Verbond van Blauwvoetvendels (VBV)
Vlaams-nationalistische, Heel-Nederlandse jeugdfederatie, officieel opgericht in januari 1960 onder impuls van pater Albrecht Boucquillon, met enkele honderden leden.
Het betrof een fusie van een deel van het Gentse Arteveldevendel dat zich in 1956 onder invloed van de broers Sleurs had afgescheurd van het Algemeen Diets Jeugdverbond (ADJV), en de Antwerpse groep Marnix van Sint- Aldegonde. De oprichting van de VBV was in feite de bevestiging van een sinds 1956 bestaande toestand.
Het VBV legde de nadruk op het propageren van de Groot-Nederlandse gedachte, verdedigde een federale Benelux in een federaal Europa en wilde de jeugd opvoeden tot volksbewuste jongeren, waarbij de karakteristieke eigenheid van de Nederlandse volkeren benadrukt werd. Ook de christelijke moraal was een fundament van de opvoedingsvisie van het VBV. Het VBV was bekend omwille van zijn muziekkapel en had verschillende afdelingen in Antwerpen, Gent, het Waasland, de Denderstreek en West-Vlaanderen, die een ruime bewegingsvrijheid genoten. De Gentse afdeling kende aanvankelijk wat wrijvingen met het ADJV, die na 1960 opgelost werden. Met het Vlaams Nationaal Jeugdverbond (opgericht in 1960 door Jaak van Haerenborgh) werd een soms bijzonder vijandige concurrentiestrijd gevoerd; diverse verzoeningspogingen mislukten. Deze onderlinge strijd kwam mede voort uit het feit dat het VBV in tegenstelling tot het VNJ zich politiek-onafhankelijk wilde opstellen ten opzichte van bijvoorbeeld de Volksunie en de Vlaamse Militanten Orde.
Toen in 1963 Hilaire Gravez voorstellen formuleerde om tot een bundeling van de Vlaams-nationalistische jeugdorganisaties te komen, werd hij hierin gesteund door het VBV en pater Boucquillon. Dit leidde datzelfde jaar tot de oprichting van de Blauwvoetfederatie.
Literatuur
M. van Hoorebeeck, Oranjedassen 1944- 1961. Geschiedenis van het Algemeen Diets Jeugdverbond, 1986.