Comité flamand de France

Organisatie
Wido Bourel (2023, aanvulling), Luc Verbeke (1998, aanvulling)

Het Comité flamand de France was de eerste Frans-Vlaamse vereniging die ijverde voor de verdediging en de promotie van de Vlaamse/ Nederlandse taal en cultuur in Frans-Vlaanderen.

Afkorting
CFF
Alternatieve naam
Comité des Flamands de France (CFF)
Oprichting
10 april 1853
Leestijd: 3 minuten

Het Comité flamand de France werd opgericht in Duinkerke op 10 april 1853, het jaar waarin het gebruik van het Nederlands in het onderwijs door de academische raad van het département du Nord uitdrukkelijk verboden werd. De stichters waren Edmond de Coussemaker De Coussemaker, Edmond
Edmond de Coussemaker (1805-1976) was een Frans-Vlaamse musicoloog en historicus. Hij was medestichter van het Comité flamand de France. Lees meer
, die tot voorzitter werd verkozen, Lodewijk de Baecker De Baecker, Lodewijk
Lodewijk de Baecker (1814-1896) was een Frans-Vlaamse jurist en schrijver. Hij was medestichter van het Comité flamand de France en de meest Nederlandsgezinde Frans-Vlaming in de 19de eeu... Lees meer
, ondervoorzitter, August Ricour, Reimond de Bertrand, Hyppolytus Bernaert, Pieter Meneboo en Charles-Désiré Carnel Carnel, Charles-Désiré
Charles-Désiré Carnel (1823-1899) was een Frans-Vlaamse priester en geleerde. Hij behoorde in 1853 tot de medestichters van het Comité flamand de France. Lees meer
.

Doelstellingen

Het doel van het Comité was: ‘l'étude de la littérature flamande, la recherche et la conservation des documents historiques et littéraires en langue flamande’. Hun regionalisme konden zij verzoenen met een legitimistische en conservatieve politieke houding. Ondanks zijn ijver voor de Vlaamse moeder taal Taal
De ontwikkeling van het Nederlands vormde tot diep in de 20ste eeuw een fundamenteel aandachtspunt in de Vlaamse beweging. De wijze waarop het geschreven en gesproken Nederlands gehanteer... Lees meer
en het Vlaamse moederland wenste het Comité trouw te blijven aan het Franse vaderland (zie Frankrijk Frankrijk & Vlaanderen
De verhouding tussen Vlaanderen en Frankrijk werd altijd gekenmerkt door een aanzienlijke dubbelzinnigheid. Hoewel er lange tijd een grote affiniteit met de Franse cultuur bestond, werd d... Lees meer
). Dit blijkt uit de naam en de leuze Leuzen
Lees meer
van de vereniging: “Moedertaal en Vaderland”.

Het Comité sloot aan bij de actie van de taalbewegingen in andere delen van Frankrijk, onder meer in de Provence (Mistral) en in Bretagne (Association Bretonne), en in andere landen. De voorzichtigheid die het Comité noodzakelijkerwijze aan de dag moest leggen in een centralistische staat, was er de oorzaak van dat zijn ijver voor de taal langzamerhand verzwakte. Het Comité werd zo goed als uitsluitend een beweging voor heemkundige, oudheidkundige, taal- en volkskundige en historische studie. Dit was ook de reden dat een van zijn voornaamste medestichters, Lodewijk de Baecker, de vereniging vroegtijdig verliet.

Op cultureel gebied heeft het Comité belangrijk werk geleverd. Door zijn bestaan was het ook een voortdurend getuigenis van de aanwezigheid van Vlamingen in Frankrijk. Zijn Vlaamse periodieken Het Biekorfken en Lettervruchten der Vlamingen van Frankrijk bestonden slechts kortstondig. Alleen het driemaandelijkse tijdschrift Bulletin du Comité flamand de France en de jaarboeken, de Annales du Comité flamand de France, blijven verschijnen.

Opeenvolgende generaties

Elke generatie van het Comité flamand had haar grote figuren. Van de eerste dienen vooral De Coussemaker, De Baecker en Carnel te worden vermeld. Van de tweede Alexander Bonvarlet, Karel Becuwe en Frans van Costenoble. De grote figuur van de derde generatie was Camille Looten Looten, Camille
Camille Looten (1855-1941) was een Frans-Vlaamse letterkundige en priester. Hij was vanaf 1890 ondervoorzitter en daarna voorzitter van het Comité flamand de France. Lees meer
, die van 1900 tot 1941 voorzitter was. Daarna werd het voorzitterschap achtereenvolgens waargenomen door Paul Verschave (1941-1948), L. Détrez (1948-1956), Mgr. H. Dupont (1956-1972), Philippe Jessu (1972-1986) en Jacques Verhasselt (sinds 1987). Na de Tweede Wereldoorlog werd het secretariaat behartigd door Maxime Deswarte Deswarte, Maxime
Priester Maxime Deswarte (1907-1989) was hoogleraar Nederlands aan de universiteit van Rijsel. Hij was nauw betrokken bij de Vlaamse beweging in Frans-Vlaanderen. Ook werkte hij mee aan D... Lees meer
, Robert Hennart (1948-1983) en Jean-Paul Verschave. Belangrijk waren een herleving van het Vlaamse gevoel onder het voorzitterschap van Dupont en Jessu en de uitgave, onder de stuwkracht van Hennart, van een Manifeste des Flamands de France (19 december 1981), in samenwerking met nog vier andere Frans-Vlaamse verenigingen. Hierin werd de volledige ontplooiing van de regionale cultuur geëist. De huidige voorzitter is Philippe Mazingarde.

Literatuur

– L. Bertram, Honderd jaar geschiedenis. Het "Comité flamand de France", in: Notre Flandre, jg. 2, 1953, nrs. 2-3, pp. 19-21 en pp. 19-23.
Le Livre du Centenaire du Comité flamand de France, 1954.
– R. Debevere, Edmond de Coussemaker, in: Ons Erfdeel, jg. 12, 1969, nr. 3, p. 90.
– L. Verbeke, Vlaanderen in Frankrijk: taalstrijd en Vlaamse Beweging in Frans- of Zuid-Vlaanderen, 1970.
– M. Nuyttens, Camille Looten (1855-1941). Priester, wetenschapsman en Frans-Vlaams regionalist, 1981.
– M. Nuyttens, Uit de vroegste geschiedenis van het Comité flamand de France, 1853-1876, in: De Franse Nederlanden, jg. 10, 1985, pp. 85-126.
– M. Nuyttens, Inventaris van het Archief De Franse Nederlanden, 1995.

Suggestie doorgeven

1973: Luc Verbeke (pdf)

1998: Luc Verbeke (pdf)

2023: Wido Bourel

Databanken

Inhoudstafel