Weale, James (eigenlijk William H.J.)

Uit NEVB Online
Versie door ADVN (overleg | bijdragen) op 10 jan 2019 om 18:28 (1 versie geïmporteerd)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

(Londen 8 maart 1832 – Londen 26 april 1917).

Verbleef van 1855 tot 1878 te Brugge en verrichtte wetenschappelijk onderzoek van het Belgische kunstpatrimonium, inzonderheid van Brugge (onder andere met Bruges et ses environs, 1862) en de neogotiek in West-Europa (met het tijdschrift Le Beffroi).

Weale was medestichter van de Gilde de Saint-Thomas et de Saint-Luc (1863) en medeorganisator van belangrijke tentoonstellingen van christelijke kunst (Mechelen, 1863-1864) en oude Vlaamse Meesters (Brugge, 1867). Hij sloot vriendschap met Jozef A. Alberdingk Thijm en Guido Gezelle, met wie hij in 1865 Rond den Heerd oprichtte. Als een der eersten wees hij op de schoonheid van Gezelle's dichtkunst waarin hij vooral de herwaardering van de Vlaamse taal erkende. In hetzelfde kader van volksontwikkeling en nationale bewustwording publiceerde Weale een Nederlandstalig boekje over Hans Memling, zijn leven en zijne schilderwerken (Brugge, 1871).

Weale had een aanzienlijke invloed op de neogotische devotieprentkunst in Vlaanderen (J. Petyt, Brugge, 1859), het kunstonderwijs, de herwaardering van het Vlaamse kunstpatrimonium en de beeldvorming omtrent Brugge als internationaal centrum van de 15de- en begin 16de-eeuwse schilderkunst van de Vlaamse primitieven (de tentoonstelling Les primitifs flamands van 1902).

Literatuur

L. van Biervliet, Leven en werk van W.H. Weale, een Engels kunsthistoricus in Vlaanderen in de 19de eeuw (Verhandelingen van de KAWLSKB, Klasse der Schone Kunsten, 1991); 
id., 'Weale, W.H. James', in NBW, XIV, 1992; 
id., 'Een nieuwe visie op de relatie Thijm en Vlaanderen aan de hand van de brieven van James Weale', in Verslagen en Mededelingen van de KANTL, nr. 2-3 (1992), p. 195-208.

Auteur(s)

Lori van Biervliet; Piet Couttenier