Daens, Pieter (eigenlijk Petrus) F.

Uit NEVB Online
Ga naar: navigatie, zoeken

(Aalst 10 juni 1842 – Aalst 26 maart 1918). Broer van Adolf Daens.

Volgde de basisschool in zijn geboortestad en werd vervolgens leerling-drukker en leerling-opsteller, wellicht in enkele Aalsterse, Brusselse en Gentse bedrijven. Van 1870 tot aan zijn dood was Daens zelfstandig drukker en uitgever van weekbladen en populaire publicaties waarvan hij vaak zelf de auteur was (hoofdzakelijk stichtende lectuur: almanakken, heiligenlevens, historische verhalen enzovoort). Vanaf 1865 was hij in Aalst actief in de belangrijkste katholieke cultureel-Vlaamsgezinde organisaties, onder meer in het Davids Genootschap, dat een Aalsterse voorganger was van het Davidsfonds en in 1887 werd opgevolgd door Het Vlaamsche Taalgild. Van 1904 tot 1907 was hij lid van de Aalsterse afdeling van het Algemeen-Nederlands Verbond. Van 1904 tot 1918 was hij daensistisch volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Aalst en van 1911 tot 1918 daensistisch gemeenteraadslid te Aalst. In 1876 was hij gehuwd met Louise Mayart, die na zijn dood zijn commerciële activiteiten voortzette en ten slotte overdroeg aan de fuserende organisaties van daensisten en Vlaams-nationalisten in het arrondissement Aalst.

Daens werd in 1870 drukker, hoofdredacteur en uitgever van het katholieke-Vlaamsgezinde Het Land van Aelst. Vanaf 1872 kwamen de aandelen van het zondagsblad stelselmatig in handen van de familie Daens, inzonderheid in die van Pieter, die uiteindelijk in 1897 de volle eigenaar werd. Daens had in 1872 zelf het volkse en katholiek-Vlaamsgezinde weekblad De Werkman opgericht en stelde beide bladen vanaf 1893 geheel in dienst van de opkomende christen-democratie, waarmee hij in de loop van 1892 was gaan sympathiseren.

Daens militeerde aanvankelijk in het katholiek paternalisme, maar evolueerde na 1890 gestaag naar de synergie van sociale betrokkenheid, Vlaamsgezindheid en democratisch radicalisme waaruit omstreeks die tijd de Daensistische Beweging zou ontstaan. Langs Het Vlaamsche Taalgild kwam hij in contact met de Ninoofse pioniers van die beweging en stichtte, samen met hen, op 15 april 1893 in Okegem-Ninove de Christene Volkspartij.

De stichting van de nieuwe partij, waarbij Daens ook zijn broer Adolf had betrokken, leidde bijna onmiddellijk tot de definitieve breuk tussen Daens en de Aalsterse conservatieve katholieken. De breuk liep eveneens dwars door Het Vlaamsche Taalgild. Hierdoor ging ook snel de nauwe band verloren tussen Daens en de conservatieve katholieke Vlaamsgezinden in Aalst.

Het Vlaamsche Taalgild verdween bijna zeker als gevolg van de stichting van de Christene Volkspartij. Het waren immers Daens en zijn Ninoofse geestesgenoten die hem enkele maanden voordien aan het wankelen hadden gebracht door hun hervormingsgezindheid. Daens wenste een brede, Vlaamsgezinde "volkswerking" en de Ninoofse groep, die wellicht pas tijdens het werkingsjaar 1891-1892 was toegetreden, vroeg om meer sociale betrokkenheid.

Door de impact van zijn bladen en door zijn eigen bedreven en populistische pen droeg Daens aanzienlijk bij tot de charismatische betekenis van zijn broer Adolf. Die persoonlijke aantrekkingskracht straalde tegelijk af op zijn eigen politieke ambities, waardoor hij geleidelijk naar voren kon treden als de plaatsvervanger van zijn broer, die vanaf 1896 politiek geïsoleerd geraakte maar electoraal belangrijk bleef.

Na de dood van Adolf in 1907 werd Daens gedurende een tweetal jaar de voornaamste daensistische leider. De partij bevond zich tijdens die periode echter in een diep dal. De meeste pioniers en voormannen waren overleden of hadden de beweging verlaten, uiteindelijk bezwijkend voor de druk van de vijandige katholieke gemeenschap. Enkele anderen gingen binnen die beweging hun eigen weg en verborgen niet langer hun aversie tegenover de gebroeders Daens, die in hun ogen gedurende een vol decennium de partij hadden geïmmobiliseerd. Het hoogtepunt van die verdeeldheid ontstond in 1911, toen Daens de katholieke meerderheid steunde naar aanleiding van de schoolkwestie, tegen de beslissing van het congres van zijn partij in.

Korte tijd na dit ernstige incident werd de eenheid onder de daensisten grotendeels hersteld. Vooral hun actieve deelname aan de agitatie rondom de vernederlandsing van de Gentse universiteit speelde daarin een grote rol. In het arrondissement Aalst verliepen de verkiezingen van 1914 dermate gunstig dat de daensisten er slechts op de valreep een tweede Kamerzetel misten, naast die van Daens. Tijdens de Eerste Wereldoorlog verzette Daens zich hardnekking doch vruchteloos tegen de deelname van zijn beweging aan het activisme.

Daens werd de daensist met de langste staat van dienst in het parlement. Zijn invloed en betekenis waren daar echter zeer gering, in tegenstelling tot de rol die er was vervuld door zijn voorganger Aloïs de Backer en door zijn broer Adolf. Daens sprak er wel uitsluitend Nederlands. In 1905 ondertekende hij, samen met zijn broer, het eerste wetsvoorstel op de vernederlandsing van de universiteit van Gent.

Daens was een typisch exponent van een militant-gelovige kleine burgerij die Vlaamsgezind was en daarenboven niet ongevoelig voor sociale en democratische bekommernissen. Door zijn invloed als journalist en uitgever hielp hij het klimaat scheppen waarin zowel de Vlaamsgezindheid als de sociale en democratische bekommernissen geradicaliseerd werden en aanleiding gaven tot het ontstaan en de ontwikkeling van de Daensistische Beweging. Eveneens als journalist en uitgever, maar ook als politicus op wie het charisma van zijn broer afstraalde, heeft hij tevens bijgedragen tot de overleving van die beweging tijdens de periodes van diepe crisis en interne verdeeldheid.

Het belangrijkste werk dat Daens liet verschijnen is ongetwijfeld Priester Daens. Volksvertegenwoordiger voor Aalst en Brussel, een hommage die hij in 1909 wijdde aan zijn broer Adolf. Het boek is enerzijds bevlogen en uitvoerig gedocumenteerd maar anderzijds hagiografisch van inslag. Het heeft gedurende decennia een bepalende invloed uitgeoefend op de historische beeldvorming rondom de Daensistische Beweging en de aandacht hoofdzakelijk gericht op de rol van de gebroeders Daens.

Literatuur

P. Daens, Priester Daens. Volksvertegenwoordiger voor Aalst en Brussel. Zijn Leven, zijn Strijden, zijn Lijden, Zijne Dood en Verheerlijking, 1909; 
L.-P. Boon, Pieter Daens of hoe in de negentiende eeuw de arbeiders van Aalst vochten tegen armoede en onrecht, 1971; 
F. van Campenhout, LDB, 1993; 
F.- J. Verdoodt, De zaak-Daens. Een priester tussen Kerk en christen-democratie, 1993. 

Auteur(s)

Frans-Jos Verdoodt