Willemsfonds

Organisatie
Geertrui Coppens (2023, herwerking), Marcel Bots / Georges Declercq (1998)

Het Willemsfonds (1851-heden) is een liberaal-vrijzinnige culturele vereniging en drukkingsgroep die het gebruik van het Nederlands promoot en ondersteunt.

Afkorting
WF
Alternatieve naam
Willems-Fonds
Comiteit ter bevordering van de Nederlandsche Zang
Willems Genootschap
Oprichting
23 februari 1851
Leestijd: 14 minuten

Het Willemsfonds (1851-heden) is een culturele vereniging en drukkingsgroep die werd opgericht ter ondersteuning van de Nederlandse taal Taal
De ontwikkeling van het Nederlands vormde tot diep in de 20ste eeuw een fundamenteel aandachtspunt in de Vlaamse beweging. De wijze waarop het geschreven en gesproken Nederlands gehanteer... Lees meer
binnen de Belgische staat. Aanvankelijk kende de organisatie een pluralistische insteek, die met de aanstelling van Julius Vuylsteke tot secretaris in 1862 echter steeds duidelijker in liberaal- vrijzinnige Vrijzinnigheid
Dit artikel belicht de relatie tussen de Vlaamse beweging en de vrijdenkersbeweging van de 19de eeuw tot nu. Lees meer
richting evolueerde. Aan het einde van de 19de eeuw nam het Willemsfonds een duidelijk en krachtig liberaal standpunt in. Toch vermeed het steeds met de liberale partij Liberale partij
De verhouding tussen de liberale partij en het partijpolitieke liberalisme in België enerzijds, en de Vlaamse beweging anderzijds levert een gevarieerd en ingewikkeld beeld op dat evoluee... Lees meer
te worden geïdentificeerd. In de jaren 1960 evolueerde het antiklerikalisme naar een nieuwe opvatting van de vrijzinnigheid, waarin het streven naar een open en pluralistisch leefklimaat in Vlaanderen centraal stond. Het Willemsfonds profileerde zich als drukkingsgroep, onder meer inzake de taalwetten Taalpolitiek en -wetgeving
Situaties van taalonderdrukking vindt men wereldwijd. Daarom besteedt deze bijdrage eerst aandacht aan gehanteerde taalpolitieke strategieën. Ook in België verzette een gedomineerde taalg... Lees meer
, het onderwijs Onderwijs
Lees meer
, de staatshervormingen Staatshervorming
Tussen 1970 en vandaag werden zes staatshervormingen doorgevoerd die België omvormden van een unitaire in een federale staat met drie gewesten, het Vlaamse, het Waalse en het Brussels Hoo... Lees meer
en het Cultuurpact Cultuurpact
Lees meer
. Op sociocultureel vlak organiseerde het taallessen, stimuleerde volkszang, publiceerde boeken en richtte volksbibliotheken in. In de jaren 1990 plooide het Willemsfonds zich terug op een essentieel socioculturele werking en becommentarieerde het de Vlaamse institutionele problematiek alleen nog vanop afstand.

Het Willemsfonds is een naar Jan Frans Willems Willems, Jan Frans
Jan Frans Willems (1793-1846), de “vader van de Vlaamse beweging”, was dichter, polemist, filoloog, tekstediteur en initiatiefnemer of lid van tal van academies en genootschappen in binne... Lees meer
genoemde cultuurvereniging en drukkingsgroep, die op 23 februari 1851 te Gent werd opgericht, ‘willende de nederduitsche tael en letterkunde en al wat haer aengaet krachtdadig ondersteunen en aenmoedigen, ter versterking van den algemeenen nationalen geest in België’, aldus artikel 1 van de toenmalige ‘Grondslagen’.

Strekking

Met deze formulering bepaalde het Willemsfonds zijn plaats in de Vlaamse beweging. De stichters zagen in de versterking van de positie van het Nederlands een voorwaarde voor de versteviging van de Belgische staat. Daardoor stelden zij zich van meet af aan op als loyale onderdanen van deze staat, maar ook als overtuigde tegenstanders van de opvatting dat de staat gegrondvest moest zijn op de overheersende positie van het Frans. De uiteindelijke consequentie van hun opvatting zou liggen in de volledige gelijkberechtiging van de beide landstalen. In 1851 was dit een verafgelegen doel, hoewel de gehele actie van het Willemsfonds hier als vereniging voor volksontwikkelingswerk en als Vlaamse drukgroep steeds op gericht is geweest. Ook aan het Belgisch staatsverband is het fonds ononderbroken trouw gebleven.

De stichters waren Jules de Saint-Genois des Mottes de Saint-Genois des Mottes, Jules
Jules de Saint-Genois (1813-1867) was een Gentse cultuurflamingant. Hij was onder meer voorzitter van het Willemsfonds, hoofdbibliothecaris van de Gentse stads- en universiteitsbibliothee... Lees meer
, die ook de eerste voorzitter was, Philip Blommaert Blommaert, Philip M.
Lees meer
, Ferdinand Snellaert Snellaert, Ferdinand A.
Ferdinand Augustijn Snellaert (1809-1872) was een arts, filoloog, letterkundige en leidende figuur in de Vlaamse beweging. Lees meer
, Frans Rens Rens, Frans
De verdienste van de letterkundige Frans Rens (1805-1874) lag niet zozeer in zijn eigen poëtische werk, maar wel in zijn inzet voor verschillende Vlaamsgezinde verenigingen en tijdschrift... Lees meer
, Prudens van Duyse Van Duyse, Prudens
Lees meer
, Johan Dautzenberg Dautzenberg, Johan M.
Lees meer
, Constant Serrure Serrure, Constant P.
Constant Philippe Serrure (1805-1872) was een Gentse historicus, bibliofiel, numismaat, cultuurflamingant en filoloog. Hij was tevens hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Gent. Lees meer
, Philippe Kervyn de Volkaersbeke Kervyn de Volkaersbeke, Philippe
Philippe Kervyn de Volkaersbeke (1815-1881) was een Gentse politicus die een historische en culturele belangstelling koesterde voor Vlaanderen en de Vlaamse beweging. Lees meer
, Jacob Heremans Heremans, Jacob
Lees meer
, Theodore Canneel, E. van Damme, Edward Vermandel Vermandel, Edward
Edward Vermandel (1819-1874) behoorde tot een groep jongere, liberale Vlaamsgezinden die omstreeks 1845 in Gent naar voren trad. Hij was vooral actief binnen het literaire genootschap De ... Lees meer
, Charles Annoot-Braeckman, Léonard Hebbelynck, Isidore van Doosselaere, Victor Gaillard en Eduard Degerickx Degerickx, Eduard
De Gentenaar Eduard Degerickx (1805-1881) was een Vlaamsgezinde, liberale stadsambtenaar die bekend gebleven is als secretaris van het literaire genootschap De Tael is gan(t)sch het Volk ... Lees meer
, dus zowel katholieken als liberalen. De voorzitters, na baron de Saint-Genois (1851-1854), waren Snellaert (1855-1861), Rens (1862-1874), Heremans (1876-1882), Julius Vuylsteke Vuylsteke, Julius
Lees meer
(1883-1896), Gilles-Désiré Minnaert Minnaert, Gilles
Gillis Minnaert (1836-1919) was leraar van opleiding en bouwde een carrière uit in het onderwijs. Verder was hij actief binnen het flamingante liberale verenigingsleven in Gent. Lees meer
(1896-1919), Jozef-Frederik Vercoullie Vercoullie, Jozef-Frederik
Lees meer
(1919-1937), Oscar van Hauwaert Van Hauwaert, Oscar
Lees meer
(1937-1951), Hans van Werveke Van Werveke, Hans
Lees meer
(1951-1962), Pieter Lambrechts Lambrechts, Pieter
Lees meer
(1962-1965), Adriaan Verhulst Verhulst, Adriaan
Adriaan Verhulst (1929-2002) was een Vlaamsgezinde liberaal die actief was in academische, culturele en politieke kringen. Hij was een mediëvist die beschikte over maatschappelijk engagem... Lees meer
(1965-1984), Ernest van Buynder (1984-1992), Leo Ponteur Ponteur, Leo
Ambtenaar Leo Ponteur (1938) was algemeen secretaris en voorzitter van het Willemsfonds. Lees meer
(1992-2003), Sylvain Peeters (2003-2012), Livia Degryse (2012-2013), Laurent Rens (2014-2019), Amand Dewaele (2019-2022) en Marc Vanryckeghem (2022-).

De ledenlijst van 1854 vermeldt tal van vooraanstaande katholieke figuren en verschillende priesters, onder wie Jan-Baptist David David, Jan-Baptist
Jan-Baptist David (1801-1866) was een katholiek priester, en vanaf 1834 hoogleraar nationale taal, letterkunde en geschiedenis aan de Katholieke Universiteit in Mechelen en Leuven. Hij sp... Lees meer
, maar eveneens fervente antiklerikalen, zoals Vuylsteke. De vereniging vertoonde dus tijdens de eerste jaren geen duidelijk levensbeschouwelijke signatuur. In het jaarverslag van 1857, waarin staat dat de grondleggers van het fonds wilden dat ‘aan Vlaanderen niet langer de mannelijke kracht van het verleden en het licht der eeuw zou ontbreken’, klinkt reeds een liberale ondertoon door. Toch evolueerde het Willemsfonds vooral ná de aanstelling van Vuylsteke tot secretaris in 1862 steeds duidelijker in liberaal-vrijzinnige richting. In 1865 werd naast de ondersteuning van het Nederlands zo ook ‘de verstandelijke en zedelijke ontwikkeling der Vlaamsche bevolking’ als doelstelling in de statuten opgenomen.


Feestelijkheden naar aanleiding van het 25-jarige bestaan van de Willemfondsafdeling Nieuwpoort, 18 augustus 1901. (Liberas)
Feestelijkheden naar aanleiding van het 25-jarige bestaan van de Willemfondsafdeling Nieuwpoort, 18 augustus 1901. (Liberas)

De stichting, in 1875, van zijn katholieke tegenhanger, het Davidsfonds, bezegelde deze evolutie definitief. Vanaf dat moment steunde het Willemsfonds in de scherpe ideologische tegenstelling van de 19de eeuw, in het bijzonder in de schoolstrijd, zeer duidelijk en krachtig het liberale standpunt. Toch vermeed het fonds steeds met de liberale partij Liberale partij
De verhouding tussen de liberale partij en het partijpolitieke liberalisme in België enerzijds, en de Vlaamse beweging anderzijds levert een gevarieerd en ingewikkeld beeld op dat evoluee... Lees meer
te worden geïdentificeerd. In dat verband werd de ideologische tendens van het Willemsfonds reeds in de loop van de 19de eeuw meestal als vrijzinnig Vrijzinnigheid
Dit artikel belicht de relatie tussen de Vlaamse beweging en de vrijdenkersbeweging van de 19de eeuw tot nu. Lees meer
bestempeld, wat uiteindelijk in de formulering van de statuten van 1966 en 1976 als volgt wordt uitgedrukt: ‘Als vereniging, gesticht ter verdediging van de Nederlandse taal, streeft het naar de culturele, economische en wetenschappelijke ontplooiing van de Vlamingen in een ruim-vrijzinnige geest en in een klimaat van geestelijke en politieke vrijheid’ (artikel 2). Het oude antiklerikalisme werd in de jaren 1960 dus vervangen door een nieuwe en ruimdenkende opvatting van de vrijzinnigheid, waarin het streven naar een open en pluralistisch leefklimaat in Vlaanderen centraal stond.

Vanuit deze bekommernis lag het Willemsfonds, in de persoon van zijn voorzitter Adriaan Verhulst, in 1971 mee aan de basis van het Cultuurpact Cultuurpact
Lees meer
, dat de belangen van de vrijzinnigen en de andere ideologische en levensbeschouwelijke minderheden in een cultureel autonoom Vlaanderen moest waarborgen. De wettelijke en institutionele vertaling van de cultuurpactbeginselen liet evenwel op zich wachten, net zoals de samenstelling van de Vaste Cultuurpactcommissie, en er groeide snel teleurstelling rond de uiteindelijke effecten van de wet. Het pact dat voor het Willemsfonds een middel tot openheid en ontzuiling had moeten worden, bleek de verzuiling en politisering van de culturele sector veeleer te versterken. De kritiek werd in het bijzonder gericht op het nieuwe subsidiedecreet van 19 april 1995 van Vlaams minister van Cultuur Hugo Weckx Weckx, Hugo
Hugo Weckx (1935) is een christendemocratisch politicus, onder meer bekend vanwege zijn sleutelrol binnen de Nederlandse Commissie voor de Cultuur van de Brusselse Agglomeratie (NCC). ... Lees meer
.

Structuur en organisatie

Het Willemsfonds is een organisatie (in de juridische vorm van een vereniging zonder winstoogmerk) van leden die gegroepeerd zijn in plaatselijke afdelingen. In de vijf Vlaamse provincies en de agglomeratie Brussel Brussel
In de geschiedenis van de Vlaamse beweging speelde Brussel een unieke rol vanwege haar hoofdstedelijke functies, economische aantrekkingskracht en als symbool van verfransing, die zich v... Lees meer
zijn deze afdelingen op hun beurt gegroepeerd in provinciale verbonden en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die de activiteiten van de afdelingen coördineren en stimuleren. De vereniging wordt geleid door een raad van bestuur, samengesteld uit vertegenwoordigers van de afdelingen en de provinciale verbonden, die uit zijn midden een dagelijks bestuur aanstelt.

De huidige structuur is het resultaat van een historische groei, waarbij vooral de rol van Julius Vuylsteke (secretaris 1862-1880, voorzitter 1883-1896) doorslaggevend is geweest. In de jaren 1860-1870 bouwde hij het Willemsfonds – dat toen een kleine, in Gent gevestigde kring van taalminnaren was – uit tot een organisatie voor de ‘geestelijke verheffing van het Vlaamse volk’, met afdelingen en (openbare) bibliotheken Openbare bibliotheken
Openbare bibliotheken kennen een lange geschiedenis, die in de Zuidelijke Nederlanden teruggaat tot de 17de eeuw. Ze spelen een rol in de (stedelijke) leescultuur door op een laagdrempeli... Lees meer
verspreid over heel Vlaanderen.


Het Lakenmetershuis aan de Vrijdagsmarkt in Gent, algemene zetel en bibliotheek (volksboekerij) van het Willemsfonds. (Stadsarchief Gent)
Het Lakenmetershuis aan de Vrijdagsmarkt in Gent, algemene zetel en bibliotheek (volksboekerij) van het Willemsfonds. (Stadsarchief Gent)

Aanvankelijk breidde het ledental zich slechts langzaam uit: toen Vuylsteke in 1862 secretaris werd, bedroeg het slechts 184. Dankzij zijn stuwkracht en organisatietalent ging dit aantal zeer snel omhoog om in 1884 de 4500 te overschrijden. Deze stijging was het gevolg van de oprichting van plaatselijke afdelingen die zorgden voor een lokale actie van het Willemsfonds. De oudste ervan waren gevestigd in de grote steden: Gent (1868), Antwerpen (1871), Brugge (1872) en Brussel (1872). Geleidelijk kwamen aldus tientallen afdelingen tot stand. In de 19de eeuw telde het ook enkele afdelingen in Nederland, onder meer de studentenafdelingen aan de universiteiten van Leiden (1887), Groningen (1888) en Utrecht (1894).

Terwijl het aantal afdelingen vanaf 1868 gestadig groeide (in de loop der jaren waren er meer dan 120 afdelingen actief, vandaag zijn dat er een 90-tal), is de evolutie van het ledenaantal aan sterke schommelingen onderhevig geweest. Nadat het in 1884 een hoogtepunt had bereikt, ging het in de daaropvolgende jaren sterk in dalende lijn. De gevolgen van de schoolstrijd hadden een zeer nadelige invloed, waardoor het ledenaantal zakte van 4544 in 1884 tot 2098 in 1903. Van 1903 tot 1914 schommelde het tussen 2000 en 2500; tijdens de Eerste Wereldoorlog Eerste Wereldoorlog
De Vlaamse beweging is fundamenteel getekend door de Eerste Wereldoorlog. De oorlog maakte een verregaande democratisering onafwendbaar, met wezenlijke gevolgen voor het politieke draagv... Lees meer
werden geen lidmaatschapsgelden geïnd; in 1919 startte men opnieuw met 1315 leden. Dit aantal steeg tot 4750 in 1940. In 1951 telde men 5369 leden en in 1976, bij de viering van 125 jaar Willemsfonds, waren er 6671 leden. Het ledenaantal kent nog steeds een gestadige stijging; het ligt nu even boven de 10.000.

Activiteiten

De stichters van het Willemsfonds somden onder meer de volgende middelen op om hun doel te bereiken: het aanmoedigen van studenten die zich met voorliefde op de beoefening van de moedertaal toeleggen, de uitgave van nuttige boeken, de verbetering van de volkszang (woorden en muziek Muziek
Lees meer
) en het toneel en de inrichting van een ‘leeskabinet van Vlaamsche lezers, waar de boeken voor een geringen prijs of zelfs kosteloos zouden uitgeleend worden’.

Deze plannen werden slechts geleidelijk gerealiseerd. Aanvankelijk ging de aandacht vooral naar het aanmoedigen van leerlingen uit het middelbaar onderwijs die zich bij de studie van het Nederlands onderscheidden, en naar de publicatie van boeken (zie Boekbedrijf Boekbedrijf
In de 19de eeuw kwam het Vlaamse boekbedrijf moeizaam van de grond. Pas na de Eerste Wereldoorlog ontstonden in Vlaanderen de bestaansvoorwaarden voor een moderne cultuurindustrie. Tot d... Lees meer
). Tot het begin van de 20ste eeuw was het Willemsfonds de enige niet-katholieke uitgeverij van betekenis in Vlaanderen. In de periode 1851-1901 publiceerde het 197 werken in een totale oplage van 527.445 exemplaren. Nadat door de eerste publicatie, de Vlaamsche bibliographie, of lijst der Nederduitsche boeken in België sedert 1830 uitgegeven (1851) de geestelijke armoede van het Vlaamse land duidelijk in het licht was gesteld, gaf het Willemsfonds – naast de populaire volksalmanakken die van 1852 tot 1879 jaarlijks verschenen – nuttige boeken uit die in leemten voorzagen. Een aantal daarvan, zoals de Voordrachten over de Grondwet van Gustave Rolin-Jaequemyns Rolin-Jaequemyns, Gustave
Lees meer
(1867), de Korte Statistieke Beschrijving van België van Vuylsteke (1870), het Kiezershandboek van Julius de Vigne De Vigne, Julius
Julius de Vigne (1844-1908) was een Gentse advocaat en een Vlaamsgezind liberaal politicus. Hij was actief in talrijke Gentse Vlaamsgezinde liberale verenigingen. In het belang van de lib... Lees meer
(1871) en andere, droegen aanmerkelijk bij tot de staatsburgerlijke opvoeding van de Nederlandstalige bevolking in de jaren toen de uitbreiding van het kiesrecht in aantocht was. Van 1896 tot 1905 werd het Tijdschrift van het Willemsfonds uitgegeven, dat na 1906 werd voortgezet door De Vlaamse Gids De Vlaamse Gids (met) Boek & Biliotheek
De Vlaamse Gids (1905-2000) was een flamingantisch en liberaal tijdschrift. Het werd gesticht door Max Rooses, met medewerking van Paul Fredericq en Jozef Vercoullie. Het blad was feiteli... Lees meer
.


Uitnodiging voor een concert- en voordrachtavond georganiseerd door het Willemsfonds van Tienen, 12 maart 1882. (Liberas)
Uitnodiging voor een concert- en voordrachtavond georganiseerd door het Willemsfonds van Tienen, 12 maart 1882. (Liberas)

Reeds vroeg ging de aandacht ook naar het Vlaamse lied, zoals blijkt uit een uitgave van 1852: Oude en nieuwe liedjes van Ferdinand Snellaert Snellaert, Ferdinand A.
Ferdinand Augustijn Snellaert (1809-1872) was een arts, filoloog, letterkundige en leidende figuur in de Vlaamse beweging. Lees meer
; in 1871 werd begonnen met de uitgave van oorspronkelijke Nederlandse zangstukken. In 1886 kreeg deze activiteit een vastere grondslag door de oprichting, binnen het Willemsfonds, van een zelfstandig Comiteit ter Bevordering van de Nederlandse Zang, waarvan Peter Benoit Benoit, Peter
Peter Benoit (1834-1901) was een Vlaamsgezinde componist en muziekpedagoog. Lees meer
tot zijn overlijden in 1901 de voorzitter was. Ten slotte publiceerde het Willemsfonds het tweedelige Nederlandsch Liederboek (1891-1892) van Florimond van Duyse Van Duyse, Florimond
Florimond Van Duyse (1843-1910) ijverde als magistraat voor Nederlandstalige militaire rechtspraak. Ook verzamelde en bestudeerde hij oud-Nederlandse volksliederen. Verder componeerde hij... Lees meer
, dat diverse herdrukken kende. Het was eveneens Van Duyse die in 1903 het initiatief nam tot het organiseren van de befaamde Liederavonden van het Gentse Willemsfonds, een voorbeeld dat weldra zowel in Noord- als in Zuid-Nederland navolging vond.

Met de eerste Willemsfondsbibliotheek werd in 1865 gestart in Gent. Weldra vond ook dit voorbeeld op tientallen plaatsen navolging; gedurende vele decennia waren deze Willemsfondsbibliotheken een van de weinige initiatieven op bibliotheekgebied in Vlaanderen. Ze beschikten over een boekenfonds waaruit niet-katholieke auteurs niet systematisch werden geweerd. In 1904 breidde de vereniging haar activiteit op dit punt nog uit door de oprichting van rondreizende bibliotheken, waarvan sommige ook naar in Wallonië actieve verenigingen van Vlamingen werden gestuurd.

In navolging van de Société Franklin te Luik werden van 1868 af te Gent, en vervolgens in de andere afdelingen van het Willemsfonds, volksvoordrachten gehouden. Bij het 50-jarige jubileum werd het aantal door het Willemsfonds gehouden volksvoordrachten op ruim 2000 geraamd.

De bovenvermelde activiteiten beheersten tot in de jaren 1960 de werking van het Willemsfonds. Daardoor had de vereniging stilaan een ietwat oubollig karakter gekregen. Het aantreden, in 1965, van een verjongd bestuur met Adriaan Verhulst als voorzitter en Walter Prevenier Prevenier, Walter
Walter Prevenier (1934) is historicus. Hij was tot 1999 gewoon hoogleraar aan de Universiteit Gent en bekleedde diverse leeropdrachten aan buitenlandse universiteiten. Daarnaast engageerd... Lees meer
als secretaris, leidde tot een grondige gedaantewisseling. Van een deels nog volgens 19de-eeuwse patronen werkende organisatie voor volksverheffing, werd het Willemsfonds op relatief korte termijn omgebouwd tot een moderne vereniging voor sociaal-cultureel vormingswerk. In de plaatselijke afdelingen ruimden de volksvoordrachten plaats voor een meer gevarieerd activiteitenaanbod. De oude, statutair vastgelegde taak om ‘hoofdzakelijk oorspronkelijk in het Nederlands geschreven werken’ uit te geven en te verspreiden was in de praktijk volledig voorbijgestreefd door de ontplooiing van een Nederlandstalig uitgeverijwezen in Vlaanderen, dat ook aan vrijzinnige auteurs voldoende publicatiekansen bood. Daarom werd in 1973 een punt gezet achter de publicatie van een of meer jaarlijkse boeken voor de leden – met uitzondering van Beeld/Spraak, een reeks kunstmonografieën, en enkele gelegenheidspublicaties. Wat de eigen volksboekerijen betreft, zag het Willemsfonds het voorbijgestreefde karakter van verzuilde bibliotheken in. Na de totstandkoming van het lang nagestreefde nieuwe bibliotheekdecreet in 1978 werden de tientallen nog bestaande Willemsfondsbibliotheken aan de gemeenten overgedragen mits garantie van een intern pluralisme.


Leden van het Willemsfonds in Gent vertrekken op uitstap, september 1976. (Liberas)
Leden van het Willemsfonds in Gent vertrekken op uitstap, september 1976. (Liberas)

Willemsfonds en de Vlaamse beweging

In het spoor van Julius Vuylsteke heeft het Willemsfonds zichzelf altijd in de eerste plaats gezien als een vereniging voor volksontwikkelingswerk, die door haar ’vreedzaam propagandawerk’, haar ‘aanhoudende geduldige, hardnekkige arbeid’ – de uitdrukkingen zijn van Vuylsteke – eerder dan door strijd de geestelijke herleving van het Vlaamse volk wilde bewerken en aldus indirect wilde bijdragen tot vergroting van de Vlaamse volkskracht op alle gebieden. Deze arbeid zag het Willemsfonds ’buiten het terrein der staatspartijen, in niemands dienst, maar geheel ten dienste der algemeene Vlaamsche volksbelangen’ (Vuylsteke in 1872).


Oproep van het Willemsfonds om de taalwetten van 1873, 1878 en 1883 ook daadwerkelijk toe te passen, 1883. (Liberas)
Oproep van het Willemsfonds om de taalwetten van 1873, 1878 en 1883 ook daadwerkelijk toe te passen, 1883. (Liberas)

Deze houding van Vuylsteke is richtinggevend gebleven in het Willemsfonds. Ook biedt deze mentaliteit de verklaring voor een zekere terughoudendheid om de vereniging als zodanig te betrekken in de Vlaamse strijd op het politieke terrein. Toch engageerden vooraanstaande Willemsfondsers zich persoonlijk zeer sterk in de politieke strijd en speelden ze daarbij zelfs een opmerkelijke rol. Aanvankelijk streefden ze daarbij naar de verovering van de liberale partij Liberale partij
De verhouding tussen de liberale partij en het partijpolitieke liberalisme in België enerzijds, en de Vlaamse beweging anderzijds levert een gevarieerd en ingewikkeld beeld op dat evoluee... Lees meer
in Vlaanderen; in de oprichting van een Vlaamse partij zagen ze, gelet op de toenmalige politieke verhoudingen, geen heil. Hoewel hun streven in de 19de eeuw aanvankelijk enkele tijdelijke successen op het plaatselijke vlak opleverde, slaagden deze Willemsfondsers globaal gezien niet in hun opzet. De persoonlijke partijpolitieke betrokkenheid van sommige leidende figuren in het kader van de sterk verfranste liberale partij, waarin het Vlaamse liberalisme lange tijd zo goed als geheel machteloos bleef, maakte een aantal onder hen eerder gevangenen van deze strijd. Dit gaf op het einde van de 19de eeuw en in het begin van de 20ste eeuw op bepaalde momenten aanleiding tot interne spanningen in de schoot van het Willemsfonds zelf. Daarbij viel het, gesteld voor de keuze tussen Vlaamse en vrijzinnige (respectievelijk liberale) solidariteit, moeilijk om tot een gemeenschappelijk standpunt te komen. Dit was bijvoorbeeld het geval bij de strijd voor de taalwet Taalpolitiek en -wetgeving
Situaties van taalonderdrukking vindt men wereldwijd. Daarom besteedt deze bijdrage eerst aandacht aan gehanteerde taalpolitieke strategieën. Ook in België verzette een gedomineerde taalg... Lees meer
van 1883 op het gebruik van het Nederlands in het officieel middelbaar onderwijs Middelbaar onderwijs
De geschiedenis van het middelbaar onderwijs is nauw verweven met die van de Vlaamse beweging. Tot diep in de 20ste eeuw bleef de middelbare school een grotendeels Franstalig bastion van ... Lees meer
en tijdens de strijd voor de vernederlandsing van de Gentse universiteit Universiteit Gent
Lees meer
. De eensgezindheid die in het interbellum tot stand kwam, was gebaseerd op het minimalistische programma van de Vlaamse cultuur- en strijdverenigingen.

Toch mag het aandeel dat het Willemsfonds ook als Vlaamse drukkingsgroep in de strijd voor gelijkberechtiging van het Nederlands had, niet worden onderschat. Ontelbaar zijn de interventies bij de overheid geweest om de toepassing van de bestaande taalwetten te eisen, evenals de moties, publicaties, verklaringen en acties waarmee nieuwe en verbeterde taalwetten werden gevraagd. Men kan aan de hand ervan de ontwikkelingsgang volgen van de gedachte-inhoud zelf van de Vlaamse beweging, zoals die evolueerde van het midden van de 19de eeuw tot heden, althans voor zover deze het bestaan van het Belgische staatsverband niet in twijfel trok. Zowel na de Eerste Eerste Wereldoorlog
De Vlaamse beweging is fundamenteel getekend door de Eerste Wereldoorlog. De oorlog maakte een verregaande democratisering onafwendbaar, met wezenlijke gevolgen voor het politieke draagv... Lees meer
als na de Tweede Wereldoorlog Tweede Wereldoorlog
De Tweede Wereldoorlog werd in Vlaanderen getekend door de onvoorwaardelijke collaboratie van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). De samenwerking met de bezetter en de bestraffing erva... Lees meer
kon het Willemsfonds een belangrijke rol spelen bij het weer op gang brengen van de Vlaamse strijd in de ondankbare omstandigheden waarin de Vlaamse beweging als gevolg van het activisme Activisme
Het begrip activisme verwijst naar de fractie van flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog bereid was om politiek of anderszins samen te werken met de Duitse bezetter en financiële... Lees meer
en de collaboratie Collaboratie
Collaboratie verwijst naar de samenwerking met de bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog, in casu van het Vlaams-nationalisme en een deel van de Vlaamse beweging. Lees meer
was terechtgekomen.

Na de Tweede Wereldoorlog distantieerde het Willemsfonds zich duidelijker ten opzichte van de Liberale Partij en vervolgens van de Partij voor Vrijheid en Vooruitgang (PVV). Deze afstand maakte een consequente en zo nodig compromisloze Vlaamse houding van het Willemsfonds in de zogenaamde communautaire problematiek mogelijk. Daarnaast leidde deze evolutie tot een sterkere samenwerking met andere cultuur- en strijdverenigingen, onder meer in het kader van het door het Willemsfonds in 1965 mee opgerichte Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen
Lees meer
(OVV). Onder het voorzitterschap van Verhulst (1965-1984) nam het traditioneel terughoudende Willemsfonds op Vlaams gebied overigens een meer strijdbare houding aan, waarbij zelfs de deelname aan betogingen niet langer meer werd geschuwd. De standpunten die de vereniging in de jaren 1960 en 1970 innam (onder meer inzake Leuven Vlaams Leuven Vlaams
Lees meer
en de staatshervorming) lagen volledig in de lijn van het algemeen Vlaams programma, zoals het door het OVV werd geformuleerd en trouwens door het Willemsfonds in belangrijke mate mede werd bepaald. In de periode 1965-1971 was de rol van het Willemsfonds in het OVV zelfs toonaangevend.

Uit vrees voor een minorisering van de vrijzinnigen in Vlaanderen wees het Willemsfonds lange tijd elk idee van federalisering Federalisme
Sinds het begin van de 20ste eeuw behoort federalisme tot het programma van eerst de Waalse en vervolgens ook de Vlaamse beweging. Vanaf 1970 is de transformatie van België van unitaire t... Lees meer
of zelfs van culturele autonomie van de hand. De garantie van een cultuurpact, waarvoor het Willemsfonds zich sterk heeft ingezet, maakte echter een koerswijziging mogelijk. In 1967 sprak het fonds zich uit voor een maximale culturele autonomie, in 1976 voor een tweeledig federalisme. Door deze laatste stellingname kon binnen het OVV, aan de vooravond van het Egmontpact Gemeenschapspact
Het Egmontpact of Egmontakkoord maakt samen met de Stuyvenbergakkoorden deel uit van het zogenaamde Gemeenschapspact, dat de definitieve pacificatie van de communautaire problemen tot doe... Lees meer
, een eensgezind standpunt over de staatshervorming Staatshervorming
Tussen 1970 en vandaag werden zes staatshervormingen doorgevoerd die België omvormden van een unitaire in een federale staat met drie gewesten, het Vlaamse, het Waalse en het Brussels Hoo... Lees meer
worden uitgewerkt en kon het Willemsfonds vervolgens een belangrijke rol spelen in het verzet tegen dit Egmontpact.


Aankondiging van een gespreksavond over de positie van het Willemsfonds ten opzichte van het Egmontpact, 1978. (Liberas)
Aankondiging van een gespreksavond over de positie van het Willemsfonds ten opzichte van het Egmontpact, 1978. (Liberas)

Omstreeks 1980 begon de samenwerking in het OVV, die sinds het midden van de jaren 1960 de Vlaamse opstelling van het Willemsfonds had bepaald, evenwel stroever te verlopen omdat de oude ideologische breuklijn tussen katholieken en vrijzinnigen opnieuw zichtbaar werd. In de late jaren 1980 en vroege jaren 1990 werd ten gevolge van de toenemende invloed van extreem-rechts Rechts-radicalisme
De rechts-radicale traditie begon toen het Vlaams-nationalisme in het interbellum koos voor Nieuwe Orde en collaboratie. Na de oorlog evolueerde radicaal-rechts in Vlaanderen van nostalgi... Lees meer
en de ermee gepaard gaande radicalisering van bepaalde Vlaamse strijdverenigingen de positie van het gematigde Willemsfonds in het OVV stilaan onhoudbaar. Na meerdere incidenten stapte de vereniging in 1993 dan ook uit het Verbond. Volgens het Willemsfonds waren de traditionele Vlaamse eisen sinds het Sint-Michielsakkoord Sint-Michielsakkoord
Het Sint-Michielsakkoord (1992) was een regeerakkoord rond de vierde fase van de federale staatshervorming. Het vormde België om tot een federale staat. Lees meer
grotendeels verwezenlijkt en dient de aandacht van de Vlaamse beweging thans vooral te gaan naar de inhoudelijke invulling van de Vlaamse autonomie en de uitbouw van een pluralistisch en democratisch Vlaanderen. Na het congres van 1996 werd gesteld dat de precieze staatsvorm van minder belang was dan een samenlevingsvorm gekenmerkt door openheid, pluralisme en verdraagzaamheid. In de nasleep van de uitgelokte discussies keerde het Willemsfonds terug naar een essentieel socio-culturele werking, waarbij het de Vlaamse institutionele problematiek alleen nog vanop afstand becommentarieert.

Literatuur

– P. Fredericq, Uit de geschiedenis van Willems-Fonds en Davids-Fonds, 1903.
Ons 75-jarig Jubelfeest (1851-1926), 1926.
Eeuwfeest van het Willems-Fonds (1851-1951), 1951.
Gedenkboek 125 jaar Willemsfonds (1851-1976), 1976.
– J. Verschaeren, Julius Vuylsteke (1836- 1903). Klauwaard en Geus, 1984.
– M. Bots (red.), Het Willemsfonds van 1851 tot 1914, 1993.
Liber Amicorum Adriaan Verhulst, 1995.
– H. van Velthoven en J. Tyssens, Vlaamsch van taal, van kunst en zin. 150 jaar Willemsfonds (1851-2001), 2001.
– H. van Velthoven, Tussen opportunisme en radicalisme. Het Willemsfonds en de Vlaamse kwestie in 171 petities (1860-1913), 2008.

Suggestie doorgeven

1975: Marcel Bots (pdf)

1998: Marcel Bots / Georges Declercq

2023: Geertrui Coppens

Databanken
Archief

Inhoudstafel