Seghers, Jan
(De Klinge 19 augustus 1902 – Beveren 30 augustus 1981).
Brak op 16-jarige leeftijd zijn schoolopleiding af om zijn overleden vader op te volgen als zaakvoerder van het familiaal klompenmakersbedrijf. Tijdens de daaropvolgende jaren werkte Seghers zich op tot een succesvol handelaar en besteedde hij via intensieve lectuur tegelijk veel aandacht aan zijn persoonlijke intellectuele ontwikkeling.
Vanaf het einde van de jaren 1920 bouwde Seghers in zijn woonplaats De Klinge een Vlaams-nationaal netwerk op, waarvan hij de onbetwiste spilfiguur was: een studiekring, een turn- en een toneelvereniging, een fanfare, een ziekenfonds.
In 1932 zette Seghers definitief de stap naar de partijpolitiek. Namens de Frontpartij en vanaf 1933 namens het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) bekleedde hij diverse mandaten: gemeenteraadslid (1932-1938) en schepen (1938-1944) in De Klinge, raadslid (1932-1933) en bestendig afgevaardigde (1941-1944) van de provincie Oost-Vlaanderen, volksvertegenwoordiger (1936-1944) voor het arrondissement Sint-Niklaas. Hij trad ook op als waarnemend VNV- arrondissementsleider.
Seghers kon zijn publiek enthousiasmeren met romantische toespraken, maar was toch vooral een realist en een pragmaticus. Als parlementariër diende hij diverse wetsvoorstellen in om te komen tot een officiële taalregeling in het toenmalige Belgisch Kongo. Vanaf eind 1937 trad hij op als hoofd van de afdeling Volksjeugd van het Algemeen Vlaamsch Nationaal Jeugdverbond en als hoofdredacteur van de bladen van deze jongerenorganisatie, Deltakamp en later Jong Dietschland (1937-1940).
Seghers volgde tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn partij in de collaboratie. Hij aanvaardde het ambt van bestendig afgevaardigde van de provincie Oost-Vlaanderen en bleef VNV- arrondissementsleider tot het einde van de bezetting. Begin september 1944 vluchtte hij naar Beieren, waar hij zich gedurende enkele jaren schuilhield bij een familie die een houtzagerij uitbaatte. Na zijn terugkeer werd hij veroordeeld en zat meer dan een jaar gevangen, achtereenvolgens in Gent en in Sint-Gillis-Brussel (1950-1951). Nadien hervatte Seghers zijn commerciële bedrijvigheid, eerst als vee- en daarna als kaashandelaar.
Van 1965 tot 1968 zetelde hij als Volksunie-verkozene opnieuw in de Oost-Vlaamse provincieraad.
Werken
'Een Vlaamsche nijverheid die uitsterft', in Volk en Staat (8 december 1938).
Literatuur
B. de Cock, Welig en woelig Waasland. Kroniek 1930-1976, 1976;
A. Heyse, 'In memoriam Jan Seghers', in Het Vrije Waasland (4 september 1981);
E. de V., '+ Jan Seghers ter ere', in 't Pallieterke (10 september 1981);
B. van Woensel, 'Koninklijke uitvaart voor volksnationaal voorman Jan Seghers te De Klinge', in Het Vrije Waasland (11 september 1981);
B. de Wever, Greep naar de macht. Vlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945, 1994;
W. Maes, 'De Vlaams-nationalisten in De Klinge tussen 1918 en 1940', in Annalen van de Oudheidkundige Kring van het Land van Waas, dl. 98 (1995), p. 393-415;
T. Valcke en N. Lehoucq, De fonteinen van de Oranjeberg: politiek-institutionele geschiedenis van de provincie Oost-Vlaanderen van 1830 tot nu, II, 1997.
Verwijzingen
zie: Oost-Vlaanderen.