Nationaal-Socialistische Beweging (NSB)
Nederlandse politieke partij, op 14 december 1931 opgericht en geleid door Anton Mussert.
Onderscheidde zich aanvankelijk weinig van de talloze rechts-autoritaire en fascistische groeperingen van deze jaren, maar ontgroeide mede door Musserts organisatietalent als enige het dwergstadium. Behaalde vanuit het niets 7,94% van de stemmen bij de Provinciale Statenverkiezingen van april 1935, terwijl het ledenaantal tot boven de 50.000 steeg. Hierna zette echter een langzame maar gestage afbrokkeling in, onder andere veroorzaakt door actieve tegenwerking vanuit de Nederlandse samenleving. Vanaf eind 1935 voltrok zich ook een ideologische radicalisering die de NSB in een nazi-partij deed evolueren. Het eerste NSB-programma bevatte een aarzelende Groot-Nederlandse passage waarin over een staatkundige eenwording werd gezwegen. Gedurende de jaren 1930 bleef het Dietse streven altijd van secundair belang, hoewel de ideologische nazificering de aandacht hiervoor wel iets deed toenemen. Zo kwamen Vlaanderen en speciaal het geestverwante Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV) na 1935 wat vaker ter sprake in de NSB-pers, terwijl Mussert contact ging onderhouden met VNV-leider Staf de Clercq. Van de vooraanstaande NSB'ers waren het overigens met name Anton van Vessem en Robert van Genechten die, meer dan Mussert zelf, het Groot-Nederlands streven bepleitten.
De Duitse inval zorgde voor een ongekend Diets elan in de NSB, niet het minst bij Mussert, die niet alleen in woord en geschrift, maar ook door daadwerkelijk handelen het Groot-Nederlandse streven poogde te verwerkelijken. In de zomer van 1940 werd contact gelegd met de Nationaal-Socialistische Beweging Vlaanderen (NSBV). Tegelijkertijd richtte de oud-activist Piet van Rossem (sr.) met financiële steun van Mussert een tweede NSB-satelliet op, de Nationaal-Socialistische Beweging in Vlaanderen (NSBiV), terwijl de NSB tevens naar België geëmigreerde partijleden in afdelingen ging organiseren. Eind 1940 heeft VNV-leider De Clercq zeker tweemaal contact gezocht met Mussert, al wordt uit de bronnen niet duidelijk of besprekingen daadwerkelijk hebben plaatsgevonden. Het is voorstelbaar dat Mussert, in 1940 druk bezig met een eigen Vlaamse politiek, dit contact aanvankelijk heeft afgehouden. Doel van Musserts politiek was een met Vlaanderen en Noord-Frankrijk uitgebreid Groot-Nederland, door de NSB geregeerd en met Duitsland in een Germaanse Statenbond samenwerkend. De Duitse autoriteiten voelden evenwel bitter weinig voor dergelijke concepties, hen in een uit augustus 1940 daterende nota en in een onderhoud met Adolf Hitler (december 1941) door Mussert onder de aandacht gebracht. De Duitsers gingen de Groot-Nederlandse actie van de NSB stelselmatig dwarsbomen, om einde 1941 elk Diets streven onomwonden te verbieden. NSBV en NSBiV moesten hun activiteiten staken, en de werking van de NSB onder de enkele honderden in België woonachtige partijleden werd, hoewel officieel nog toegestaan, door de Duitse bezetter ernstig tegengewerkt. Het contact tussen NSB en VNV, dat onder meer verliep via de Noord-Nederlandse afdeling van het VNV (onder leiding van Karel Waternaux) maar overigens van weinig politieke betekenis was, werd door de Duitsers scherp in de gaten gehouden. De NSB bleef met de bezetter collaboreren tot de bevrijding, waarna de partij werd verboden.
Literatuur
A.A. de Jonge, Het nationaal-socialisme in Nederland, 1968;
L. de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, 1969-1992;
R. Havenaar, De NSB tussen nationalisme en 'volkse' solidariteit, 1983;
J. Zwaan en A. Zondergeld-Hamer (red.), De zwarte kameraden. Een geïllustreerde geschiedenis van de NSB, 1984;
J.J. van den Berg, 'Dietsland Houzee! De NSB en Vlaanderen 1940-1944', in WT, jg. 53, nr. 4 (1994), p. 217-234 en jg. 54, nr. 1 (1995), p. 13-22.