Hoste, Julius (sr.)
(Tielt 23 januari 1848 – Brussel 28 maart 1933). Vader van Julius Hoste (jr.).
Kwam in 1859 met zijn ouders naar Brussel, waar hij niet lang school liep (tot zijn 13de), maar door leergierigheid en ondernemingszin een succesrijk zakenman werd.
De strijd voor een gesubsisieerde Koninklijke Vlaamse Schouwburg in Brussel bracht Hoste omstreeks 1870 bij de flaminganten op het voorplan. Deze actie liep via de verenigingen Voor Taal en Recht en De Veldbloem. In De Vlaamsche Tijding zette hij zijn eerste journalistieke stappen. De Zweep was het eerste blad dat hij uitgaf (1869).
Uit de zwakte van het Brusselse flamingantisme leerde Hoste snel dat alléén een alliantie succes kon opleveren. Zo verkregen de Vlamingen een door het stadsbestuur gesubsidieerd beroepstoneel in 1873 toen naar aanleiding van gemeenteraadsverkiezingen met de progressieve liberalen een akkoord werd afgesloten. Na dit succes bekende Hoste zich volledig tot het liberalisme. In 1873 werd hij medeoprichter en voorzitter van de Brusselse afdeling van het Willemsfonds. Tevens werd hij ingewijd in de vrijmetselarij. Zijn vriendschap met Karel Buls speelde in deze evolutie een belangrijke rol. Tijdens diens burgemeesterschap wist Hoste te bekomen dat de stad een Vlaamse schouwburg bekostigde (1887).
Ondertussen maakte hij ook naam als toneelauteur. Hij hielp het Vlaams beroepstheater overleven met toneelstukken als De Brusselsche Straatzanger (1882) en De Kleine Patriot (1883). In zijn bladen onderstreepte hij steeds de rol van het theater en het verenigingsleven in het behoud van het Vlaams element in de hoofdstad.
In 1888 zag Hoste zijn droom, het uitgeven van een dagblad, verwezenlijkt. Gestart als liberaal propagandadruksel bouwde hij Het Laatste Nieuws uit tot een populaire krant, bekend tot ver buiten de hoofdstad. Het blad verdedigde het liberalisme en een gematigd progressief ideeëngoed. Hoste liet in zijn blad niet na de wantoestanden op Vlaams gebied aan te klagen. Het levensbeschouwelijke werd tijdelijk aan kant gezet om Vlaamse strijdpunten te verwezenlijken (onder andere in 1898 met de Gelijkheidswet). In 1900 werd De Vlaamsche Gazet van Brussel opgericht die als een kwaliteitskrant werd aangeboden. Op het einde van de 19de eeuw raakte Hoste verwikkeld in een strijd tussen flaminganten van liberale strekking. Een groep verweet hem aan te leunen bij het franskiljonse liberalisme en overwoog met een Vlaamse partij van start te gaan. De strijd duurde jaren en kostte Hoste tijdelijk het voorzitterschap van de Willemsfondsafdeling Brussel.
Rond 1900, bij het terugtrekken van Buls uit de politiek, begon een nieuwe episode in het leven van Hoste. Hij ondervond toen dat de liberale partij in Brussel potdoof was geworden voor elke Vlaamse verzuchting. Toch bleef hij steun verlenen aan de liberale verkiezingslijsten. Hierin kwam in het begin van de 20ste eeuw verandering toen de socialistische partij in Brussel zich openstelde voor Vlamingen. Camille Huysmans zou voor een deel zijn verkiezing tot Brussels gemeenteraadslid aan de krantengroep van Hoste te danken hebben gehad. Niettemin steunde Hoste elk Vlaams liberaal reveil. Via zijn zoon Julius Hoste (jr.) bleef vader Hoste op de hoogte van het gebeuren. Zijn enige zoon zou tevens een deel van de krantengroep beheren.
Een heropbloei in de Vlaamse liberale kringen kwam er omstreeks 1910. In Brussel uitte zich dit door de oprichting van de Liberale Volksbond van het arrondissement Brussel (1909) dat in 1914 tot een hechte organisatie was uitgegroeid. Het hoogtepunt kwam in 1913 bij de oprichting van het overkoepelende Liberaal Vlaams Verbond.
Met het aantreden van Hoste (jr.) in het bedrijf trad Hoste (sr.) langzaam terug uit het openbare leven. Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog betekende het definitieve einde. Tot 1921 zou hij nog het voorzitterschap van de Brusselse afdeling van het Willemsfonds vervullen. In 1932, kort voor zijn overlijden, redde hij met een financiële injectie het Willemsfonds van de ondergang.
Na zijn dood in 1933 werd in Brussel een grootse herdenkingshulde gebracht en kreeg zijn borstbeeld een plaats in de Koninklijke Vlaamse Schouwburg.
Werken
Artikelen meestal onder pseudoniem in De Zweep; Het Laatste Nieuws;
De Brusselsche Straatzanger (toneelstuk), 1882;
De Kleine Patriot (toneelstuk), 1883.
Literatuur
R. Verschueren, 'Juliaan Constantijn Hoste', in NBW, VII, 1977;
R. Hoste en J. Laporte, 'Zijn Vader, Julius Hoste Senior, Stichter-Uitgever van Het Laatste Nieuws', in Vlaamse Stam, nr. 6 (juni 1988), p. 284-303;
Vader Hoste, 1989.