Knodse, De
maandblad voor studenten en scholieren, uitgegeven door de Vlaamsgezinde leerlingenkring in het Sint-Lodewijkscollege te Brugge (1888-1900).
Aanvankelijk was Pieter Cardinael verantwoordelijke uitgever. In het eerste jaar leidde retoricaleerling Gustaaf van Acker het blad, daarna nam poësisleerling Prosper Victor de leiding over. Vanaf 1889 werd het blad gedrukt bij Edmond Laga (Eernegem). De aanvankelijke ondertitel "Tolk der Brugsche studenten" werd na een jaar reeds gewijzigd in "Tolk der West-vlaamsche studenten" met de bedoeling het blad duidelijker te profileren als een spreekbuis van de heroplevende West-Vlaamse studentenbeweging. Er werden ook steeds meer medewerkers van de colleges buiten Brugge aangetrokken. Voorbeelden zijn Karel van den Bussche die afstudeerde in Tielt en Aloïs van de Vyvere, eveneens uit Tielt. Van deze laatste verscheen in oktober 1891 onder het pseudoniem van Pietje Puk een berucht artikel tegen de principaal van het college van Tielt, T. Busschaert, die de collegebond aldaar had afgeschaft.
De Knodse vertaalde in zeer begrijpelijke taal wat elders, voornamelijk in West-Vlaanderen, aan nieuwe ideeën loskwam. De radicale en vaak ongenuanceerde toon sloeg meteen aan bij de studenten. Het blad was radicaal flamingantisch en sloot aan bij de christen-democratische stroming van De Klauwaert. De standpunten van De Vlaamsche Vlagge en De Knodse inzake taalstrijd en christen-democratie (tot kort na de encycliek Rerum novarum!) verschilden niet zo sterk, maar de directe en eenvoudige toon die De Knodse gebruikte, kende meer succes dan de zwaardere toon van De Vlagge. Bijgevolg overvleugelde dit blad gedurende enige jaren de oude Vlaamsche Vlagge.
In 1893 kwam De Knodse in handen van Gustaaf Lambrecht, die na zijn afstuderen bediende was geworden en zodoende geen voeling meer had met het studentenmilieu. Zo verloor het tijdschrift zijn studentenkarakter en daarmee ook zijn invloed, en raakte het langzaam in verval. Een andere belangrijke oorzaak voor het wegkwijnen van De Knodse was de opheffing in 1892 van het West-Vlaams Katholiek Vlaamsch Studentenverbond, waarbij het tijdschrift steeds nauw had aangeleund.
Het verdwijnen van De Knodse veroorzaakte een heropleving van De Vlaamsche Vlagge, en twee jaar later hernam dit laatste blad opnieuw de leiding.
Literatuur
Jaarboek van het Davidsfonds (1892-1893);
L. Dosfel, Geschiedenis van de Vlaamsche Studentenbeweging, 1924;
'Geschiedenis van het Tieltse A.K.V.S.', in De Zondag (18 oktober 1952);
M. Cordemans, Dr. Laporta en De Student, 1959;
L. Wils, 'De Vlaamse studentenbeweging in het aartsbisdom Mechelen in de 19de eeuw', in Kultuurleven (mei 1960);
R. van Eenoo, De pers te Brugge 1792-1914. Bouwstoffen (IUCHG, Bijdragen 20, 1961);
R. Vanlandschoot, 'Robrecht de Smet en de studentenbonden in West-Vlaanderen, V, Leuven o schone dagen', in Halletorentje, jg. 14 (november 1967), p. 161-172;
id., 'De Studentenbonden in West-Vlaanderen en de wet van 1883', in De Leiegouw (1968), p. 187-197; (1969), p. 159-168; (1970), p. 159-172;
H. Degraer (e.a.), Repertorium van de pers in West-Vlaanderen (IUCHG, Bijdragen 48, 1968);
R. Boudens, 'Kardinaal Goossens en de Vlaamse Beweging', in De Maand, jg. 13, nr. 4 (mei 1970), p. 231-241;
H.J. Elias, Geschiedenis van de Vlaamse Gedachte, IV, 19712;
L. en L. Vos-Gevers, Dat volk moet herleven. Het studententijdschrift De Vlaamsche Vlagge 1875-1933, 1976;
V. Janssens, Burggraaf Aloys vande Vyvere (1871-1961) in de geschiedenis van zijn tijd, 1982;
L. Gevers, Bewogen jeugd. Ontstaan en ontwikkeling van de katholieke Vlaamse studentenbeweging (1830-1894), 1987.