Nieuwe Gids, De
dagblad (1944-1995), oorspronkelijk De Nieuwe Standaard.
Toen na de bevrijding in de herfst van 1944 de naamloze vennootschap (nv) De Standaard onder sekwester werd geplaatst en haar kranten dus niet konden verschijnen, sloten enkele Vlaamse industriëlen (onder leiding van Léon Bekaert en Tony Herbert) een overeenkomst met de eigenares van de vennootschap, de familie Sap. Zij konden, voor een periode van twee jaar, beschikken over de titels en de gebouwen van De Standaard. Op 5 oktober 1944 liet de nieuwe groep, de naamloze vennootschap De Gids, de kranten opnieuw verschijnen, maar weldra moest hij, onder druk van politieke tegenstanders, de naam van het voornaamste blad veranderen in De Nieuwe Standaard, terwijl de titel van Het Nieuwsblad en het weekblad Ons Volk behouden bleef. Op initiatief van Herbert werd tevens een nieuw weekblad voor intellectuelen opgericht, De Spectator. Op zijn hoogtepunt in de beginperiode bereikte De Nieuwe Standaard een oplage van 60.000.
Na twee jaar wilde de familie Sap, die het sekwester kon afkopen, zelf opnieuw haar kranten uitgeven. Het leidde tot een gerechtszaak, als gevolg waarvan vennootschap De Gids het Standaard-pand aan de Brusselse Jacqmainlaan moest verlaten en zich ging vestigen aan de Zandstraat. Daar veranderde zij haar titels in De Nieuwe Gids, t Vrije Volksblad en Overal. Na een felle concurrentieslag verloor de nv De Gids het pleit. In het voorjaar 1948 stond hij t Vrije Volksblad af aan de eigenaars van Het Nieuws van den Dag. In 1950 sloot hij een overeenkomst met de uitgeverij Het Volk, wat inhield dat De Nieuwe Gids voortaan op de persen van de christen-democratische krant in Gent werd gedrukt en in feite een kopblad werd, maar met eigen politieke commentaar en een tijdlang ook eigen culturele rubrieken. Een aparte vereniging zonder winstoogmerk werd opgericht teneinde de intellectuele zelfstandigheid te waarborgen. Toen de Vlaamse Uitgeversmaatschappij (VUM, ondertussen uitgeefster van De Standaard-bladen) in 1995 Het Volk overnam, besloot men De Nieuwe Gids op te doeken. Het laatste nummer verscheen op 30 november 1995.
De ideoloog van De Nieuwe Gids was Herbert. Hij streefde naar een krant met hoog niveau die de integratie van Vlaanderen in België zou bevorderen. Het blad verdedigde de eenheid van de Belgische staat en wou Vlaanderen niet via het federalisme maar via de taalwetgeving ontvoogden. Het blad zette zich sterk af tegen het Vlaams-nationalisme maar riep op tot een humane bestraffing van de collaboratie. Bij de Vlaamsgezinde publieke opinie werd die houding evenwel als te zwak ervaren. Tot de promotors en medewerkers van De Nieuwe Standaard – De Nieuwe Gids behoorden tal van figuren uit de nieuwe Christelijke Volkspartij, zodat men de krant 'de wieg' van die partij kon noemen.
De hoofdredacteurs waren achtereenvolgens Betsy Hollants, Maurice Roelants, Jan de Spot, Jozef Delafortrie, Antoon Breyne. Bij de politieke commentatoren moeten Frans van Erps en Achiel G. Samoy worden genoemd. De eerste naoorlogse redactie bestond onder anderen uit Renaat van Elslande, Albert Coppé, Breyne, Delafortrie, Jef van Bilsen, Paul de Ryck, Hubert van Herreweghen, Jozef Staels, Gaston van Impe, Herman Bossier, Fernand Schmidt, Werner Godderis, Clem Bittremieux, Luc Vandeweghe, Marc Sleen, Gaston Durnez.
Literatuur
J. Gol, Le monde de la presse en Belgique, 1961;
T. Luykx, Evolutie van de communicatiemedia, 1978;
'Van Erps', in De Standaard (3 mei 1986);
G. Durnez, De Standaard. Het levensverhaal van een krant, 2 dln., 1985-1993;
P. Vandenberghe, 'Ik kan niemand iets kwalijk nemen. Achiel Samoy, vijftig jaar bij de Nieuwe Gids', in Het Volk (30 november 1995);
E. de Bens, De Pers in België, 1997.