Eigen Taal Eigen Zeden
Eigen Taal Eigen Zeden (1887-1914) was een Antwerpse katholieke scholieren- en studentengilde.
Eigen Taal Eigen Zeden (1887-1914) was een Antwerpse katholieke scholieren- en studentengilde.
Priester, leraar en literatuurrecensent Karel Elebaers (1880-1961) was tijdens de Eerste Wereldoorlog aalmoezenier aan het IJzerfront en engageerde zich later op diverse terreinen in de Vlaamse beweging.
Lodewijk Engels (1898-1960) was een priester die zich na de Tweede Wereldoorlog inzette voor verzoening tussen 'witten' (verzetsmensen, belgicisten) en 'zwarten' (collaborteurs).
Octaaf Engels (1892-1990) was stichter en voorzitter van het Vlaams Economisch Verbond. Hij streefde naar de vernederlandsing van het bedrijfsleven.
Hendrik Evers (1873-1939) was Norbertijn in de abdij van Averbode. Hij was algemeen secretaris van het Davidsfonds. Ook was hij redactielid van Dietsche Warande en Belfort.
Gaston Eyskens (1905-1988) was een Vlaamsgezinde katholieke econoom en politicus, die onder andere eerste minister was ten tijde van de Koningskwestie en aan de basis lag van de eerste staatshervorming.
Johannes Faict (1813-1889) was bisschop van Brugge (1864-1894). In het eerste decennium van zijn episcopaat steunde hij de katholieke Vlaamse beweging.
Joris Fassotte (1882-1945) was een bankier en econoom, die een economische invulling gaf aan het Vlaams-nationalisme.
Joseph Feskens (1869-1942) was betrokken bij de oprichting van het Katholiek Vlaamsch Studentenverbond in 1890. Op verdenking van medewerking aan het pamflet Recht door Zee werd hij weggestuurd van het grootseminarie van Mechelen.
Dit lemma brengt het verloop van veertig jaar interregionale transfers in België in kaart, evenals de verklaring, de verantwoording en de effecten ervan.
Gustaaf-Hendrik Flamen (1837-1920) was een Vlaamsgezinde priester en letterkundige, die aanknoopte bij het West-Vlaamse taalparticularisme van Leonard de Bo en Guido Gezelle.
De West-Vlaamse priester Florimond-Alphonse Fonteyne (1856-1923), die vanwege zijn politieke bedrijvigheid door de kerkelijke overheid uit die functie werd geschorst, speelde op diverse plaatsen in Vlaanderen en in Brussel een opmerkelijke rol in