Heyns, Pol

Uit NEVB Online
Ga naar: navigatie, zoeken

(Herentals 17 oktober 1906 – Bonheiden 12 april 1960).

Volgde Grieks-Latijnse humaniora aan het Sint-Jozefscollege in Herentals, studeerde korte tijd aan het Grootseminarie in Mechelen en ging, na zijn legerdienst, naar de Katholieke Universiteit Leuven waar hij de kandidatuur in de rechten en in de Germaanse filologie behaalde. In Leuven was Heyns een tijdlang hoofdredacteur van Ons Leven waarin hij het pseudoniem van Judas gebruikte. Van 1930 af verzorgde hij de studentenrubriek in De Standaard, terwijl hij met boekbesprekingen meewerkte aan Het Handelsblad. Onder de schuilnaam van Bruno Mey werkte hij in die periode ook mee aan Jong Dietschland, De Zondagsvriend, Hooger Leven en een enkele keer aan Ons Volk Ontwaakt. Hij was betrokken bij de oprichting van de Kunst- en Oudheidkundige Kring van Herentals en omtrek (1931) en van Herentals, "katholiek Kempisch tijdschrift voor de kennis van eigen stad en eigen streek" (1934). Verder werkte hij met heemkundige bijdragen mee aan diverse bladen en was hij actief in de Offensief-beweging van pater Dries Morlion. Heyns publiceerde in de jaren 1930 verscheidene novellen en twee romans, Armoede en Ons Dorp floreert, waarin hij, vanuit een sterke christelijke overtuiging, de sociale uitbuiting van de Kempen en de geestelijke bekrompenheid aanklaagde.

In 1934 werd hij, via de firma Thiry en Heyns, mede-uitgever van de Boekengilde Die Poorte, maar in maart 1935 werd de firma ontbonden omdat Heyns toen werd benoemd als redacteur van het Nationaal Instituut voor Radio-omroep (NIR). Hij werd een der eerste Vlaamse radioreporters. Ook in het NIR ging zijn belangstelling vooral naar de volkskunde. Als radioreporter legde hij een uniek archief van Vlaamse volksliederen aan: in de periode 1935-1939 registreerde hij voor het NIR meer dan duizend liederen op grammofoonplaten. Zijn werk leverde de basis voor het moderne onderzoek op dit terrein. Benevens over volksliederen publiceerde hij voorts in boek en blad over diverse volksgebruiken. In zijn nalatenschap vond men de vergevorderde voorbereiding voor een 'folklore van het leven' en een studie over 19de-eeuwse Vlaamse uitwijkelingen naar Zuid-Amerika.

In de Tweede Wereldoorlog bleef hij in dienst, maar hij kon van november 1940 af zijn reportagewerk ruilen voor uitsluitend volkskundige bijdragen. Bij de bevrijding in 1944 werd hij geschorst, alhoewel men hem geen bezwarende feiten ten laste kon leggen. In 1945 werd hij, door bemiddeling van de directeur-generaal van het NIR, Jan Boon, hoofdredacteur van Ons Volk, wat hij bleef tot aan zijn dood. Hij besteedde in dit blad veel aandacht aan de popularisering van Vlaamsgezinde manifestaties en van het Vlaamse culturele leven.

Werken

Armoede (1934); 
Ons dorp floreert, 1938; 
Volksliederen, 1941; 
Antieke Kalenderprenten, 1945; 
met L. Debaene, Het volksboek van Tijl Uilenspiegel, 1945; 
Lachend Vlaanderen, 1945 (bewerking van Lachendes Flandern van Karl Jacobs); 
Bert Peleman, 1955; 
Kallist Fimmers, 1955.

Literatuur

Rob. F. (= Foncke), 'Pol Heyns: "Volksliederen"', in Volk en Kunst (1942); 
'Het volkslied vastgelegd', in De Waag (16 juli 1993); 
Nederlandse volkskundige bibliografie, 1964-1993; 
K. de Decker en E. van den Broeck, Pol Heyns, archivaris van de Vlaamse Volkskunde, 1969; 
J. Tegenbos, Bibliografie van Pol Heyns, 1970; 
G. Durnez, De Standaard. Het levensverhaal van een Vlaamse krant, 2 dln., 1985-1993; 
J. van Haver, 'Pol Heyns als volkskundige', in Vereniging van Kempische Schrijvers (1994); 
G. Durnez, 'Toen ons dorp nog floreerde', in De Standaard (15 juni 1994).

Auteur(s)

Gaston Durnez