Vereeniging van Vrienden der Vlaamsche Zaak

Uit NEVB Online
Ga naar: navigatie, zoeken

een besloten groep van een beperkt aantal Vlaamsgezinden, die, zonder in de openbaarheid te treden, het activisme te Brussel hebben gevestigd door in een vroeg stadium contact te nemen met het Duitse bestuur.

Aanvankelijk trad vooral Jozef Haller von Ziegesar als contactman bij de Duitsers op. Hij werd daarin gevolgd door Jacob Lambrichts, de advocaten Ferdinand Bogaerts en Maurits Josson, de ambtenaar Frans Reinhard en anderen. Op een vergadering met vertegenwoordigers van het Duitse bestuur op 18 juni 1915 werd besloten geregeld te vergaderen en een werkplan op te stellen. Dat werd de Vereeniging van Vrienden der Vlaamsche Zaak. Het bestuur, dat werd aangeduid als Zaakvoerend Komiteit of Brussels Komiteit, had als voorzitter Lambrichts en bestond verder uit Ariel de Jaegher, Victor Mertens, Jozef de Smedt, Emiel van Bergen, Arthur Faingnaert, Joz. van Bergen, onderpastoor H. van Bergen (allen aangesloten bij de Katholieke Vlaamsche Bond); daarnaast Bogaerts, Haller von Ziegesar, Hendrik Grosemans, Aug. Reynaers, Hector Halsband, Lodewijk Masfranckx. In het voorontwerp van werkplan, dat was opgesteld door Haller von Ziegesar in samenwerking met de Duitser Rittmeister Simons, stonden als kernpunten: de uitvoering van de bestaande taalwetten, in het bijzonder te Brussel, de verdere vernederlandsing van het onderwijs, namelijk de Gentse universiteit, de bestuurlijke scheiding, de ontwikkeling van het Vlaamse volk tot culturele zelfstandigheid en politieke zelfbestemming. In deze kring vond de bezetter de mensen om Duitse propaganda te bedrijven in de Gazet van Brussel. In deze piepkleine groep ontstond onenigheid over de te volgen richting door het opdringen van de Jong-Vlamingen vanuit Gent. Die wilden hun eigen radicaal programma aan de gehele activistische beweging opleggen. Daartegen werd op 13 juni 1916 door Reinhard en Josson de Vlaamsche Landsbond opgericht met een federalistisch programma. Drie leden van het Zaakvoerend Komiteit sloten zich daarbij aan: Haller von Ziegesar, die ondervoorzitter van de Landsbond werd, Faingnaert en Maesfranckx. Het betekende ook de verscheuring van de Vereeniging die kort daarop werd ontbonden. Lambrichts werd dan voorzitter van de katholieke activistische groep Vrij Vlaanderen, waarvan het programma parallel liep met dat van Jong-Vlaanderen.

Literatuur

A.L. Faingnaert, Verraad of zelfverdediging?, 1933; 
L. Wils, Flamenpolitik en aktivisme, 1974; 
L. Buning, 'Nieuw licht op het Brussels activisme', in WT, jg. 38 (1979), kolom 91-120.

Auteur(s)

Hendrik D. Mommaerts; Luc Vandeweyer