De Bruyne, Edgar

Persoon
Emmanuel Gerard (2023, aanvulling), Emmanuel Gerard (1998)

Edgar de Bruyne (1898-1959) was een professor filosofie, die zich tevens in de politiek engageerde. De Bruyne was senator voor de katholieke partij en bekleedde na de oorlog een ministerpost in de eerste regering-Achille van Acker. Van 1947 tot 1954 was hij fractieleider voor de CVP in de Senaat.

Volledige voornaam
Edgard Eugeen
Geboorte
Ieper, 18 april 1898
Overlijden
Brussel, 6 mei 1959
Leestijd: 3 minuten

Edgar de Bruyne volgde humaniora aan het Sint-Vincentiuscollege te Ieper en aan het Klein Seminarie te Sées (Frankrijk), waarna hij in 1916 werd gemobiliseerd. Na de oorlog trad De Bruyne in bij de benedictijnen van Keizersberg, die hij in 1922 verliet. In dat jaar promoveerde hij tot doctor in de wijsbegeerte aan de Leuvense universiteit. Van 1925 tot aan zijn emeritaat in 1958 was hij professor filosofie aan de Rijksuniversiteit Gent. Hij publiceerde talrijke werken, vooral over ethiek en over de wijsbegeerte van de kunst.

Eind 1935 begaf De Bruyne zich op het politieke terrein toen hij door Frans van Cauwelaert Van Cauwelaert, Frans
Frans van Cauwelaert (1880-1961) was een Vlaamsgezinde katholieke politicus, die een hoofdrol speelde in de vernederlandsing van het openbare leven in Vlaanderen. Van Cauwelaert lag in 19... Lees meer
aangetrokken werd als hoofdredacteur van het nieuwe weekblad Elckerlyc Elckerlyc
Elckerlyc (1935-1939) was een katholiek Vlaamsgezind weekblad dat werd opgericht door een groep rond de katholieke en flamingantische politicus Frans van Cauwelaert. Het verdedigde het mi... Lees meer
. Als zodanig sprak hij in juli 1936 op het congres van de Vlaamsche Concentratie Vlaamsche Concentratie
Vlaamsche Concentratie (1935-±1940) was de naam voor de idee en de beweging die streefde naar de hergroepering van alle katholieke Vlamingen. Lees meer
te Leuven en was hij lid van het leidingscomité dat na afloop werd samengesteld. Hij werd eveneens een opgemerkt lid van de studiecommissie voor de hervorming van de Katholieke Unie (zomer 1936). Als gevolg hiervan werd hij op 11 oktober 1936 lid van het voorlopig directorium van de nieuwe Katholieke Vlaamsche Volkspartij Katholieke Vlaamsche Volkspartij
De Katholieke Vlaamsche Volkspartij was de Vlaamse vleugel van het Blok der Katholieken van België, opgericht op 11 oktober 1936 met als Franstalige tegenhanger de Parti catholique social... Lees meer
(KVV), dat als opdracht kreeg de hergroepering van alle Vlaamse katholieken te realiseren. Op 8 december 1936 ondertekende hij namens het directorium het Beginselakkoord KVV-VNV Beginselakkoord KVV-VNV
Het beginselakkoord KVV-VNV werd ondertekend door vertegenwoordigers van de Katholieke Vlaamsche Volkspartij (KVV) en het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) op 8 december 1936. Het moest ee... Lees meer
. Hij benaderde deze Vlaamsche Concentratie evenwel zeer genuanceerd. De erkenning van de primauteit van het volksbelang betekende voor hem niet de noodzakelijke erkenning van het federalisme Federalisme
Sinds het begin van de 20ste eeuw behoort federalisme tot het programma van eerst de Waalse en vervolgens ook de Vlaamse beweging. Vanaf 1970 is de transformatie van België van unitaire t... Lees meer
. Uit de vele toespraken en krantenartikels uit deze periode valt op te maken dat De Bruyne de culturele autonomie voor ogen had en een verregaande bestuurlijke decentralisering. In zijn eerste commentaren op het Beginselakkoord verklaarde hij dat het geen federalisme insloot en op 9 maart 1937 verwierp hij in een brief aan het weekblad Nieuw Vlaanderen Nieuw Vlaanderen (1934-1944)
Nieuw Vlaanderen (1934-1944) had als uitgangspunt de eentaligheid van Vlaanderen. Door zijn federalistische stellingname midden jaren 1930 was het blad radicaler dan de katholieke partij ... Lees meer
het federalisme in onbewimpelde termen.

De Bruyne werd een toonaangevende figuur in de KVV. Op 18 juli 1937 werd hij ook voorzitter van het nieuwe Algemeen Katholiek Vlaamsch Burgersverbond, waarmee de Vlaamse burgerij in de katholieke partij eindelijk een plaats kreeg naast de drie andere standsorganisaties. Op het congres van het Blok der Katholieken van België van oktober 1937 ontwikkelde hij het Vlaamse programma van de KVV, dat hij niet aarzelde als Vlaams-nationaal te bestempelen, hoewel het niet verder ging dan culturele autonomie. ‘De kern van ons programma ligt volledig bevat in deze formule: in het kader van een onverzwakt België, onder de hoge leiding van de dynastie, voor elk van beide volksgemeenschappen, dezelfde waarborgen op alle gebied en dezelfde toekomstmogelijkheden.’ In 1938 werd hij lid zowel van de nieuwe Nederlandsche Cultuurraad Vlaamsche Kultuurraad
Lees meer
als van de nieuwe Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België. In 1939 werd hij gecoöpteerd senator, wat hij zou blijven tot 1958.

Na de Tweede Wereldoorlog was De Bruyne betrokken bij de stichting van de Christelijke Volkspartij Christelijke Volkspartij
Lees meer
(CVP) en bij De Nieuwe Standaard De Nieuwe Standaard
Lees meer
van Tony Herbert Herbert, Tony
Tony Herbert (1902-1959) was een aanvankelijk radicaal Vlaams-nationalistische en vanaf medio jaren 1930 Belgischgezinde ingenieur en textielindustrieel met autoritaire opvattingen. Hij ... Lees meer
. Hij werd minister van Koloniën in de eerste regering- Achille van Acker Van Acker, Achille
Achille van Acker (1898-1975) was een socialistische politicus uit Brugge, die in het begin van zijn carrière een tijdlang lid was van de Frontbeweging. Na de Tweede Wereldoorlog bekleedd... Lees meer
(1945) en was van 1947 tot 1954 fractieleider van de CVP in de Senaat. Als zodanig was hij in 1949 nauw betrokken bij de zogenaamde verruiming, waardoor drie topfunctionarissen uit de bezettingstijd in de senaatsfractie werden opgenomen. In 1951 werd De Bruyne voorzitter van de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap
Lees meer
.

Werken

– Le mouvement flamand et les tendances fédéralistes, in: Revue générale (april 1937), p. 451-472.
– Bilinguisme et autonomie culturelle, in: Revue générale (mei 1940), p. 639-657.

Literatuur

– H.J. Elias, 25 jaar Vlaamse Beweging 1914-1939, IV, 1969.
– A. de Cock, Bruyne, Edgar(d) de, in: NBW, VII, 1977.
– E. Gerard, De Katholieke Partij in crisis. Partijpolitiek leven in België (1918-1940), 1985.
– E. Gerard, Hoe de vorming van een Vlaams en rechts front mislukte. De geschiedenis van de Concentratie in 1936, in: Wetenschappelijke Tijdingen 75 (2016), 4, p. 338-374.

Suggestie doorgeven

1973: Guido Provoost (pdf)

1998: Emmanuel Gerard (pdf)

2023: Emmanuel Gerard

Databanken

Inhoudstafel