Morlion, André

Persoon

André (Felix) Morlion (1904-1987) was een dominicaanse priester, die tijdens het interbellum uitgroeide tot een gezaghebbende stem in de katholieke en Vlaamsgezinde kunst- en filmkritiek.

Volledige voornaam
André Edward Maria Josef
Religieuze naam
Felix
Alternatieve naam
Andreas
Geboorte
Diksmuide, 16 mei 1904
Overlijden
New York City, 10 december 1987
Leestijd: 12 minuten

Jeugd en studententijd

André Morlion werd geboren in een katholiek  middenklasse gezin in Diksmuide. Vader Arthur was een Vlaamsgezinde onderwijzer en moeder Reinilda werkte in de textielzaak van haar ouders. De vijftienjarige André werd leerling van het vrij bisschoppelijk Onze-Lieve-Vrouwecollege in Oostende. Hij kwam er terecht in een gespannen sfeer veroorzaakt door een lerarenkorps dat verdeeld was tussen flaminganten en Belgicisten. Een aantal van zijn leraars, zoals Odiel Spruytte Spruytte, Odiel
Odiel Spruytte (1891-1940) was een ‘petit vicaire’ en een dwarsdenker in het bisdom Brugge. Als Vlaams-nationalist behoorde hij tot de kernredactie van het weekblad Jong Dietschland, en w... Lees meer
, Marcel Demeester en Hilaire Tanghe, zal hem de Groot Nederlandse gedachte bijbrengen. De school en de leerlingen lieten zich bovendien spiritueel begeleiden door de plaatselijke dominicanen, waaronder Jules Callewaert Callewaert, Jules
Dominicaan Jules Laurentius Callewaert (1886-1964) verwierf bekendheid als flamingantisch predikant. Zijn sympathie voor het VNV deed hem aan het begin van de Tweede Wereldoorlog de colla... Lees meer
.

In september 1921 schreef de zeventienjarige Morlion zich in voor een ingenieursopleiding aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Hij belandde er in het Vlaamsgezinde verenigingsleven en nam eind 1922 en begin 1923 in Brussel deel aan studentenacties voor de vervlaamsing van de Gentse universiteit Hoger onderwijs in Gent
Met de vernederlandsing in 1930 als hoogtepunt is de Gentse universiteit een belangrijk strijdpunt geweest in de Vlaamse beweging. Van het Latijn uit 1817 tot het Engels van vandaag: het ... Lees meer
. In september 1923 trad hij in als novice in het Gentse seminarie van de dominicanen, waar de aanwezigheid van Callewaert en de lectuur van het door hem geleide tijdschrift Onze Jeugd Onze Jeugd
Onze Jeugd (1920-1933) was een idealistisch vormingstijdschrift voor de Vlaamse studerende jeugd, uitgegeven door de dominicanen. Met pater Callewaert als redacteur kwam het blad om zijn ... Lees meer
zijn flamingantisme nog versterkte. In 1927 schreef Morlion zich in voor theologische studies in Leuven.

Opgang als katholiek kunst- en filmcriticus

Vanaf het einde van de jaren 1920 maakte Morlion als literatuur- en kunstcriticus deel uit van de redactie van Onze Jeugd. In een van zijn eerste artikels besprak hij de werken van een van de grondleggers van het Vlaams expressionisme Albert Servaes Servaes, Albert
Lees meer
, in wiens voorstellingen van het boerenleven hij de ziel meende te terug te vinden van de ‘gewone katholieke Vlaming’ en die hij vergeleek met Gezelle Gezelle, Guido
Guido Gezelle (1830-1899) was een Vlaamse priester die de Vlaamse volkstaal verdedigde binnen het algemeen Nederlands. Hij verwierf grote bekendheid als lyrisch dichter van religieuze nat... Lees meer
.  In Augustus 1929 werd Morlion priester gewijd in Leuven. Als dominicaan had hij ook een nieuwe voornaam gekregen: Felix. Tot 1931 maakte hij deel uit van het dominicaans klooster in de ploegstraat in Antwerpen. Vanuit de politiek van de zogenaamde  ‘geloofsverdediging’ in het domein van cultuur en pers Pers
Van bij het ontstaan van de Vlaamse beweging vervulde de Nederlandstalige pers een belangrijke rol als spreekbuis. De veelheid aan Vlaamse kranten en (week)bladen die in de 19de en 20ste ... Lees meer
detacheerde de congregatie hem naar de Belgische Katholieke Film Film
Sinds het ontstaan van film eind 19de eeuw evolueerde het filmbedrijf in Vlaanderen van een Belgische, overwegend Franstalige sector naar een steeds meer onderscheidende Vlaamse filmsect... Lees meer
Liga die in Brussel gevestigd is. Zijn taak werd het verspreiden van de beslissingen van de katholieke filmkeuringscommissie. Morlion deed dat voornamelijk via de pers, waarvoor hij het Documentatiecentrum voor de Cinematografische Pers (D0CIP) uitbouwde, dat als het persagentschap van de KFL kan worden beschouwd Daarbij verspreidde de priester niet alleen de morele quoteringen van films, probeerde hij de filmkijker ook op te voeden zodat die zelf in staat zou zijn om ‘goede’ films te kiezen. Hij werd er bovendien de geestelijke begeleider van andere journalisten, zoals Karel Luyten, Jeanne de Bruyn De Bruyn, Jeanne
Jeanne de Bruyn (1902-1975) was een journaliste en schreef veel over film. Ze was redactrice van Volk en Staat, waarvan ze vanaf februari 1944 het hoofdredacteurschap in handen kreeg, en ... Lees meer
, Willem Rombauts en Leo Lunders. Zelf schreef Morlion zowel voor de publicaties van de congregaties als voor de periodieken De Waarheid, De Ster, Onze Jeugd, Thomistisch tijdschrift, Ons geloof en Kultuurleven. Met Gerard Walschap vond hij zijn weg naar Hooger Leven Hooger Leven (1927-1938)
Hooger Leven (1927-1938) was een algemeen katholiek Vlaams weekblad opgericht door Gerard Walschap. Nadat het blad initieel een politiek neutrale voer, steunde het de Katholieke Vlaamsche... Lees meer
. Op 15 september 1931 verscheen zijn eerste artikel op de voorpagina van De Standaard De Standaard (1914-)
Het eerste nummer van het dagblad De Standaard verscheen op 4 december 1918. De krant was gedurende vele decennia hét blad bij uitstek van de katholieke Vlaamse beweging in al haar varian... Lees meer
., waarvoor hij tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog nog enkele honderden artikels zou schrijven. Daarnaast schreef hij nog in tal van kranten en weekbladen zoals De Morgenpost De Morgenpost
De Morgenpost was de Antwerpse editie van De Standaard. De uitgave was een idee van Frans van Cauwelaert. Aanvankelijk was het de spreekbuis van de christendemocratische fractie binnen de... Lees meer
en De Gazet van Antwerpen Gazet van Antwerpen
De krant Gazet Van Antwerpen verschijnt sinds 1891 en betoonde van bij de start belangstelling voor de Vlaamse beweging. Aanvankelijk werd de Antwerpse Meetingpartij gesteund en later Fra... Lees meer
en had hij jarenlang ook een programma op de nationale radio Radio
Lees meer
. Zijn verslagen handelden niet alleen over de filmwereld, maar ook over religieuze overwegingen en over Vlaamse kunst. In november 1931 maakt hij aan Anton van Duinkerken duidelijk dat hij boven alles de Groot-Nederlandse idee “mordicus” wilde bevorderen.

Van 1932 af werkte Morlion ook nauw samen met het Davidsfonds en Edouard Amter Amter, Edward
De Vlaamsgezinde katholiek Eduard Amter (1898-1969) was van 1924 tot 1964 algemeen secretaris van het Davidsfonds en vanuit die functie een belangrijke actor in het flamingantische midden... Lees meer
, die zijn boek Filmleiding uitgaf. Daarin ging het over de strijd tussen culturen, waarbij Morlion in het Amerikaanse kapitalisme een gevaar zag voor het katholieke Vlaanderen. Ook de Franse ‘vaudeville’ films verwierp hij omdat deze de ‘Vlaamse ziel’ in gevaar brachten. Morlions doel was het bevorderen van kwaliteitsfilms, gebaseerd op christelijke waarden, waaronder ook de moreel gezonde ‘Vlaamse’ film. Hij besprak en vertoonde op avonden van het Davidsfonds films zoals Karel Dekeukeleires (1905-1971) Boksmatch en Witte Vlam;  Henri Storcks  (1907-1999) Pleziertreinen, Beelden uit Oostende en Haringenvangst en Maurits Vermeulens De ziel van de Ijzerbedevaart.

In 1933 vroeg Jozef van Overstraeten Van Overstraeten, Jozef
Lees meer
aan Morlion om voor het blad Toerisme van de Vlaamse Toeristenbond Vlaamse Toeristenbond
VTB-VAB (1922) was een cultureel-toeristische organisatie die bijdroeg aan de ontwikkeling van het toerisme en de mobiliteit in Vlaanderen. Ze was door haar financiële en culturele slagkr... Lees meer
filmrecensies te schrijven. Onder invloed van de Vlaamse beweging vond in Antwerpen het eerste Vlaamse Congres van de Katholieke Film Liga plaats waarbij het programma voor een groot deel door Morlion vanuit de Groot-Nederlandse gedachte wordt samengesteld. Er werden ook Nederlandse stille en sprekende films vertoond, naast de Vlaamse documentaire Nooit meer Oorlog Nooit meer oorlog
‘Nooit meer oorlog’ is een leuze die bij de voltooiing van de IJzertoren in 1931 op de voet van het monument werd aangebracht. De spreuk was gangbaar in de hele Europese vredesbeweging v... Lees meer
van Vermeulen. In zijn filmbesprekingen veroordeelde Morlion de Engelse, Franse en Belgische oorlogsfilms die gebaseerd waren op patriotisme en heldendom. Hij promootte tot in 1933, toen in Duitsland het nationaalsocialisme aan de macht kwam, voornamelijk de Duitse films– en romans, waarin de miserie en de onmenselijkheid  van de oorlog aan bod komen. Nog tot op de vooravond van de Tweede Wereldoorlog vertoonde hij zowat overal in Vlaanderen de anti-oorlogsfilm Berge in Flammen (1931) van Louis Trenker (1892-1990).

In 1933 stelde graficus Frans van Immerseel Van Immerseel, Frans
Lees meer
Morlion voor om een animatiefilm te maken. Het zou een anticommunistisch en pro- Verdinaso Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen
Het Verbond van Dietsche Nationaal Solidaristen (Verdinaso) (1931-1941) was een fascistisch geïnspireerde beweging onder leiding van Joris van Severen, die een staats- en maatschappijherv... Lees meer
-verhaal moeten worden. Morlion bleek geïnteresseerd, maar het project werd niet gerealiseerd. Vanaf dat moment werkten beiden nauw samen en zou Van Immerseel affiches voor Morlion ontwerpen en illustraties voor onder meer De Waarheid en De Volkswacht.

Morlions Offensief Beweging ging verder dan de filosofie van de Geloofsverdediging. In de geest van de Duitse priester Emil Fiedler wilde ze de jeugd mobiliseren tegen het ‘slechte’. Ze was een oproep van de katholieke Vlaamse culturele krachten om zich te verzetten tegen zowel het communisme als het Frans cultureel imperialisme. Later zou Morlion daar ook het nationaalsocialisme aan toevoegen. Zijn Offensief Beweging vond aanhang bij zijn zijn confraters Josephus A. Nuyens (1900-1984) en Michael F. Smets (1901-1973), Lode Geysen Geysen, Lode
Onderwijzer Lode Geysen (1903-1938) was actief in het amateurtheater. Hij zag het massaspel als middel voor het Vlaamse volk om zijn onderlinge solidariteit en eigenheid te herwinnen. ... Lees meer
, Huib Hoste Hoste, Huib
Huib Hoste (1881-1957) was een vernieuwende architect en stedenbouwkundige, die onder meer deel uitmaakte van de Pelgrimbeweging en publiceerde in het Vlaams-katholieke, pro-federalistisc... Lees meer
, René Lauwaert, Albert Kriekemans, Oscar van der Hallen Van der Hallen, Oscar
Oscar van der Hallen (1903-1979) was essayist, cultuurjournalist en leraar. Lees meer
, Maurice Vermeulen, Paul Lebeau Lebeau, Paul Pieter Victor
Paul Lebeau (1908-1982) was een Antwerpse hoogleraar, essayist en romancier. Zijn bekendste romans zijn Het experiment (1940), Xanthippe (1959) en De Zondebok (1947). In die laatste roman... Lees meer
, Pol Heyns Heyns, Pol
Pol Heyns (1906-1960) werkte als journalist voor diverse media en was ook bijzonder actief als heem- en volkskundige, in het bijzonder wat betreft het verzamelen en repertoriëren van volk... Lees meer
en J. van Berendoncks. Verschillenden van hen sloten zich enkele maanden later aan bij het katholieke en pro- federalistische Federalisme
Sinds het begin van de 20ste eeuw behoort federalisme tot het programma van eerst de Waalse en vervolgens ook de Vlaamse beweging. Vanaf 1970 is de transformatie van België van unitaire t... Lees meer
weekblad Nieuw Vlaanderen (1934-1944) Nieuw Vlaanderen (1934-1944)
Nieuw Vlaanderen (1934-1944) had als uitgangspunt de eentaligheid van Vlaanderen. Door zijn federalistische stellingname midden jaren 1930 was het blad radicaler dan de katholieke partij ... Lees meer
.

Tevens in 1934 vroeg Ernest Claes Claes, Ernest
Ernest Claes (1885-1968) was een schrijver van volkse romans en verhalen en een leidend ambtenaar in de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Na de Tweede Wereldoorlog werd hij vervolgd wege... Lees meer
hem raad voor de verfilming van zijn boek De Witte door Jan Vanderheyden Vanderheyden, Jan
Filmproducent en regisseur Jan Vanderheyden (1890-1961) maakte samen met Edith Kiel De Witte (1934), de eerste succesvolle Vlaams gesproken klankfilm. Vele films volgden, ze bewezen dat e... Lees meer
en Edith Kiel Kiel, Edith
Edith Kiel (1904-1993) stond met Jan Vanderheyden aan de wieg van de Vlaamse klankfilm. Als Duitse staatsburger en ongehuwd samenwonende vrouw stond ze lang in zijn schaduw. In 1952-1961 ... Lees meer
. Morlion wilde aan de professionele filmwereld duidelijk maken dat katholieken excellente films konden garanderen en dit zowel op moreel als op artistiek vlak. Hij zag zijn betrokkenheid bij de eerste Vlaamse geluidsfilm als de eerste stap om een gezonde Vlaamse filmproductie uit te bouwen in het licht van AVV-VVK Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Kristus (AVV-VVK)
Deze leuze werd in 1881 gelanceerd door Frans Drijvers in het scholierentijdschrift De Student. Ze verwoordde de dubbele motivatie van Vlaamsgezindheid en ultramontaanse geloofsijver die ... Lees meer
. Ondanks de populariteit van De Witte was hij niet tevreden over het resultaat, al was hij ermee ingenomen dat hij invloed had kunnen uitoefenen in de productie van de film.

Morlions werk in Vlaanderen bleek Léon Degrelle Degrelle, Léon
Léon Degrelle (1906-1994) was de leider van Rex, initieel een Belgische, extreemrechtse nationalistische beweging, nadien omgevormd tot partij, die na 1936 radicaliseerde in fascistische ... Lees meer
niet ontgaan te zijn. Morlion schreef vanaf 1932 voor Degrelles blad Soirées. Hij gaf de Waalse politicus te kennen dat zij met hun katholieke en anticommunistische acties bondgenoten konden zijn, maar dat hij zeker niet zou meewerken om een afdeling van Rex Rex
Rex was een Belgische politieke partij (1935-1940) en een collaboratiebeweging in Franstalig België (1940-1944). Lees meer
in Vlaanderen op te richten. Toen in 1935 geruchten werden verspreid dat Morlions Offensief Beweging  gesticht zou zijn door Degrelle en dat het weekblad De Waarheid zou opgaan in een nieuwe publicatie van Rex voor Vlaanderen, verklaarde Morlion openlijk dat er geen Vlaamse Rex nodig was.  Vanaf dat jaar werd hij in het kader van zijn uitbouw van een internationaal katholiek filmagentschap meer en meer actief in het buitenland, voornamelijk in Frankrijk, Luxemburg, Duitsland, Zwitserland en in het Vaticaan. -

In het voorjaar van 1936 kwam Morlion met de polemiek rond de film La Kermesse Heroique La Kermesse héroïque
De Frans-Duitse historische film La Kermesse héroïque (of Heldenkermis) leidde in 1936 tot hevig verzet vanwege het weinig flatterende beeld dat de film ophing van Vlaanderen. Vlaamsgezin... Lees meer
van de in België geboren Fransman Jacques Feyder (1885-1947) in het oog van de storm.  Morlion nam aanvankelijk geen aanstoot aan deze film, totdat het Vlaamsch Nationaal Verbond Vlaamsch Nationaal Verbond
Het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) (1933-1945) was een rechts-radicale Vlaams-nationalistische partij die tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerde met de Duitse nationaalsocialistis... Lees meer
(VNV) de film aangreep om in het licht van de verkiezingen het Vlaams-nationalisme bij de bevolking aan te wakkeren. Als reactie daarop zou Morlion La Kermesse scherp veroordelen die hij – zo liet hij later doorschemeren -- in artistiek opzicht een goede film vond. In die jaren werd Morlion partner van Zedenadel om de pornografie en het verlies van moraliteit in Vlaanderen te bekampen.

In 1936 hielden de katholieken een Congres in Mechelen om de gelovigen te mobiliseren onder meer als reactie op de fascistische katholieke bewegingen (VNV en Rex).  Morlion was verantwoordelijk voor de persrelaties van het Congres. In de context van de Spaanse Spanje
De 19de-eeuwse Vlaamse beweging cultiveerde een overwegend negatief beeld van Spanje als vreemde overheerser tijdens de 16de eeuw. In de loop van de 20ste eeuw ontstond daarnaast een acti... Lees meer
burgeroorlog dreef hij ook zijn acties tegen het socialisme en communisme in eigen land op, waarbij hij financiële steun kreeg van het Belgisch-Franstalig establishment van industriëlen en bankiers. Het resultaat was dat Morlion in heel Vlaanderen anticommunistische propaganda kon verspreiden. Daarbij raakte hij in 1937 in een polemiek verwikkeld met de Vlaamse Communistische partij, die zich volgens hem ten onrechte Vlaamse symbolen als de Guldensporenslag toe-eigende, en haar secretaris Georges van den Boom Van den Boom, Georges
Georges van den Boom (1897-1978) was voorzitter van de Vlaamse Kommunistische Partij. Hij pleitte voor Vlaams en Waals zelfbestuur. Lees meer
. Als een priester op dat ogenblik oproept dat het Bolsjewisme zelfs met de wapens moeten worden bestreden, maakt Morlion maakte in De Waarheid wel duidelijk dat hij een pacifist was en daarom niet vond dat het katholieken het bolsjewisme gewapenderhand moesten bestrijden. Na de Duitse inval in Rusland in 1941 zou onder meer Jeroom Leuridan een dergelijke martiale oproep echter aan Morlion toeschrijven.  

Met ‘“Groene weiden”, de ziel van het godsdienstige negervolk”’ verscheen op 29 april 1938, het eerste en enige artikel van Morlion in het VNV-blad Volk en Staat Volk en Staat
Volk en staat (15 november 1936 - 3 september 1944) was een Vlaams-nationalistisch dagblad en orgaan van het Vlaamsch Nationaal Verbond. Het blad verscheen als opvolger van De Schelde (1... Lees meer
. Hij richt zich in deze bespreking van Green Pastures van de Amerikaanse filmmaker Rex Ingram (1892-1950), waarvan de negro-spirituals hem diep hadden geraakt, tot het Vlaamse volk: ‘Het Vlaamsche volk dat altijd godsdienstig is geweest, zal nu moeten bewijzen dat het wel bekwaam is een film waarop  het vaderlijke aangezicht van God even ontroerend als in de bijbelgeschiedenis tot ons komt, in triomftocht rond te leiden’.

Tweede Wereldoorlog en naoorlogse periode

Met het uitbreken van de oorlog in 1940 zou Morlion als sergeant-brancardier niet zijn troepeneenheid vervoegen, maar het land via Poitiers naar Lissabon ontvluchten. Met recht en reden vreesde hij dat de Duitse Sicherheitsdienst hem voor zijn anti-nazisme zou aanhouden. Deze rekende hem onder meer zijn nauwe samenwerking aan met Hein Hoeben (1899-1942) en de jezuïet Frederich Muckermann (1883-1946) in de internationale katholieke persorganisatie De Katholieke Wereldpost, gevestigd in Breda. In Lissabon richtte hij zich op de uitbouw van zijn Pro Deo internationaal persagentschap CIP. In juli 1941 reisde hij naar de Verenigde Staten, waar hij dit project met de steun van Amerikaanse katholieken verder uitwerkte. Morlion werd er bovendien actief bij de Office of Strategic Service (OSS) en de propagandadiensten van het Amerikaans leger waarvoor hij radioprogramma’s maakte voor bezet Europa die de democratisering van het naoorlogse Europa als thema hadden. Toen na het overlijden van Staf de Clercq De Clercq, Staf
Staf de Clercq (1884-1942) was een Vlaams-nationalistische politicus, die zijn politieke carrière begon als kamerlid voor de Frontpartij. Hij staat vooral bekend als stichter en eerste l... Lees meer
Hendrik Elias Elias, Hendrik
Hendrik Elias (1902-1973) was een historicus en Vlaams-nationalistisch politicus die als leider van het Vlaamsch Nationaal Verbond collaboreerde met de Duitse bezetter tijdens de Tweede W... Lees meer
op 23 oktober 1942 de nieuwe leider van het VNV werd, schreef Morlion hierover een memorandum voor het OSS. Elias was in zijn opvatting minder engdenkend dan De Clercq. Op het einde van de oorlog werkte Morlion op vraag van Belgische propaganda diensten en met name Jan Albert Goris Goris, Jan-Albert
Jan-Albert Goris (1899-1984) was een veelzijdig schrijver, ambtenaar en diplomaat. Als literator maakte hij naam onder het pseudoniem Marnix Gijsen. Hij debuteerde als expressionistisch d... Lees meer
in de VS mee aan de publicatie Belgium om het land beter bij de Engelstaligen bekend te maken. Daarin prees hij kardinaal Van Roey Van Roey, Ernest-Joseph
Ernest-Joseph van Roey (1926-1961) was Kardinaal-Aartsbisschop van Mechelen. Hij aanvaardde geleidelijk de onvermijdelijkheid van een eentalig Vlaanderen en bestreed het Vlaams-nationalis... Lees meer
en de Belgische bisschoppen voor hun kritische houding tegenover het Vlaams nationalisme en het fascistische rexisme.

Vanaf de zomer van 1944 verbleef Morlion in Rome waar hij in de wereld van de media actief bleef, de neorealistische film promootte, bevriend werd met Roberto Rossellini (1906-1977) en Ingrid Bergman (1915-1982) en filmstudies aan de universiteit introduceerde. Hoewel Morlion zich na de Tweede Wereldoorlog nauwelijks nog bezighield met Vlaanderen, de Vlaamse beweging en Groot Nederland was hij in september 1947 aanwezig op de R.K. Studenten-unie van Nederland en het Leuvens studentencorps te Leuven met als thema ‘Noord en Zuid groeien naar elkaar’. In 1985 werd Morlion door de maker van het BRT-programma De Nieuwe Orde Maurice de Wilde De Wilde, Maurice
Maurice de Wilde (1923-1998) was een onderzoeksjournalist van de Vlaamse openbare Radio en Televisie (VRT). Hij werd herhaaldelijk bekroond voor zijn reportages, waarvan er enkele belangr... Lees meer
geïnterviewd over zijn vermeende rol bij het ronselen van Vlaamse o ostfrontstrijders Oostfronters
Het begrip oostfronters duidt in de context van de geschiedenis van de Vlaamse beweging op Vlamingen die als vrijwilliger aan de zijde van Duitsland vochten tegen het Sovjetrussische Rod... Lees meer
tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij overleed op 10 december 1987 in een hospitaal in New York, nadat hij op straat getroffen werd door een hartaanval.

Werken

— Vlaanderen en de film, in: De Standaard, 28 oktober 1932.
Filmleiding, Leuven, 1932.
Filmkunst, Antwerpen, 1932.
— Oorlogsfilms. De valsche en de echte, in: De Standaard, 2 december 1932.
— met A. van Domburg. Levensleugen in de film, Antwerpen, 1933.
Het geweten tegenover de film, Antwerpen, 1933.
— Katholieke initiatieven: het Offensief, in: Universitas, 1933, november, pp. 26-29.
— Kandinsky, the logician, in: Sélection, nr. 14, 1933, juli, pp. 14-18.
— Filmkroniek. Oorlogsfilms of anti-oorlogsfilms, in: Hooger Leven, 4 maart 1934.
Offensief: geest en praktijk, Roermond/Maaseik, 1934.
— De beteekenis van Fiedler, in: Ons Geloof, april 1934.
— Kunstkritiek en kunstfilosofie, in: Kultuurleven, juli 1934.
— Puntjes op de i bij ‘Heldenkermis’, in: Hooger Leven, 23 februari 1936.
— Waarop bouwen den vrede? Een laatste woordje in verband met de anti-oorlogsfilms, in: De Standaard, 17 april 1936.
— Opgepast voor het Bedrog der Toegestoken hand. De waarheid over de Vlaamsche Communistische Partij, in: De Standaard, 22 mei 1938.
The Apostolate of Public Opinion, Montreal, 1944.
— The History of Christianity in Belgium, in: J.A. Goris (red.), Belgium, Los Angeles, 1945.
Filosofia dell’Opinione Pubblica, Rome, 1948.
Dialettica marxista e dialettica realista, Rome, 1955.
— Pour une méthodologie de l’Action Inter-Religieuse, in : Rythmes du monde. Bulletin des missions (45/1), Brugge, 1971.
— Les grandes convergences du monde contemporain, in : Nouveaux rythmes du monde. Bulletin des missions (46/3-4), Brugge, 1974.

Literatuur

— A.M. Bogaerts, Dominikanen in België, 1835-1958, Brussel, 1969.
— R. van Doorselaer, Anti-communist activism in Belgium, 1930-1944, in: R. Miliband, J. Saville & M. Liebman (red.), Socialist Register 1984. The uses of Anti-Communism. London, Maart 1984, pp. 114-129.
— R. van Doorslaer & E. Verhoeyen, L’Allemagne Nazie, la police belge et l’Anticommunisme en Belgique (1936-1944). Un aspect des relations Belgo-Allemandes, in: Belgisch tijdschrift voor Geschiedenis, jg. XVII, 1986, nrs. 1-2, Brussel, pp. 61-126.
— L. Dhaene, De Offensiefbeweging in Vlaanderen 1933-1939: katholieke tussen traditie en vooruitgang, in: Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 1986, nrs. 1-2, Brussel, pp. 227-267.
— F. Balace, La droite belge et l’aide à Franco, in: Belgisch Tijdschrift Nieuwste Geschiedenis XVIII, 1987, nrs. 3-4, pp. 505-689.
— L. Bonneville, Soixante-dix ans au service du cinéma et de l’audiovisuel. Organisation Catholique du cinéma, Montréal, 1998.
— B. Mihaïl, La Kermesse héroïque, un hommage à la Flandre? La polémique autour du film de Jacques Feyder en Belgique (janvier-mars 1936), CHTP-BEG, nr. 10, 2002, pp. 43-77.
— D. Biltereyst & S. van Bauwel,  Regional Cinema. Nationalism and Ideology: a Historical Reception Analysis of a Classic Belgian movie; De Witte (1934). Working Papers, Film & tv Studies, Gent, 2005.
— D. Biltereyst, “Down with French vaudevilles!”. The Catholic film movement’s resistance and boycott of French cinema in the 1930s, in: Studies in French Cinema (6/1), 2006, pp. 29-45.
— V. Aubourg, “A philosophy of Democracy under God”: C.D. Jackson, Henry Luce et le Mouvement Pro Deo (1941-1964), in: Revue française d’études américaines (nr 107), Paris, 2006, pp. 29-46.
— M. Greanay, “Fr Andrew F; Morlion o.p.”, in: Truth be told. Bringing Christ to the World, Issue 5 – Newsletter of the Dominican Laity, July-August, 2009.
— T. Subini, La doppia vita di «Francesco Giullare di Dio» Giulio Andreotti, Félix Morlion e Roberto Rossellini, Milano, 2011.
— E. Dagrada, A Triple Alliance for a Catholic Neorealism: Roberto Rossellini according to Felix Morlion, Giulio Andreotti and Gian Luigi Rondi, in: D. Biltereyst, D. Treveri Gennari (red.) Moralizing Cinema: Film Catholicism and Power, New York/Oxford, 2013, pp. 114-136.
— T. Subini, The Failed Project of a Catholic Neorealisme: on Giulio Andreotti, Felix Morlion and Roberto Rossellini, in: D. Biltereyst, D. Treveri Gennari (red.) Moralizing Cinema: Film Catholicism and Power, New York/Oxford, 2013, pp.173-188.
— A. Milh, Denkend aan Callewaert. Over de pater-Dominicaan Juul Callewaert en de Vlaamse Beweging, in: Wetenschappelijke Tijdingen, 2016, nr. 2, pp. 147-165.
— B. Foubert, De Spaanse Burgeroorlog in Katholiek en rechts Vlaanderen (1936-1939), in: Belgisch Tijdschrift Nieuwste Geschiedenis, Brussel, 2018, pp. 753-777.

Suggestie doorgeven

2023: Guido Convents

Inhoudstafel