Claus, Arthur

Persoon
Luc Vandeweyer (2023, ongewijzigd), Luc Vandeweyer (1998, aanvulling)

Psychiater Arthur Claus (1861-1932) engageerde zich tijdens de Eerste Wereldoorlog in het activisme en aanvaardde een positie als hoogleraar aan de vernederlandste Gentse universiteit.

Geboorte
Sint-Niklaas, 4 maart 1861
Overlijden
Hamburg, 11 september 1932
Leestijd: 3 minuten

Studeerde te Gent nadat hij te Leuven bij Désiré Mercier Mercier, Désiré
Désiré Mercier (1851-1926) was van 1906 tot 1926 de kardinaal-aartsbisschop van het aarts­bisdom Mechelen. Hij was een vurig propagandist van het Belgisch patriottisme en leefde tijdens ... Lees meer
de kandidaturen in de filosofie had gevolgd, en werd in 1888 doctor in de geneeskunde. In 1895 werd Claus hoofdgeneesheer van de psychiatrische inrichting te Mortsel. Bijzonder actief publicist in zijn vakgebied, droeg hij veel bij tot de verspreiding van modernere inzichten betreffende verpleging van geesteszieken.

In het begin van de bezetting werd Claus dienstdoend burgemeester van Mortsel, op vraag van L ouis Franck Franck, Louis
De inzet van Louis Franck (1868-1937) voor de vernederlandsing van het middelbaar onderwijs en de Gentse universiteit bracht hem rond 1910 op het hoogtepunt van zijn Vlaams-liberale roem.... Lees meer
. Hij zou evenwel zijn vertrouwen in de Belgische regering verliezen. In 1916 werd hij benoemd tot hoogleraar in de neurologie en psychiatrie aan de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit. Dit bracht hem in de activistische politiek waarin hij een onafhankelijke koers probeerde te varen ( activisme Activisme
Het begrip activisme verwijst naar de fractie van flaminganten die tijdens de Eerste Wereldoorlog bereid was om politiek of anderszins samen te werken met de Duitse bezetter en financiële... Lees meer
). Hij was voorstander van een federalistisch 'unionistisch' programma ( unionisten Unionisten
Activisten, binnen en buiten de Raad van Vlaanderen, die ervoor opteerden om België na de beëindiging van de Eerste Wereldoorlog opnieuw in te richten als een federale staat, werden union... Lees meer
) en werd voorzitter van het Vlaamsch Verbond Vlaamsch Verbond (1916-1917)
Het Vlaamsch Verbond (1916-1917) wilde tijdens WOI alle Antwerpse activisten groeperen. Het viel al snel uiteen. Lees meer
in Antwerpen. In een op 7 januari 1917 te Brussel gehouden vergadering bewerkte hij een vergelijk tussen de extremistische Jong-Vlamingen Jong-Vlaanderen (1914-1918)
Jong-Vlaanderen (1914-1918) was een in Gent opgerichte activistische drukkingsgroep, die tijdens de Eerste Wereldoorlog een radicaal Vlaams-nationalistisch en anti-Belgisch politiek progr... Lees meer
en de gematigde Vlaamsch-Verbonders door de motie-Claus-Jacob, die voor Vlaanderen zelfstandigheid vroeg. Op deze grondslag werd de Raad van Vlaanderen Raad van Vlaanderen (1917-1918)
De Raad van Vlaanderen (1917-1918) was een activistisch marionettenparlement tijdens de Eerste Wereldoorlog, dat onderdeel was van de Duitse plannen om in Vlaanderen een blijvende invloed... Lees meer
gesticht. In de raadsvergaderingen trad hij erg onafhankelijk op. Het irriteerde hem dat vele activistische topmensen zich al te slaafs tegenover de Duitsers gedroegen die, in zijn ogen, door hun gedrag telkens opnieuw aantoonden dat de activisten en de Vlaamse autonomie voor hen maar een instrument waren in het kader van hun oorlogspolitiek. Hij gaf herhaaldelijk uiting aan zijn ontstemming over deze gang van zaken. Op 18 augustus 1918 nam hij zelfs ontslag uit de Raad.

In oktober 1918 week Claus uit naar Nederland maar hij wilde met een voortzetting van de Raad of met de Duitsers niets meer te maken hebben. In 1920 werd hij bij verstek tot 20 jaar dwangarbeid veroordeeld en afgezet als ambtenaar. In 1922 vestigde hij zich in Hamburg omdat zijn schoonzoon aldaar een kaderfunctie in de scheepvaart aangeboden kreeg. Zowel in Nederland als in Duitsland kon hij zich, gesteund door zijn internationale reputatie, bezighouden met wetenschappelijk onderzoek.

Hij bleef evenwel aandacht hebben voor de gebeurtenissen in Vlaanderen. Op 26 september 1924 keerde hij, na overleg met Paul Vrijdaghs Vrijdaghs, Paul
Limburger Paul Vrijdaghs (1886-1945) was tijdens WOI lid van de Raad van Vlaanderen. Na de oorlog vluchtte hij naar Nederland. Daarna vestigde hij zich in Duitsland waar hij propaganda m... Lees meer
, terug naar België om zich aan een proces te onderwerpen. Het was de bedoeling er een showproces van te maken; zoals hij zelf schreef: "een prachtig propagandamiddel". Daarom vroeg hij de Franstalige rechtsgang aan en koos hij de wallingantische voorman Jules Destrée Destrée, Jules
Lees meer
als zijn verdediger. Hij werd door het assisenhof van Brabant veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf en tien jaar ontzegging van burgerrechten. Hij ging in beroep maar de zaak zou doodbloeden in juridische procedures en ingevolge de uitdovingswet Uitdovingswet
Lees meer
(1929) kwam hij kort daarop vrij. Hij zou nog lobbyen om een algemene amnestie Amnestie
Lees meer
wet erdoor te krijgen. Hij stierf onverwachts in een kliniek in Hamburg, waar hij een operatie had ondergaan.

Literatuur

– G. Schamelhout, Ethnische vraagstukken en verzamelde toespraken, 1939, p. 51-52.
– D. Vanacker, Het aktivistisch avontuur, 1991.

Suggestie doorgeven

1973: Hendrik D. Mommaerts (pdf)

1998: Luc Vandeweyer (pdf)

2023: Luc Vandeweyer

Databanken

Inhoudstafel