Butaye, Emile
(Proven 7 april 1882 – Gent 8 juli 1953).
Studeerde af aan de normaalschool in Torhout in 1902 en werd onderwijzer aan de gemeenteschool in Watou, daarna landmeter en lesgever in het naschools agrarische onderwijs. Butaye publiceerde een paar vulgariserende boekjes over oude landmaten en het metrieke stelsel. In het weekblad De Poperinghenaar schreef hij vanaf 1910 over de V.B. en actuele problemen. Hij was actief in het Davidsfonds en nam deel aan de Frans-Vlaanderen-actie van August Borms en Hilaire Allaeys (Pro Westlandia). Vanaf 1916 nam hij als brancardier in het Belgisch leger deel aan de Eerste Wereldoorlog.
Onmiddellijk na de oorlog begon Butaye met dienstbetoon aan de oud-strijders, oorlogsinvaliden, nabestaanden van gesneuvelden en andere slachtoffers van de oorlog. Hij was medestichter van een afdeling van het Verbond der Vlaamse Oud-strijders in Watou en van de eigen muziekvereniging van dit verbond. Met leden van deze vereniging nam hij veelvuldig deel aan onthullingen van gedenktekens voor de gevallenen van 1914-1918 en ook aan ophefmakende oud-strijdersbetogingen als de bestorming van het parlement op 23 juli 1920 en aan de Ieperse Furie in 1925. In 1929 organiseerde hij in Watou een huldiging van de vrijgelaten Borms.
De dorpsonderwijzer en oud-strijder was van 1921 tot 1932 gemeenteraadslid in Watou en van 1921 tot 1944 volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Ieper, eerst voor de Frontpartij, vanaf 1933 voor het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). Butaye was de sterkste electorale pijler voor de Vlaams-nationalisten in West-Vlaanderen. Dankzij zijn populariteit behaalden de Vlaams-nationalisten bij iedere verkiezing in het arrondissement Ieper het hoogste stemmenpercentage (in 1929 zelfs 30,52%) van alle Vlaamse arrondissementen.
Butaye was geen redenaar en evenmin een politiek denker, maar in zijn kiesbladen hanteerde hij een rake en volkse pen. Hij kon rekenen op een grote populariteit dankzij zijn ijverig dienstbetoon. Zijn optreden als parlementslid bleef beperkt tot lokale en regionale aangelegenheden, maar hij volgde met voorbeeldige stiptheid alle Kamerzittingen. De meeste van zijn toespraken handelen, met grote sociale bewogenheid en een pacifistische teneur, over de problemen van de seizoenarbeiders in Frankrijk (Fransmannen, emigratie), de oud-strijders, de gepensionneerden en gehandicapten, de landbouwproblemen en de hoppeteelt.
In het arrondissement Ieper kwam het VNV als organisatie maar moeilijk van de grond. Het kon alleen publiek trekken door Butaye als spreker aan te kondigen. Zelf mocht hij er zich dan toe beperken met zijn hoed te zwaaien en de ovatie in ontvangst te nemen van zijn dankbaar kiezerspubliek, dat dan ook wel bereid was nog even naar de eigenlijke spreker te luisteren. Hij was dan ook herhaaldelijk het mikpunt van spot, wanneer het Verdinaso het electoralisme van de Vlaams- nationale partijpolitici hekelde.
Butaye bleef tijdens de Tweede Wereldoorlog lid van het VNV. Evenmin als hij zich in de vooroorlogse jaren had ingelaten met de ideologische discussies onder de West-Vlaamse nationalisten, speelde hij een noemenswaardige rol in de collaboratie. Na de bevrijding werd hij gearresteerd en verbleef enkele tijd in het interneringscentrum in Sint-Kruis. Reeds in 1945 werd hij vrijgelaten, mits hij beloofde het arrondissement Ieper te verlaten. Butaye vestigde zich in Gent.
We vermelden nog als pittoreske bijzonderheid dat Butaye een cartotheek van meer dan 20.000 fiches van zijn brieven had aangelegd. Camille Huysmans schreef: "Er is hem niets ten laste te leggen, behalve dat hij de briefdrager was van zijn volk." Zijn politieke loopbaan bevestigt hoezeer de doorbraak van het Vlaams-nationalisme in West-Vlaanderen in de eerste plaats het gevolg was van de door de Eerste Wereldoorlog in het uitgestrekte frontgebied veroorzaakte materiële en sociologische ontreddering.
Literatuur
M. Sohier en R. Vanlandschoot, 'Meester' Emiel Butaye 1882-1953, 1983;
J. Rossie, Het Vlaams- nationalisme in het arrondissement Ieper vanaf 1918 tot en met de Tweede Wereldoorlog, RUG, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 1993;
B. de Wever, Greep naar de macht. Vlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933- 1945, 1994.