholieken en Vlaams-n... Lees meer
en Emiel Schiltz Schiltz, Emiel
Emiel Schiltz (1865-1929) was een katholieke advocaat en politicus, die ook sterk was geïnteresseerd in beeldende kunst en literair bedrijvig was. Hij zette zich sterk in voor de verneder... Lees meer
. Hij werd door het hof van assisen van Brabant op 9 september 1919 ter dood veroordeeld. Deze straf werd omgezet in levenslange hechtenis die hij grotendeels in de gevangenis van Leuven zou doorbrengen.

Het naoorlogse Belgisch-nationalistische Belgisch nationalisme
Lees meer
en anti-Vlaamse klimaat creëerde een gunstige voedingsbodem voor de martelaarsstrategie van Borms. De ergernis over de francofonie in Vlaanderen nam zienderogen toe en daardoor konden vele flaminganten – hoe langer hoe meer -- begrip opbrengen voor het activisme. Op 7 september 1919 schreef Fronter Hendrik Borginon Borginon, Hendrik
Hendrik Borginon (1890-1985) was lid van de leiding van de Frontbeweging en Vlaams-nationalistisch politicus in de Frontpartij en het Vlaamsch Nationaal Verbond. Tijdens de bezetting fung... Lees meer
in Ons Vaderland Ons Vaderland (1914-1922)
Lees meer
een artikel, waarin hij Borms voorstelde als de man die zich te goeder trouw had laten gebruiken door een vijandelijke macht die de knechting van Vlaanderen onder Pruisische heerschappij nastreefde. Verwijzingen naar Duitsland zouden de komende jaren echter volledig uit de Vlaams-nationalistische retoriek rond Borms verdwijnen.

De regering wilde al na korte tijd af van de activisten in gevangenschap. Er volgden clementiemaatregelen. In 1921 kreeg Borms een voorstel tot vrijlating, op voorwaarde dat hij zich van alle politieke activiteit zou onthouden. Borms weigerde. Ondertussen verheerlijkten Vlaams-nationalistische groeperingen Borms als hoogstaand idealist en slachtoffer van verdrukking door de Belgische Staat. In 1924 wilde Het Vlaamsche Front Het Vlaamsche Front
Het Vlaamsche Front was een Vlaams-nationalistische partij, die werd opgericht in 1919 en ook bekend stond onder de couranter gebruikte officieuze benaming Frontpartij. Gesticht als een ... Lees meer
(tak Antwerpen) Borms kandidaat stellen voor de volgende Kamerverkiezingen. Dit was een louter propagandistische zet: Borms was immers toch niet verkiesbaar, aangezien zijn burgerrechten hem ontnomen waren. Deze kandidatuur liep echter vast in interne intriges. Ze raakte verwikkeld in de toenmalige machtsstrijd binnen het Vlaams-nationalisme tussen enerzijds de anti-Belgische vleugel, aangevuurd door het weekblad Vlaanderen Vlaanderen (1922-1933)
Vlaanderen was een radicaal Vlaams-nationalistisch weekblad dat verscheen tussen 1922 en 1933. Het stond voor het grootste deel onder leiding van Robrecht de Smet en Josué de Decker. Het ... Lees meer
(1922-1933)
, en anderzijds de Antwerpse partijleiding. De pas vrijgelaten activist Antoon Jacob Jacob, Antoon
Antoon Jacob (1889-1947) was een atheneumleraar en later hoogleraar in Hamburg en Gent. Hij was actief bij activistische tijdschriften, nadien in de amnestiebeweging en later de culturele... Lees meer
speelde, als woordvoerder en raadgever van Borms, in deze campagne een belangrijke rol in de hoop zelf een Kamerzetel te bemachtigen. Het resultaat was dat de Bormskandidatuur door de partij werd geschrapt. De irrealistische en wispelturige houding van Borms, die volstrekt niet inzag hoe hij gebruikt werd in een machtsstrijd, deed zijn imago bij vele leidende Vlaams-nationalisten geen goed. De meesten van hen laakten binnenskamers zijn gebrek aan politiek inzicht en zijn zelfingenomenheid. Ondertussen draaide de propagandamolen intensief verder en werd Borms voor het gros van de Vlaams-nationalistische achterban hét symbool voor het verdrukte Vlaanderen. Hij was de 'gekerkerde heilige' en de 'ongekroonde koning van Vlaanderen'. Borms werd het symbool waarmee fanatiek kon gedweept worden. Ondertussen weigerde hij vrijgelaten te worden onder voorwaarden, want zijn verblijf in de cel was voor dit imago cruciaal.

Van Bormsverkiezing tot ‘tweede activisme’

In 1928 moesten in Antwerpen tussentijdse verkiezingen georganiseerd worden. Ditmaal was de situatie heel anders. In deze context kon de Frontpartij Borms opstellen tegen de liberale kandidaat Paul Baelde Baelde, Paul
De liberale Antwerpse politicus Paul Baelde (1878-1953) verloor in december 1928 tussentijdse parlementsverkiezingen van August Borms. Toch werd hij verklaard als de wettelijk verkozene.... Lees meer
, een prominent boegbeeld van de partij die onder de Vlaamsgezinden het meest ‘franskiljonse’ imago had. De andere partijen onthielden zich en dus kon er ook door hun electoraat op Borms gestemd worden om de ‘franskiljons’ een symbolische hak te zetten. Op 9 december 1928 werd Borms door een overdonderende meerderheid (83.058 stemmen tegen 44.410 voor Baelde) tot volksvertegenwoordiger 'gekozen'. De Kamer verklaarde deze verkiezing ongeldig en Baelde werd volksvertegenwoordiger. Dit electorale resultaat had echter aangetoond hoezeer het flamingantisme aan aanhang had gewonnen (zie Bormsverkiezing Bormsverkiezing
De Bormsverkiezing – de verkiezing van de onverkiesbare, in de gevangenis verblijvende ex-activist August Borms tot Kamerlid bij tussentijdse verkiezingen in 1929 – was een politiek feit ... Lees meer
).


August Borms werd in de Vlaams-nationalistische propaganda voorgesteld als een ‘gekerkerde heilige’ en groeide zo uit tot hét symbool voor het ‘verdrukte’ Vlaanderen. Affiche van de Frontpartij naar aanleiding van de tussentijdse verkiezingen in Antwerpen van 1928. (Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis, tglhps850)
August Borms werd in de Vlaams-nationalistische propaganda voorgesteld als een ‘gekerkerde heilige’ en groeide zo uit tot hét symbool voor het ‘verdrukte’ Vlaanderen. Affiche van de Frontpartij naar aanleiding van de tussentijdse verkiezingen in Antwerpen van 1928. (Collectie Stad Antwerpen, Letterenhuis, tglhps850)

Inmiddels had de regering al beslist dat ze van de gevangen Borms af wilde. De amnestiebeweging bleef immers groeien en speelde het Vlaams-nationalisme in de kaart (zie Amnestie na de Eerste Wereldoorlog Amnestie na de Eerste Wereldoorlog
Na de Eerste Wereldoorlog ontstond als reactie op de bestraffing van de activistische collaboratie een Vlaamsgezinde amnestiebeweging, waarin Vlaams-nationalisten sterk vertegenwoordigd w... Lees meer
). Met voorsprong het meest tot de verbeelding sprekende symbool van de beweging was Borms, die intussen al enkele jaren de enige overgebleven activist in de gevangenis was. Op 6 december 1928 werd in de Kamer een amnestiewet goedgekeurd die bekend werd als de Uitdovingswet Uitdovingswet
Lees meer
. Op grond daarvan werd Borms op 17 januari 1929 vrijgelaten, ondanks het feit dat de wet pas twee dagen later, op 19 januari officieel werd afgekondigd. De regering vreesde onlusten, want aan francofone en Belgisch-patriottische kant liepen de emoties hoog op. Borms werd in Antwerpen triomfantelijk ontvangen. Op vele plaatsen in Vlaanderen werden huldemanifestaties op touw gezet. Die kregen nooit een echt massaal karakter, wat de regering geruststelde: de hoge electorale score in Antwerpen was een proteststem en betekende geen massale overgang naar Het Vlaamsche Front. Al was het gevaar voor een verdere electorale verschuiving in de toekomst daarmee natuurlijk niet geweken.

Na zijn vrijlating nam Borms deel aan de actie van het Vlaams-nationalisme, zonder er een leidende rol in te spelen. In september 1929 hielp hij de Vlaamsch-Nationale Blauwvoetbond Vlaamsch-Nationale Blauwvoetbond
De Vlaamsch-Nationale Blauwvoetbond was een turnbond die sinds 1929 jongeren via het turnen tot de volksgemeenschap wilde brengen. De turnbond kwam in de collaboratie terecht. Lees meer
oprichten, een turnvereniging waarvan hij voorzitter werd. Hij wilde zich niet binden aan een van de bestaande politieke groeperingen en hoopte de tegenstellingen te kunnen overbruggen. In dat verband zou hij zich inzetten voor de oprichting van een Derde Raad van Vlaanderen Raad van Vlaanderen (1931-1940)
De Raad van Vlaanderen (1931-1933) moest leiding geven aan de Vlaamse strijd, maar had geen concrete politieke invloed. Haar maandblad Tijdingen van de Raad van Vlaanderen bleef verschij... Lees meer
(1931). Borms kon rekenen op de bewondering van de militanten, maar bezat weinig aanleg voor politiek leiderschap. Deze Raad zou mede daardoor weinig succes hebben.

Na 1933 keerde Bormsj zich tegen het Verbond der Dietsche Nationaal Solidaristen Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen
Het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen (Verdinaso) (1931-1941) was een fascistisch geïnspireerde beweging onder leiding van Joris van Severen, die een staats- en maatschappijherv... Lees meer
(Verdinaso) en opereerde hij in de marge van het Vlaamsch Nationaal Verbond Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) (1933-1945) was een rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij die tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitse nationaalsocialistis... Lees meer
(VNV). Bij tal van gelegenheden trad hij op als eregast en boegbeeld van het anti-belgicisme. Op de eerste VNV-landdag (1935) hees Borms de VNV-vlag. In maart 1933 nam hij, met Adelfons Henderickx Henderickx, Adelfons
Adelfons Henderickx (1867-1949) was een Antwerpse katholieke volksvertegenwoordiger. Tijdens de Eerste Wereldoorlog engageerde hij zich in het activisme en tijdens het interbellum in het ... Lees meer
en Herman van Puymbrouck Van Puymbrouck, Herman
Herman van Puymbrouck (1884-1949) was medestichter van de Frontpartij en vervolgens hoofdredacteur van De Schelde, later Volk en Staat. Vanaf de late jaren 1930 steunde hij onverkort het ... Lees meer
, het beheer van het dagblad De Schelde (later Volk en Staat Volk en Staat
Volk en staat (15 november 1936 - 3 september 1944) was een Vlaams-nationalistisch dagblad en orgaan van het Vlaamsch Nationaal Verbond. Het blad verscheen als opvolger van De Schelde (1... Lees meer
) op zich, de krant die vanaf 1934 in VNV-vaarwater zat.

Op 11 juni 1937 werd een wet aangenomen waardoor de veroordelingen wegens oorlogsfeiten uit het strafregister geschrapt werden. De veroordeelden kregen weer kiesrecht, uitgezonderd de ter dood veroordeelden. Deze bepaling was in belangrijke mate gericht tegen Borms. Ondertussen bleef hij beschermend optreden voor de Vlaamse nationaalsocialisten die het VNV verder probeerden te radicaliseren, tot ergernis van partijleider Staf de Clercq De Clercq, Staf
Staf de Clercq (1884-1942) was een Vlaams-nationalistische politicus, die zijn politieke carrière begon als kamerlid voor de Frontpartij. Hij staat vooral bekend als stichter en eerste l... Lees meer
. Nog vóór de Duitse inval stond Borms’ besluit vast dat hij een tweede gelegenheid tot activisme onmiddellijk zou aangrijpen als het opnieuw tot een Duitse bezetting zou komen.

Tweede Wereldoorlog en nasleep

Op 10 mei 1940, na de Duitse aanval, werd Borms aangehouden en naar de militaire gevangenis van Orléans gebracht. Na de capitulatie van het Franse leger werden deze gevangenen bevrijd (zie Spooktreinen Spooktreinen
Het begrip Spooktreinen verwijst naar de wegvoering van 2000 tot 3000 verdachten door de Belgische staatsveiligheid in mei 1940. De verdachten, waaronder een aantal prominente Vlaams-nat... Lees meer
). Op 11 juli 1940 was Borms weer in Antwerpen. Als vanzelfsprekend koos hij opnieuw de zijde van de bezetter, waarbij hij zich concentreerde op propagandistische activiteiten. Hij nam deel aan tal van manifestaties, maar had geen invloed op de besluitvorming. Borms kreeg enkel de leiding van de Bormscommissie Bormscommissie
De Bormscommissie was een commissie die tijdens de Tweede Wereldoorlog schadevergoedingen uitkeerde aan door de Belgische overheid gestrafte activisten van de Eerste Wereldoorlog. Lees meer
. Die deelde Belgisch belastinggeld uit aan gewezen activisten ter compensatie voor hun verliezen na afloop van de vorige Duitse bezetting. Vooral Borms' propaganda voor een Vlaamse deelname aan de Duitse oorlog tegen de Sovjet-Unie was opvallend. Hij schoof daarbij geleidelijk op van de context van het VNV- naar die van de SS en zou des te nadrukkelijker het nationaalsocialistische gedachtegoed uitdragen. Over de dodelijke consequenties van het nationaalsocialisme heeft Borms zich nooit uitgesproken. Nochtans bezocht hij begin 1943 een fabriek van IG Farben in Auschwitz-Monowitz waar onder meer Joodse dwangarbeiders werkten, onder de rook van het vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau.


August Borms (midden) op het slotfeest van de kultuurweek van de Nationaal-Socialistische Jeugd in Vlaanderen (NSJV), april 1942.
August Borms (midden) op het slotfeest van de kultuurweek van de Nationaal-Socialistische Jeugd in Vlaanderen (NSJV), april 1942.

Bij de intocht van de geallieerde troepen in september 1944 vluchtte hij naar Duitsland, waar hij de Vlaamsche Landsleiding Vlaamsche Landsleiding
Lees meer
steunde als lid van een adviescomité en Vlamingen hielp ronselen voor Duitse krijgsdienst met het oog op een herovering van Vlaanderen.

Na de overgave van Duitsland dook Borms onder, maar na enige tijd werd hij opgemerkt. In augustus 1945 volgde zijn arrestatie. Zijn proces ging snel van start en half oktober 1945 werd hij door de krijgsraad ter dood veroordeeld. Op 4 januari 1946 verscheen hij in beroep voor het krijgshof, waar zijn straf werd bevestigd. Genade werd geweigerd. Op 12 april 1946 werd hij terechtgesteld in de kazerne van Etterbeek. Het vuurpeloton van 1946 zou vervullen waar Borms al in 1919 mee rekening hield, omdat een terechtstelling aangewend kon worden als een wapen tegen de Belgische staat. Hij had daarbij de gebeurtenissen in Ierland voor ogen waar enkele leiders van de Paasopstand in 1916 werden geëxecuteerd. Geleidelijk zou ook in Vlaanderen de Bormsexecutie ingezet worden als wapen tegen de Belgische staat. Ze werd een element van de Vlaams-nationalistische beeldvorming over oorlog, collaboratie Collaboratie
Collaboratie verwijst naar de samenwerking met de bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog, in casu van het Vlaams-nationalisme en een deel van de Vlaamse beweging. Lees meer
en repressie Repressie
Lees meer
, die ervoor zorgde dat het anti-belgicisme een groot deel van de Vlaamse beweging weer in zijn greep kreeg. De historische figuur, August Borms, verdween daarbij op de achtergrond om plaats te maken voor een heiligverklaarde, mede op basis van een uitgebreide hagiografische literatuur.

Borms was een man die zich liet leiden door een rotsvaste overtuiging. Achter zijn onverzettelijkheid schuilde echter ook een onvermogen tot scherpe politieke analyse. Argumenten hadden op hem geen vat. Hij wenste als verzoener op te treden in het anti-Belgische Vlaams-nationalistische kamp, maar zag niet hoe hij vaak een speelbal van intriges was. Hij overschatte zijn mogelijkheden mede door zijn succes als romantisch en gloedvol spreker en door het onmiskenbare effect van zijn rol als Vlaamse 'martelaar' na de Eerste Wereldoorlog.

Werken

– Dr. August Borms voor het gerecht, 1920.
Bijdrage tot de geschiedenis van het Antwerpsch aktivisme, in: Voor - 1830 - Na. Een bundel opstellen. In opdracht van den Dietschen Bond, 1930, pp. 95-100.
Tegen leugen en laster, 1930.
Tien jaar in den Belgischen kerker, 1930.
– Kerkerbloemen, vergaard uit het Leuvensch gevangeniskrantje, 1931.

Literatuur

– L. Augusteyns, Borms, 1927.
Les archives du Conseil de Flandre, 1928.
– A.L. Faingnaert, Verraad of zelfverdediging?, 1933.
– M. Basse, De Vlaamsche Beweging van 1905 tot 1930, 2 dln., 1930-1933.
– I. van Beugem, Bormsgalerij, 1943.
Borms, een leven van liefde en trouw, 1951.
– J. Dierickx, Dr. Borms, 1951.
– H.J. Elias, Geschiedenis van de Vlaamse gedachte, 1965, dl. IV.
– id., 25 jaar Vlaamse Beweging 1914-1939, 4 dln., 1969.
– A.W. Willemsen, Het Vlaams-nationalisme. De geschiedenis van de jaren 1914-1940, 1969.
– L. Wils, Bormsverkiezing en Compromis des Belges. Het aandeel van regerings- en oppositiepartijen in de taalwetgeving tussen beide wereldoorlogen, in: BTNG, jg. 4, 1973, nr. 3-4, pp. 265-330.
– id., Flamenpolitik en aktivisme, 1974.
– L. Vandeweyer, De politieke rol van August Borms tussen 1918 en 1933, in: Verschaeviana, 1986, pp. 81-117.
– B. de Wever, Greep naar de macht. Vlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945, 1994.
– L. Vandeweyer, Kiezen tussen Kardinaal en Kaiser. Vlaamse katholieke activisten tijdens de Eerste Wereldoorlog, in: Trajecta, 1996, pp. 134-155.
– id., Herman Van den Reeck: pacifist in een gewelddadige beweging?, in: WT, bijzonder nummer colloquium Herman van den Reeck, 1996, pp. 37-69.
– id., Collaboreren en arbeiders deporteren! Dilemma's voor activisten en Duitsers tijdens de Eerste Wereldoorlog?, in: Brood en Rozen. Tijdschrift voor de Geschiedenis van Sociale Bewegingen, jg. 1, 1996, nr. 1, pp. 15-32.
– C. van Everbroeck, August Borms. Zijn leven, zijn oorlogen, zijn dood, Antwerpen, 2005.

Suggestie doorgeven

1973: Anne Baeyens (pdf)

1998: Luc Vandeweyer (pdf)

2023: Luc Vandeweyer

Databanken

Inhoudstafel