Renkin, Jules
(Elsene 3 december 1862 – Brussel 15 juli 1934).
Promoveerde in 1884 aan de Katholieke Universiteit Leuven tot doctor in de rechten. Van 1895 tot 1907 was Renkin gemeenteraadslid te Elsene en van 1896 tot zijn dood katholiek volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Brussel. Tot de Eerste Wereldoorlog gold hij als mandataris van de christelijke arbeidersbeweging; nadien stond hij buiten die beweging; bij de verkiezingen van 1925 steunde hij een antisocialistische concentratie en werd daarom tegenstander van de christen-democratisch-socialistische regering-Prosper Poullet-Emile Vandervelde. Renkin fungeerde als minister van justitie (1907-1908), koloniën (1908-1918), spoorwegen-posterijen-telegraaf (1918-1919), binnenlandse zaken (1919-1920, 1931-1932), volksgezondheid (1931-1932) en financiën (1932). Van juni 1931 tot oktober 1932 was hij eerste minister. In 1920 was hij minister van staat geworden.
De Franstalige Renkin was eerder een tegenstander van de V.B. en "was steeds de hoop geweest van de Belgische nationalisten" (aldus historicus E. Gerard). Toch werd in 1908 de wet- Juliaan van der Linden-Renkin aangenomen, dat het gebruik van het Nederlands voor het assissenhof van Brabant regelde. In de late jaren 1920 kwam Renkin op voor het herstel van de eenheid binnen de katholieke partij, tegen het bloc bourgeois in, en hij verdedigde daarbij de eis tot vernederlandsing van de Gentse universiteit. Die campagne werd in juni 1931 bekroond met zijn eerste-ministerschap van een katholiek-liberale regering, waarin hij vier Vlaamsgezinden opnam (Emiel van Dievoet, Jules van Caenegem, Hendrik Heyman, Philip van Isacker). Voorts werd in juni 1931 Frans van Cauwelaert tot minister van staat benoemd. Bovenal werden onder Renkins eerste-ministerschap belangrijke wetten goedgekeurd op het taalgebruik in het bestuur en het onderwijs (taalwetgeving van 1932), waarbij krachtens het territorialiteitsprincipe de eentaligheid van Vlaanderen bij wet erkend werd.
Werken
'Le problème des langues en Belgique', in Revue catholique des idées et des faits (21 juli 1927).
Literatuur
H.J. Elias, 25 jaar Vlaamse Beweging 1914-1939, III, 1969;
A.W. Willemsen, Het Vlaams- nationalisme. De geschiedenis van de jaren 1914-1940, 19692;
L. Wils, Honderd jaar Vlaamse Beweging, II, 1985;
E. Gerard, De Katholieke Partij in crisis. Partijpolitiek leven in België (1918-1940), 1985;
H. van Goethem, De taaltoestanden in het Vlaams-Belgisch gerecht 1795-1935, 1990.
Verwijzingen
zie: taalpolitiek en -wetgeving.