Vandermeulen, Paul
(Bree 2 maart 1893 – Neerpelt 30 mei 1975).
Was als student in de theologie te Luik van 1912-1914 algemeen voorzitter van de Limburgse gouwbond van het Algemeen Katholiek Vlaamsch Studentenverbond (AVKS). Vandermeulen ijverde fel voor een actievere medewerking van lekenstudenten en bouwde het AVKS in Limburg sterk uit.
In 1914 meldde hij zich als oorlogsvrijwilliger-brancardier en in 1916 werd hij adjunct-hoofdaalmoezenier van Mgr. Jan Marinis. Om de Limburgse soldaten-studenten aan het IJzerfront te blijven bezielen publiceerde hij vanaf 1 februari 1916 tot 1 mei 1917 het Limburgsch Studentenblaadje voor Oorlogstijd (frontblaadjes). Vandermeulen schreef enkele artikelen over de Raad van Vlaanderen en over de door de Duitse bezetter vernederlandste Gentse universiteit (von Bissing Universiteit). Hij beschouwde de bestraffing van de ondertekenaars van het hogeschoolmanifest als onrechtvaardig. Daarnaast keurde hij de activistische politiek die in samenwerking met de bezetter de bestuurlijke onafhankelijkheid wilde realiseren, af (activisme). In de eerste plaats moest de Duitse bezetter uit het land verjaagd worden. Later diende wel een bestuurlijke scheiding doorgevoerd te worden, ook als dit ten koste ging van het Belgische belang. Hij werd in mei 1917 omwille van zijn artikelen gedegradeerd en in augustus 1917 door de Militaire Veiligheid voor drie maanden naar het eiland Cézembre verbannen, waarna hij tot augustus 1919 in enkele Franse militaire hospitalen werkzaam was. Om zijn Vlaamsgezindheid werd hij nadien op een zijspoor geplaatst en tot collegeleraar in Sinte-Roch te Ferrières aangesteld.
In pijnlijke gehoorzaamheid aan zijn geestelijke overheid diende hij in 1928 als professor in de filosofie te Sint- Truiden mee te werken aan het oprichten van de Katholieke Studentenactie – Jong Vlaanderen (KSA) in Limburg, als tegenhanger van het AKVS. In 1931 organiseerde Vandermeulen de Romebedevaart van de Vlaamse studenten, waarbij dezen door Pius XI om hun Vlaams-nationalisme werden berispt. In 1932 werd hij cisterciënzermonnik in Achel en in februari 1958 stichtte hij een trappistenabdij in Kasanza-Zaïre.
Literatuur
L. Roppe, 'Vandermeulen, Paul', in NBW, VIII, 1969;
J. Torfs, 'Omtrent de verbanning van legeraalmoezenier Paul Vandermeulen', in WT, jg. 34, nr. 3 (1975), p. 145-164;
J. Keunen en J. Beyers-Bell, 'Paul Vandermeulen', in Twintig eeuwen Vlaanderen, XIV, 1976, p. 323-326;
J. Florquin, Ten huize van..., XII, 1976;
id., Ten huize van..., XVI, 1980;
L. Vos, Bloei en ondergang van het AKVS, I, 1982;
L. de Bruyne, Paul Vandermeulen 1893-1975. Van frontaalmoezenier tot monnik, 1993;
L. Vandeweyer, 'Het activisme in Limburg tijdens de Eerste Wereldoorlog', in Limburg - Het Oude Land van Loon, nrs. 2-3 (1997), p. 97-139 en p. 193-230.