Vlaamse Leeuw

Uit NEVB Online
Ga naar: navigatie, zoeken

het historische wapenteken van de graven van Vlaanderen dat evolueerde tot het belangrijkste symbool van de V.B. en van de Vlaamse autonomie.

De Vlaamse leeuw is een zwarte klimmende leeuw met rode tong en klauwen op een geel veld. De oudst bekende voorstelling ervan bevindt zich op het ruiterzegel dat graaf Filips van de Elzas in 1162 in gebruik neemt. Daarmee is het het oudste aantoonbare leeuwenwapen van de Nederlanden. Afbeeldingen van de leeuwen van Brabant, Holland, Limburg en Gelderland duiken pas één tot meerdere generaties later op. Bovendien staat het ondertussen vast dat Filips van de Elzas niet als eerste telg van het Vlaamse gravenhuis een leeuw voert. Zo zegelt zijn achterneef Willem van Ieper vier jaar eerder met een stappende leeuw.

Over de redenen waarom de graven van Vlaanderen een leeuw in hun wapen opnemen, is weinig met zekerheid bekend. Een sage die rond het midden van de 14de eeuw opgetekend is, verhaalt dat graaf Filips het blazoen heeft buitgemaakt op een mohammedaanse vorst. In de 17de eeuw meent men, allicht onder invloed van het cartografische Leo Belgicus-motief, dat de leeuwenwapens van de Nederlandse vorstendommen in onderlinge afspraak tot stand zijn gekomen. Ook in deze ontstaanslegende zijn de kruistochten de plaats van handeling. In elk geval is het zo dat de heraldische leeuw qua vormgeving en qua symboliek uit het Nabije Oosten stamt en opgebouwd is met antieke, joodse, christelijke en islamitische elementen.

Tot aan de Franse Revolutie fungeert de Vlaamse leeuw als het wapenschild van de graven van Vlaanderen. Daarnaast is hij het herkenningsteken van de instellingen die het graafschap besturen. Na 1815 zetten de provinciewapens van Oost- en West-Vlaanderen deze laatste gebruikswijze voort.

Een aantal omstandigheden zorgen ervoor dat de Vlaamse leeuw zich vervolgens ontpopt tot symbool van de V.B. In de eerste plaats beantwoordt deze ontwikkeling aan de nood die alle nationalistische bewegingen hebben aan tekens en symbolen met een mobiliserend vermogen. Ze moet ook gezien worden in de ruimere context van de historiserende traditieschepping die typisch is voor de 19de eeuw. De identificatie van de Vlaamse strijd met de Guldensporenslag is inhoudelijk van doorslaggevend belang. Toch staat de Vlaamse leeuw voor meer dan alleen de cultus van 1302. Zoals bij de emblemen van het Bretoense, Catalaanse of Schotse nationalisme, houdt hij ook een aanspraak op de status van historische natie in.

De ontwikkeling van de Vlaamse leeuw tot strijdsymbool vindt weliswaar zijn eerste aanzetten in de werken van Hendrik Conscience (1838) en Hippoliet van Peene (1847), maar komt pas enkele decennia later echt op gang. In 1872-1874 woedt een pennenstrijd over de herkomst van het Vlaamse wapen. Een studententijdschrift dat een jaar later van start gaat, krijgt de veelzeggende titel De Vlaamsche Vlagge mee. In 1893 is de Vlaamse leeuw al dermate als symbool aanvaard dat flamingantische studenten en burgerij op 11 juli de leeuwenvlag hijsen. Rond 1910 dringt de Vlaamse leeuw ten slotte ook door in het vlaggenwezen van de arbeidersbeweging.

De Eerste Wereldoorlog en zijn nasleep geven de Vlaamse leeuw een nieuwe emotionele lading. Voordien is er geen sprake van een tegenstelling tussen de Belgische driekleur en de Vlaamse leeuwenvlag. Na de versnelling van het natievormende proces door het activisme is dat wel het geval. De Vlaams-nationalisten veruitwendigen mettertijd hun afrekening met alles wat naar Belgisch patriottisme zweemt, met een uitgesproken afkeer voor de driekleur. In de plaats daarvan propageren ze een geheel zwarte leeuw. Door de eertijds rode tong en klauwen zwart te kleuren, willen ze hun breuk met het officiële België uitbeelden. De andere meer gematigde flaminganten houden daarentegen begrijpelijkerwijze vast aan de traditionele leeuwenvlag. De Tweede Wereldoorlog heeft de standpunten terzake nog verhard. In de mate dat ze al niet liever achter geel-zwarte runentekens aanstappen, projecteren de meer extreme Vlaams-nationalisten voortaan hun aversie voor de politieke linkerzijde ook op het luttele rood in de historische Vlaamse leeuw.

Alle argumenten van de controverse komen nog eens aan de orde wanneer de toenmalige Nederlandse Cultuurgemeenschap zich in 1972 van officiële symbolen wil voorzien. Uiteindelijk kiest de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap op 22 mei 1973 voor de oorspronkelijke leeuw. De koninklijke bekrachtiging van dit decreet volgt op 6 juli. Ondertussen neemt de Cultuurraad ook een eigen zegel aan. Het vertoont de leeuw, vergezeld van vijf zwarte sterren, op een koninklijk gekroond schild. De toevoeging van de sterren, die de vijf Vlaamse provincies representeren, wekt in de pers nogal wat beroering. Hoewel de Vlaamse Raad dit wapen bij decreet van 30 maart 1988 heeft bevestigd, keert hij in het decreet van 7 november 1990 op zijn stappen terug. Voortaan zijn vlag en wapen van de Vlaamse Gemeenschap identiek. De officiële beschrijving van de vlag luidt nu "in geel met een zwarte leeuw, rood geklauwd en getongd". In de meer archaïsche heraldische beschrijving van het wapen heet het "in goud een leeuw van sabel, geklauwd en getongd van keel".

Literatuur

H.J.Elias, Geschiedenis van de Vlaamse gedachte, IV, 1971; 
E. Warlop, 'Het zegel van de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap', in Vlaamse stam, jg. 18 (1972), p. 113-115; 
id., 'Oude Vlaenderen en de zwarte leeuw op gouden veld', in Miscellanea archivistica, jg. 28 (1980), p. 5-52; 
De leeuw, Universeel symbool en wapen van Vlaanderen (Publikaties van de Stadsbibliotheek en het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven, nr. 3, 1983); 
F. Santy en A. Osaer, Met vlag en wimpel, De banistiek van de Christelijke arbeidersbeweging in Vlaanderen (Bijdragen Museum van de Vlaamse sociale strijd, nr. 2, 1984); 
M. Pastoureau, Figures et couleurs, Étude sur la symbolique et la sensibilité médiévales, 1986; 
J. Roegiers en B. van der Herten (eds.), Eenheid op papier. De Nederlanden in kaart, 1994; 
A. Morelli, 'La construction des symboles 'patriotiques' de la Belgique, de ses régions et de ses communautés', in A. Morelli (ed.), Les grands mythes de l'histoire de Belgique, de la Flandre et de Wallonie, 1995, p. 191-203; 
H. de Vries, Wapens van de Nederlanden, 1995.

Auteur(s)

Luc Duerloo