Alberdingk Thijm, Jozef

Persoon
Jan De Maeyer (2023, aanvulling), Jan De Maeyer (1998)

Jozef Alberdingk Thijm (1820-1889) was voortrekker van de katholieke emancipatie in Nederland en een veelzijdig man: handelaar, uitgever, architectuur- en kunstcriticus, kenner van de middeleeuwse iconografie en symboliek, Vondelspecialist en expert in de monumentenzorg. Hij onderhield verschillende contacten in Vlaanderen en ruimer Belgiƫ.

Volledige voornaam
Josephus Albertus
Geboorte
Amsterdam, 13 augustus 1820
Overlijden
Amsterdam, 17 maart 1889
Leestijd: 6 minuten

De veelbelezen Jozef Alberdingk Thijm was in feite een autodidact, wat wellicht zijn grote halsstarrigheid en soms betweterigheid verklaart. Hij was de oudste zoon van een vrij succesrijk Amsterdams zakenman die een productie- en distributiefirma van huishoudelijke oliƫn leidde. Het drukke zakenleven belette de ouders van Alberdingk Thijm niet om in familieverband actief aandacht te besteden aan kunst, zang en taalcultuur. Op veertienjarige leeftijd werd Jozef door zijn vader in een nieuw opgestarte zaak van scheepsvictualiƫn en koloniale waren geplaatst. De leergierige jongeman besteedde al zijn vrije tijd aan de lectuur van romantische geschiedschrijvers en maatschappijtheoretici, lectuur die hem sterkte in zijn onverschrokken katholieke overtuiging.

In 1863 nam Thijm de firma C.L. van Langenhuysen over, een drukkerij met binderij en boekhandel waar hij al jaren lang opdrachten plaatste. De overname liet hem toe zijn cultuur-ideologische ideeĆ«n via publicaties op nog grotere schaal te verspreiden. Zijn benoeming in 1876 tot hoogleraar in de kunstgeschiedenis en esthetica aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam was zowat de bekroning van zijn loopbaan. Op het einde van zijn leven geraakte Thijm enigszins geĆÆsoleerd. Er waren financiĆ«le problemen waarin hij ā€“ mede door enkelen van zijn kinderen ā€“ was verzeild geraakt. Maar ook de negatieve receptie in katholieke kringen van het literaire werk van zijn jongste zoon Karel, die onder het pseudoniem Lodewijk van Deyssel publiceerde, trof hem.

Voorstander van een Dietse of Groot-Nederlandse taal- en cultuurgemeenschap

Thijms relatie met Vlaanderen en de Vlaamse beweging was enigszins complex. Thijm had binnenskamers geen al te hoge pet op van Belgiƫ en zijn bevolking. Toch hield hij als geen andere Nederlander in die jaren contact met leidende figuren uit de Franstalige (bijvoorbeeld Prosper de Haulleville De Haulleville, Prosper
De Franstalige jurist, journalist-publicist en politicus Prosper de Haulleville (1830-1898) koesterde sympathie voor de Vlaamse beweging, die hij beschouwde als een dam tegen het liberali... Lees meer
, Joseph Kervyn de Lettenhove Kervyn de Lettenhove, Joseph
Baron Joseph C.M.B. Kervyn de Lettenhove (1817-1891) was een katholieke politicus en historicus, die vanuit zijn Belgisch nationalisme bijdroeg aan de verheerlijking van het Vlaamse verle... Lees meer
) en Vlaamse cultuurwereld (bijvoorbeeld Ferdinand A. Snellaert Snellaert, Ferdinand A.
Ferdinand Augustijn Snellaert (1809-1872) was een arts, filoloog, letterkundige en leidende figuur in de Vlaamse beweging. Lees meer
, Prudens van Duyse Van Duyse, Prudens
Lees meer
, Victor Delecourt Delecourt, Victor
Lees meer
, Karel F. Stallaert Stallaert, Karel
Karel Stallaert (1820-1893) was een Belgische taalkundige en auteur. Lees meer
of Jan-Baptist David David, Jan-Baptist
Jan-Baptist David (1801-1866) was een katholiek priester, en vanaf 1834 hoogleraar nationale taal, letterkunde en geschiedenis aan de Katholieke Universiteit in Mechelen en Leuven. Hij sp... Lees meer
). Hij was ook buitenlands erelid van de AcadƩmie royale de Belgique. Getrouw zijn opvattingen beperkten zijn contacten zich niet tot katholieke, laat staan ultramontaanse kringen. Thijm wilde als katholiek intellectueel in confrontatie naar buiten treden en juist door polarisatie en discussie een grotere integratie en maatschappelijke emancipatie van de katholieken in de 19de-eeuwse samenleving bewerkstelligen.

Eenzelfde houding nam Thijm aan ten opzichte van Vlaanderen, dat hij wilde behoeden voor een mogelijk isolement. Voor Thijm maakte Vlaanderen onmiskenbaar deel uit van de bredere Dietse Diets
Het woord ā€˜Dietsā€™ stamt uit het Middelnederlands. In de context van de Vlaamse beweging dook deze term voor het eerst op in de loop van de 19de eeuw, meestal als equivalent voor Nederlan... Lees meer
of Groot-Nederlandse Groot-Nederland
Groot-Nederland is een politiek en cultureel begrip dat respectievelijk staat voor een staatkundige vereniging van Belgiƫ of Vlaanderen met Nederland en de culturele en taalkundige samen... Lees meer
taal- en cultuurgemeenschap. Regelmatig was hij op zoek naar gemeenschappelijke elementen. Met Snellaert wisselde hij gegevens uit over het Middelnederlands en literatoren als Joost van den Vondel. Samen trokken ze in 1849 de tweejaarlijkse Nederlandse congressen Nederlandse Congressen
De Nederlandse Congressen waren gemeenschappelijke (culturele) ontmoetingen van Vlamingen en Nederlanders in Vlaanderen en Nederland die met onderbrekingen werden georganiseerd sinds 1849... Lees meer
op gang. Thijm woonde dertien van de twintig tijdens zijn leven georganiseerde bijeenkomsten actief bij.

Ook toen deze pluralistische congressen onder invloed van de liberaal-katholieke twist in de jaren 1870 van ultramontaanse zijde onder vuur kwamen te liggen, bleef Thijm consequent deelnemen. Zijn relatie met Snellaert bekoelde echter wat onder invloed van Thijms onverschrokken katholieke houding. Snellaerts Schets eener geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde (1850) en Thijms De la LittƩrature nƩerlandaise Ơ ses differentes Ʃpoques (1854) waren eerder in wisselwerking tot stand gekomen. Hun idee van een gemeenschappelijk Woordenboek der Nederlandsche Taal kende, nadat het op scepticisme werd onthaald, een eerste aflevering in 1864. Thijms idee van een gemeenschappelijk Instituut voor de Nederlandse Letterkunde sloeg op dat ogenblik echter niet aan.

Het bewaren van de christelijke cultuur in de Nederlanden

In de literatuur wordt, in verhouding tot de intensiteit, relatief veel aandacht besteed aan Thijms relatie tot de priester-dichter Guido Gezelle Gezelle, Guido
Guido Gezelle (1830-1899) was een Vlaamse priester die de Vlaamse volkstaal verdedigde binnen het algemeen Nederlands. Hij verwierf grote bekendheid als lyrisch dichter van religieuze nat... Lees meer
. Zijn relatie tot de in Brugge verblijvende Engelse promotor van de Puginiaanse neogotiek, James Weale Weale, James
James Weale (1832-1917) deed onderzoek naar de geschiedenis van Brugge. Zo droeg hij bij aan de herwaardering van het Vlaamse kunstpatrimonium. Ook was hij bevriend met Guido Gezelle. ... Lees meer
, was evenwel veel intenser en ook langduriger. Met hem zat Thijm op Ć©Ć©n lijn wat betreft de stelling dat kunst en cultuur een maatschappelijke dimensie moesten bezitten. In casu: het herstel van de christelijke cultuur in onze gewesten. Thijms Heilige Linie was als handboek christelijke architectuur, iconogafie en symboliek een referentiewerk in Belgische neogotische kringen rond de Sint-Lucasscholen. De verhouding tot Gezelle lag heel anders, deze zocht meer bevestiging. Thijm moedigde de West-Vlaamse priester-dichter aan in diens cultuuractie. Het is dan ook geen toeval dat beiden in 1887 tijdens dezelfde academische zitting tot eredoctor van de Leuvense universiteit werden benoemd.

Het West-Vlaams particularisme Particularisme
Lees meer
vormde voor de Amsterdammer Thijm geen echt probleem. In diens brede concept van een Groot-Nederlandse taal- en cultuurgemeenschap werd deze gevoed door de gewestelijke taal- en cultuurgemeenschappen. Net als Gezelle en Adolf Duclos Duclos, Adolf
Adolf Duclos (1841-1925) was priester van het bisdom Brugge en publicist. Hij was vooral bekend als geƫngageerd pleitbezorger van het West-Vlaamse taalparticularisme en ideologisch bewerk... Lees meer
, betoonde Thijm, samen met zijn broer Lambert, aandacht voor bijvoorbeeld de volkskundige gebruiken in Noord-Frankrijk: het zogenaamde Frans-Vlaanderen. Samen publiceerden ze een bundel Oude en Nieuwere Kerst-Liederen (1852).

Hoewel Thijm dus niet tegen het West-Vlaamse particularisme was, bewaarde hij er wel een zekere afstand van. Vooral Duclos' eng op West-Vlaanderen West-Vlaanderen
Lees meer
betrokken positie was hem te beperkt. Thijm kwam ook resoluut op voor Ć©Ć©n gemeenschappelijke spelling. Hij nam daarbij afstand van Matthijs Siegenbeek. Met zijn opvattingen zat hij, over Matthias de Vries en Lamert Allard. te Winkel heen, in feite al bij het systeem van Roeland Anthonie Kollewijn.

Thijms relatie met Vlaanderen was dus niet gesteund op eenrichtingsverkeer. Voor literatoren uit het Zuiden werd ruimte vrijgemaakt in zijn periodieken als de Spektator, kritiesch en historisch kunstblad (1847-1848), de Volks-Almanak voor Nederlandsche Katholieken. Thijms in 1855 gestarte Dietsche Warande Dietsche Warande
Dietsche Warande was een Tijdschrift voor Kunst en Zedegeschiedenis, onder redactie van Pieter Paul Alberdingk Thijm. Het was de Vlaamse voortzetting van het Nederlandse tijdschrift De Di... Lees meer
had een Groot-Nederlandse dimensie en streefde cultuuruitwisseling na tussen katholieken uit Noord en Zuid. Het blad werd door Thijm in 1886 overgelaten aan zijn broer Paul Alberdingk Thijm die het in 1899 verkocht om het te laten samensmelten met Het Belfort Het Belfort
Het Belfort was een Vlaams katholiek tijdschrift ā€˜toegewijd aan Letteren, Wetenschap en Kunstā€™. Het verscheen van 1886 tot 1899. Lees meer
. In de bovengenoemde cultuurtijdschriften werden stukjes opgenomen van bijvoorbeeld David, Gezelle of werden hun publicaties aangekondigd of gerecenseerd. Zo trachtte hij de in zijn ogen geĆÆsoleerde Vlamingen een breder perspectief te verstrekken.

Toch was Thijms relatie niet puur altruĆÆstisch. Hij verwachtte vanwege de levenskrachtige katholieke beweging in Vlaanderen meer dan een ruggensteun voor de Nederlandse katholieken, die zich in een maatschappelijk benarde positie bevonden.

In 1887 werd Thijm, samen met vijftien andere Nederlanders het erelidmaatschap van de jonge Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde
De Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (KANTL, 1886) is een instelling die zich in de loop van haar geschiedenis heeft ingezet zowel voor taalculturele, -wetenschappeli... Lees meer
aangeboden. Het was een wat late officiƫle erkenning voor zijn belangstelling voor Vlaanderen en de Vlaamse beweging.

Werken

ā€“ Nederlandsche nationaliteit.
ā€“ De Nederduitsche spelling in haar beginsel, haar wezen, en eischen beschouwd, 1847.
ā€“ Vlaamsch BelgiĆ«n en Noord-Nederland; literaire en politieke vlugschriften van het laatste half jaar in de Zuidelijke Nederlanden, 1848.
ā€“ Hendrik Conscience, in: Eigen Haard, 1881, pp. 347-350.

Literatuur

ā€“ J.A. Alberdingk Thijm (1820-1889). Katholicisme en Cultuur in de negentiende eeuw, 1989.
ā€“ P.A.M. Geurts e.a., J.A. Alberdingk Thijm 1820-1889. Erflater van de negentiende eeuw, 1992.
ā€“ M. van der Plas, Vader Thijm. Biografie van een koopman-schrijver, 1995.

Suggestie doorgeven

1973: Brigitte Raskin (pdf)

1998: Jan De Maeyer (pdf)

2023: Jan De Maeyer

Databanken

Inhoudstafel