Contryn, Jozef

Persoon
Herwig De Lannoy (2023, herwerking), Gaston Durnez (1998)

Jozef Contryn (1902-1991) was een Vlaamsgezind toneelacteur, die het poppenspel in Vlaanderen en ver daarbuiten populair maakte.

Volledige voornaam
Jozef Paul
Alternatieve naam
Jef Contryn
Jozef Contrijn
Geboorte
Mechelen, 21 augustus 1902
Overlijden
Mechelen, 11 augustus 1991
Leestijd: 7 minuten

Jozef Contryn (1902-1991) was een Vlaamsgezind toneelacteur. Zijn levenswerk was het poppentheater in Mechelen, waarmee hij het poppenspel in Vlaanderen tot ver buiten de grenzen populair maakte. Als hoofd van het programma Jeugduur liet hij vanaf 1934 tal van jeugdprogramma's voor de radio op de nationale omroep programmeren. Hij werd voorzitter van Het Vlaamsche Volkstooneel Het Vlaamsche Volkstooneel (1924-1932)
Lees meer
. Tijdens de Tweede Wereldoorlog Tweede Wereldoorlog
De Tweede Wereldoorlog werd in Vlaanderen getekend door de onvoorwaardelijke collaboratie van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). De samenwerking met de bezetter en de bestraffing erva... Lees meer
engageerde hij zich in kringen die de culturele Nieuwe Orde wilden uitdragen en hij was medewerker van de Zender Brussel, die door de bezetter gecontroleerd werd. Hij maakte van Tijl Uylenspiegel Tijl Uilenspiegel
Tijl Uilenspiegel is een personage uit een laatmiddeleeuws Duits volksboek, dat van de 19de eeuw tot diep in de 20ste eeuw door uiteenlopende politieke bewegingen in België en Vlaanderen ... Lees meer
de centrale figuur in het Vlaamse poppenspel. In 1948 startte hij in Mechelen met het poppentheater Hopla, later het Mechels Stadspoppentheater, en op het nieuwe medium televisie Televisie
Als geen ander massamedium heeft de televisie bijgedragen aan de vorming van de Vlaamse ‘verbeelde gemeenschap’. Terwijl de staatshervormingen zich voltrokken, werd de Vlaamse natie dagel... Lees meer
verzorgde hij met veel succes poppenspel voor jong en oud. Hij stichtte een Vlaams Verbond voor het Poppenspel en een School voor Poppenspel, die in heel het land faam verwierf. Zijn zoon en kleinzoon timmerden met en na hem aan de weg om het poppenspel als een ernstige kunstvorm te doen respecteren.

Van jongs af geëngageerd in het Vlaamse volkstoneel

Jozef 'Jef' Contryn was de zoon van een boekbinder. Hij doorliep zijn middelbaar onderwijs aan het Sint-Romboutscollege en volgde toneel aan het conservatorium in Mechelen, maar was grotendeels autodidact. Hij werd knaap in het Sint-Romboutskoor van de Vlaamsgezinde kanunnik Jules van Nuffel, de latere directeur van het Lemmensinstituut. In 1917 stichtte Contryn op vijftienjarige leeftijd de moderne toneelgroep Gods Vagebonden en won meteen de Eerste Prijs als regisseur en speler. Hij schreef toen ook in De Student De Student
De Student was een katholiek scholieren- en studententijdschrift dat verscheen van 1881 tot in 1930. Het was voor 1914 het meest gezagvolle orgaan van de Katholieke Vlaamse Studentenbeweg... Lees meer
. Onder invloed van de Frontbeweging Frontbeweging
Aan het IJzerfront manifesteerde zich tijdens de Eerste Wereldoorlog flamingantisch verzet tegen de taaltoestanden in het leger. Naarmate het zich meer en meer organiseerde en groeide, vo... Lees meer
en de studentenactie werd hij overtuigd Vlaamsgezind. Hij was actief in het Algemeen Katholiek Vlaams Toneelverbond (AKVT). Om den brode ging hij aan de slag als telegrafist.

In 1930 werd Jef Contryn acteur bij Het Vlaamsche Volkstooneel Het Vlaamsche Volkstooneel (1924-1932)
Lees meer
, waar hij Jan Boon Boon, Jan
Jan Boon (1898-1960) was tijdens de Eerste Wereldoorlog betrokken bij het activisme. Later was hij hoofdredacteur van De Standaard. Van 1939 tot aan zijn overlijden had hij de leiding van... Lees meer
als secretaris opvolgde en waarvan hij later voorzitter werd. Daarna was hij korte tijd secretaris van de Katholieke Filmliga. In 1933 werd hij de eerste geluidsregisseur van het Nationaal Instituut voor Radio-omroep (NIR) en werd er ook redacteur, commentator en artistiek regisseur. Hij liet vanaf 1934 als hoofd van het Jeugduur tal van jeugdprogramma’s voor de radio op de NIR programmeren. Ook als publicist was Contryn zeer actief. Geruime tijd verzorgde hij de filmrubriek in Jong Dietschland Jong Dietschland (1926-1933)
Jong Dietschland (1926-1933) was een radicaal Vlaamsgezind en Groot-Nederlands weekblad met veel interesse voor kunst en literatuur en met aandacht voor de Nieuwe Orde-stromingen. Het bla... Lees meer
en werkte mee aan het katholiek Vlaams tijdschrift Tooneelgids Tooneelgids
Tooneelgids (1910-1914 en 1919-1940) was het orgaan van de katholieke Algemeene Toneelboekerij. Lees meer
. Hij vertaalde stukken en schreef zelf een aantal toneelwerken en verscheidene studies. Enkele van zijn luisterspelen zijn in een vijftiental talen vertaald.

Ontwikkelaar van het Vlaamse poppentheater als kunstvorm

Op zoek naar nieuwe dramatische vormen ter verjonging van het Vlaamse toneel, kwam hij in Het Vlaamsche Volkstooneel in contact met het poppenspel van de Franse toneelauteur Michel de Ghelderode De Ghelderode, Michel
Ambtenaar en toneelschrijver Michel de Ghelderode, pseudoniem van Ademar Martens (1898-1962), werd bekend door zijn toneelstukken voor het Vlaamsch Volkstooneel. Hoewel hij bijwijlen symp... Lees meer
, van wie hij verscheidene werken vertaalde. Hij had altijd veel aandacht voor de rol van het poppenspel in de volksontwikkeling in het algemeen en in de Vlaamse ontvoogding in het bijzonder. Hij ijverde in de jaren 1930 voor de verbreiding en veredeling van het poppenspel, want het traditionele poppentheater in Vlaanderen had behoefte aan vernieuwing en aansluiting bij de Europese stromingen. Zijn zoon Louis Contryn (1929-2014) stond hem reeds op zeer jonge leeftijd bij.

In 1934 deed Jef Contryn tijdens een bijeenkomst met Michel de Ghelderode, de Antwerpse poppenspeler, journalist en folklorist Jan de Schuyter (van het Antwerpse poesjenellentheater) en de romanschrijver Gerard Walschap Walschap, Gerard
Gerard Walschap (1898-1989) was een Vlaamse auteur. Lees meer
het voorstel om Tijl Uilenspiegel Tijl Uilenspiegel
Tijl Uilenspiegel is een personage uit een laatmiddeleeuws Duits volksboek, dat van de 19de eeuw tot diep in de 20ste eeuw door uiteenlopende politieke bewegingen in België en Vlaanderen ... Lees meer
tot centrale figuur van het Vlaamse poppentheater te maken. Maar pas tijdens de bezetting kon hij die plannen concreet verwezenlijken, onder andere door handig de komische en heroïsche voorbeeldfunctie te laten samenvallen van Tijl Uilenspiegel, die ‘de vlammende vlag der Vlaamsche opstanding zwaait’. Niettegenstaande deze compromitterende connectie met de collaboratie Collaboratie
Collaboratie verwijst naar de samenwerking met de bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog, in casu van het Vlaams-nationalisme en een deel van de Vlaamse beweging. Lees meer
kon Tijl na de oorlog inderdaad uitgroeien tot een centrale, populaire en zeer herkenbare figuur in het Vlaamse poppenspel.

Woelige oorlogsjaren in de culturele Nieuwe Orde

Jef Contryn was in 1932 ook medestichter van de Kunst- en Kultuurclub Tijl, die vanaf 1939 tot het einde van de oorlog jaarlijks de Nationale Kultuurdagen van Vlaanderen in Mechelen organiseerde en het paradepaardje was van de culturele Nieuwe Orde. Kort na de Duitse inval werd Contryn medewerker van de Zender Brussel Zender Brussel
Zender Brussel (1940-1944) was een collaborerend Vlaams Radio-instituut tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lees meer
, die door de bezetter gecontroleerd werd. Hij kwam in contact met Fritz Wortelmann, een Duitse militair die in België belandde en de vroegere uitgever was van het vaktijdschrift Der Puppenspieler, dat bij de opkomst van de nazi’s in 1933 verboden was. Met Wortelmann richtte hij in 1942 het Vlaamsch Verbond van Poppenspelers op, met 65 aangesloten verenigingen. Als leider van die vereniging werd Contryn ook censor voor de Duitse bezetter. Met Wortelmann gaf hij vier Uilenspiegelboekjes uit met poppenspelteksten, evenals twaalf nummers van De Poppenspeler (een bijlage bij Tooneelleven) tussen juli 1943 en juli 1944.

Inmiddels stichtte Jef Contryn in 1942 een School voor Poppenspel. De lessen en repetities vonden plaats op zondagvoormiddag in een zaal in de Hanswijkstraat in Mechelen. Af en toe gaf de School een publieke voorstelling. De belangstelling was eerder beperkt. Contryn was ook leider van de afdeling poppenspel van het Vlaamsch Instituut voor Volksdans en Volksmuziek en schreef enkele bijdragen over poppenspel in Volk en Kultuur Volk en Kultuur
Volk en Kultuur (1941-1944) was het orgaan van de werkgemeenschap Volk en Kunst, dat behalve door de romantisch-flamingantische traditie ook door het Nieuwe Orde-denken en de collaborati... Lees meer
,
het weekblad van de cultuurkoepel Volk en Kunst Volk en Kunst
Volk en Kunst (1940-1944) was een organisatie die tijdens de Tweede Wereldoorlog probeerde om de cultuurverspreidende organismen in Vlaanderen te coördineren. Lees meer
. Hij werd Kreisleiter van de Mechelse DeVlag Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap
De Duitsch-Vlaamsche Arbeidersgemeenschap (DeVlag) (1935-1945) was vóór de Tweede Wereldoorlog een organisatie van Vlaamse en Duitse studenten. Tijdens de oorlog ontpopte de DeVlag zich ... Lees meer
-afdeling en lid van de SS-Vlaanderen Algemeene-SS Vlaanderen
De SS-Vlaanderen was een collaborerende militie tijdens de Tweede Wereldoorlog, die deel uitmaakte van de Duitse SS. Ze ijverde voor de aanhechting van Vlaanderen bij Duitsland. Lees meer
, stichtte een marionettentheater en verzorgde met zijn Tijl-pop tal van poppenspelen voor het Nationaal-Socialistische Jeugdverbond en de Hitler-Jugend Hitlerjeugd Vlaanderen
De Hitlerjeugd Vlaanderen (HJV) werd eind 1943 opgericht door de DeVlag in een poging het monopolie op de Vlaamse Nieuwe Orde-gezinde jeugd te verwerven. De HJV bleef klein en werd overg... Lees meer
. Door zijn culturele activiteiten in het bezette land belandde hij na de oorlog enige tijd in de cel en hij verloor zijn functie bij de openbare omroep. Hij verkreeg eerherstel bij het Hof van Beroep in Brussel op 25 mei 1956.

Internationale faam met het Vlaamse poppenspel

In 1948 stichtte Contryn in Mechelen het poppentheater Hopla, waarmee hij succes oogstte bij kinderen en volwassenen in Vlaanderen en Wallonië, maar ook in Nederland, Frankrijk en Duitsland. Vanaf 1949 gaf hij het tijdschrift Het Poppenspel uit, dat een internationaal forum werd. Met de steun van Nonkel Bob (Davidse), de populaire presentator van kinderprogramma's op de openbare omroep, kwam Contryn met Hopla op het nieuwe medium televisie Televisie
Als geen ander massamedium heeft de televisie bijgedragen aan de vorming van de Vlaamse ‘verbeelde gemeenschap’. Terwijl de staatshervormingen zich voltrokken, werd de Vlaamse natie dagel... Lees meer
en hij verzorgde met veel succes voorstellingen tijdens de Expo '58. In 1962 was hij met onder andere zijn zoon de voornaamste medestichter van het Vlaams Verbond voor het Poppenspel. In 1965 groeide Hopla uit tot het Mechels Stadspoppentheater (oorspronkelijk: Mechels Stadspoppentheater Opsinjoorke), het eerste van België dat dankzij een stadsbestuur werd gecreëerd. Eerst onder zijn leiding, daarna onder die van zijn zoon, streefde het theater een innige samenwerking na met andere kunsttakken en met pedagogische instellingen. Contryn begon in 1970 in Mechelen opnieuw een School voor Poppenspel, die nationale reputatie verwierf. Zijn zoon Louis werd er de eerste directeur van. Na het overlijden van Jef groeide de school in 2002 uit tot het expertisecentrum Het Firmament. Het Stadspoppentheater werd achtereenvolgens omgedoopt tot Figurentheater De Maan (1995) en Beeldsmederij De Maan (2015). Zijn kleinzoon Paul is er scenograaf, figurenmaker en -speler.

Werken

– filmrubriek in Jong Dietschland.
– artikels in Tooneelgids.
– Het volks aspect van het poppenspel, in: Onze gewesten, z.j..
– De betekenis van het poppenspel, in: de Westhoek, z.j..
– Michel de Ghelderode. Sint-Antonius met zijn varken, in: Het Poppenspel, jg. 3, 1951, nr.1.
– Tone, Rex Marollorum, 1952.
– Poppenspel en volksontwikkeling, 1968.
– Het Poppenspel in Vlaanderen, in: Ons Toneel, 18 juni 1963.
– Jaarverslagen van het Stadspoppentheater, 1973, 1974, 1975, 1976, in: Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen.

Literatuur

– P. Heyns, Jozef Contrijn, in: Ons Volk, 21 augustus 1952.
– J. D[reese], Poppenspel... wipplank naar de droom, in: De Bond, 5 maart 1965.
– P. Sterckx, Jozef Contrijn over Michel de Ghelderode, in: De Nieuwe Gazet, 14 december 1965.
– De wereld van het poppenspel, 1965.
– J. d'Haese, Over Jozef Contrijn, het poppenspel in Vlaanderen. Tijl Uilenspiegel en Opsinjoorke, in: De Spectator, 27-28 april 1968.
– R. Decan, Contryn, Jozef, in: Wie is wie in Vlaanderen 1989-1993, 1989, p. 214.
– J. Verhelst, Poppen onder zwart en wit tussen 1940 en 1945, in: Figuero, jg. 4, 1997, nr. 2, pp. 8-13.
– M. Beyen, Held voor alle werk. De vele gedaanten van Tijl Uilenspiegel, 1998.
– B. Ballaux, Het archief van Jozef Contryn. Problematiek bij de ordening van persoonsarchieven. Inventaris, Vrije Universiteit Brussel, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 1999.
– F. Neirynck, De memoires van Louis Contryn, 2000.
– Confrontaties in het figurentheater, 2005.
– M. Breyne, Tussen poppenkast en figurentheater. Schets van en reflectie op de evolutie van het pedagogische poppenspel in Vlaanderen, RUG, masterproef, 2008, geraadpleegd op 21 september 2022, op: https://libstore.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/293/449/RUG01-001293449_2010_0001_AC.pdf.
– G. Souvereyns, De wortels van Den Uyl. Het poppenspel in Vlaanderen, in: Poppenspel Den Uyl, jg. 33, 2013, pp. 23-34.
– Paul Contryn. Figurentheater was zijn leven, in: J. Smets, Mechelen. Een stad vertelt, 2016, pp. 45-50.
– K. Humbeeck, Over dien felle uit Londerzeel. Gerard Walschap bewerkt de Reynaert voor het poppentheater, in: Tiecelijn, jg. 30, 2017, pp. 70-107.
– Jozef Contrijn, in: Odis, geraadpleegd op 14 februari 2021, op: http://www.odis.be/lnk/PS_102810.

Suggestie doorgeven

1973: Gaston Durnez (pdf)

1998: Gaston Durnez (pdf)

2023: Herwig De Lannoy

Databanken

Inhoudstafel