Terwagne, Modest

Uit NEVB Online
Versie door ADVN (overleg | bijdragen) op 10 jan 2019 om 18:03 (1 versie geïmporteerd)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

(Namen 14 januari 1864 – Brussel 30 januari 1945).

Was de zoon van een te Dinant gevestigd katholiek slagersgezin. Terwagne studeerde aan het gemeentelijk college aldaar en daarna aan de universiteit te Brussel, waar hij in 1888 afstudeerde als arts. Hij vestigde zich te Antwerpen, waar hij reeds als inwonend student (Sint-Elizabethgasthuis) verbleven had, en bouwde een grote dokterspraktijk op. Van 1897 tot 1920 was hij gemeenteraadslid, van 1900 tot 1919 Kamerlid; in 1919 werd hij niet gekozen en in 1921 vestigde hij zich als arts te Chevron.

Reeds te Dinant was Terwagne fervent antiklerikaal geworden; in 1879 richtte hij met anderen de plaatselijke afdeling van La Libre Pensée op. Te Brussel was hij actief in liberaal-progressieve kringen en kwam er onder invloed van César de Paepe en Hector Denis. In Antwerpen werd hij eind 1889 lid van de Antwerpse loge Les Amis du Commerce et de la Persévérance Réunis. Als republikein en als voorstander van het algemeen stemrecht ageerde hij, in en buiten de vrijmetselarij, om in het vooruitzicht van de gemeenteraadsverkiezingen tot samenwerking tussen radicaal-liberalen en socialisten te komen, eerder dan tot een verbond van alle liberale verenigingen. Als consequentie daarvan stichtte hij met een aantal progressieve liberalen eind 1894 de Ligue socialiste de la langue française, die zich bij de Antwerpse federatie aansloot. Deze Ligue socialiste en Terwagne zelf waren de dynamische elementen in een partij waar het niet zo best ging. Na enkele maanden zetelde hij in het zeven personen tellend uitvoerend comité, schreef en vertaalde hoofdartikelen voor De Werker en nam de leiding over na de ontgoochelende gemeenteraadsverkiezingen van 1895. De eeuwwisseling gaf reden tot tevredenheid: drie gemeenteraadszetels en de eerste Kamerzetel voor lijstaanvoerder Terwagne. Inmiddels had hij Nederlands geleerd, althans passief. Na 1895 verbond zijn federatie trouwens socialisme met flamingantisme; Terwagne werd een notoir verdediger van de Vlaamse belangen, zowel op congressen en in de gemeenteraad als in de Kamer. De taalwetten hielp hij door zijn steun goedkeuren. Toch raakte hij achterop met de flamingantische evolutie van zijn federatie, die meer en meer een beroep deed op Albéric Deswarte en daarna op Camille Huysmans om op gezamelijke Vlaamse meetings met andere partijen op te treden. Tijdens de Eerste Wereldoorlog evolueerde Terwagne, die in Den Haag de door de Belgische schatkist gesubsidieerde propagandadienst L'Office belge leidde, naar een integraal Belgisch patriottisme en nationalisme, waaraan hij ook het arbeidersvraagstuk ondergeschikt maakte. Hij werd een voorstander van het Belgische annexionisme en kolonialisme en een bestrijder van alles wat Vlaams was (Belgisch nationalisme). Onaanvaardbaar geworden voor zijn partij, kwam hij in 1919 met een eigen partij op, doch behaalde geen zetel. Hij verliet de politiek en verhuisde in 1921 naar Chevron.

Literatuur

M. Claeys-Vanhaegendoren, 25 jaar Belgisch Socialisme, 1967; 
H. van Velthoven, Een onderzoek naar de standpunten in de Belgische Werkliedenpartij ten opzichte van Vlaamse kwestie en Vlaamse beweging, VUB, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 1969; 
E. de Schampheleire, De socialist-geneesheer-vrijmetselaar Modeste Terwagne en zijn tijd, VUB, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, 1973; 
H. van Velthoven, De Vlaamse kwestie 1830-1914. Macht en onmacht van de Vlaamsgezinden, 1982; 
W. Geldolf, Stockholm 1917, Camille Huysmans in de schaduw van de titanen, 1996.

Auteur(s)

Harry van Velthoven; Geert van Goethem