Ronse, Herman
(Veurne 23 januari 1859 – Gent 2 februari 1922).
Behaalde aan de Gentse universiteit het diploma van apotheker. In 1903 werd Ronse directeur van de Rijkstuinschool in Gent. In de flamingantische milieus van de Snellaertkring en de Vlaamse literaire groep Hou ende Trou te Gent, leerde Ronse in de jaren 1880 Gustaaf Eylenbosch kennen. Samen lagen ze aan de basis van de Algemene Bond van Werklieden en Burgers (1886), een stedelijke federatie van antisocialistische vakverenigingen, mutualiteiten en sociaal-culturele werkmanskringen of toneelgenootschappen. Ronse liet zich ook sterk in met het weekblad van de bond De Lichtstraal (1886-1891). Daarmee was Ronse een van de grondleggers van de ontluikende christelijke arbeidersbeweging in Gent en is hij daarenboven representatief voor de opkomende Vlaamse christen-democratie. Toen in 1891 de Algemene Bond opging in de Antisocialistische Werkliedenbond van Arthur Verhaegen verdween de flamingantische Ronse van het toneel en onderhield nog slechts enkele sporadische contacten met zijn vroegere medestanders. Hij legde immers heel andere accenten dan Verhaegen. Ronse zag de sociale strijd als verstrengeld met de Vlaamse, en ondersteunde de strijd voor taalwetten, de stichting van de Vlaamsche Katholieke Landsbond en de vernederlandsing van het onderwijs, onder andere met zijn initiatief 'Zelfonderricht' in 1886 en zijn optreden op de Vlaamsche Landdag in 1888, waar hij de verfransing van de katholieke onderwijsinstellingen in Gent aan de kaak stelde.
Hij was tevens de auteur van enkele moraliserend-sociale novellen en toneelstukken.
Werken
Gentsche novellen, 1892;
De wraak van den domper: tooneelspel in 3 bedrijven en 2 tafereelen, 1895;
Het oratio van den dood: lyrische bespiegeling, 1899;
De bende van Borluut: vaderlandsch verhaal, 1913;
Over boomen, over bloemen, over sneeuw, 1917.
Literatuur
J. de Maeyer, 'Op zoek naar de wortels van de christelijke arbeidersbeweging. De Antisocialistische Werkliedenbond van Gent voor 1914', in E. Gerard en J. Mampuys (red.), Voor Kerk en Werk. Opstellen over de geschiedenis van de christelijke arbeidersbeweging, 1886-1986, 1986, p. 41-103;
id., Arthur Verhaegen (1847-1917): de rode baron, 1994.