Des Roches, Jan

Persoon
Jozef Smeyers (2023, ongewijzigd), Jozef Smeyers (1998)

Jan des Roches (1735-1787) was tijdens de Oostenrijkse tijd betrokken bij de organisatie van het onderwijs. Hij is vooral bekend als auteur van een Nederduitse spraakkunst waarin hij de Antwerps-Brabantse accentspelling toepaste.

Alternatieve naam
Jan Desroches
Geboorte
Den Haag, 1735
Overlijden
Brussel, 20 mei 1787
Leestijd: 3 minuten

Kwam na een kommervolle jeugd in 1757-1758 naar Antwerpen, werd er ondermeester in een kostschool en publiceerde er een Nederlandse (1761) en een Franse (1763) grammatica en twee woordenboeken (1769, in navolging van P. Marins woordenboeken).

Door zelfstudie verwierf Des Roches een uitgebreide kennis, wat hem in staat stelde mee te dingen in de jaarlijkse wedstrijden van de Brusselse Société littéraire. Driemaal (in 1769, 1770 en 1771) werd hij met in het Frans gestelde historische verhandelingen bekroond, wat hem het lidmaatschap bezorgde van dit genootschap, dat inmiddels Keizerlijke en Koninklijke Academie was geworden. Van 1772 af woonde hij met zijn pleegzoon en latere medewerker Jan Baptist Engels te Brussel, waar hij bij voortduring het vertrouwen van de regering genoot en ook snel promotie maakte: vast secretaris van de academie sinds 1776, van 1777 af secretaris van de Commission royale des études, die met de hervorming van het middelbaar onderwijs in de Oostenrijkse Nederlanden belast was, in 1783-1784 hoofd van het Département scolastique, waaraan de regeling van alle onderwijsaangelegenheden was opgedragen. Als secretaris van de onderwijscommissie oefende hij ook toezicht uit op de uitgave van voor de koninklijke colleges bestemde schoolboeken, waarvan hij er ook enkele zelf heeft geschreven. In september 1786 reisde hij in opdracht van de regering naar Wenen, waar hij de normaalscholen bezocht en door keizer Jozef II werd ontvangen. Eind maart 1787 keerde hij als inspecteur-generaal der scholen en directeur van de Latijnse scholen in de Oostenrijkse Nederlanden naar Brussel terug. Kort daarop overleed hij.

Als historicus heeft Des Roches zich op de studie van de oudvaderlandse geschiedenis toegelegd. Voor het onderwijs schreef hij Epitomes historiae belgicae libri septem (1782). Zijn onvoltooid gebleven Histoire générale des Pays-Bas autrichiens (postuum, 1788), de eerste algemene geschiedenis van de Zuidelijke Nederlanden, is voor haar tijd alleszins verdienstelijk.

Des Roches is vooral bekend gebleven als de auteur van de Nieuwe Nederduytsche spraekkonst, waarin hij de Brabants-Antwerpse accentspelling toepaste die circa 1750 in Antwerpen in zwang was gekomen. Tijdens de zogenaamde spellingoorlog Spellingoorlog
Spellingoorlog verwijst naar de spellingstrijd van 1839 tot 1844 tussen voor- en tegenstanders van de zogenaamde Commissiespelling, die een aanpassing van het Nederlands in Vlaanderen aan... Lees meer
(1839-1844) werd hem ten onrechte het auteurschap van deze spelling toegeschreven; ze werd door de Vlaamse taalparticularisten, de 'desrochisten', tot "nationael Vlaemsch stelsel" verklaard tegenover de 'verhollandste' spelling van de Taalcommissie. Even weinig als 'zijn' spelling ging hem het lot van de onder het Oostenrijks bestuur zo veronachtzaamde Nederlandse taal ter harte. Als academicus en als regeringsambtenaar heeft Des Roches het Nederlands de rug toegekeerd. Zijn briefwisseling met Vlaamse en zelfs Noord-Nederlandse vakgenoten is volledig in het Frans, van verscheidene bekroonde Nederlandstalige verhandelingen liet hij de door hem vertaalde versie drukken, zijn Epitomes zou hij, naar zijn eigen verklaring, liever in het Frans hebben laten verschijnen en in de inleiding tot zijn Histoire ancienne verontschuldigt hij zich omdat hij schrijft in "een taal die de zijne niet is". In verband met zijn historisch werk beschuldigde Willem F. Verhoeven Verhoeven, Willem
Willem Verhoeven (1738-1809) was een Vlaams toneel- en geschiedschrijver, die in zijn geschriften het gebruik van het Nederlands en de ontwikkeling van de Vlaamse cultuur verdedigde als r... Lees meer
hem van plagiaat en schromelijke "letterdieverij".

Literatuur

– J.F. Willems, 'Des Roches en zijne aenhangers in de tael', in Belgisch Museum (1840), p. 427-447.
– F.V. Goethals, Histoire des lettres, des sciences et des arts, III, 1842.
– J. Stecher, 'Desroches, Jean', in BN, V, 1876.
– J. Smeyers, Taalkennis en taaltoestanden in en rondom de 18de-eeuwse Keizerlijke en Koninklijke Academie van Brussel, 1951.
– M. van Hamme, 'Jean Des Roches (1740-1787)', in Paedagogica Historica (1968), p. 507-539.
– W. Couvreur, 'Jakob van der Sanden over Jan des Roches', in Studia Germanica Gandensia, jg. 12 (1970), p. 273-290.
– id., 'Een Nederlandse brief van Jan des Roches aan Frans Mols en Jan Grangé', in Taal en Tongval (1971), p. 68-76.

Suggestie doorgeven

1975: Walter Couvreur (pdf)

1998: Jozef Smeyers

2023: Jozef Smeyers

Databanken

Inhoudstafel