Flandria (tijdschrift)
gematigd liberaal tijdschrift (1885-1889), orgaan van de Liberale Vlaamsche Bond van Brussel, met Landdag-strekking.
Het eerste nummer verscheen op 30 augustus 1885. De redactie behoorde tot de 'neutraal' liberale strekking en bestond uit hoofdredacteur Hippoliet Haerynck, Emanuel Hiel, Frans Reinhard en Edmond van der Straeten. Haerynck was tot einde 1886 tevens eigenaar, waarna het blad in handen kwam van haar uitgever D. van Doorslaer. Flandria had met haar oplage van 1000 exemplaren in 1888 nooit dezelfde impact als het doctrinaire blad De Zweep dat een oplage van 6000 exemplaren haalde.
Het tijdschrift steunde ongeveer alle initiatieven die in de V.B. genomen werden na de wet van 15 juni 1883 op de vernederlandsing van het officieel middelbaar onderwijs en na de beëindiging van de liberale legislatuur, toen na de verkiezingen van juni en oktober 1884 nieuwe perspectieven op Vlaams gebied zich aandienden. Flandria ijverde onder meer voor een overkoepeling van de bestaande Vlaamse liberale bonden, in congres bijeen te Brugge (oktober 1885). Die overkoepeling slaagde, maar werd weldra aangevreten door doctrinaire invloeden, die erin gelukten, zowel de Liberale Vlaamsche Bond als het tijdschrift te doen vallen. Overigens had in datzelfde jaar 1888 de stichting van een katholieke Vlaamse bond in de hoofdstad al veel wind uit de zeilen genomen.
De groep rondom Haerynck had inmiddels katholieke initiatieven als de Vlaamsche Penning van Jan I. de Beucker en Edward Coremans (nummer van 29 november 1885) en de landdag van de Vlaamse studenten (3 januari 1886) gesteund. Zelfs Constant J. Hansen met zijn Aldietse Beweging (17 januari 1886) en de katholieke senator Jules Lammens met zijn project voor een Vlaamse academie (23 mei 1886) ondervonden steun.
Toen Flandria evenwel op 27 juni 1886 onderscheid maakte tussen de V.B. en sommige gezichtspunten van de liberale partij, maakte het zich eigenlijk onmogelijk. Het tegenoffensief van de doctrinairen, in oktober 1888 ingezet, leidde tot volledige ontmanteling. In maart 1889 viel het bestuur van de Bond uiteen, in augustus en september verschenen respectievelijk De Vlaamsche Wacht (1889) en De Flamingant en op het einde van het jaar trok Van Doorslaer een deel van zijn kapitaal uit het tijdschrift terug. De pogingen van Reinhard om het werk van de in 1887 naar de katholieken overgestapte Haerynck te redden, waren volledig mislukt.
Literatuur
Th. Coopman en J. Broeckaert, Bibliographie van den Vlaamschen taalstrijd 1885-1886, 1914;
L. Wils, 'De Landdagbeweging, het Daensisme en de Vlaamsche volkspartij', in Kultuurleven (april 1955);
id., De oorsprong van de Kristen-Democratie, 1963;
H.J. Elias, Geschiedenis van de Vlaamse gedachte, IV, 1965;
L. Wils, Het Daensisme. Opstand van het Zuidvlaamse platteland, 1969;
L. Jansegers, 'Onmachtspositie van het Brusselse flamingantisme (1884- 1895)', in Taal en Sociale Integratie, VI, 1982, p. 107- 139.
Verwijzingen
zie: muziek.